5.5. Het proces van Neurenberg

5.5. Het proces van Neurenberg

5.5.1 Op zoek naar rechtvaardigheid

Wanneer het einde van de Tweede Wereldoorlog zich eindelijk heeft aangediend, breekt een nieuwe periode van chaos aan. De economie in Europa ligt plat, er zijn miljoenen slachtoffers gevallen en velen kampen met traumatische ervaringen. Veel gebieden zijn geheel verwoest of in elk geval zwaar beschadigd. De vraag rijst wie waaraan schuldig is en hoe de misdadigers moeten worden gestraft. Tijdens verschillende bijeenkomsten, waaronder de conferenties van Jalta en Potsdam, beslissen de drie grootmachten hoe het verder moet, nu de oorlog ten einde is. De Russische Stalin, de Amerikaanse Roosevelt en Truman en de Britse Churchill zijn het erover eens dat aanstichter Duitsland moet worden opgedeeld in vier sectoren en dat nazi’s en andere oorlogsmisdadigers moeten worden berecht. Hoe dat moet gebeuren, is een heel andere vraag. Het antwoord hierop komt uiteindelijk in de vorm van het Proces van Neurenberg.

 

5.5.2.. De aanloop naar het proces

Het idee dat de oorlogsmisdadigers moeten worden gestraft, ontstaat tijdens de oorlog – nog vóór de capitulatie van de Duitsers. Roosevelt vraagt het ministerie van Defensie in 1944 om een plan te maken voor de berechting van de aanstichters van de oorlog, terwijl het Britse kabinet in december van dat jaar een discussie voert over de straffen die de nazi’s moeten ondergaan. Wanneer de geallieerde leiders bijeenkomen, speculeren zij aanvankelijk koelbloedig over executie van vele duizenden Duitse officieren, maar de precieze uitvoering daarvan is een punt van discussie. Roosevelt, en later Truman, pleiten vooral voor een eerlijk proces: met het zomaar doodschieten van iedereen die je schuldig acht, verlaag je jezelf tot het niveau van de vijand. De drie bondgenoten zijn het er in elk geval over eens dat alle oorlogsmisdadigers hun verdiende straf moeten krijgen, zij weten alleen nog niet volgens de regels van welk land dit moet gebeuren. Er bestaat in 1945 wel zoiets als internationaal oorlogsrecht, maar dat was niet berekend op de wreedheden die zich tijdens de oorlog hadden voorgedaan. Voor zoiets als het (proberen) uitroeien van een heel ras waren geen wetten, laat staan voor de manier waarop. Er waren drie duidelijke, juridische problemen:

  1. 'Overwinningsrecht’: De winnaar berecht de verliezer en is dus betrokken partij. Hoe kunnen ze neutraal oordelen wanneer ze nog maar een jaar eerder aartsvijanden waren? Een belangrijk
    Amerikaanse juristen bereiden zich voor op het proces
    door duizenden Nazidocumenten door te nemen.
    (en sterk) punt van kritiek kwam er dat de oorlogsmisdaden van de geallieerden niet berecht werden, en dat er van neutraliteit dus geen sprake was.
  2. 'Befehl ist Befehl': 'Een bevel is een bevel'. Het tweede probleem kwam neer op de schuldvraag. Wanneer soldaten bevelen uitvoerden, waren ze dan eigenlijk wel schuldig? Of waren enkel de commandanten schuldig? Of enkel de legertop die de commandanten aanstuurde? En wat met zoveel andere betrokkenen; de treinbestuurders van de massadeportaties, ambtenaren die de cijfers van de massamoord verwerkten...?
  3. 'Ex post facto': Op het moment van de 'overtreding' bestond er nog geen wetgeving. Hoe kan men iemand bestraffen voor een misdaad die, toen ze gebeurde, binnen juridisch kader nog niet als misdaad word bekeken? Sommigen beargumenteerden dat dat hetzelfde was als tijdens een gezelschapspelletje halfweg de regels veranderen en die dan met terugwerkende kracht toepassen. Zoiets klonk toch niet rechtvaardig?

