Lars van der Lande portfolio

Lars van der Lande portfolio

persoonlijke informatie

ik boek 

 

 

Lars van der lande

Klas: M9VS4A

MIJN IK BOEK  

 

 

 

 

 

 

 

 

Hallo Mijn naam is Lars van der lande en ik ga vertellen over mijn levensloop , ik heb samen met mijn ouders wat vragen uitgewerkt en deze ingevoegd in mijn ik boek. Ik ben geboren in het UMCG Groningen op 13 Maart 1997.  Ik ben opgegroeid met mijn ouders en  3 broers waar van ik de jongste ben , mijn broers en ik hebben dezelfde biologische moeder alleen ik heb een andere vader als zij. Ik ben opgegroeid in een fijne omgeving met erg veel kinderen in de buurt. Ik heb een vrije opvoeding gehad met erg veel keuzes die ik heb mogen maken.

 

Mijn baby peuter & kleuter fase

Ik ben ongeveer een maand te laat geboren maar heb ik daar heb ik verder geen problemen mee gehad. Mijn baby fase verliep goed , ik huilde haast nooit en at en sliep goed. Toen ik begon te kruipen ging het allemaal erg snel , ik had het praten en lopen al erg snel onder de knie. Toen ik ongeveer anderhalf jaar was begon ik als peuter de wereld te ontdekken , ik wou overal op klimmen , ik wou alles vast pakken en uitproberen , ik begon erg actief te spelen & ik wou overal heen rennen. Toen ik voor het eerst naar de peuterschool in Paddepoel ging vond ik het maar niks , ik wou liever thuis blijven zonder al die onbekende mensen om mijn heen. Ik was bang erg bang en heel verlegen , zo verlegen dat ik in het begin met niemand ging spelen. Als mijn moeder aan het einde van de dag ook terug kwam rende ik gelijk op haar af en was ik blij dat ik naar huis mocht. Toen ik ongeveer een jaar of 4 was begon voor mij de fase van kleuter zijn. In deze fase begon ik een beetje mijn draai te vinden met mensen , ik stapte naar veel kinderen toe zonder verlegen te zijn om vriendjes te worden , ik kreeg hier door ook meer zelfvertrouwen en wou ook niet meer gelijk naar huis omdat ik gewoon veel te veel plezier had in het spelen met andere kleuters. Ik was gek op auto’s als ik ook op mijn kamer aan het spelen was lag alles onder de kleine speelgoed auto’s. toen ik als kleuter voor het eerst naar de kleuterschool ging werd ik verwelkomd in een gezellige klas met veel medekleuters waar ik meteen mee begon te spelen , ik heb hier door op de kleuterschool vriendjes gemaakt die ik vandaag de dag nog spreek. Ik kon al erg snel naar groep 2 omdat ik met best veel ding voor liep , zoals het helpen van de kleuterjuf met het speelgoed opruimen of al best wel moeilijke woordjes goed kon uit spreken. Toen ik in groep 2 kwam begon het allemaal al iets drukker te worden , er waren iets andere regeltjes dan in groep 1 en ik kon er ook erg moeilijk aan wennen dat al mijn vriendjes uit groep 1 nog steeds in groep 1 waren en dat miste ik best wel een tijdje. Ik wou terug naar groep 1 omdat ik daar kon spelen met de mensen die ik kende en niet weer opnieuw moest beginnen met vriendjes maken. Buiten school verliep de periode tussen groep 1 & 2 wel goed. Ik had nog erg veel plezier in het thuis binnen spelen met mijn speelgoed en ging zo af en toe ook naar buiten om daar lekker op het speelplein te spelen.

 

Mijn fase als jong schoolkind & ouder schoolkind

rond mijn 6de mocht ik over naar groep 3 en dit vond ik super spannend want dit was op in het andere schoolgebouw naast ons met alle grote leerlingen. Thuis was ik nog steeds erg actief en speelde ik veel buiten met vrienden van mijn leeftijd. Vaak rondjes fietsen op het plein of thuis bij vrienden spelen of zij bij mij , ik was erg sociaal en wou met iedereen een praatje maken. Rond mijn 7de begon ik erg veel op te kijken naar mijn oudere broer die een paar jaar oude als ik was. Ik begon te voetballen met hem op de veldjes achter ons huis en wou altijd bij hem op de kamer films kijken omdat ik gewoon erg naar hem op keek en het super gezellig vond om tijd met hem door te brengen. Op mijn 9de mocht ik op voetbal de club vv vinkhuizen toen de tijd , er ging een wereld voor mij open , ik vond het super leuk en kon al mijn energie er in kwijt. Elke dag ging ik ook voetballen in de voetbalkooi om de hoek en samen met de grotere jongen op het grote veld. Ik was een beetje klaar met de auto’s waar mee ik speelde en begon op tv voetbal te volgen omdat ik veel meer geïnteresseerd was in deze sport. Ik zat tegen deze tijd in groep 5 waar ik ben blijven zitten omdat ik toen erg veel moeite met rekenen begon te krijgen in de klas en de nodige hulp was ook niet super aanwezig. Mijn ouders en broers hebben mij door heen geholpen door uit te leggen en te laten zien wat nou de beste manier van het leren hier voor was , en hier door heb ik gelukkig goede cijfers gehaald en groep 5 afgerond. Hier door kwam ik in groep 6 terecht maar wel met een hele andere klas. Deze klas had gelukkig wel bekende mensen er in want het waren mijn vrienden waar ik nog altijd mee om ging uit groep 1. Toen dit jaar begon werd het allemaal een beetje anders , het was een erg luidruchtige en bijna onhandelbare klas. Iedereen schreeuwde maar van alles door elkaar heen en de juf kwam er bijna nooit boven uit. Door deze klas werd ik een beetje een onzekere kleine schooljongen omdat ik mij in zoon drukke klas niet op mijn gemak voelde. De prikkels waren op dat moment te hoog en was niks van dit gewend omdat mijn vorige klas een rustige en goed oplettende klas was. Ik kwam soms na school ook thuis en had geen zin meer om naar school toe te gaan omdat dit mij allemaal te veel werd en ik er niet goed in kon leren , hier voor heb ik een tijdje in een kleine klas met maar 8 kinderen les gehad zo dat ik ook een beetje met rust en plezier naar school kon gaan. Ik had eindelijk weer het gevoel dat er naar mij geluisterd werd door de juf en dat de druk op mijn schouders niet zo hoog was door de drukke klas. Ik ging hier door wel heel langzaam praten en de leerstof ging ook achteruit omdat ik niet alles mee kreeg waar het nou eigenlijk in de klas over ging. Toetsen en theorie uit mijn hoofd leren ging ook erg moeilijk en dit had ook impact om de thuis situatie , ik at slecht ik wou niet zo vaak meer spelen en zat maar een beetje thuis te teken of tv te kijken dit is bijna een paar jaar het zelfde geweest en mijn ouders dachten dat er iets ernstigs aan de hand was maar ik was gewoon niet echt meer me zelf , ik voelde me niet lekker , en durfde haast niks meer tegen mensen te zeggen. Toen ik in een paar jaar naar groep 8 ging begon ik te denken dat het allemaal erg snel ging. Ik moest in een musical spelen en een Cito toets maken om te kijken waar het niveau lag voor de middelbare school de exacte punten weet ik hier voor niet meer. Toen het einde van dit jaar en deze basisschool tijd naderde had ik allemaal huilende jongens en meisjes om mij heen omdat ze naar de middelbare school gingen net zo als ik. Ik was een van de weinige kinderen die zich er niet druk om maakte en het allemaal wel prima vond , ik was blij dat ik eindelijk van deze school weg kon. Geen chaotische en onplezierige tijd meer dacht ik en gewoon een nieuwe start op een nieuwe school met nieuwe klasgenoten. Toen ik die dag thuis kwam was ik blij dat ik dit achter de rug had en dat het over was die basisschooltijd , natuurlijk heb ik er ook wel mooie herinneringen aan gehad zoals vrienden waar mee ik uit eindelijk op de middelbare school nog meer om ging. Dus ik heb het wel goed af kunnen sluiten.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Puberteit

In mijn puberteit was ik heel lastig en opstandig kind , ik zat op het Augustinus College. Ik sprong over tafels in de klas , had een grote mond en deed niets wat mij gevraagd werd. Ik spijbelde constant van school en deed niets aan lesstof. Ik heb er toen zoon potje van gemaakt dat ik wel 3 keer naar de leerplichtambtenaar ben toe geweest. Daar beloofde ik dat ik alles zou gaan veranderen en dat ik weer mijn best zou doen op school maar daar kwam niks van te recht. Het ging namelijk nog verder omlaag. Ik begon kinderen uit mijn klas te pesten en maakte van alles kapot wat ook maar in de weg stond. Ik ben hier door in klas 2 naar rebound gestuurd een time out school voor probleem kinderen die moeilijk opvoedbaar waren of gewoonweg niet deden wat er van ze werd gevraagd. Ik ging om met verkeerde vrienden en begon te drinken , te blowen en een beetje te hangen in parkjes of bij mensen thuis. Ik voelde me door iedereen onbegrepen behalve door de ‘vrienden’ die ik die tijd had waar ik een beetje mee zat te hangen de hele dag. Dit heeft mij bijna op het compleet verkeerde pad gebracht als ik nu zie waar de mensen met hun leven zijn. Op rebound had ik de tijd om na te denken over alle fouten die ik had gemaakt toen ik nog op het Augustinus College zat. Mijn broers vertelden me dat dit gewoon niet kon en dat als ik hier mee door ging ik wel eens heel diep kon gaan zinken , ik ging dit jaar voor het eerst helemaal alleen met mijn ouders op vakantie naar Schiermonnikoog , ik kwam hier al jaren met mijn broers en ouders maar zij waren allemaal het huis uit. 2 weekjes gingen we er heen en ik kwam echt een beetje tot rust en bedacht me dat ik dit helemaal niet meer wou. Ik wou mijn diploma’s halen en gewoon een goede baan hebben later , niet ergens in een fabriek aan het werk wat elke dag het zelfde is dacht ik. Toen we terug kwamen moest ik nog een taakstraf doen van 20 uur omdat ik nooit kwam opdagen op school , mijn taakstraf was sociaal werk in een keuken met verstandelijk gehandicapte mensen. Ik had erg veel plezier in dit werk terwijl het eigenlijk een taakstraf was maar ik dacht bij me zelf ik vind het erg leuk om met mensen te werken en ik hou wel van een praatje op zijn tijd. Misschien is dit wel iets voor mij om later te doen. Toen de periode van rebound en taakstraf voor bij was mocht ik niet meer naar mijn oude school Augustinus College. Er was een nieuwe directie en die vond het niet zoon goed plan om weer terug te gaan. Ik heb hier door op mijn 17de een niveau 1 opleiding detailhandel gedaan. Ik vind de detailhandel niks aan maar ik was er al trots op dat ik niet meer op straat hing en echt bezig was met de toekomst van mijn leven. Ik heb een half jaar lang stage kunnen lopen in een winkel de Aktie sport en had hier een erg leuk team , ik begon veel met mensen te praten liep om mensen af en ging een verkoop gesprek aan. Hier door heb ik geleerd hoe ik het beste mensen kan benaderen. Ik heb persoonlijk mijn excuses aan geboden aan mensen die ik heb gepest en 1 van deze mensen uit mijn klas 2 tijd ga ik vandaag de dag mee om. Na verloop van tijd ben ik een niveau 2 opleiding detailhandel gaan doen en heb ik mijn huidige vriendin leren kennen. Nu ik terug denk aan die tijd ben ik erg blij dat ik toch aan mijn toekomst heb willen werken om uit eindelijk te zijn waar ik nu ben uiteraard heb ik de opleiding detailhandel niveau 2 ook afgemaakt en ben ik begonnen met de zorg opleiding verzorgende IG maatschappelijke zorg niveau 3 deze opleiding lag mij niet zo want ik hield niet van het persoonlijke verzorgen van mensen. Dit is de reden waarom ik de opleiding ben gaan doen die ik nu doe om zo vooruit te komen in mijn leven en uit eindelijk een persoonlijk begeleider te worden. Wat ik in de loop der jaren heb geleerd is dat ik erg sociaal ben en er van hou om mensen te helpen en bij te staan wanneer het nodig is. Ik ben erg vriendelijk maar als je mij onrechtvaardig behandeld kan ik erg fel worden. Ik ben blij met familie , de vrienden en sociale contacten die ik nu heb want met de mensen die nu in mijn cirkel zitten ben ik gekomen waar ik nu ben. De groei die ik graag nog zou willen maken is mijn doorzettingsvermogen verbeteren en het behalen van de nodige diploma’s die ik nodig heb en wil hebben. Ik ben trots op de mensen die altijd achter mij hebben gestaan ongeacht de situaties. Ook ben ik trots op me zelf dat ik nog steeds mijn best doe om te groeien in mijn leven en bezig ben met de studie waar ik gelukkig plezier in heb.

Belangrijke normen en waarden voor mij zijn mensen die elkaar met gelijke respect behandelen , dat je elkaar moet helpen wanneer het nodig is en dat je er voor elkaar kunt zijn wanneer het maar kan zijn.

Ik voel mij thuis bij de mensen met de zelfde interesses als ik , niet de druk of chaotisch maar gewoon bij mensen die lekker zich zelf zijn en die bezig zijn met dingen die boeien in het leven en niet met nutteloze ongein. . Een gebeurtenis die erg veel indruk op mij heeft gemaakt is de mogelijkheden van het behalen van een diploma en de keuzes die sommige mensen hebben gemaakt. Mijn belangrijke normen en waarden zijn dat iedereen elkaar gelijk behandeld en elkaar helpt wanneer het echt nodig is. Ik ben altijd me zelf geweest dus heb me nergens in hoeven te integreren. Als mensen een hogere functie dan ik hebben dan vind ik dat prima , ik doe normaal tegen iedereen. Ik zie niemand als een hoger iemand als de ander we zijn tenslotte allemaal mensen. Je leest veel over dit soort dingen in de media , als ik eerlijk ben doet het mij niet zo veel. Ik ben gefocust op mezelf en niet op de media.

 

Ik heb een paar dingen aan mijn ouders gevraagd hoe verliep mijn leven van kleins af aan tot nu en zijn er nog bijzondere gebeurtenissen gebeurt? , ten eerste mijn moeder. Volgens mijn moeder was ik vroeger een erg rustig kind die altijd blij en sociaal was. Ik wou deed bijna nergens moeilijk over en kon overal de lol wel van in zien. Maar toen ik in mijn puberteit kwam vond ze het moeilijk met mij om te gaan want ik veranderde in eens in een heel erg puberaal moeilijk opvoedbaar kind. Dit waren een paar jaar die als tientallen jaren duurden zei ze. Maar toen ik wat ouder werd en een jaar of 19 was werd ik weer een beetje zoals ik vroeger was rustig zorgzaam en behulpzaam. Het zijn een paar moeilijke jaren geweest maar ondanks dit allemaal is zij blij dat het allemaal over is en dat ik nu een volwassen persoon ben die denkt om zijn toekomst en het belang van gevaren in het leven in ziet.

 

Ik heb de zelfde vragen aan mijn vader gesteld. Hoe ging mijn levensloop en zijn er verder nog bijzondere gebeurtenissen gebeurt? Mijn vader had een iets ander verhaal als mijn moeder. Hij heeft nooit bij ons in huis gewoond dus hij had een beetje een ander beeld op de situatie toen de tijd. Van afstand probeerde hij dingen mee te regelen of wou hij veel dingen te weten komen over school terwijl hij toch maar voor de helft luisterde. Hij heeft mij verteld dat ik als kleine jongen een lief kind was waar geen kwaad in zat maar wel heel verlegen was , ik durfde niet alles in een keer uit te proberen maar keek eerst altijd van een afstandje. Toen ik wat later in de puberteit kwam werd ik een lastig kind. Ik sprak niet vaak met mijn vader omdat hij al op de achtergrond in mijn leven was terwijl hij maar 300 meter verderop woont. Ik heb vaak ruzies met hem gehad omdat hij mij niet begreep maar ik ook niet. Toen ik wat ouder werd kreeg ik weer wat meer contact met mijn vader en kwam ik wat vaker bij hem langs en hij ook bij ons

 

HOE GAAT HET NU?

Ik ben nu bijna 23 en het voelt als of de tijd voorbij is gevlogen is. Ik heb natuurlijk spijt van bepaalde beslissingen die ik in mijn leven heb gemaakt maar ik ben blij dat ik me zelf goed ontwikkeld heb. Ik kom op voor mensen als ze bijvoorbeeld gepest worden , ik help mensen mee als ze ergens niet uit komen , en ik luister naar dingen waar ik naar moet luisteren. In 3 jaar is er gigantisch veel voor mij veranderd , ik voel me weer lekker in mijn fel ik sport zo af en toe weer en ik heb meer vrijheid dan wat ik eerst had omdat ik volwassen genoeg ben om ruim te denken wat de opties zijn die ik kan nemen. Ik probeer van alle negatieve dingen ook het positieve in te zien want zo ga je vooruit en blijf je niet staan op de plek waar je nu bent of ga je achteruit. Ik werk erg veel en ben bezig met mijn studie. Natuurlijk kan ik wel wat beter mijn best doen voor mijn studie en er wel wat meer tijd in steken. Als ik dit allemaal blijf doen geloof ik in me zelf dat alles goed komt.

 

 

 

 

 

 

 

 

De bronafbeelding bekijken

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Lars van der lande

Ik heb geleerd over de levensloop van de mens

De ontwikkelingsaspecten

  • Lichamelijke ontwikkeling
  • Motorische ontwikkeling
  • Cognitieve ontwikkeling
  • Sociaal – emotionele ontwikkeling seksuele ontwikkeling

 

DE BABY 0 TOT 1 JAAR

Het eerste levensjaar van een mens ontwikkeld het zich volop , hier bij is het lichaam hard op weg om de basis ontwikkelingen te leren. De baby slaapt grotendeels van de tijd om te groeien en de hersenen te ontwikkelen. in zijn eerste levensjaar leert hij te huilen , klanken herkennen , een veilige hechting te creeren , eenkennigheid te krijgen , te brabbelen en te glimlachen.