Toch worden er de volgende hoofdaanklachten tegen de nazi’s geformuleerd: oorlogsmisdaden in het algemeen, misdaden tegen de vrede, misdaden tegen de menselijkheid en het initiëren van een aanvalsoorlog. Voor dit laatste punt pleiten vooral Amerika en Groot-Brittannië: zij vinden het voorbereiden en uitvoeren van een grootschalige oorlog een misdaad op zich. Er zal uiteindelijk een Internationale Militaire Rechtbank worden opgericht, waar elk land zijn eigen rechters naar mag sturen.

De organisatie van het proces

5.5.3. Het proces zelf

Om alle oorlogsmisdadigers te berechten, zijn meerdere processen gehouden. Toch wordt in de geschiedenis vaak gesproken over ‘het proces van Neurenberg’. Het gaat dan om de zittingen die plaatsvinden tussen 20 november 1945 en 1 oktober 1956 en die gericht zijn tegen een twintigtal belangrijke spelers binnen het naziregime. Onder hen zijn bijvoorbeeld Hermann Göring, plaatsvervanger van Hitler en leider van de Duitse luchtmacht, en Karl Dönitz; de opvolger van Hitler die een belangrijke functie bekleedde in de Kriegsmarine. De rollen van de andere aangeklaagden variëren van nazi-journalistiek tot een leidende functie binnen de Hitler Jugend. Ook enkele ministers, onder wie de ministers van Binnenlandse, Buitenlandse en Economische Zaken, zullen worden berecht.

Voorafgaand aan de processen wordt bewijsmateriaal verzameld dat tijdens de zittingen wordt aangedragen. Aangezien de Duitsers tijdens de oorlog alles nauwkeurig hebben vastgelegd en ze er slechts gedeeltelijk in geslaagd zijn om deze documenten te vernietigen, kunnen de aanklagers veel belastend materiaal naar voren brengen. Zo kunnen de misdadigers als het ware worden gestraft op basis van hun eigen documenten; de feiten liggen ten slotte onomstotelijk in hun eigen woorden op tafel. Het aandragen van de bewijzen dient een dubbel doel. Enerzijds is het bewijs nodig om de aangeklaagden te veroordelen, anderzijds is het belangrijk de wereld te overtuigen van de misdaden die hier hebben plaatsgevonden. Mensen wisten wel dat er iets speelde, maar wat dat precies was, bleef voor velen onbekend. Er zijn gedurende het proces een honderdtal journalisten aanwezig uit verschillende landen. De Duitse pers is hierbij met een handjevol verslaggevers zwaar in de minderheid.

             De ondervraging van Goring leidde tot veel ophef

Nadat de aangeklaagden lang als passieve toeschouwers hebben gefungeerd, mogen zij vanaf 8 maart 1946 zelf een verklaring afleggen. Göring is de enige die voortdurend tegen het proces in gaat. Hij geeft eerlijke antwoorden op de vragen die hem worden gesteld, maar wijkt ook voortdurend af van het onderwerp. Zo zou hij hebben gewezen op misstanden die door bijvoorbeeld Groot-Brittannië en de Verenigde Staten zouden hebben plaatsgevonden. Ook noemt hij het proces niets meer dan een ‘uiting van macht van de overwinnaars’. Verder legt hij uit hoe de nazi’s aan de macht zijn gekomen welke stappen er ‘nodig’ waren om die macht te behouden. Excuses biedt hij niet aan. Deze uitweidingen leiden tot groot ongenoegen onder de aanklagers, maar Lawrence doet er niets aan. Het feit dat Göring vrij mag spreken, moet eraan bijdragen dat er geen twijfel bestaat over de absolute onpartijdigheid van het strafhof. Het verdedigingsmateriaal van de andere verdachten bestaat vooral uit ontkenning en excuses, men beweert bijvoorbeeld niets te weten over het bestaan van concentratiekampen.