De baby kan bijna niks op eigen kracht dus je zult hem goed moeten ondersteunen met op je arm te laten liggen en het hoofdje omhoog te houden , de deken over hem heen doen etc. de hersenen van de baby ontwikkelen zich heel snel er komen elke dag honderden nieuwe neuroverbindingen bij , de baby gaat hierdoor de wereld om zich heen steeds beter begrijpen hij leert via de zintuigen voelen , spelen , proeven , ruiken. Door als vader of moeder vaak aanwezig te zijn en de baby in een vertrouwde ruimte laten opgroeien creeert de baby zich aan een hechting bij de primaire verzorgers als dus de ouders.

Als de baby buiten de ouders om niet of nauwelijks in contact komt met andere personen krijgt de baby heel snel last van de eenkennigheidsfase , dit is als de baby alleen contact wil met de ouders , of de persoon die het meest dichtbij staat. De baby ervaart genot en lustgevoelens door de mond (bijv. flesje pap) dit noem je de orale fase.

 

DE DREUMES 1 TOT 2 JAAR

Tijdens deze periode ga je van een hulpeloze baby naar een volwaardig gezinslid met een eigen wil. Je zintuigen ontwikkelen zich heel snel en de lengte groeit met een rap tempo je laat deze dingen stimuleren door het kind te laten spelen met bijvoorbeeld zand , water , harde & zachte voorwerpen en licht en geluid. De dreumes heeft veel slaap nodig want net zo als ieder mens in de groei is het geen slaap geen groei. Went het kind aan rustmomenten. De dreumes leert vooral door te doen dus door dingen uit te proberen leert de dreumes zich zelf en zijn omgeving kennen. Het leren onderscheiden tussen zich zelf en de wereld noem je de sensomotorische ontwikkeling. Het kind leert dagelijks ook nieuwe woorden , dus je moet er rekening mee houden dat hij dat niet altijd kan laten zien of onder woorden kan brengen. Dit kan de dreumes erg frustreren. De dreumes doet alles na wat die van jou ziet dus neemt hij dit over je leert hem onbewust hoe de wereld werkt en doet alles na. De dreumes zal zijn eigen geslacht ook ontdekken en dit dus onderzoeken , dit is normaal gedrag maar je moet hem uitleggen dat die een prive terrein is en dat hij dit moet respecteren.

 

DE PEUTER 2 TOT 4

De peuterfase is een zeer intensieve fase voor opvoeders. De grove motoriek speelt een belangrijke rol in deze fase. De peuter is erg bewegelijk en heeft voldoende ruimte nodig de peuter leert woorden te kennen en leert met taal en gevoelens duidelijk te maken met woorden zinnen vormen en vragen beantwoorden dit hele proces noem je de differentiatiefase. De peuter kan nog steeds geen onderscheid maken tussen werkelijkheid en fantasie , die noem je magisch denken hij beleeft de werkelijkheid door zijn eigen ogen en denkt dat alle mensen het zelfde zien en denken.de peuter door gaat de koppigheidsfase

de anale fase het kind leert het gevoel van onlust van het moeten ophouden van de ontlasting en de lust van het kunnen laten gaan.  De zindelijkheidstraining. Leren naar de wc gaan.

 

HET JONGE SCHOOLKIND 4 TOT 8

In deze fase beginnen vooral de spieren en het gewicht te groeien/ zich te ontwikkelen. Deze periode is gevoelig voor kinderen met aanleg tot obesitas , wanneer het kind in de vorige fase een verkeerd eetpatroon aan heeft geleerd is de kans hier voor zeer aanwezig. Het melkgebit word is aan het wisselen en maakt plaats voor het definitieve gebit.

Het jonge schoolkind heeft van nature veel energie , het rent , klimt , kruipt , stoeit etc. langzaam verbetert de coordinatie en kan het kind zich beter concentreren op school.

Het jonge schoolkind kan al beter handelen in bepaalde situaties en kan zich beter verwoorden waarom het iets doet en wat het doet. Het is verder nog wel egocentrisch zijn eigen denken staat centraal.

 

HET OUDERE SCHOOLKIND

Het kind leert zelfstandig denken en vriendschappen worden belangrijk voor hem/haar.

In deze fase begint de prepuberteit , de meisjes maken oestrogeen aan en de jongens testosteron. De gevoelens worden beinvloed  dus het lichaam ervaart zeer wisselende emoties waarmee het slecht raad weet. Het kind gaat van concreet naar abstract denken , hij kan analyseren reflecteren en dus ook nadenken over zijn gevolgen van zijn handelingen, dit is de CONCREET – OPERATIONELE FASE.

 

DE PUBER 12 TOT 17 JAAR

In deze fase groeit het kind naar volwassenheid , er veranderen veel dingen in deze fase jongens krijgen een groeispurt ,  krijgen de baard in de keel ,  meisjes gaan menstrueren.  De hersenontwikkeling is in volle gang en het aantal neurologische verbindingen neemt enorm toe. Veel pubers krijgen een verschoven slaappatroon , laat opblijven , lang uitslapen , niet willen slapen. Pubers hebben snel de neiging om ook ergens bij te horen ze willen zich bewijzen en dat leidt soms naar ongewenst gedrag.

 

DE ADOLESCENT 17 TOT 23 JAAR.

Het lichaam is volgroeit en is volwassen de spierkracht en het uithoudingsvermorgen zijn maximaal. Hersencellen die niet meer nodig zijn sterven af en ze maken ruimte voor nieuwe verbindingen , wat een veel beter inzicht geeft de puber kon nog volop experimenteren en onderzoeken , maar de van de adolscent word verwacht dat hij zelfstandelijk en onafhandelijk is.

 

DE VOLWASSENE: 23 TOT 50 JAAR

De volwassene kan zelfstandig beslissingen nemen en is oud genoeg om zijn eigen schema in te vullen met zijn bezigheden in het leven. De kracht van een volwassene is maximaal , krachtig , energiek , en fit. Mannen kunnen rond hun 30se dunner haar krijg en grijs haar duikt op. Dit is het stadium van FORMEEL – OPERATIONEEL DENKEN. Dit betekent dat de volwassene abstract , flexibel en complex over ideeen en problemen nadenkt. Het is het spitsuur van het leven , carriere maken , kinderen krijgen , het sociale netwerk en persoonlijke ontwikkeling.

 

DE JONGERE OUDERE

Het lichaam gaat achteruit , de eerste gezonheidsproblemen komen op , de reactie snelheid neemt af en het gezichtsvermogen word minder. Het lichaam krijgt slijtage , deze aandoening heet ACRTOSE. De hormoonproductie neemt af. Waardoor de OVERGANG begint. Bij de vrouw stopt de menstruatie. Dit heet de MEMOPAUZE . bij de man neemt het testosteron gehalte af. Ze vragen zich af of ze heen leven goed hebben geleeft en denken nog eens na over de zin van het leven. Rond hun 67ste gaan ze met pensioen wat vaak lastig voor ze kan zijn omdat ze nog langer willen door werken vanwege hun routine.

 

DE OUDERE

De spieren van de oudere verslapt steeds meer . het lijf word stijver , de botter brozer. Het is goed om gezond en zelfstandig te blijven samen met anderen , dit geeft meer kwaliteit op het leven.

Het opnemen van informatie en het verwerken van dingen gaat langzamer.

 

 

 

 

 

 

 

De bronafbeelding bekijken

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Lars van der lande

Ik heb geleerd over de levensloop van de mens

De ontwikkelingsaspecten

  • Lichamelijke ontwikkeling
  • Motorische ontwikkeling
  • Cognitieve ontwikkeling
  • Sociaal – emotionele ontwikkeling seksuele ontwikkeling

 

DE BABY 0 TOT 1 JAAR

Het eerste levensjaar van een mens ontwikkeld het zich volop , hier bij is het lichaam hard op weg om de basis ontwikkelingen te leren. De baby slaapt grotendeels van de tijd om te groeien en de hersenen te ontwikkelen. in zijn eerste levensjaar leert hij te huilen , klanken herkennen , een veilige hechting te creeren , eenkennigheid te krijgen , te brabbelen en te glimlachen.

De baby kan bijna niks op eigen kracht dus je zult hem goed moeten ondersteunen met op je arm te laten liggen en het hoofdje omhoog te houden , de deken over hem heen doen etc. de hersenen van de baby ontwikkelen zich heel snel er komen elke dag honderden nieuwe neuroverbindingen bij , de baby gaat hierdoor de wereld om zich heen steeds beter begrijpen hij leert via de zintuigen voelen , spelen , proeven , ruiken. Door als vader of moeder vaak aanwezig te zijn en de baby in een vertrouwde ruimte laten opgroeien creeert de baby zich aan een hechting bij de primaire verzorgers als dus de ouders.

Als de baby buiten de ouders om niet of nauwelijks in contact komt met andere personen krijgt de baby heel snel last van de eenkennigheidsfase , dit is als de baby alleen contact wil met de ouders , of de persoon die het meest dichtbij staat. De baby ervaart genot en lustgevoelens door de mond (bijv. flesje pap) dit noem je de orale fase.

 

DE DREUMES 1 TOT 2 JAAR

Tijdens deze periode ga je van een hulpeloze baby naar een volwaardig gezinslid met een eigen wil. Je zintuigen ontwikkelen zich heel snel en de lengte groeit met een rap tempo je laat deze dingen stimuleren door het kind te laten spelen met bijvoorbeeld zand , water , harde & zachte voorwerpen en licht en geluid. De dreumes heeft veel slaap nodig want net zo als ieder mens in de groei is het geen slaap geen groei. Went het kind aan rustmomenten. De dreumes leert vooral door te doen dus door dingen uit te proberen leert de dreumes zich zelf en zijn omgeving kennen. Het leren onderscheiden tussen zich zelf en de wereld noem je de sensomotorische ontwikkeling. Het kind leert dagelijks ook nieuwe woorden , dus je moet er rekening mee houden dat hij dat niet altijd kan laten zien of onder woorden kan brengen. Dit kan de dreumes erg frustreren. De dreumes doet alles na wat die van jou ziet dus neemt hij dit over je leert hem onbewust hoe de wereld werkt en doet alles na. De dreumes zal zijn eigen geslacht ook ontdekken en dit dus onderzoeken , dit is normaal gedrag maar je moet hem uitleggen dat die een prive terrein is en dat hij dit moet respecteren.

 

DE PEUTER 2 TOT 4

De peuterfase is een zeer intensieve fase voor opvoeders. De grove motoriek speelt een belangrijke rol in deze fase. De peuter is erg bewegelijk en heeft voldoende ruimte nodig de peuter leert woorden te kennen en leert met taal en gevoelens duidelijk te maken met woorden zinnen vormen en vragen beantwoorden dit hele proces noem je de differentiatiefase. De peuter kan nog steeds geen onderscheid maken tussen werkelijkheid en fantasie , die noem je magisch denken hij beleeft de werkelijkheid door zijn eigen ogen en denkt dat alle mensen het zelfde zien en denken.de peuter door gaat de koppigheidsfase

de anale fase het kind leert het gevoel van onlust van het moeten ophouden van de ontlasting en de lust van het kunnen laten gaan.  De zindelijkheidstraining. Leren naar de wc gaan.

 

HET JONGE SCHOOLKIND 4 TOT 8

In deze fase beginnen vooral de spieren en het gewicht te groeien/ zich te ontwikkelen. Deze periode is gevoelig voor kinderen met aanleg tot obesitas , wanneer het kind in de vorige fase een verkeerd eetpatroon aan heeft geleerd is de kans hier voor zeer aanwezig. Het melkgebit word is aan het wisselen en maakt plaats voor het definitieve gebit.

Het jonge schoolkind heeft van nature veel energie , het rent , klimt , kruipt , stoeit etc. langzaam verbetert de coordinatie en kan het kind zich beter concentreren op school.

Het jonge schoolkind kan al beter handelen in bepaalde situaties en kan zich beter verwoorden waarom het iets doet en wat het doet. Het is verder nog wel egocentrisch zijn eigen denken staat centraal.

 

HET OUDERE SCHOOLKIND

Het kind leert zelfstandig denken en vriendschappen worden belangrijk voor hem/haar.

In deze fase begint de prepuberteit , de meisjes maken oestrogeen aan en de jongens testosteron. De gevoelens worden beinvloed  dus het lichaam ervaart zeer wisselende emoties waarmee het slecht raad weet. Het kind gaat van concreet naar abstract denken , hij kan analyseren reflecteren en dus ook nadenken over zijn gevolgen van zijn handelingen, dit is de CONCREET – OPERATIONELE FASE.

 

DE PUBER 12 TOT 17 JAAR

In deze fase groeit het kind naar volwassenheid , er veranderen veel dingen in deze fase jongens krijgen een groeispurt ,  krijgen de baard in de keel ,  meisjes gaan menstrueren.  De hersenontwikkeling is in volle gang en het aantal neurologische verbindingen neemt enorm toe. Veel pubers krijgen een verschoven slaappatroon , laat opblijven , lang uitslapen , niet willen slapen. Pubers hebben snel de neiging om ook ergens bij te horen ze willen zich bewijzen en dat leidt soms naar ongewenst gedrag.

 

DE ADOLESCENT 17 TOT 23 JAAR.

Het lichaam is volgroeit en is volwassen de spierkracht en het uithoudingsvermorgen zijn maximaal. Hersencellen die niet meer nodig zijn sterven af en ze maken ruimte voor nieuwe verbindingen , wat een veel beter inzicht geeft de puber kon nog volop experimenteren en onderzoeken , maar de van de adolscent word verwacht dat hij zelfstandelijk en onafhandelijk is.

 

DE VOLWASSENE: 23 TOT 50 JAAR

De volwassene kan zelfstandig beslissingen nemen en is oud genoeg om zijn eigen schema in te vullen met zijn bezigheden in het leven. De kracht van een volwassene is maximaal , krachtig , energiek , en fit. Mannen kunnen rond hun 30se dunner haar krijg en grijs haar duikt op. Dit is het stadium van FORMEEL – OPERATIONEEL DENKEN. Dit betekent dat de volwassene abstract , flexibel en complex over ideeen en problemen nadenkt. Het is het spitsuur van het leven , carriere maken , kinderen krijgen , het sociale netwerk en persoonlijke ontwikkeling.

 

DE JONGERE OUDERE

Het lichaam gaat achteruit , de eerste gezonheidsproblemen komen op , de reactie snelheid neemt af en het gezichtsvermogen word minder. Het lichaam krijgt slijtage , deze aandoening heet ACRTOSE. De hormoonproductie neemt af. Waardoor de OVERGANG begint. Bij de vrouw stopt de menstruatie. Dit heet de MEMOPAUZE . bij de man neemt het testosteron gehalte af. Ze vragen zich af of ze heen leven goed hebben geleeft en denken nog eens na over de zin van het leven. Rond hun 67ste gaan ze met pensioen wat vaak lastig voor ze kan zijn omdat ze nog langer willen door werken vanwege hun routine.

 

DE OUDERE

De spieren van de oudere verslapt steeds meer . het lijf word stijver , de botter brozer. Het is goed om gezond en zelfstandig te blijven samen met anderen , dit geeft meer kwaliteit op het leven.

Het opnemen van informatie en het verwerken van dingen gaat langzamer.

 

 
  De bronafbeelding bekijken


Orientatieverslag stage

Lars van der lande

Klas: MZ1A

Ik loop stage bij Cosis eenrumermaar 1

werkbegeleider Juul Postema

· Werksoort clienten begeleiden op de werkvloer , helpen met printen , snijden , etc.

Grootte instelling , 1 groot pand met aan de ene kant mensen van de administratie en aan de dagbesteding kant , de kant waar ik sta 6 begeleiders inclusief ik zelf als stagiare

 

Suzan(begeleider(B

Marieke (groepsleider)

Juul (persoonlijk begeleider /stage begeleider

Ellen (persoonlijkbegeleider

Lars (stagaire)

Martin (ICT)

           
  Tekstvak: Suzan(begeleider(B     Tekstvak: Martin (ICT)


Personeel en functies: organogram

 

Doelstelling instelling: een leuke dagactiviteit voor clienten die dit soort werk al altijd hebben willen doen en die plezier hebben in het werk dat ze doen om zo hun dag op te vullen.

hun en mij een stuk aangenamer word zo dat ze niet denken dat ze met iemand aan het werk zijn de ze nooit zien.

DE AFSPRAKEN DIE HIER GELDEN

Er zijn vrij standaard afspraken bij de dagbesteding. Clienten nemen zelf hun medicatie in , maar de begeleiders letten op afstand wel op. Ook zijn er clienten die roken voor deze gelden de regels dat bij ons op kantoor in de kluis sigaretten liggen dan dat er mag worden gerookt in de pauze en dat is 1 sigaret per pauze. Verder zijn hier nog een aantal huis regels dat zijn:

 

· Goed naar elkaar luisteren , elkaar laten uitpraten

· Van elkaar afblijven

· Respectvol met elkaar omgaan

· Aan de pauzetijden houden

· Op tijd op je werk

· Je eigen plek schoonhouden

· Handen wassen na toiletgang

 

BENOEM VOLGENS WELKE PROCEDURE DE CLIENTEN IN DE STAGE INSTELLING KOMEN

Er komen bij ons eerst clienten stage lopen , dit is een periode van ongeveer een maand. In deze maand word bekeken of de client het naar zijn/haar zin heeft en word er ook naar gekeken of het werk past bij de client. Als de client na ongeveer een maand stage lopen nog steeds plezier heeft in het werk dat zij of hij doet dan word er definitief besloten dat de client als werknemer word aangenomen. Dit betekent dat de client niet meer 1 of 2 dagen stage loopt maar over gaat naar 3 of 4 dagen per week. Er ziet verder niet veel verschil tussen de werkzaamheden als stagaire of werknemer als je een client bent je mag alleen wat sneller met de printer werken omdat je er dan als vaste werknemer bent. De clienten kunnen ook een switch maken naar een andere soort dagbesteding, maar dan blijven ze vaak nog wel 1 dag in de week bij ons aan het werk omdat de persoonlijke begeleiders toch het blijven ook al werk je een dag op een andere locatie als client. Dit is puur om te kunnen peilen waar de client nou echt plezier in heeft en om te peilen waar hij/zij echt goed in is.

 

BENOEM DE BRONNEN DIE JE HEBT GEBRUIKT OM AAN DEZE INFORMATIE TE KOMEN

Ik heb het er eerst met mijn stagebegeleider over gehad (Juul) zij heeft me verteld hoe clienten bij ons terecht komen , dit is vaak als ze klaar zijn met school en door een gesprek te hebben met de thuis begeleider welk werk ze graag willen doen. Verder vertellen clienten mij uit zich zelf hoe leuk ze dit werk vinden en dan vraag ik waarom ze dit leuk vinden. En ik heb aan een paar andere collega’s waar mee ik op de groep werk gevraagd welke procedure er is hoe ze hier terecht komen.

 

 

 

 

BESCHRIJF DE DOELGROEP WAARMEE JE WERKT.

De doelgroep waarmee ik werk is tussen de 18 en 62 jaar. We hebben 2 kleine ruimtes tussen de dagbestedingen vaak zijn bij de rustige ruimte de wat oudere clienten aan het werk of de clienten die niet te veel prikkels kunnen opnemen ,  en bij de drukkere sfeer de jongere clienten. De clienten die er bij ons werken hebben een verstandelijke beperking (denkvermogen van een 10 jarige)  de soorten clienten verschillen wel van elkaar , we hebben 4 met syndroom van down , 3 met autisme 4 met pededenos , deze mensen kunnen allemaal normaal met elkaar overweg en hebben per persoon vaak een vast klusje waar ze mee bezig zijn.

 

BESCHRIJF EEN VOORKOMEND ZIEKTEBEELD UIT (UITLEGGEN ,TOELICHTEN) EN BENOEM HIERVAN SPECIFIEKE HULPVRAAG EN AANPAK(BEGELEIDING)

We hebben twee clienten met autisme en de ene verteld altijd al de geheimen door terwijl de andere hier totaal niet tegen kan hier door botsen de twee regelmatig met elkaar en willen ze soms zelf met elkaar op de vuist gaan. Wij als leidinggevende proberen dit altijd te voorkomen dus zetten we de 2 clienten beide in een andere ruimte aan het werk. Er zijn soms wel andere clienten die de boel dan een beetje opstoken , als een van de 2 clienten dan agressief gedrag vertoond of naar de andere client toe wil lopen stappen er gelijk 2 begeleiders tussen en nemen de 2 clienten apart mee naar een rustige ruimte om hier over te praten en wat hier nou de aanleiding van was. Er word altijd wel door minimaal 1 leidinggevende op deze 2 clienten gelet om het liefst de ruzie tussen de 2 clienten te voorkomen.

 

BESCHRIJF DE DAG INDELING

Ik zelf ben al om 08:45 aanwezig maar de dagindeling voor de clienten is om half 10 beginnen dan hebben we de dagbespreking , op maandag is dat de weekend bespreking dan kunnen alle clienten vertellen over de activiteiten die ze hebben gedaan in het weekend dan beginnen we rustig met het werk voorbereiden en te werken. Om 10:30 is het dan eerst weer een kwartiet thee/koffie pauze. Na deze pauze gaan de clienten weer aan de gang op de werkvloer , dan krijgen ze de opdrachten die er dan voor hun word uitgeprint , of bijvoorbeeld een doos sieraden die ze mogen sorteren. Als ze hier dan mee bezig zijn en het is 12:00 dan is het tijd voor de grote pauze , deze pauze is een half uur in dit half uur kunnen ze rustig eten en drinken en eventjes bijkomen. Na de grote pauze gaan sommige clienten hun ronde in het gebouw doen de een vult papier in de printer bij en de ander ruimt te kopjes op in de kantine. De overige clienten gaan dan eerst terug naar de werkvloer om verder te gaan met het werk waar ze al mee bezig zijn. Als clienten van dit werk af zien zijn er altijd nog andere opdrachten die ze kunnen doen of ze kunnen eventjes gaan tekenen of iets. Als het dan 14:15 is is de laatste pauze. De laatste pauze is weer een thee of koffie pauze waar de clienten dan eventjes met elkaar kunnen kletsen over hoe de dag is gegaan en of ze nog ergens tegen aan zijn gelopen. Na deze pauze van een kwartier gaan alle client weer naar de werkvloer net als de begeleiders om hun werk weer voort te zetten. Als het dan 15:30 is zit de dag er voor de clienten op en gaan sommige met het openbaar vervoer naar huis en een paar anderen worden opgehaald met de taxi.

WAT ZIJN DE TAKEN/VERANTWOORDELIJKHEDEN DIE HOREN BIJ HET TEAM

 

De taken van het team zijn , samen met de clienten pauze nemen en ook samen weer terug. Dit is om de clienten te stimuleren om weer lekker aan het werk te gaan. Het team gaat ook tussen te clienten zitten en let er ook op als er iemand alleen zit of zijn of haar eten niet op eet. Ook kijken we naar de medicatie die er word genomen en op clienten die zomaar door het gebouw heen zwerven terwijl ze in de kantine bij ons horen te zitten om pauze te nemen. Verder zijn de taken en verantwoordelijkheden op de werkvloer om iedereen zijn eigen werk te laten doen op zijn/haar eigen tempo. En niet iemand het werk van een ander te geven. We maken notities van vreemde gedragingen en praten regelmatig eventjes bij met een client 1 op 1 zo dat de client zich dan niet buitengesloten of genegeerd voelt.

 

INTERVIEW EEN COLLEGA MEDEWERKER OVER ZIJN OF HAAR WERK, TAKEN, VERANTWOORDELIJKHEDEN EN WELKE.

 

De collega die ik heb geinterviewd heeft mij verteld dat de taken die ze doet zijn de aanwezigheid controleren van de clienten en op huisbezoeken gaat bij de woongroepen van de clienten en dat zij goed in de gaten moet houden over de regels die thuis gelden voor de client. De verantwoordelijkheden die ze heeft is bij de thuisbegeleiding hoeveel medicatie er nodig is en wat de activiteiten zijn die de client thuis doet. Verder zegt ze dat je zorgvuldig en geduldig te werk moet gaan en goed moet kunnen luisteren wat nou eigenlijk de bedoeling is van de client waar op die iets verwoord.

Mijn taken en verantwoordelijkheden op stage zijn de clienten hulp bieden waar hulp nodig is en mee kijken naar het werk dat ze krijgen. Ik observeer clienten en noteer het als ik iets nieuws mee maak of als er een probleem is die opgelost moet worden. Ik kijk op afstand mee hoe begeleiders te werk gaan met problemen van clienten zo dat ik er zelf van leer en het kan uit voeren.

 

LEERDOELEN VOLGENS SMART

Specifiek: meer met de groep clienten samen zijn en niet alleen naast 1 client zitten

Meetbaar: in de pauze op de drukste plek bij clienten gaan zitten

Acceptabel: ik wil heel graag met meerdere clienten tegelijk aan het werk zijn , want ik ben nu nog te veel bezig met elke client individueel

Realistisch: mijn collega’s op stage moeten mij er soms aan herinneren om meer met de groep bezig zijn.

 

360 GRADEN FEEDBACKFORMULIER

Mijn stage begeleider heeft me gezegd dat ik goed op weg ben. In het begin ging het allemaal nog wat moeilijk met het contact leggen met de clienten maar naar verloop van tijd is dit allemaal verbeterd. Ik moet nog wel goed letten op de manier waar op ik clienten benader en van welke kant. Soms sta ik achter een bepaalde client en stel ik een vraag of zeg ik iets en dan schrikt de client gelijk en schiet dan helemaal in de stress en durft niks meer te zeggen. Ook als sommige clienten niet luisteren begin ik op een duur best geirriteerd te raken en spreek ik de clienten met een strenge toon daar op aan , ook hier heeft mijn begeleider aangegeven de clienten rustiger te benaderen. Hier ben ik de laatste tijd druk mee bezig geweest en heb er mijn best voor gedaan om de clienten goed te begrijpen en rustig te benaderen. Clienten die eerst heel erg in de stress schoten of bang werden lopen nu uit zich zelf naar mij toe en leggen bijvoorbeeld hun hand op mijn schouder om een gesprek te starten. Ik ben een paar keer met mijn stage begeleider mee gegaan op besprekingen voor de clienten hier heb ik erg veel van geleerd en kunnen uit voeren op de werkvloer bij de client waar we de bespreking over hebben gehad.

 

WELKE AFSPRAKEN HEB JE GEMAAKT MET JOU WERKBEGELEIDER VOOR DE AANKOMENDE PERIODE

Voor de volgende periode heb ik afgesproken mezelf meer bij de groep clienten te betrekken en meer bezig zijn met het rustig uitleggen van opdrachten zo dat het niet overhaastig over komt of in hun ogen agressief. Als dit word uitgevoerd dan verloopt alles prima en kan ik begeleiden zonder eventuele problemen.

Lars van der lande

Klas: M9VS4A

MIJN IK BOEK  

 

 

 

 

 

 

 

 

Hallo Mijn naam is Lars van der lande en ik ga vertellen over mijn levensloop , ik heb samen met mijn ouders wat vragen uitgewerkt en deze ingevoegd in mijn ik boek. Ik ben geboren in het UMCG Groningen op 13 Maart 1997.  Ik ben opgegroeid met mijn ouders en  3 broers waar van ik de jongste ben , mijn broers en ik hebben dezelfde biologische moeder alleen ik heb een andere vader als zij. Ik ben opgegroeid in een fijne omgeving met erg veel kinderen in de buurt. Ik heb een vrije opvoeding gehad met erg veel keuzes die ik heb mogen maken.

 

Mijn baby peuter & kleuter fase

Ik ben ongeveer een maand te laat geboren maar heb ik daar heb ik verder geen problemen mee gehad. Mijn baby fase verliep goed , ik huilde haast nooit en at en sliep goed. Toen ik begon te kruipen ging het allemaal erg snel , ik had het praten en lopen al erg snel onder de knie. Toen ik ongeveer anderhalf jaar was begon ik als peuter de wereld te ontdekken , ik wou overal op klimmen , ik wou alles vast pakken en uitproberen , ik begon erg actief te spelen & ik wou overal heen rennen. Toen ik voor het eerst naar de peuterschool in Paddepoel ging vond ik het maar niks , ik wou liever thuis blijven zonder al die onbekende mensen om mijn heen. Ik was bang erg bang en heel verlegen , zo verlegen dat ik in het begin met niemand ging spelen. Als mijn moeder aan het einde van de dag ook terug kwam rende ik gelijk op haar af en was ik blij dat ik naar huis mocht. Toen ik ongeveer een jaar of 4 was begon voor mij de fase van kleuter zijn. In deze fase begon ik een beetje mijn draai te vinden met mensen , ik stapte naar veel kinderen toe zonder verlegen te zijn om vriendjes te worden , ik kreeg hier door ook meer zelfvertrouwen en wou ook niet meer gelijk naar huis omdat ik gewoon veel te veel plezier had in het spelen met andere kleuters. Ik was gek op auto’s als ik ook op mijn kamer aan het spelen was lag alles onder de kleine speelgoed auto’s. toen ik als kleuter voor het eerst naar de kleuterschool ging werd ik verwelkomd in een gezellige klas met veel medekleuters waar ik meteen mee begon te spelen , ik heb hier door op de kleuterschool vriendjes gemaakt die ik vandaag de dag nog spreek. Ik kon al erg snel naar groep 2 omdat ik met best veel ding voor liep , zoals het helpen van de kleuterjuf met het speelgoed opruimen of al best wel moeilijke woordjes goed kon uit spreken. Toen ik in groep 2 kwam begon het allemaal al iets drukker te worden , er waren iets andere regeltjes dan in groep 1 en ik kon er ook erg moeilijk aan wennen dat al mijn vriendjes uit groep 1 nog steeds in groep 1 waren en dat miste ik best wel een tijdje. Ik wou terug naar groep 1 omdat ik daar kon spelen met de mensen die ik kende en niet weer opnieuw moest beginnen met vriendjes maken. Buiten school verliep de periode tussen groep 1 & 2 wel goed. Ik had nog erg veel plezier in het thuis binnen spelen met mijn speelgoed en ging zo af en toe ook naar buiten om daar lekker op het speelplein te spelen.

 

Mijn fase als jong schoolkind & ouder schoolkind

rond mijn 6de mocht ik over naar groep 3 en dit vond ik super spannend want dit was op in het andere schoolgebouw naast ons met alle grote leerlingen. Thuis was ik nog steeds erg actief en speelde ik veel buiten met vrienden van mijn leeftijd. Vaak rondjes fietsen op het plein of thuis bij vrienden spelen of zij bij mij , ik was erg sociaal en wou met iedereen een praatje maken. Rond mijn 7de begon ik erg veel op te kijken naar mijn oudere broer die een paar jaar oude als ik was. Ik begon te voetballen met hem op de veldjes achter ons huis en wou altijd bij hem op de kamer films kijken omdat ik gewoon erg naar hem op keek en het super gezellig vond om tijd met hem door te brengen. Op mijn 9de mocht ik op voetbal de club vv vinkhuizen toen de tijd , er ging een wereld voor mij open , ik vond het super leuk en kon al mijn energie er in kwijt. Elke dag ging ik ook voetballen in de voetbalkooi om de hoek en samen met de grotere jongen op het grote veld. Ik was een beetje klaar met de auto’s waar mee ik speelde en begon op tv voetbal te volgen omdat ik veel meer geïnteresseerd was in deze sport. Ik zat tegen deze tijd in groep 5 waar ik ben blijven zitten omdat ik toen erg veel moeite met rekenen begon te krijgen in de klas en de nodige hulp was ook niet super aanwezig. Mijn ouders en broers hebben mij door heen geholpen door uit te leggen en te laten zien wat nou de beste manier van het leren hier voor was , en hier door heb ik gelukkig goede cijfers gehaald en groep 5 afgerond. Hier door kwam ik in groep 6 terecht maar wel met een hele andere klas. Deze klas had gelukkig wel bekende mensen er in want het waren mijn vrienden waar ik nog altijd mee om ging uit groep 1. Toen dit jaar begon werd het allemaal een beetje anders , het was een erg luidruchtige en bijna onhandelbare klas. Iedereen schreeuwde maar van alles door elkaar heen en de juf kwam er bijna nooit boven uit. Door deze klas werd ik een beetje een onzekere kleine schooljongen omdat ik mij in zoon drukke klas niet op mijn gemak voelde. De prikkels waren op dat moment te hoog en was niks van dit gewend omdat mijn vorige klas een rustige en goed oplettende klas was. Ik kwam soms na school ook thuis en had geen zin meer om naar school toe te gaan omdat dit mij allemaal te veel werd en ik er niet goed in kon leren , hier voor heb ik een tijdje in een kleine klas met maar 8 kinderen les gehad zo dat ik ook een beetje met rust en plezier naar school kon gaan. Ik had eindelijk weer het gevoel dat er naar mij geluisterd werd door de juf en dat de druk op mijn schouders niet zo hoog was door de drukke klas. Ik ging hier door wel heel langzaam praten en de leerstof ging ook achteruit omdat ik niet alles mee kreeg waar het nou eigenlijk in de klas over ging. Toetsen en theorie uit mijn hoofd leren ging ook erg moeilijk en dit had ook impact om de thuis situatie , ik at slecht ik wou niet zo vaak meer spelen en zat maar een beetje thuis te teken of tv te kijken dit is bijna een paar jaar het zelfde geweest en mijn ouders dachten dat er iets ernstigs aan de hand was maar ik was gewoon niet echt meer me zelf , ik voelde me niet lekker , en durfde haast niks meer tegen mensen te zeggen. Toen ik in een paar jaar naar groep 8 ging begon ik te denken dat het allemaal erg snel ging. Ik moest in een musical spelen en een Cito toets maken om te kijken waar het niveau lag voor de middelbare school de exacte punten weet ik hier voor niet meer. Toen het einde van dit jaar en deze basisschool tijd naderde had ik allemaal huilende jongens en meisjes om mij heen omdat ze naar de middelbare school gingen net zo als ik. Ik was een van de weinige kinderen die zich er niet druk om maakte en het allemaal wel prima vond , ik was blij dat ik eindelijk van deze school weg kon. Geen chaotische en onplezierige tijd meer dacht ik en gewoon een nieuwe start op een nieuwe school met nieuwe klasgenoten. Toen ik die dag thuis kwam was ik blij dat ik dit achter de rug had en dat het over was die basisschooltijd , natuurlijk heb ik er ook wel mooie herinneringen aan gehad zoals vrienden waar mee ik uit eindelijk op de middelbare school nog meer om ging. Dus ik heb het wel goed af kunnen sluiten.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Puberteit