De uiteindelijke uitspraak volgt op de 315e dag, dinsdag 1 oktober 1946. Hermann Wilhelm Göring wordt net als elf anderen veroordeeld tot dood door ophanging. Anderen worden verdeeld tot (levens)lange gevangenisstraffen. Tot grote verbazing van velen worden drie verdachten, Schacht, Von Papen en Fritzsche, vrijgesproken. Dit zou het bewijs zijn van een echt proces: het Proces van Neurenberg zou eerlijk zijn verlopen en men zou zich niet tot het niveau van de vijand hebben verlaagd door zomaar iedereen de dood in te jagen. Deze ‘eerlijke’ beslissing van het internationaal militair tribunaal is echter van korte duur: enkele uren later worden de vrijgesprokenen alsnog door de Duitse politie gearresteerd. Van de geplande ter dood veroordeling van Hermann Göring en Martin Bormann komt niets terecht, omdat zij zichzelf in de dagen voor de voltrekking van de doodvonnissen van het leven beroven. Ook andere nazileiders ontlopen hun straf door het plegen van zelfmoord. Zo stierf Adolf Hitler al op 30 april 1945 in een bunker bij Berlijn, en zijn ook Heinrich Himmler, Joseph Goebbels en Adolf Eichmann al gestorven wanneer de berechtingsprocessen beginnen.

Tussen 1946 en 1949 worden nog twaalf nationale vervolgprocessen gehouden, uitgevoerd voor de Amerikaanse Militaire Rechtbank. In totaal worden hier ongeveer 180 mensen berecht, onder wie leden van de politie, bankiers, militaire leiders, ministers en andere vertegenwoordigers van de regering. De eerste rechtszaak is het artsenproces, waar de aanklacht gaat om experimenten op gevangenen. Andere processen gaan bijvoorbeeld om het verkondigen en uitvoeren van de Rassenwetten tegen de Joden of de moord op gijzelaars in Zuidoost-Europa. Sommige processen zijn direct tegen personen of organisaties als de SS gericht. Van alle beklaagden worden er uiteindelijk vierentwintig ter dood veroordeeld, waarvan de helft daadwerkelijk ter dood werd gebracht. Anderen kregen een gevangenisstraf opgelegd, die jaren na de zitting, op 31 januari 1951, werden verminderd. Vijfendertig beklaagden werden vrijgesproken.

 

Verloop van het proces

5.5.4. Betekenis en gevolgen

Voor het eerst in de geschiedenis worden schuldigen aan massamoord en oorlog daadwerkelijk gestraft. Niet langer geldt de rechtvaardiging dat misdaden uit politieke overweging zijn begaan. Het Handvest van Neurenberg wordt ook wel gezien als het begin van internationale rechtspraak, want het oorlogsrecht dat destijds is opgesteld, werkt nu grotendeels nog steeds. Denk maar aan het Internationaal Hooggerechtshof in Den Haag, waar bijvoorbeeld de misstanden die zich in Joegoslavië hebben voorgedaan worden behandeld. Ook het idee van de open rechtbank is nieuw: de wereld kan nu precies volgen wat er gebeurt, er zijn mogelijkheden voor journalisten om bij processen aanwezig te zijn.

Het Internationaal Hooggerechtshof in Den Haag zou niet bestaan zonder de processen van Neurenberg

 

  • Het arrangement 5.5. Het proces van Neurenberg is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    jef schokkaert
    Laatst gewijzigd
    2020-06-19 15:38:10
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld

    Bronnen

    Bron Type
    De organisatie van het proces
    https://youtu.be/_qioBuhWV30
    Video
    Verloop van het proces
    https://youtu.be/Tt-T6j0ejHs
    Video

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    schokkaert, jef. (z.d.).

    5. De nasleep van de tweede wereldoorlog

    https://maken.wikiwijs.nl/133835/5__De_nasleep_van_de_tweede_wereldoorlog

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.