In mijn puberteit was ik heel lastig en opstandig kind , ik zat op het Augustinus College. Ik sprong over tafels in de klas , had een grote mond en deed niets wat mij gevraagd werd. Ik spijbelde constant van school en deed niets aan lesstof. Ik heb er toen zoon potje van gemaakt dat ik wel 3 keer naar de leerplichtambtenaar ben toe geweest. Daar beloofde ik dat ik alles zou gaan veranderen en dat ik weer mijn best zou doen op school maar daar kwam niks van te recht. Het ging namelijk nog verder omlaag. Ik begon kinderen uit mijn klas te pesten en maakte van alles kapot wat ook maar in de weg stond. Ik ben hier door in klas 2 naar rebound gestuurd een time out school voor probleem kinderen die moeilijk opvoedbaar waren of gewoonweg niet deden wat er van ze werd gevraagd. Ik ging om met verkeerde vrienden en begon te drinken , te blowen en een beetje te hangen in parkjes of bij mensen thuis. Ik voelde me door iedereen onbegrepen behalve door de ‘vrienden’ die ik die tijd had waar ik een beetje mee zat te hangen de hele dag. Dit heeft mij bijna op het compleet verkeerde pad gebracht als ik nu zie waar de mensen met hun leven zijn. Op rebound had ik de tijd om na te denken over alle fouten die ik had gemaakt toen ik nog op het Augustinus College zat. Mijn broers vertelden me dat dit gewoon niet kon en dat als ik hier mee door ging ik wel eens heel diep kon gaan zinken , ik ging dit jaar voor het eerst helemaal alleen met mijn ouders op vakantie naar Schiermonnikoog , ik kwam hier al jaren met mijn broers en ouders maar zij waren allemaal het huis uit. 2 weekjes gingen we er heen en ik kwam echt een beetje tot rust en bedacht me dat ik dit helemaal niet meer wou. Ik wou mijn diploma’s halen en gewoon een goede baan hebben later , niet ergens in een fabriek aan het werk wat elke dag het zelfde is dacht ik. Toen we terug kwamen moest ik nog een taakstraf doen van 20 uur omdat ik nooit kwam opdagen op school , mijn taakstraf was sociaal werk in een keuken met verstandelijk gehandicapte mensen. Ik had erg veel plezier in dit werk terwijl het eigenlijk een taakstraf was maar ik dacht bij me zelf ik vind het erg leuk om met mensen te werken en ik hou wel van een praatje op zijn tijd. Misschien is dit wel iets voor mij om later te doen. Toen de periode van rebound en taakstraf voor bij was mocht ik niet meer naar mijn oude school Augustinus College. Er was een nieuwe directie en die vond het niet zoon goed plan om weer terug te gaan. Ik heb hier door op mijn 17de een niveau 1 opleiding detailhandel gedaan. Ik vind de detailhandel niks aan maar ik was er al trots op dat ik niet meer op straat hing en echt bezig was met de toekomst van mijn leven. Ik heb een half jaar lang stage kunnen lopen in een winkel de Aktie sport en had hier een erg leuk team , ik begon veel met mensen te praten liep om mensen af en ging een verkoop gesprek aan. Hier door heb ik geleerd hoe ik het beste mensen kan benaderen. Ik heb persoonlijk mijn excuses aan geboden aan mensen die ik heb gepest en 1 van deze mensen uit mijn klas 2 tijd ga ik vandaag de dag mee om. Na verloop van tijd ben ik een niveau 2 opleiding detailhandel gaan doen en heb ik mijn huidige vriendin leren kennen. Nu ik terug denk aan die tijd ben ik erg blij dat ik toch aan mijn toekomst heb willen werken om uit eindelijk te zijn waar ik nu ben uiteraard heb ik de opleiding detailhandel niveau 2 ook afgemaakt en ben ik begonnen met de zorg opleiding verzorgende IG maatschappelijke zorg niveau 3 deze opleiding lag mij niet zo want ik hield niet van het persoonlijke verzorgen van mensen. Dit is de reden waarom ik de opleiding ben gaan doen die ik nu doe om zo vooruit te komen in mijn leven en uit eindelijk een persoonlijk begeleider te worden. Wat ik in de loop der jaren heb geleerd is dat ik erg sociaal ben en er van hou om mensen te helpen en bij te staan wanneer het nodig is. Ik ben erg vriendelijk maar als je mij onrechtvaardig behandeld kan ik erg fel worden. Ik ben blij met familie , de vrienden en sociale contacten die ik nu heb want met de mensen die nu in mijn cirkel zitten ben ik gekomen waar ik nu ben. De groei die ik graag nog zou willen maken is mijn doorzettingsvermogen verbeteren en het behalen van de nodige diploma’s die ik nodig heb en wil hebben. Ik ben trots op de mensen die altijd achter mij hebben gestaan ongeacht de situaties. Ook ben ik trots op me zelf dat ik nog steeds mijn best doe om te groeien in mijn leven en bezig ben met de studie waar ik gelukkig plezier in heb.

Belangrijke normen en waarden voor mij zijn mensen die elkaar met gelijke respect behandelen , dat je elkaar moet helpen wanneer het nodig is en dat je er voor elkaar kunt zijn wanneer het maar kan zijn.

Ik voel mij thuis bij de mensen met de zelfde interesses als ik , niet de druk of chaotisch maar gewoon bij mensen die lekker zich zelf zijn en die bezig zijn met dingen die boeien in het leven en niet met nutteloze ongein. . Een gebeurtenis die erg veel indruk op mij heeft gemaakt is de mogelijkheden van het behalen van een diploma en de keuzes die sommige mensen hebben gemaakt. Mijn belangrijke normen en waarden zijn dat iedereen elkaar gelijk behandeld en elkaar helpt wanneer het echt nodig is. Ik ben altijd me zelf geweest dus heb me nergens in hoeven te integreren. Als mensen een hogere functie dan ik hebben dan vind ik dat prima , ik doe normaal tegen iedereen. Ik zie niemand als een hoger iemand als de ander we zijn tenslotte allemaal mensen. Je leest veel over dit soort dingen in de media , als ik eerlijk ben doet het mij niet zo veel. Ik ben gefocust op mezelf en niet op de media.

 

Ik heb een paar dingen aan mijn ouders gevraagd hoe verliep mijn leven van kleins af aan tot nu en zijn er nog bijzondere gebeurtenissen gebeurt? , ten eerste mijn moeder. Volgens mijn moeder was ik vroeger een erg rustig kind die altijd blij en sociaal was. Ik wou deed bijna nergens moeilijk over en kon overal de lol wel van in zien. Maar toen ik in mijn puberteit kwam vond ze het moeilijk met mij om te gaan want ik veranderde in eens in een heel erg puberaal moeilijk opvoedbaar kind. Dit waren een paar jaar die als tientallen jaren duurden zei ze. Maar toen ik wat ouder werd en een jaar of 19 was werd ik weer een beetje zoals ik vroeger was rustig zorgzaam en behulpzaam. Het zijn een paar moeilijke jaren geweest maar ondanks dit allemaal is zij blij dat het allemaal over is en dat ik nu een volwassen persoon ben die denkt om zijn toekomst en het belang van gevaren in het leven in ziet.

 

Ik heb de zelfde vragen aan mijn vader gesteld. Hoe ging mijn levensloop en zijn er verder nog bijzondere gebeurtenissen gebeurt? Mijn vader had een iets ander verhaal als mijn moeder. Hij heeft nooit bij ons in huis gewoond dus hij had een beetje een ander beeld op de situatie toen de tijd. Van afstand probeerde hij dingen mee te regelen of wou hij veel dingen te weten komen over school terwijl hij toch maar voor de helft luisterde. Hij heeft mij verteld dat ik als kleine jongen een lief kind was waar geen kwaad in zat maar wel heel verlegen was , ik durfde niet alles in een keer uit te proberen maar keek eerst altijd van een afstandje. Toen ik wat later in de puberteit kwam werd ik een lastig kind. Ik sprak niet vaak met mijn vader omdat hij al op de achtergrond in mijn leven was terwijl hij maar 300 meter verderop woont. Ik heb vaak ruzies met hem gehad omdat hij mij niet begreep maar ik ook niet. Toen ik wat ouder werd kreeg ik weer wat meer contact met mijn vader en kwam ik wat vaker bij hem langs en hij ook bij ons

 

HOE GAAT HET NU?

Ik ben nu bijna 23 en het voelt als of de tijd voorbij is gevlogen is. Ik heb natuurlijk spijt van bepaalde beslissingen die ik in mijn leven heb gemaakt maar ik ben blij dat ik me zelf goed ontwikkeld heb. Ik kom op voor mensen als ze bijvoorbeeld gepest worden , ik help mensen mee als ze ergens niet uit komen , en ik luister naar dingen waar ik naar moet luisteren. In 3 jaar is er gigantisch veel voor mij veranderd , ik voel me weer lekker in mijn fel ik sport zo af en toe weer en ik heb meer vrijheid dan wat ik eerst had omdat ik volwassen genoeg ben om ruim te denken wat de opties zijn die ik kan nemen. Ik probeer van alle negatieve dingen ook het positieve in te zien want zo ga je vooruit en blijf je niet staan op de plek waar je nu bent of ga je achteruit. Ik werk erg veel en ben bezig met mijn studie. Natuurlijk kan ik wel wat beter mijn best doen voor mijn studie en er wel wat meer tijd in steken. Als ik dit allemaal blijf doen geloof ik in me zelf dat alles goed komt.

 MOTTO 2020

 

 Learn from yesterday, live for today, hope for tomorrow

Afgelopen jaar heb ik niet voor alles 100% gegeven en daar heb ik spijt van. Dit jaar ben ik van plan alles goed te plannen en goed vooruit te denken en niet met gisteren bezig te zijn. dit allemaal zo dat ik deze opleiding zo snel en zo goed mogelijk af kan ronden en een positief inzicht krijg op de toekomst.

methodieke Dementie

Lars Van der Lande

Klas: M0VS4A

26-10-2021

 

EINDOPDRACHT METHODIEKEN P5

 

Dit verslag gaat over Peter , peter heeft last van dementie en heeft hier naast suikerziekte, dementie is een ernstige neurocognitieve stoornis. Bij een neurocognitieve stoornis bevind zich verandering in de hersenen plaats. Het denkvermogen gaat achteruit en het gedrag van een persoon takelt met de tijd flink af.

Dementie wordt in de DSM-5 gerekend onder de "neurocognitieve stoornissen". Bij deze DSM-5-classificatie is sprake van verminderd cognitief functioneren door hersenafwijkingen die op latere leeftijd ontstaan.

Ik let vaak op het gedrag van Peter en ik zie dat het de ene dag iets beter gaat als de andere maar op lange termijn takelt het toch echt af. Een paar maand geleden kon Peter nog zelf zijn medicatie in nemen voor zijn suikerziekte en zijn jas op hangen. Nu is het als hij binnen komt bij ons op de dagbesteding dat hij zijn jas aan houd als wij niet zeggen dat hij de jas wel eventjes uit kan doen. Wanneer wij dit voorleggen kijkt hij verward naar zijn jas bied zijn excuses aan en loopt vervolgens naar de kapstok om zijn jas op te hangen. Dit zelfde geld voor de medicatie voor zijn suikerziekte. Hier heeft hij ook ondersteuning bij nodig anders kan het verkeerd aflopen als hij geen medicatie in neemt. wij schrijven nu ook extra voor hem op dat na het middag eten de medicatie moet worden ingenomen en geven dit aan hem. Er loopt tegenwoordig altijd iemand mee om te op te letten of het allemaal goed gaat en om te kijken of hij ze echt in neemt en ze niet weer vergeet of iets. Buiten dit om moeten we er ook goed op letten dat peter niet te veel suiker in neemt als we thee of koffie gaan drinken. Dit kan ook ernstige gevolgen hebben voor zijn gezondheid.

De laatste weken maken we duidelijke schema’s wat deelnemers wel of niet mogen, dit doen we allemaal voor de extra veiligheid ook Peter staat in dit schema. In de ochtend als hij binnenkomt letten we al op het gedrag of hij goed gehumeurd is of minder goed gehumeurd is. Dit heeft vaak impact op de dag. Wanneer Peter goed gehumeurd is gaat spelletjes doen of een boek lezen en wanneer hij minder goed gehumeurd is gaat hij op de stoel zitten en voor zich uit staren als niemand tegen hem praat. Wij zorgen er tegenwoordig altijd voor dat er een begeleider/stagiaire aanwezig is om met hem te kunnen praten of een spelletje of iets te doen. Zo blijft Peter lekker bezig en is hij bezig met het zogenoemde hersengymnastiek , op deze manier laat blijven de hersenen prikkels binnen krijgen en val je niet stil waar door iemand met dementie nog sneller af kan takelen dan wanneer iemand iets te doen heeft. Op deze manier gaan wij met meer deelnemers te werk.

 

wat betekent dit voor de ondersteuningsvraag van de client?

De hoofd ondersteuningsvraag bij ons voor de client is ‘hoe kunnen jullie mijn dag laten opvullen zonder dat ik stil kom te staan in wat ik wil doen overdag’ wat ik als begeleider kan bieden aan de client is het opvullen van de dag om met een voldaan en goed gevoel naar huis te gaan.

Ik ondersteun de client bij een idee te krijgen wat hij of zij deze dag kan doen. Dan kom ik met het idee om misschien samen te gaan tekenen , een film te kijken , een boek te lezen of een stukje te gaan wandelen om samen een idee op te wekken wat we kunnen doen. Dit doe ik allemaal om uiteindelijk de client bezig te blijven met hersengymnastiek en om de client een leuke dag te kunnen bieden zonder dat hij of zij de hele tijd na gaat denken over de nare ziekte ‘’stoornis’ die ze hebben en hier aan onder door gaat. Op deze manier kunnen wij deze mensen die vaak in hun laatste levensfase zijn helpen met nog een mooie tijd te hebben voor dat deze kans niet meer aanwezig is.

We halen ook een stukje zorg uit de handen van familie of voogden als deze mensen nog niet begeleid wonen. Zo hebben zij wat meer tijd om met hun leven bezig te zijn en hebben wij tijd om de client een mooie of creatieve dag te geven.

 

TOT SLOT , WELKE METHODIEKEN GEBRUIKEN WIJ OP MIJN STAGE ADRES

Wat is de eigen kracht methode en welke hulp bied dit?

De Eigen Kracht Methode is ontwikkeld als antwoord op het toenemende ziektebeelden/stoornissen binnen de reguliere hulpinstellingen. Hulpverleners in de zorg ontdekte dat teveel aandacht voor problemen de problemen niet oplossen.

Men zocht naar alternatieven en er werd ontdekt dat mensen goed in staat zijn zelf hun problemen op te lossen, wanneer ze hun eigen kracht kunnen inzetten. Het zelfhelend vermogen is veel groter dan lange tijd gedacht werd. Eigen Kracht is een integratie van interne krachtbronnen en externe hulpbronnen.

De kern van de Eigen Kracht Methode is dat de persoon onderscheiden wordt van zijn/haar psychische klachten: je hebt ergens last van, maar je bent niet dat waar je last van hebt. Door je focus op je krachtbronnen te leggen, verstevig je je draagkracht. Je kunt daardoor je problemen beter hanteren en er zelf oplossingen voor vinden.

Wij gebruiken deze methode omdat de deelnemers die bij ons komen bijna altijd in de begin fase van dementie zitten. Ze zijn er dan nog wel van bewust welke stoornis/ziekte zij hebben en daarom werken wij met de eigen kracht methode. We laten mensen zelf de keuze nemen wat ze willen doen en laten ervaren om te zien of ze dit nog kunnen doen. Bij ons is niks verplicht en alles is vrijwillig.

 

 

Lars van der lande

Klas: M9vs4a

 

BETOOG

 

In Australië zijn de laatste tijd heftige bos branden in het land de brandweer in het land , de brandweer blijft bezig met het blussen van de branden en de dieren verliezen bijna allemaal hun leef gebied en hebben allemaal noodzakelijke hulp nodig omdat het hele land anders gaat af branden.

 

De reden dat ik dit onderwerk heb gekozen is omdat ik het erg interessant maar ook erg mee levend ben met dit hart brekende verhaal , er is  namelijk al zo veel kapot aan het gaan in de wereld. Op het nieuws zie je er wel een paar argumenten van op tv , maar blijkbaar zijn artiesten die uit elkaar gaan belangrijker dan een heftige brand in zoon gigantisch land met een groot natuur gebied.

 

Er zijn veel hulplijnen en pagina’s op Facebook voor de nood in Australië , zo kun je geld doneren via sms en sociale media. De artiest pink heeft bijvoorbeeld een half miljoen euro gedoneerd om zo meer water en onderdak voor de beestjes en mensen de creëren. Gelukkig zijn er meer artiesten/filmsterren die dit hebben gedaan zoals bijvoorbeeld Leonardo di Caprio en Kaylee Jenner

 

Ik zit zelf ook te denken om een beetje geld er heen te sturen als ik weet dat het echt daar terecht komt , ik vind het namelijk super belangrijk dat zoon mooi land als Australië zo veel natuur , dieren , en mensen hun onderkomen verliezen door de verwoestingen.  Er zijn ook al ruim een paar honderd pyromanen opgepakt die zo eventjes sigaretten die nog branden op een droog veld of een droog bos gooiden. Er is te weinig brandweer om alle branden te blussen. Er is namelijk al een deel opgebrand zo groot als de oppervlakte van Nederland.

 

Ik denk dat het belangrijk is als meer mensen in blus apparatuur gaan investeren , op deze manier zo red je en alleen maar meer leef gebied en overleven de dieren en de mensen het ook sneller en vallen er minder doden. Veel mensen denken te makkelijk hier over en zien het nut niet van doneren aan zoon belangrijk onderwerp in de wereld. Er zijn genoeg mensen die denken dat anderen mensen wel gaan doneren en daar gaat het al fout. Dus stel dat iedereen in Europa alleen al eenmalig een euro gaan doneren voor de mensen die dit dan ook wel echt kunnen heb je al rond de 517 miljoen euro die je hebt gedoneerd aan deze natuurramp.

 

Ik ben het oneens met deze stelling dat er in Nederland ook vaak problemen zijn met onze eigen bevolking waar bijna nooit naar word om gekeken. Daar mag eerst ook wel veel in mogen geïnvesteerd. Maar voor zoon grote natuurramp als dit zou ik zeker wel een uitzondering maken. Ook vind ik dat het niet duidelijk word gemaakt op de tv. Het enige waar mensen er echt naar om kijken en het delen met de bevolking is op Facebook.

 

Ik hoop met dit betoog duidelijk is , ik vind het namelijk erg boeiend wat hier speelt en hoop dat deze heftige ramp snel word opgelost.

 

Ik heb dit betoog van:

https://www.rtlnieuws.nl/nieuws/bundel/2316081/bosbranden-australie

Economie/burgerschap

HERKOMST ARTIKEL WAT IK VOOR HET LAATST HEB GEKOCHT

 

Een kopje koffie

Welk artikel/product/kledingstuk heb jij als laatste gekocht?

een kopje koffie

Waarom heb je dit gekocht?

Ik was moe en dit pepte mij op

Waar komt het vandaan/waar is het gemaakt?

Noorderpoort college

Waar komen de grondstoffen vandaan?

Midden amerika tot noord amerika

Wat zijn de milieueffecten van het verwerken van deze grondstoffen?

Wie koffie met melk drinkt, verhoogt zijn klimaatimpact flink. 1 kop koffie verkeerd heeft een 14 keer hogere klimaatbelasting dan een kopje espresso. Wie op het klimaat wil letten kan dus beter geen of weinig melk in zijn koffie doen, of kiezen voor plantaardige zuivelvervangers.

Wat zijn de effecten voor het land/de inwoners waar deze grondstoffen vandaan komen?

Er zijn meer banen ontwikkeld voor de bewoners

Wat kun je vinden over de arbeidsomstandigheden van jouw artikel

Als we doorgaan op de huidige voet, zal het voor koffieproductie geschikte gebied, naar verwachting, tegen 2050 zijn gehalveerd. Om dit tegen te gaan wordt jaarlijks al zo’n 350 miljoen dollar geïnvesteerd in duurzaamheidsactiviteiten in de koffiesector.

Hoe kijk je, met de kennis die je nu hebt, tegen jouw koop aan? Leg uit waarom

Ik kijk in vervolg of het ook beter voor het milieu kan zo dat ik mee kan doen aan een beter klimaat

 

OPDRACHT DIT BEN IK

opdracht 3

  • Tradities

De tradities die ik thuis heb zijn

Kerst , Gourmetten , sinterklaas , oud en nieuw brandstapels opzetten

  • Gewoontes

Drop eten als snoep , stamppot eten , vaak eten om precies 18:00 , fietsen

  • Normen en waarden

Vrijheid van meningsuiting , Duits/Nederlands opgegroeid

  • Rolverdeling binnen het gezin

Vader vaak aan het werk , moeder werkt thuis en onderhoud het gezin. Kinderen boven de 18 betalen mee aan het huishouden.

  • Religie

Katholieks , christelijk

  • Politieke achtergrond

Democratisch , discussies kunnen hebben.Vrijheid van meningsuiting kunnen hebben

  • Jouw subcultuur

Gamer , festivalganger feestjes.

Laastse loonstrookje

Moeilijke woorden

Afbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijving

 

Moeilijke woorden

  • Vakantiegeldreservering

Vaak zie je dat bij deze werknemers het vakantiegeld periodiek wordt uitgekeerd, zodat het brutoloon hoger lijkt en voelt voor de medewerker. Het vakantiegeld en de vakantiereservering (opbouw van vakantiedagen) wordt dan dus al bij elke verloning uitbetaald.

  • Loonheffingskorting

Heffingskortingen zijn kortingen op de belasting. Hierdoor hoef je minder belasting te betalen. Als je in loondienst werkt, houdt je werkgever rekening met de algemene heffingskorting en de arbeidskorting. Deze kortingen noemen wij de loonheffingskorting.

  • Salarisspecificatie

De salarisspecificatie, traditioneel ook wel het loonstrook(je), salarisstrook(je) of weddestrook (voor militairen) genoemd, is voor veel werknemers de specificatie door de werkgever van het brutoloon, de toeslagen en inhoudingen, en het nettoloon, rekening houdende met de

Expressief talent

EXPRESSIEF TALENT OPDACHT ZELFSTUDIE

Naam: lars van der lande

De doelgroep waar ik het over ga doen zijn jongeren tussen de 12 en 25 jaar met een verstandelijke beperking

De twee expressievormen die ik toe pas zijn drama en muziek.

WAT VALT ONDER DE EXPRESSIEVORM?

er word op een middag een zaal georganiseerd waar de deelnemers naar toe kunnen komen om hier aan mee te doen. De deelnemers gaan hun eigen kleine toneelstukje maken om deze vervolgens uit te voeren voor hun eigen publiek , ouders of verzorgers

WELKE ACTIVITEITEN HOREN HIER ALLEMAAL BIJ?

de activiteiten die hier bij horen zijn danspasjes leren bij een leraar en het leren kennen van het liedje of het weten van het liedje zo dat iedereen mee kan zingen.

WELK MATERIAAL KAN WORDEN GEBRUIKT?

De materialen die je hier bij gebruikt zijn kleding die bij het thema passen , geluidsapperatuur , een podium en licht effecten.

WAAR MOET JE OP LETTEN BIJ HET AANBIEDEN VAN DEZE EXPRESSIEVORM?

Waar op moet worden gelet bij deze expressievorm is dat de deelnemers niet al te moeilijke of te veel tekst of opdrachten krijgen , anders word het veel te veel voor de deelnemers en raken ze misschien wel helemaal in de stress of weten ze het niet meer en lopen ze misschien wel weg in het ergste geval. Waar ook op gelet moet worden is dat iedereen duidelijk weet wat hem of haar te doen staat en dat de taken eerlijk verdeeld zijn. Verder moet alles goed duidelijk zijn voor iedereen.

WAT ZIJN DE DOELEN VAN DEZE EXPRESSIEVORM?

de doelen zijn om de deelnemers plezier en herinneringen te laten maken , door een leuke middag mee te doen aan dit zullen ze zich voelen als of ze een echte filmster zijn. ook is een van de primaire doelen om goed contact te laten leggen tussen de onderlinge relaties van de deelnemers waar door ze door zoon creatieve manier bevriend of iets met elkaar kunnen raken.

WELK EFFECT HEBBEN DE ACTIVITEITEN

Het effect die de activiteiten zal hebben is het zelfvertrouwen dat van de deelnemers om hoog gaat net zo als de inspiratie van misschien wel een mooie tekening of spelletjes. Ze kunnen via dit ook hun hart luchten en zich zelf laten zien waar ze echt van houden.

WAT KAN EEN CLIENT AAN DEZE EXPRESSIEFORM HEBBEN.

Een client kan hier door ontdekken waar zijn of haar specialiteiten en hobby’s bij liggen. Hier door kunnen ze misschien wel aan een heel nieuw hoofdstuk in hun leven beginnen of een dagbesteding er bij creeren

 

HOE ZOU IK BEGINNEN MET DE DEELNEMERS.

Ik zou beginnen met een kleine groep en dat verdeeld over 3 groepen van 5  Bij deze groepen is het vooral belangrijk dat ze zich even lekker kunnen bewegen en uiten en dat ze andere mensen ontmoeten. Sommige deelnemers hebben misschien al ervaring met dansen of zingen. ervaring leert dat ze het als heel erg leuk ervaren en dit met heel veel plezier doen.

Natuurlijk is het niet zomaar iets doen, maar zit er ook een doel achter. Ze zijn namelijk bezig met bewegen op muziek en dat is ook goed voor de motorische ontwikkeling, sociale ontwikkeling en lichamelijke ontwikkeling. Het plezier dat wordt beleefd door te leren dansen is natuurlijk weer goed voor hun zelfvertrouwen.

 

Expressief talent module B foto uit raam verhaal

 

Foto: uit het raam bij reitdiephaven

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Groningen, een mooie stad een groeiende stad een stad waar je bijna alles hebt van water tot platteland en van laagbouw tot hoofdbouw. Op deze foto zie je de wijk vinkhuizen, een van de oudste wijken in de stad. Wanneer je naar de foto kijkt is het net een schilderij die het beeld weergeeft van een stad waar in het altijd leeft een vrij beeld van een mooie plaats waar het altijd druk is. Het maakt niet uit of het vroeg in de ochtend , laat in de middag , of diep in de nacht is. Er zijn altijd wel mensen te vinden. Een plek waar mensen zich ontwikkelen en een stad die steeds maar groter en bekender word.

 

Waarom heb ik voor deze foto gekozen?

Ik kan wel een foto uit zomaar een raam maken maar dit vind ik een beetje saai. daarom ben ik naar reitdiephaven toe geweest een hoge flat omdat ik graag een foto met een verhaal wou. Deze foto beschrijft het leven in Groningen en dat vind ik veel mooier om een opdracht van te maken dan een standaard foto van iets wat je bijna voor iedere deur ziet.

 

Verslag levensloop van de mens

 
  Tekstvak: Verslag levensloop van de mens

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De bronafbeelding bekijken

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Lars van der lande

Ik heb geleerd over de levensloop van de mens

De ontwikkelingsaspecten

< >Lichamelijke ontwikkeling Motorische ontwikkelingCognitieve ontwikkeling Sociaal – emotionele ontwikkeling seksuele ontwikkeling

 

DE BABY 0 TOT 1 JAAR

Het eerste levensjaar van een mens ontwikkeld het zich volop , hier bij is het lichaam hard op weg om de basis ontwikkelingen te leren. De baby slaapt grotendeels van de tijd om te groeien en de hersenen te ontwikkelen. in zijn eerste levensjaar leert hij te huilen , klanken herkennen , een veilige hechting te creeren , eenkennigheid te krijgen , te brabbelen en te glimlachen.

De baby kan bijna niks op eigen kracht dus je zult hem goed moeten ondersteunen met op je arm te laten liggen en het hoofdje omhoog te houden , de deken over hem heen doen etc. de hersenen van de baby ontwikkelen zich heel snel er komen elke dag honderden nieuwe neuroverbindingen bij , de baby gaat hierdoor de wereld om zich heen steeds beter begrijpen hij leert via de zintuigen voelen , spelen , proeven , ruiken. Door als vader of moeder vaak aanwezig te zijn en de baby in een vertrouwde ruimte laten opgroeien creeert de baby zich aan een hechting bij de primaire verzorgers als dus de ouders.

Als de baby buiten de ouders om niet of nauwelijks in contact komt met andere personen krijgt de baby heel snel last van de eenkennigheidsfase , dit is als de baby alleen contact wil met de ouders , of de persoon die het meest dichtbij staat. De baby ervaart genot en lustgevoelens door de mond (bijv. flesje pap) dit noem je de orale fase.

 

DE DREUMES 1 TOT 2 JAAR

Tijdens deze periode ga je van een hulpeloze baby naar een volwaardig gezinslid met een eigen wil. Je zintuigen ontwikkelen zich heel snel en de lengte groeit met een rap tempo je laat deze dingen stimuleren door het kind te laten spelen met bijvoorbeeld zand , water , harde & zachte voorwerpen en licht en geluid. De dreumes heeft veel slaap nodig want net zo als ieder mens in de groei is het geen slaap geen groei. Went het kind aan rustmomenten. De dreumes leert vooral door te doen dus door dingen uit te proberen leert de dreumes zich zelf en zijn omgeving kennen. Het leren onderscheiden tussen zich zelf en de wereld noem je de sensomotorische ontwikkeling. Het kind leert dagelijks ook nieuwe woorden , dus je moet er rekening mee houden dat hij dat niet altijd kan laten zien of onder woorden kan brengen. Dit kan de dreumes erg frustreren. De dreumes doet alles na wat die van jou ziet dus neemt hij dit over je leert hem onbewust hoe de wereld werkt en doet alles na. De dreumes zal zijn eigen geslacht ook ontdekken en dit dus onderzoeken , dit is normaal gedrag maar je moet hem uitleggen dat die een prive terrein is en dat hij dit moet respecteren.

 

DE PEUTER 2 TOT 4

De peuterfase is een zeer intensieve fase voor opvoeders. De grove motoriek speelt een belangrijke rol in deze fase. De peuter is erg bewegelijk en heeft voldoende ruimte nodig de peuter leert woorden te kennen en leert met taal en gevoelens duidelijk te maken met woorden zinnen vormen en vragen beantwoorden dit hele proces noem je de differentiatiefase. De peuter kan nog steeds geen onderscheid maken tussen werkelijkheid en fantasie , die noem je magisch denken hij beleeft de werkelijkheid door zijn eigen ogen en denkt dat alle mensen het zelfde zien en denken.de peuter door gaat de koppigheidsfase

de anale fase het kind leert het gevoel van onlust van het moeten ophouden van de ontlasting en de lust van het kunnen laten gaan.  De zindelijkheidstraining. Leren naar de wc gaan.

 

HET JONGE SCHOOLKIND 4 TOT 8

In deze fase beginnen vooral de spieren en het gewicht te groeien/ zich te ontwikkelen. Deze periode is gevoelig voor kinderen met aanleg tot obesitas , wanneer het kind in de vorige fase een verkeerd eetpatroon aan heeft geleerd is de kans hier voor zeer aanwezig. Het melkgebit word is aan het wisselen en maakt plaats voor het definitieve gebit.

Het jonge schoolkind heeft van nature veel energie , het rent , klimt , kruipt , stoeit etc. langzaam verbetert de coordinatie en kan het kind zich beter concentreren op school.

Het jonge schoolkind kan al beter handelen in bepaalde situaties en kan zich beter verwoorden waarom het iets doet en wat het doet. Het is verder nog wel egocentrisch zijn eigen denken staat centraal.

 

HET OUDERE SCHOOLKIND

Het kind leert zelfstandig denken en vriendschappen worden belangrijk voor hem/haar.

In deze fase begint de prepuberteit , de meisjes maken oestrogeen aan en de jongens testosteron. De gevoelens worden beinvloed  dus het lichaam ervaart zeer wisselende emoties waarmee het slecht raad weet. Het kind gaat van concreet naar abstract denken , hij kan analyseren reflecteren en dus ook nadenken over zijn gevolgen van zijn handelingen, dit is de CONCREET – OPERATIONELE FASE.

 

DE PUBER 12 TOT 17 JAAR

In deze fase groeit het kind naar volwassenheid , er veranderen veel dingen in deze fase jongens krijgen een groeispurt ,  krijgen de baard in de keel ,  meisjes gaan menstrueren.  De hersenontwikkeling is in volle gang en het aantal neurologische verbindingen neemt enorm toe. Veel pubers krijgen een verschoven slaappatroon , laat opblijven , lang uitslapen , niet willen slapen. Pubers hebben snel de neiging om ook ergens bij te horen ze willen zich bewijzen en dat leidt soms naar ongewenst gedrag.

 

DE ADOLESCENT 17 TOT 23 JAAR.

Het lichaam is volgroeit en is volwassen de spierkracht en het uithoudingsvermorgen zijn maximaal. Hersencellen die niet meer nodig zijn sterven af en ze maken ruimte voor nieuwe verbindingen , wat een veel beter inzicht geeft de puber kon nog volop experimenteren en onderzoeken , maar de van de adolscent word verwacht dat hij zelfstandelijk en onafhandelijk is.

 

DE VOLWASSENE: 23 TOT 50 JAAR

De volwassene kan zelfstandig beslissingen nemen en is oud genoeg om zijn eigen schema in te vullen met zijn bezigheden in het leven. De kracht van een volwassene is maximaal , krachtig , energiek , en fit. Mannen kunnen rond hun 30se dunner haar krijg en grijs haar duikt op. Dit is het stadium van FORMEEL – OPERATIONEEL DENKEN. Dit betekent dat de volwassene abstract , flexibel en complex over ideeen en problemen nadenkt. Het is het spitsuur van het leven , carriere maken , kinderen krijgen , het sociale netwerk en persoonlijke ontwikkeling.

 

DE JONGERE OUDERE

Het lichaam gaat achteruit , de eerste gezonheidsproblemen komen op , de reactie snelheid neemt af en het gezichtsvermogen word minder. Het lichaam krijgt slijtage , deze aandoening heet ACRTOSE. De hormoonproductie neemt af. Waardoor de OVERGANG begint. Bij de vrouw stopt de menstruatie. Dit heet de MEMOPAUZE . bij de man neemt het testosteron gehalte af. Ze vragen zich af of ze heen leven goed hebben geleeft en denken nog eens na over de zin van het leven. Rond hun 67ste gaan ze met pensioen wat vaak lastig voor ze kan zijn omdat ze nog langer willen door werken vanwege hun routine.

 

DE OUDERE

De spieren van de oudere verslapt steeds meer . het lijf word stijver , de botter brozer. Het is goed om gezond en zelfstandig te blijven samen met anderen , dit geeft meer kwaliteit op het leven.

Het opnemen van informatie en het verwerken van dingen gaat langzamer.

Expressief talent opdracht museum

 

 

3 foto’s van bijzondere objecten die ik heel mooi vind en die bij mij opvallen.

De eerste foto is eigenlijk een soort monument maar dan in het stadshuis , het zijn kogelgaten van een wapen uit de 2de wereld oorlog met daar om heen wat tekst met info (helaas kon ik hier niet dichterbij komen anders stond dit ook op de foto.

 

 

 

 

 

 

Mijn 2de foto die ik mooi vond was van deze regenboog. Dit was naast het museum en deze regenboog vind ik mooi omdat het in mijn ogen een teken van vrede is , iedereen mag zijn wie die wil of iemand nou bijvoorbeeld van tekenen of van schilderen houd. Dit is het symbool dat je iemand gewoon lekker in zijn waarde laat En natuurlijk omdat de kleuren je ook opvrolijken.

De laatste foto die ik echt heel mooi vind is die van de martini toren , ik hou erg van geschiedenis maar de martini toren is ook het gezicht van Groningen en een mooier monument staat er in Groningen niet , de martini toren overtreft alles en is voor iedereen die hier komt , of woont wel een eye catcher. De toren heeft jaren aan geschiedenis verhalen achter zich liggen en staat er gelukkig nog steeds.

 

 

 

3 FOTO’S DIE IK NIET MOOI VIND

 

 

                         

 

         OPDRACHTEN IN HET MUSEUM

2 FOTOS VAN DE BUITEN KANT

 

 
 

 

 

 

 

 

 

DF

 

 

 

FOTO’S DIE IK GRAPPIG/LEUK VIND VAN BINNEN HET MUSEUM

De eerste is van een skateboard. Ik vind het ontwerp erg mooi maar het brengt ook herinneringen naar boven van toen ik een jaar of 16 was. Ik was toen veel aan het skateboarden hier om spreekt dit ontwerp mij heel erg aan.

                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                 

 

 

 

De 2de foto in het museum die ik wel grappig vond was van dit zwarte poppetje , het lijkt net als of het poppetje zich ergens voor schaamt . of geen idee heeft wat het hier moet.

 

 
 

 

 

 

 

 

 

Tentoonstelling ‘wat zullen de buren zeggen’

Foto 1 is van een man die een steen probeert tegen te houden dit

Spraak mij wel aan omdat je eigenlijk wel in ziet hoe lastig dingen

In het leven kunnen verlopen.

 

 

De 2de foto is van een klein meisje met een volwassen vrouwen hoofd , deze foto vond ik ook wel wat eng maar ook wel erg creatief

 

smart doel.

Begeleiden.

 

 

Deze documentaire gaat over een moeder (Lislene), die met haar dochtertje in een begeleid wonen groep voor moeders die in de problemen zitten zit. Ze heeft hier dan ook een woonbegeleidster (Diana). Zij helpt de 2 moeders die ze op het moment heeft met ondersteunen en begeleiding krijgen. Ze willen de moeders een mooie tijd geven met hun pasgeboren kind. Lislene zit in een moeilijke situatie met haar ex-vriend. Ze wil eigenlijk van hem af en alleen vrienden zijn met hem, maar hij laat haar niet met rust. Hij belt haar op om vervolgens alleen maar nare dingen te schreeuwen naar haar. Ze wil niet dat haar dochtertje Luna in contact met hem komt omdat ze weet dat hij gevaarlijk voor haar kan zijn, en omdat ze bang is Luna kwijt te raken. Lislene praat daarom ook af en toe met een vrouw (Jolanda) die komt kijken of ze wel een goede moeder kan zijn voor Luna en of het wel helemaal goed gaat met een kind opvoeden. Ze weet niet hoe ze ermee moet omgaan. Het enige wat ze ziet en wat haar nu bezig houdt is haar kindje verzorgen en werken. Ze heeft nog steeds gevoelens voor haar ex-vriend die niet weg gaan en dat is wat er dwars zit. Een van de redenen waarom ze nog wel contact heeft met haar ex-vriend is omdat Luna hem herkent en ziet als vader ook al ziet ze hem niet of bijna niet. Ze vraagt heel vaak naar papa en zegt ook vaak het woord papa. Hij is vaak vreemdgegaan en waardeerde de relatie niet echt. Hij wou ook niet hetzelfde als wat Lislene wou zoals samenwonen en samen zijn. Dat ze zwanger was geworden was ook niet de bedoeling. Toen ze merkte dat haar vliezen brakken, maakte ze haar vriend wakker om te zeggen dat ze naar het ziekenhuis moest, alleen hij wou dat niet doen. Ze heeft toen nog 1x hem wakker gemaakt om te zeggen dat ze echt naar het ziekenhuis moest, maar haar ex-vriend vond dat ze te veel lawaai maakte en zette haar uit huis. Ze had pijn en moest naar het ziekenhuis. Ze wist niet wat ze moest doen en liep maar rond tot een krantenjongen een ambulance had gebeld voor haar en haar tot die tijd heeft verzorgd. Op gegeven moment is de ambulance gekomen en ook de politie die bij hem heeft aangebeld, alleen hij deed niet open. Wat hij deed is strafbaar, omdat het bijna zelfde als moord is.

Hij was niet goed voor haar. Ze wilde zich gewoon fijn voelen met iemand bij haar. Deels ook omdat haar vader niet echt in beeld was in haar leven al op jongere leeftijd. Haar ouders waren gescheiden toen ze 5 was en bleef toen bij haar vader wonen. Hij kreeg een vriendin waardoor hij geen tijd meer voor de kinderen had en besloot maar dat ze naar Nederland moest gaan naar haar moeder om daar te wonen. Haar broertje bleef daar nog wel wat ze ook heel erg vond.

Wanneer ze met Jolanda praat over haar situatie, zegt ze heel duidelijk dat ze gewoon liefde en respect wil. Maar ook rust. Hij mag proberen wat hij wil maar hij geeft Luna niet weg. Luna is echt alles voor haar en wil niet van haar worden gescheiden. Luna is kort nadat ze geboren is onder toezicht gehouden door bureau jeugdzorg. Je krijgt dat als er zorgen zijn rond de kinderen. Het kind staat daar ook centraal net zoals de veiligheid en de ontwikkeling. Wanneer afspraken nagekomen worden en het er goed uit ziet met de verzorging van moeder naar kind, kan je uit eindelijk zelfstandig ergens gaan wonen voor jezelf.

Op gegeven moment belt hij haar nog steeds en scheld hij haar en Diana uit en bedreigt hij haar. Hij probeert haar een slecht gevoel in te praten dat ze alles fout doet en zij fout zit door hem zijn dochter niet te geven.

Jolanda komt elke week langs om een reportage te bespreken, ze vraagt en ziet hoe het gaat met haar en zag dus dat het weer niet zo goed ging met haar. Als ze bij haar vriend is geweest geeft ze aan dat hij irritant doet en niet op houdt, waardoor zij gaat schreeuwen en slaan. Ze heeft liever dat ze haar vriend van kant maakt dan dat ze Luna kwijtraakt, ook al is Luna dan bij haar moeder, ze zou het zo doen. Ze heeft te veel woede in haar omdat hij haar steeds maar weer teleurstelt.

Lislene is met de kerst bij hem geweest. Ze hebben toen seks gehad en bleek dat ze zwanger is geraakt. Ze wou het eerst weghalen alleen het was al te laat en wou geen vol gegroeid mensje weghalen. Dus heeft ze besloten het te houden.

Diana vindt dat het haar keuze is, alleen vindt wel dat ze moet nadenken over het feit wat ze te bieden heeft voor 2 kinderen. Omdat je niet veel hebt aan de ex-vriend die ze heeft. Hij blowt ook, dus ook als hij Luna ophaalt met de auto. Ze denkt er zelf niet zo over na maar voelt zich wel verantwoordelijk. Hij is een gevaar op dat moment dat Luna de auto van hem instapt.

Ondertussen is het 2e kindje (Valentino) geboren. Haar moeder is niet blij met de naam vanwege haar ex-vriend. En wil dat ze dat gaat veranderen. Zij vindt de naam wel mooi en houd hem daarom zo.

Ze heeft weer gedoe gehad met haar ex-vriend waardoor ze er nu helemaal een punt achter wilde zetten. Ze wilde hem niet meer zien en had gezegd dat ze van hem af wilde. Dit heeft ze ook gedaan. Hij heeft rare dingen gezegd over haar en Luna dat hen iets moest overkomen.

Uit eindelijk heeft ze echt een punt erachter gezet en gaat ze nu alleen nog maar denken om haar kinderen. Het is nu alleen zij en haar 2 kleintjes. Ze mag uit eindelijk uit het huis en naar een eigen plekje. Het is wel gelukkig dichtbij en Diana blijft in de buurt en begeleiden. Ze heeft een bevestiging gekregen van de jeugd zorg dat ze de opvoeding op een goeie manier doet.

 

SMART-leerdoel opstellen en een activiteit uitwerken.

S- specifiek: nee kunnen zeggen tegen haar vriend.

M- meetbaar: binnen een jaar moet ze echt nee kunnen zeggen tegen haar vriend.

  • Het doel is het waard omdat ze zo duidelijk kan wezen tegen haar vriend dat het niet meer gaat en hij haar met rust moet laten. Ze wordt erdoor zelfverzekerd, en word haar leven beter door.

R- Ze moet wel doorzetten en sterk zijn. Het is een hele uitdaging door haar situatie met haar ex-vriend. Diana en Jolanda gaan haar helpen sterker te worden en vaak met haar praten en oefenen. Haar een steuntje in de rug te geven en regels af te spreken. Ze leert zelf keuzes te maken.

T- Binnen een jaar moet ze zelfstandig nee kunnen zeggen tegen haar vriend en staat ze meer zelfverzekerd in haar schoenen.

 

Welke manier van begeleiden zou jij toepassen? En waarom?

Ik denk ook zoals Diana haar geeft. Je bent er voor haar, helpt en steunt haar, maar laat haar wel deels zelf keuzes maken en doen wat zij doet zodat ze het leert om zelfstandig om te gaan met keuzes en met wat ze wel en niet moet doen. Diana praat met haar wanneer het nodig is en geeft een steuntje in de rug en geeft haar een luisterend oor. Ook wanneer haar ex-vriend heeft gebeld en rare dingen heeft gezegd steunt ze haar door sterk te blijven naar haar en niet bang te wezen voor wat hij tegen haar zegt of wat hij beweert te doen.

 

Wat zijn de mogelijkheden voor Lislene?

 

Hoe zou je Lislene in haar kracht kunnen zetten? Hoe zou jij haar motiveren/stimuleren?

Ik zou haar aanbieden om naar een psycholoog te gaan zodat ze erover kan praten met iemand die ze niet kent waar ze zich volledig naar kan openstellen en alles kwijt kan. Ook zal ik haar op een sport doen of zorgen dat ze ergens een plekje heeft om haar agressie kwijt te kunnen laten. Zoiets zou ook goed zijn voor haar zelfvertrouwen en zodat ze sterker wordt en voor haarzelf op kan komen.

Ik zou elke keer met haar even gaan zitten, en een kleine cursus geven over hoe ze nee kan leren zeggen tegen meer dingen. Dit zodat het proces sneller kan gaan en ze sneller nee kan zeggen tegen haar ex-vriend zodat ze daarvan af is.

Heeft jeugdzorg de juiste keuze gemaakt voor Lislene, waarom wel/niet? En heeft Lislene de juiste keuze gemaakt, waarom wel/niet?

Jeugdzorg heeft goed ingegrepen vind ik, omdat het anders misschien slechter af zou kunnen lopen voor een van hun. Ze is erdoor veilig en weten wat er aan de hand is en dat ze moeten opletten voor haar ex-vriend. Dat ze daarom begeleid is gaan wonen is heel goed zodat ze weg is van hem en volledig op haar kinderen kan focussen zonder bang te hoeven zijn dat hij zo naar binnen kan lopen. Ze is daar veilig en onder toezicht.

Lislene heeft het ook goed gedaan omdat ze de veiligheid van haar kind op nummer 1 zet. Ze heeft daarom ook een plekje gekregen en ervoor gezorgd dat ze een veilige plek heeft gekregen erdoor. Het enige waar ze geen goede keus over heeft gemaakt is dat ze alsnog bij hem is geweest en seks heeft gehad met hem waaruit een ander kindje is gekomen. Het was niet verstandig, maar is gelukkig wel goed terecht gekomen en is niks raars verder gebeurd.

Wat zou jij Lislene nog willen meegeven of toezeggen?

Dat ze het heel goed gedaan heeft, en ze nu echt alleen op haar kinderen moet focussen. Geen man eerste tijd, en alle contact met haar ex-vriend verbreken. Ze moet een nieuw nummer nemen en nooit meer contact met hem opnemen en het achter haar laten. Wat iedereen ook zegt of denkt erover. Het gaat om haar en de kinderen en de veiligheid ervan.

 

 

Naam: Lars van der Lande

Klas: mz 1

Opdracht: smart doel.

 

stage

wat heb ik geleerd op stage 2020

 

DE STAGE ERVARING WAAR IK VEEL VAN HEB GELEERD.

 

Op mijn stage waren veel cliënten erg gesloten en hier door was het er moeilijk om contact met ze te krijgen en een band met ze te creëren. Ik heb hier van  geleerd dat niet iedere Client het zelfde kan worden benaderd dus ik wacht eerst altijd even af hoe de gedragingen van iemand zijn voor dat ik er op af stap. En als ik er op af stap doe ik dit op een rustige en open manier. Dit zo dat de Client geen druk voelt en niet gelijk weg loopt of iets als je bij hem/haar staat. Deze aanpak heeft op mijn stage goed gewerkt en hier door kon ik uiteindelijk met elke Client overweg.

 

MIJN STAGE ERVARING WAAR IK MOEILIJK UIT KWAM

Ik had er soms een beetje moeite mee om bepaalde Cliënten aan het werk te zetten terwijl ze op dat moment hun telefoon pakte , of ineens de gang opliepen en door het gebouw gingen zwerven. Ik vond het dan lastig om de Client hier op aan te spreken want sommigen deden dit omdat ze boos waren en even afleiding wilden ,  maar sommigen gebruikten dit ook om gewoon niet aan het werk te hoeven.  Ik vond het daarom lastig om dat er in mijn hoofd rond ging dat ze wel eens agressief konden worden als ik iets tegen ze zou zeggen wat bij hun verkeerd binnen kon komen.

 

 

orientatieverslag
  De bronafbeelding bekijken


Orientatieverslag stage

Lars van der lande

Klas: MZ1A

Ik loop stage bij Cosis eenrumermaar 1

werkbegeleider Juul Postema

· Werksoort clienten begeleiden op de werkvloer , helpen met printen , snijden , etc.

Grootte instelling , 1 groot pand met aan de ene kant mensen van de administratie en aan de dagbesteding kant , de kant waar ik sta 6 begeleiders inclusief ik zelf als stagiare

 

Suzan(begeleider(B

Marieke (groepsleider)

Juul (persoonlijk begeleider /stage begeleider

Ellen (persoonlijkbegeleider

Lars (stagaire)

Martin (ICT)

           
  Tekstvak: Suzan(begeleider(B     Tekstvak: Martin (ICT)


Personeel en functies: organogram

 

Doelstelling instelling: een leuke dagactiviteit voor clienten die dit soort werk al altijd hebben willen doen en die plezier hebben in het werk dat ze doen om zo hun dag op te vullen.

hun en mij een stuk aangenamer word zo dat ze niet denken dat ze met iemand aan het werk zijn de ze nooit zien.

DE AFSPRAKEN DIE HIER GELDEN

Er zijn vrij standaard afspraken bij de dagbesteding. Clienten nemen zelf hun medicatie in , maar de begeleiders letten op afstand wel op. Ook zijn er clienten die roken voor deze gelden de regels dat bij ons op kantoor in de kluis sigaretten liggen dan dat er mag worden gerookt in de pauze en dat is 1 sigaret per pauze. Verder zijn hier nog een aantal huis regels dat zijn:

 

· Goed naar elkaar luisteren , elkaar laten uitpraten

· Van elkaar afblijven

· Respectvol met elkaar omgaan

· Aan de pauzetijden houden

· Op tijd op je werk

· Je eigen plek schoonhouden

· Handen wassen na toiletgang

 

BENOEM VOLGENS WELKE PROCEDURE DE CLIENTEN IN DE STAGE INSTELLING KOMEN

Er komen bij ons eerst clienten stage lopen , dit is een periode van ongeveer een maand. In deze maand word bekeken of de client het naar zijn/haar zin heeft en word er ook naar gekeken of het werk past bij de client. Als de client na ongeveer een maand stage lopen nog steeds plezier heeft in het werk dat zij of hij doet dan word er definitief besloten dat de client als werknemer word aangenomen. Dit betekent dat de client niet meer 1 of 2 dagen stage loopt maar over gaat naar 3 of 4 dagen per week. Er ziet verder niet veel verschil tussen de werkzaamheden als stagaire of werknemer als je een client bent je mag alleen wat sneller met de printer werken omdat je er dan als vaste werknemer bent. De clienten kunnen ook een switch maken naar een andere soort dagbesteding, maar dan blijven ze vaak nog wel 1 dag in de week bij ons aan het werk omdat de persoonlijke begeleiders toch het blijven ook al werk je een dag op een andere locatie als client. Dit is puur om te kunnen peilen waar de client nou echt plezier in heeft en om te peilen waar hij/zij echt goed in is.

 

BENOEM DE BRONNEN DIE JE HEBT GEBRUIKT OM AAN DEZE INFORMATIE TE KOMEN

Ik heb het er eerst met mijn stagebegeleider over gehad (Juul) zij heeft me verteld hoe clienten bij ons terecht komen , dit is vaak als ze klaar zijn met school en door een gesprek te hebben met de thuis begeleider welk werk ze graag willen doen. Verder vertellen clienten mij uit zich zelf hoe leuk ze dit werk vinden en dan vraag ik waarom ze dit leuk vinden. En ik heb aan een paar andere collega’s waar mee ik op de groep werk gevraagd welke procedure er is hoe ze hier terecht komen.

 

 

 

 

BESCHRIJF DE DOELGROEP WAARMEE JE WERKT.

De doelgroep waarmee ik werk is tussen de 18 en 62 jaar. We hebben 2 kleine ruimtes tussen de dagbestedingen vaak zijn bij de rustige ruimte de wat oudere clienten aan het werk of de clienten die niet te veel prikkels kunnen opnemen ,  en bij de drukkere sfeer de jongere clienten. De clienten die er bij ons werken hebben een verstandelijke beperking (denkvermogen van een 10 jarige)  de soorten clienten verschillen wel van elkaar , we hebben 4 met syndroom van down , 3 met autisme 4 met pededenos , deze mensen kunnen allemaal normaal met elkaar overweg en hebben per persoon vaak een vast klusje waar ze mee bezig zijn.

 

BESCHRIJF EEN VOORKOMEND ZIEKTEBEELD UIT (UITLEGGEN ,TOELICHTEN) EN BENOEM HIERVAN SPECIFIEKE HULPVRAAG EN AANPAK(BEGELEIDING)

We hebben twee clienten met autisme en de ene verteld altijd al de geheimen door terwijl de andere hier totaal niet tegen kan hier door botsen de twee regelmatig met elkaar en willen ze soms zelf met elkaar op de vuist gaan. Wij als leidinggevende proberen dit altijd te voorkomen dus zetten we de 2 clienten beide in een andere ruimte aan het werk. Er zijn soms wel andere clienten die de boel dan een beetje opstoken , als een van de 2 clienten dan agressief gedrag vertoond of naar de andere client toe wil lopen stappen er gelijk 2 begeleiders tussen en nemen de 2 clienten apart mee naar een rustige ruimte om hier over te praten en wat hier nou de aanleiding van was. Er word altijd wel door minimaal 1 leidinggevende op deze 2 clienten gelet om het liefst de ruzie tussen de 2 clienten te voorkomen.

 

BESCHRIJF DE DAG INDELING

Ik zelf ben al om 08:45 aanwezig maar de dagindeling voor de clienten is om half 10 beginnen dan hebben we de dagbespreking , op maandag is dat de weekend bespreking dan kunnen alle clienten vertellen over de activiteiten die ze hebben gedaan in het weekend dan beginnen we rustig met het werk voorbereiden en te werken. Om 10:30 is het dan eerst weer een kwartiet thee/koffie pauze. Na deze pauze gaan de clienten weer aan de gang op de werkvloer , dan krijgen ze de opdrachten die er dan voor hun word uitgeprint , of bijvoorbeeld een doos sieraden die ze mogen sorteren. Als ze hier dan mee bezig zijn en het is 12:00 dan is het tijd voor de grote pauze , deze pauze is een half uur in dit half uur kunnen ze rustig eten en drinken en eventjes bijkomen. Na de grote pauze gaan sommige clienten hun ronde in het gebouw doen de een vult papier in de printer bij en de ander ruimt te kopjes op in de kantine. De overige clienten gaan dan eerst terug naar de werkvloer om verder te gaan met het werk waar ze al mee bezig zijn. Als clienten van dit werk af zien zijn er altijd nog andere opdrachten die ze kunnen doen of ze kunnen eventjes gaan tekenen of iets. Als het dan 14:15 is is de laatste pauze. De laatste pauze is weer een thee of koffie pauze waar de clienten dan eventjes met elkaar kunnen kletsen over hoe de dag is gegaan en of ze nog ergens tegen aan zijn gelopen. Na deze pauze van een kwartier gaan alle client weer naar de werkvloer net als de begeleiders om hun werk weer voort te zetten. Als het dan 15:30 is zit de dag er voor de clienten op en gaan sommige met het openbaar vervoer naar huis en een paar anderen worden opgehaald met de taxi.

WAT ZIJN DE TAKEN/VERANTWOORDELIJKHEDEN DIE HOREN BIJ HET TEAM

 

De taken van het team zijn , samen met de clienten pauze nemen en ook samen weer terug. Dit is om de clienten te stimuleren om weer lekker aan het werk te gaan. Het team gaat ook tussen te clienten zitten en let er ook op als er iemand alleen zit of zijn of haar eten niet op eet. Ook kijken we naar de medicatie die er word genomen en op clienten die zomaar door het gebouw heen zwerven terwijl ze in de kantine bij ons horen te zitten om pauze te nemen. Verder zijn de taken en verantwoordelijkheden op de werkvloer om iedereen zijn eigen werk te laten doen op zijn/haar eigen tempo. En niet iemand het werk van een ander te geven. We maken notities van vreemde gedragingen en praten regelmatig eventjes bij met een client 1 op 1 zo dat de client zich dan niet buitengesloten of genegeerd voelt.

 

INTERVIEW EEN COLLEGA MEDEWERKER OVER ZIJN OF HAAR WERK, TAKEN, VERANTWOORDELIJKHEDEN EN WELKE.

 

De collega die ik heb geinterviewd heeft mij verteld dat de taken die ze doet zijn de aanwezigheid controleren van de clienten en op huisbezoeken gaat bij de woongroepen van de clienten en dat zij goed in de gaten moet houden over de regels die thuis gelden voor de client. De verantwoordelijkheden die ze heeft is bij de thuisbegeleiding hoeveel medicatie er nodig is en wat de activiteiten zijn die de client thuis doet. Verder zegt ze dat je zorgvuldig en geduldig te werk moet gaan en goed moet kunnen luisteren wat nou eigenlijk de bedoeling is van de client waar op die iets verwoord.

Mijn taken en verantwoordelijkheden op stage zijn de clienten hulp bieden waar hulp nodig is en mee kijken naar het werk dat ze krijgen. Ik observeer clienten en noteer het als ik iets nieuws mee maak of als er een probleem is die opgelost moet worden. Ik kijk op afstand mee hoe begeleiders te werk gaan met problemen van clienten zo dat ik er zelf van leer en het kan uit voeren.

 

LEERDOELEN VOLGENS SMART

Specifiek: meer met de groep clienten samen zijn en niet alleen naast 1 client zitten

Meetbaar: in de pauze op de drukste plek bij clienten gaan zitten

Acceptabel: ik wil heel graag met meerdere clienten tegelijk aan het werk zijn , want ik ben nu nog te veel bezig met elke client individueel

Realistisch: mijn collega’s op stage moeten mij er soms aan herinneren om meer met de groep bezig zijn.

 

360 GRADEN FEEDBACKFORMULIER

Mijn stage begeleider heeft me gezegd dat ik goed op weg ben. In het begin ging het allemaal nog wat moeilijk met het contact leggen met de clienten maar naar verloop van tijd is dit allemaal verbeterd. Ik moet nog wel goed letten op de manier waar op ik clienten benader en van welke kant. Soms sta ik achter een bepaalde client en stel ik een vraag of zeg ik iets en dan schrikt de client gelijk en schiet dan helemaal in de stress en durft niks meer te zeggen. Ook als sommige clienten niet luisteren begin ik op een duur best geirriteerd te raken en spreek ik de clienten met een strenge toon daar op aan , ook hier heeft mijn begeleider aangegeven de clienten rustiger te benaderen. Hier ben ik de laatste tijd druk mee bezig geweest en heb er mijn best voor gedaan om de clienten goed te begrijpen en rustig te benaderen. Clienten die eerst heel erg in de stress schoten of bang werden lopen nu uit zich zelf naar mij toe en leggen bijvoorbeeld hun hand op mijn schouder om een gesprek te starten. Ik ben een paar keer met mijn stage begeleider mee gegaan op besprekingen voor de clienten hier heb ik erg veel van geleerd en kunnen uit voeren op de werkvloer bij de client waar we de bespreking over hebben gehad.

 

WELKE AFSPRAKEN HEB JE GEMAAKT MET JOU WERKBEGELEIDER VOOR DE AANKOMENDE PERIODE

Voor de volgende periode heb ik afgesproken mezelf meer bij de groep clienten te betrekken en meer bezig zijn met het rustig uitleggen van opdrachten zo dat het niet overhaastig over komt of in hun ogen agressief. Als dit word uitgevoerd dan verloopt alles prima en kan ik begeleiden zonder eventuele problemen.

sport

sportles 2 

 

Les 2: Ikigai, je Passie en drijfveren

We hebben het in de les gehad over mogelijkheden en uitdagingen als we kijken naar het sporten op afstand. Aan de hand van dit onderdeel van het sport- en beweegportfolio maak je een overzicht zodat je straks een goede, weloverwogen sportkeuze kan maken voor les 4, les 5, les 7 en les 8!

  1. Start van de zoektocht naar jouw Ikigai.

 

Waar je van houdt

Volg het stappenplan hieronder om het model op de juist manier in te kunnen vullen. Even kwijt wat het ook alweer precies was? Ga dan naar deze site voor meer uitleg over elk vakje in het Ikigai-model.

 

Stap 1: Vul de buitenste cirkels in; ‘Waar je van houdt, ‘Waar je goed in bent’, ‘Wat de wereld nodig heeft’ en ‘Waar je voor betaald kan worden’.

Stap 2: Maak de connecties! Waar je van houdt combineren met waar je goed in bent, Waar je goed in bent combineren met waar je voor betaald kan worden, etc...

       
    Tekstvak: Stap 2: Maak de connecties! Waar je van houdt combineren met waar je goed in bent, Waar je goed in bent combineren met waar je voor betaald kan worden, etc...
  Tekstvak: Stap 1: Vul de buitenste cirkels in; ‘Waar je van houdt, ‘Waar je goed in bent’, ‘Wat de wereld nodig heeft’ en ‘Waar je voor betaald kan worden’.
 

 

 

Pers. Begeleider of iets in deze tak

Positiviteit en een nieuwe manier van leven wat bij deze tijd past

Tekstvak: Positiviteit en een nieuwe manier van leven wat bij deze tijd past

Doorgroeien hier in , of uit eindelijk iets met activiteiten doen

Wat de wereld nodig heeft

Tekstvak: Wat de wereld nodig heeft

IKIGAI

Persoonlijk begeleider

   

Het begeleiden of leiden van mensen

sport

Tekstvak: sport

Muziek maken , voetballen

Waar je voor betaald kan worden

Waar je goed in bent

Tekstvak: Waar je goed in bent
< >Mijn beweegmotieven in kaart brengen. Waarom beweeg jij? Scoor de stellingen tussen 1 (helemaal niet) en 10 (absoluut wel).

Ik beweeg en sport omdat…

Score

1. Ik mij fit wil voelen.

10

2. Ik het plezierig vind.

10

3. Ik op gewicht wil blijven of wil afvallen.

8

4. Ik samen met vrienden wil zijn.

9

5. Ik ervan hou om anderen te laten zien wat ik kan.

8

6. Ik het leuk vind om wedstrijden tegen anderen te spelen/doen.

9

7. Ik graag sportieve grenzen verleg.

10

8. Ik ervan hou om in de natuur te zijn.

10

9. Ik van spannende dingen hou.

10

10. Ik daar beter in wil worden.

10

11. Ik wil zorgen voor mijn gezondheid.

9

12. Ik dat graag samen met anderen doe.

7

13. Ik er beter uit wil zien.

7

14. Het mij blij maakt.

9

15. Ik houd van buiten sporten.

8

16. Ik van ‘showen’ hou.

7

17. Ik het leuk vind om van anderen te winnen.

10

18. Ik van avontuur hou.

10

Ik ben goed in sport.

10

Ik hoor tot de betere sporters uit mijn klas.

9

Ik vind bewegen en sport belangrijk.

8

Ik heb altijd al veel aan bewegen en sport gedaan.

10

 

< >Welke scores springen er bij jou uit?

 

#1

Ik ben goed in sport

 

#2

Ik heb altijd veel aan bewegen gedaan

 
  1.  

Ik behoor tot de beter sporters uit de klas

 

 

< >Het verband tussen jouw topscores en beweegmotieven (=waarom jij in beweging komt).

Bekijk je topscores van de stellingen hierboven. Komen deze topscores overeen met de redenen waarom jij wilt in beweging komt (beweegmotieven)? (Minimaal 50 woorden)

.

 

sport les pilates

 

Les 5: Uitvoering sport- en beweegkeuze 3

Je hebt de derde sport- en beweegles volbracht! Hoe ging het? Wat kon jij goed? We gaan in dit deel van het sport- en beweegportfolio kijken welke kwaliteiten er bij jou naar boven kwamen tijdens de afgelopen sport- en beweegles.

  1. Vergelijking: Verwachting VS werkelijkheid.

In les 3 heb je een verwachting van je sport- en beweegkeuze voor les 7 geschetst. Hoe goed kwam deze verwachting overeen met de werkelijkheid? Had je een andere verwachting? Of hoe kwam het dat je verwachting al zo goed overeenkwam met de werkelijkheid? (+/- 30 woorden)

De sport was iets te rustig voor iets waar ik van hou dus ik moest m’n best doen om mijn aandacht er bij te houden

 

 

  1. Ontdekken van mijn kwaliteiten.

Kies een sportidool of iemand waar jij tegen op kijkt (dit kan ook iemand uit je omgeving zijn).

En waarom ben je hierdoor geïnspireerd geraakt? (+/- 30 woorden)

Dat is wat dit vak betreft helemaal niemand

 

Bij bewegen is het van belang dat jij weet wat je wilt en wat je kan. Daarom is het handig om je eigen kwaliteiten te (her)kennen. Welke van onderstaande kwaliteiten van sporters herken je bij jezelf? (Meerdere antwoorden mogelijk, markeer de kwaliteiten die je herkent met een ‘X’)

4

 

Doorzettingsvermogen

 

5

Doelgericht

 

5

 

Inschattingsvermogen

 

6

Overzichtelijk

 

6

 

Zelfvertrouwen

 

6

Grenzen stellen & bewaken

 

4

 

Jezelf willen overtreffen

 

(….)

Anders, namelijk ……

Hoe heb jij één van bovenstaande kwaliteiten toegepast binnen de sportles? (+/- 30 woorden)

Ik heb mijn doorzettingsvermogen weten te overtreffen

 

Op welke kwaliteit die jij hebt gebruikt tijdens het sporten ben jij het meest trots? En waarom?  (+/- 30 woorden)

Doorzettingsvermogen ik had moeite met de les vol te houden omdat het wat te lang duurde op de laptop. Toch heb ik de les uitgekeken en mee gedaan.

 

Komen deze kwaliteiten overeen met de kwaliteiten die jouw sportidool/ persoon waar je tegen op kijkt bezit? Waarom wel/niet? (+/- 30 woorden)

Nee ik heb geen sport idool van deze sport.

 

 

 

 

  1. Vragen tijdens mijn sport- en beweegkeuze

De docenten die jouw sport- en beweegkeuze hebben ontwikkeld, hebben jou tijdens het filmpje een aantal vragen gesteld. Deze vragen verwerk je in het gedeelte hieronder!

Omschrijving vraag 1

Antwoord vraag 1

Voor wat voor doelgroep was pilates in eerste instantie bedoeld

Voor elke doelgroep  iedereen kan zich er door ontwikkelen op eigen niveau

 

Omschrijving vraag 2

Antwoord vraag 2

Wat zijn de 6 principes van pilates

Concentratie, centrering, controle, ademhaling, precisie, flow

 

Omschrijving vraag 3

Antwoord vraag 3

Beschrijf in 3 zinnen wat pilates deed met je lichaam en geest

Pilates is een training waarbij houding, stabiliteit, coördinatie, ademhaling en focus op lichaam en geest het uitgangspunt is. Het is een effectieve training die je spiergroepen versterkt én rekt om een sterk maar ook soepel lichaam te krijgen.

 

 

sport les igikay

 

Les 6: Tussentijds bespreken en reflecteren

 

 

 

 

 

 

 

 

       

Je hebt nu twee lessen gehad waarbij je in beweging bent geweest! We gaan even terugkijken naar deze twee lessen, waarbij we dieper in gaan op de passie en drijfveren in het Ikigai model (benoemd in les 2). Daarnaast doen we een vooruitblik op les 7 en les 8 waarbij er de mogelijkheid is om eventueel je sport- en beweegkeuzes aan te passen!

  1. Een korte herhaling; Wat is ‘Ikigai’?

 

  1. Beluister de podcast (3min) over Ikigai. Klik hier voor de link!  (CTRL + linkermuisknop)
  2. Bekijk de onderstaande afbeelding over het concept ‘Ikigai’ aandachtig.

  1. Op ontdekking naar mijn passie en drijfveren.

Wat houdt je bezig als je niet werkt of met school bezig bent? (+/- 30 woorden)

Muziek & voetbal op deze manier kom ik tot rust en uit ik al mijn frustratie bijvoorbeeld.

 

Omschrijf een bezigheid waarbij je in een ‘flow’ komt, omdat je zoveel van deze activiteit houdt. (+/- 30 woorden)

Met muziek. Als ik eenmaal bezig ben met beats maken dan kan ik hier uren in op gaan en vliegen de uren voorbij omdat het ontspannen is en omdat ik er veel plezier in heb.

 

Wat is iets dat je zult blijven doen als je daar niet voor betaald wordt? (+/- 30 woorden)

Ik zal blijven voetballen en muziek maken. Dit puur omdat het gewoon mijn grootste hobby’s zijn en omdat ik er heel veel energie in kwijt kan.

 

Waar word jij gelukkig van? / Wat doet je glimlachen? (+/- 30 woorden)

Ik word gelukkig van mensen die ik gelukkig kan maken ik leef met ze mee en als ze zich goed voelen geeft mij dat een glimlach op mijn gezicht

 

 

Waar word jij enthousiast van? (+/- 30 woorden)

Ik word enthousiast van iets als iemand met een leuk idee aan komt om dit te doen zoals naar een festival of een voetbalwedstrijd ofzo

 

Wat zou je voor werk doen als jij je geen zorgen hoeft te maken over financiële of sociale beperkingen? Dus; Als er he-le-maal geen grens zou zijn. (+/- 30 woorden)

Ik zou muziek maken of optreden op een festival of iets als dat ooit mogelijk zou zijn

 

 

Waar ben jij goed in of wat is jouw expertise? (+/- 50 woorden)

Ik ben goed in sociaal contact met mensen en het helpen van mensen zowel mentaal als lichamelijk.

 

Geef een samenvatting van je Ikigai, specifiek kijkend naar je passie & drijfveren (vorige vragen). Omschrijf hierbij wie je bent en wat de belangrijke elementen uit je leven zijn. (+/- 100 woorden)

Het belangrijke aan mijn passie vind ik dat ik er mee blijf door vind en dat ik er later ook misschien echt wel iets mee kan. Ik ben sportief ingesteld en kan mensen motiveren positief te denken.

 

 

  1. Korte reflectie van mijn Ikigai & Actiontype in combinatie met mijn sport- en beweegkeuzes.

Op wat voor manier is jouw Ikigai te koppelen aan de keuzes van les 4 en 5? (+/- 30 woorden)

Het volhouden van de lessen en het positief inzien van de lessen die ik heb gedaan.

 

Wat moest jij tijdens de keuzes van les 4 of 5 doen waar jij écht goed in was? (+/- 30 woorden)

Ik heb het vergeleken met les 7 en 8 omdat les 4 en 5 niet af waren maar het doorzettingsvermogen en het echt plezier hebben in de sport die je doet daar was ik goed in

 

Hebben de stappen die jij genomen hebt om jouw Ikigai te vinden ook geholpen? Waarom wel/niet? (+/- 30 woorden)

Nee, ik volg mijn eigen stappen hoe ik te werk wil gaan met dingen wat sport, werk of wat dan ook betreft. Dit hek=lpt mij daar niet bij.

 

Op welke manier kwamen kenmerken van jouw Actiontype naar voren tijdens jouw keuzes van les 4 en/of les 5? (+/- 30 woorden)

In les 7&8 kwam snelheid naar voren en volhouding

 

Benoem een situatie waarin de kenmerken van jouw Actiontype tijdens de keuzes van les 4 en/of les 5 terugkomen in gedrag buiten de sport- en beweeglessen (bv thuis). (+/- 30 woorden)

Laatst toen ik snel nog naar de winkel moest ben ik er gauw heen gerent om zo nog op tijd te komen

 

 

 

sport les 7 basketbal

Les 7: Uitvoering sport- en beweegkeuze 3

Je hebt de derde sport- en beweegles volbracht! Hoe ging het? Wat kon jij goed? We gaan in dit deel van het sport- en beweegportfolio kijken welke kwaliteiten er bij jou naar boven kwamen tijdens de afgelopen sport- en beweegles.

  1. Vergelijking: Verwachting VS werkelijkheid.

In les 3 heb je een verwachting van je sport- en beweegkeuze voor les 7 geschetst. Hoe goed kwam deze verwachting overeen met de werkelijkheid? Had je een andere verwachting? Of hoe kwam het dat je verwachting al zo goed overeenkwam met de werkelijkheid? (+/- 30 woorden)

De sport was iets te rustig voor iets waar ik van hou dus ik moest m’n best doen om mijn aandacht er bij te houden

 

 

  1. Ontdekken van mijn kwaliteiten.

Kies een sportidool of iemand waar jij tegen op kijkt (dit kan ook iemand uit je omgeving zijn).

En waarom ben je hierdoor geïnspireerd geraakt? (+/- 30 woorden)

Dat is wat dit vak betreft helemaal niemand

 

Bij bewegen is het van belang dat jij weet wat je wilt en wat je kan. Daarom is het handig om je eigen kwaliteiten te (her)kennen. Welke van onderstaande kwaliteiten van sporters herken je bij jezelf? (Meerdere antwoorden mogelijk, markeer de kwaliteiten die je herkent met een ‘X’)

4

 

Doorzettingsvermogen

 

5

Doelgericht

 

5

 

Inschattingsvermogen

 

6

Overzichtelijk

 

6

 

Zelfvertrouwen

 

6

Grenzen stellen & bewaken

 

4

 

Jezelf willen overtreffen

 

(….)

Anders, namelijk ……

Hoe heb jij één van bovenstaande kwaliteiten toegepast binnen de sportles? (+/- 30 woorden)

Ik heb mijn doorzettingsvermogen weten te overtreffen

 

Op welke kwaliteit die jij hebt gebruikt tijdens het sporten ben jij het meest trots? En waarom?  (+/- 30 woorden)

Doorzettingsvermogen ik had moeite met de les vol te houden omdat het wat te lang duurde op de laptop. Toch heb ik de les uitgekeken en mee gedaan.

 

Komen deze kwaliteiten overeen met de kwaliteiten die jouw sportidool/ persoon waar je tegen op kijkt bezit? Waarom wel/niet? (+/- 30 woorden)

Nee ik heb geen sport idool van deze sport.

 

 

 

 

  1. Vragen tijdens mijn sport- en beweegkeuze

De docenten die jouw sport- en beweegkeuze hebben ontwikkeld, hebben jou tijdens het filmpje een aantal vragen gesteld. Deze vragen verwerk je in het gedeelte hieronder!

Omschrijving vraag 1

Antwoord vraag 1

Voor wat voor doelgroep was pilates in eerste instantie bedoeld

Voor elke doelgroep  iedereen kan zich er door ontwikkelen op eigen niveau

 

Omschrijving vraag 2

Antwoord vraag 2

Wat zijn de 6 principes van pilates

Concentratie, centrering, controle, ademhaling, precisie, flow

 

Omschrijving vraag 3

Antwoord vraag 3

Beschrijf in 3 zinnen wat pilates deed met je lichaam en geest

Pilates is een training waarbij houding, stabiliteit, coördinatie, ademhaling en focus op lichaam en geest het uitgangspunt is. Het is een effectieve training die je spiergroepen versterkt én rekt om een sterk maar ook soepel lichaam te krijgen.

 

 

sport les voetbal

 

Les 8: Uitvoering sport- en beweegkeuze 4

Je hebt de laatste sport- en beweegles op afstand volbracht! We gaan kort kijken hoe het de afgelopen sport en beweegmomenten is gegaan. Wat ging er goed? Wat zou er beter kunnen? Waar liep je tegenaan? We maken in dit deel van je sport- en beweeg portfolio een kleine analyse hiervan.

  1. Vergelijking: Verwachting VS werkelijkheid.

In les 3 heb je een verwachting van je sport- en beweegkeuze voor les 8 geschetst. Hoe goed kwam deze verwachting overeen met de werkelijkheid? Had je een andere verwachting? Of hoe kwam het dat je verwachting al zo goed overeenkwam met de werkelijkheid? (+/- 30 woorden)

Mijn verwachting met de werkelijkheid kwam prima overheen ik voetbal dagelijks dus ik vond het wel leuk.

 

 

  1. Jouw persoonlijke SWOT-analyse

Via een SWOT-analyse breng jij in kaart wat jouw sterktes, verbeterpunten, kansen en belemmeringen zijn. Aan de hand van dit model kan jij in één overzicht een duidelijke evaluatie maken van afgelopen periode met het doel om jezelf meer inzicht te geven over je eigen kwaliteiten en uitdagingen.  Onder elk onderdeel lees je precies wat je er moet neerzetten!

Sterktes

Verbeterpunten

Conditie weer opgebouwd

Te lang stilgezeten

 

Kansen

Belemmeringen

Meer gaan sporten

Dat alle sport complexen nog steeds dicht blijven

 

 

Omschrijf een moment uit een les, waar je één van de vier onderdelen van de SWOT-analyse duidelijk naar voren zag komen. (+/- 30 woorden)

Meer gaan sporten. Ik heb hier bij vernomen dat mij conditie in een korte tijd flink achteruit is gegaan. Dit heeft me wel aan het denken gezet. Ik kan beter weer wat vaker voetballen of uberhaupt sporten voor dat ik straks moeite heb met alles wat conditie betreft.

 

Als je jezelf een cijfer mocht geven voor afgelopen periode, welk cijfer zou dat dan zijn, en waarom? Kijk kritisch naar jezelf (+/- 50 woorden)

7

Ik heb mijn best gedaan en meer dan mijn best kan ik niet doen. Ik probeer hier om ook om in het wat rustiger te beginnen i.p.v. gelijk zo intensief

 
     

 

 

  1. Vragen van jouw sport- en beweegkeuze

De docenten die jouw sport- en beweegkeuze hebben ontwikkeld, hebben jou tijdens het filmpje een aantal vragen gesteld. Deze vragen kan je in dit deel verwerken!

Omschrijving vraag 1

Antwoord vraag 1

Waar zit de var?

De var zit in een soort kantoortje waar ze mee kijken op beeldschermen, de var zijn scheidsrechters buiten het veld.

 

Omschrijving vraag 2

Antwoord vraag 2

Hoelang is een voetbalveld

Lengte 90-120m

 

Omschrijving vraag 3

Antwoord vraag 3

Wat is buitenspel

Buiten spel is als iemand jou een paas geeft maar dat jij achter de laatste man van het andere elftal staat.

 

 

 

Keuzevak Autisme

Naam Lars van der Lande

Klas: M0VS4A

Studentnummer: 0226378

 

 

  1. Autisme in DSM V

 

Chris, een jonge man met autisme, probeert zich in het dagelijkse leven staande te houden met de hulp van Hans, het mannetje in zijn hoofd. De situatie wordt ingewikkeld wanneer Chris Gwen ontmoet.

 

Schrijf tijdens de film op welke kenmerken van autisme je terug ziet.

  • Geobsedeerd met leger vliegtuigen
  • Weet niet hoe hij zich moet gedragen in de zogenoemde normale samenleving
  • Heeft een plan bord voor bijvoorbeeld omkleden en klaarmaken voor een feestje
  • Heeft moeite met sociale contacten
  • Heeft moeite met emoties lezen

 

2. Executieve functies

Vul voor jezelf de executieve functies vragenlijst in.

Beschrijf welke 3 executieve functies bij jou het sterkst en zwakst ontwikkeld zijn, wat de executieve functies inhouden en noem voorbeelden.

Mijn sterkste executieve functies

  1. Ik trek geen overhaaste conclusies.
  2. Ik kan mijn persoonlijke gevoelens voor mij houden tot een taak voltooid is.
  3. Ik kan mij gemakkelijk aanpassen aan wijzigingen in plannen.

Mijn zwakst ontwikkelde executieve functies

  1. Ik beschouw mijzelf als een goed georganiseerde mens.
  2. Ongeacht de taak wil ik er zo snel mogelijk mee beginnen.
  3. Als ik veel te doen heb, kan ik mij makkelijk concentreren op de belangrijkste dingen

 

3.  Prikkels

       

Hoe ervaren mensen met autisme prikkels? Deze opdracht kun je beantwoorden door de filmpjes te bekijken in de Powerpoint van belevingscircuit

 

Ik maak door middel van een samenvatting deze opdracht en leg uit hoe mensen met autisme prikkels ervaren.

 

Afbeelding met tekst, whiteboard

Automatisch gegenereerde beschrijvingEen lastig punt voor mensen met autisme is dat ze sneller van streek raken, door een te veel aan prikkels op het werk op school of een prikkelbare omgeving zoals een winkelcentra. Dit kan een te veel aan licht, geluid, mensen of indringende geuren zijn. Voor mensen met autisme kan dit tot een overdaad aan prikkels leiden. Iemand met autisme krijgt snel te veel prikkels binnen, omdat de hersenen anders zijn afgesteld dan ‘normale’ mensen. Bepaalde geluiden, een rinkelende telefoon, verkeer van buiten of pratende collega’s, kunnen ongewild tot een grote stressbron leiden. Waar een ‘normaal’ persoon bepaalde geluiden kan uitsluiten, kan iemand met autisme dit niet.

Hier onder een getekende mind map van een paar voorbeelden waar iemand met het autisme spectrum last van heeft

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Afbeelding met tekst, whiteboard

Automatisch gegenereerde beschrijving

 

4. Autisme bij vrouwen en comorbiditeit

 

We hebben een mind map gemaakt over de vorm Depressie

 

 

 

 

 

 

 

 

 

5. Presentatie

De presentatie is samen gemaakt met Lars , Kristian & Rene. Deze is hierna gepresenteerd voor de klas in de vorm van een Kahoot quiz.

 

 

burgerschap

mijn laatste loonstrookje

Moeilijke woorden

Afbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijving

 

Moeilijke woorden

  • Vakantiegeldreservering

Vaak zie je dat bij deze werknemers het vakantiegeld periodiek wordt uitgekeerd, zodat het brutoloon hoger lijkt en voelt voor de medewerker. Het vakantiegeld en de vakantiereservering (opbouw van vakantiedagen) wordt dan dus al bij elke verloning uitbetaald.

  • Loonheffingskorting

Heffingskortingen zijn kortingen op de belasting. Hierdoor hoef je minder belasting te betalen. Als je in loondienst werkt, houdt je werkgever rekening met de algemene heffingskorting en de arbeidskorting. Deze kortingen noemen wij de loonheffingskorting.

  • Salarisspecificatie

De salarisspecificatie, traditioneel ook wel het loonstrook(je), salarisstrook(je) of weddestrook (voor militairen) genoemd, is voor veel werknemers de specificatie door de werkgever van het brutoloon, de toeslagen en inhoudingen, en het nettoloon, rekening houdende met de afspraken in de arbeidsovereenkomst

ZONDAG MET LUBACH 22 maart

 

Ik heb zojuist de aflevering van zondag met Lubach 22 maart gezien. Deze aflevering stond vol in de ban van Corona , over de gevaren van het virus en hoe mild mensen er mee om gaan. Mensen ervaren quarantaine als een soort vakantie en doen van alles en nog wat ook met grote groepen terwijl het een serieus internationaal probleem is.

 

WAT VALT MIJ HET MEESTE OP AAN DEZE AFLEVERING?

Het valt mij op dat het programma is heel anders is ingericht is dan normaal. Er zit normaal gesproken altijd publiek bij in een grote zaal. Nu zit Arjen Lubach met 2 collega’s in een kleinere ruimte wel uit elkaar te vertellen en te waarschuwen voor corona. Het programma gaat vaak over meerdere activiteiten die er in de wereld spelen maar nu is alles gericht op het corona virus.

 

WAAROM WORD ER ZO VAAK HERHAALD HOEVEEL AFSTAND JE MOET HOUDEN?

Dit is omdat heel veel mensen er maar heel gemakkelijk over denken. Ze denken mij overkomt het toch niet of het is maar een griepje maar het is een dodelijk virus dat heel snel verspreid en ook waar mensen met een zwakkere weerstand snel enorm ziek van kunnen worden. Veel mensen staan hier totaal niet bij stil omdat er misschien geen echte strengere maatregelingen worden genomen. Dit is de reden waarom het zo vaak word herhaald , je kan het namelijk ook al hebben zonder dat je het door hebt en dan steek je er zo anderen er mee aan. Arjen Lubach probeert hier mee echt de aandacht te wekken van mensen die niet de gepaste afstand toepassen. Dit door te zeggen thuis te blijven dit puur zo dat een groot deel van de bevolking elkaar niet besmet laat raken waar door je niet alleen zelf maar ook de mensen om je heen en uit eindelijk misschien wel het hele land kunt besmetten met dit virus. Mensen gaan met z’n alleen bijvoorbeeld wandelen op het strand maar uit eindelijk is dit dus de reden waar door en veel doden kunnen vallen.

 

WAT VIND JE VAN DEZE AFLEVERING?

Ik vind het erg goed dat hier aandacht aan word besteed. Het moet goed door dringen tot mensen dat het echt geen grap is. Dit virus is iets dat bijna nooit voor komt , daarom is het fijn dat er over word gepraat en er duidelijk word uitgelegd wat de gevolgen zijn. Het gaat dan wel de hele tijd over het zelfde onderwerp maar het is wel meeslepend. Je houd je aandacht er goed bij omdat het niet op een saaie manier word verteld maar op een toch wat meesleurende manier. Ik ben blij dat deze aflevering op tv is gekomen want misschien trek je met zoon manier van presenteren ook wel de wat jongere kijkers zo dat ze in zien hoe erg het probleem is. Voor mij is alles duidelijk en na deze aflevering nog duidelijker geworden. Blijf gewoon echt thuis als je thuis kan blijven en moet je echt heel nodig ergens heen ga snel heen hou afstand en ga snel weer terug naar huis.

 

4 dimensies opdracht burgerschap

 

  1. De bronafbeelding bekijkenPolitieke juridische dimensie

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Het is een zeer lastige tijd waar we mee te maken hebben en om dit op een zo juist mogelijk politieke manier kunnen door brengen heb ik een paar punten om op te noemen.

  1. Laat mensen in kleine groepjes op 1,5 meter van elkaar activiteiten met elkaar laten door brengen. Dit kan je je doen door op een open veld met meer dan genoeg ruimte af te

spreken en te overleggen hoe je op 1,5 meter de activiteiten kunt uitvoeren

 

  1. Mocht je naar buiten gaan en activiteiten gaan ondernemen zorg er dan altijd voor dat je iets van beveiliging bij je hebt hier mee bedoel ik mondkapjes of handschoenen met een kleine tube hand gel

Het plan is om zo kleine clubjes met mensen die dicht bij elkaar staan op een gepaste afstand dingen te laten doen om het normale leven weer een beetje te kunnen oppakken. Wat de scholen betreft lijkt het me verstandig om toch nog eventjes online lessen te blijven volgen. Als alles een beetje stiller word wat betreft de Corona dan proberen als het mooi weer is om een uurtje of 2 op een schoolplein lessen te laten verlopen en dit dan ook met afstand. Elke klas heeft dan 1 of 2 uur per week les op school zo dat er verder niet tegelijk meerdere klassen aanwezig zijn. het is erg belangrijk om de sociale contacten van mensen te onderhouden , het doel is dus ook om mensen weer een gevoel van het normale leven te geven en om uiteindelijk een eind te kunnen maken aan de vervelende tijd waar we in leven. Ik denk dat mensen hartstikke goed voor hun eigen veiligheid kunnen zorgen. Als dit namelijk nog langer zo door gaat als dat het nu is gaan er op een duur een hele boel protesten komen en loopt dit allemaal uit tot een dramatische ongeregelde staat waar in niemand meer weet wat hij of zij hier mee aan moet.

 

 

HOE REALISTISCH IS DIT?

Mensen zullen in het begin moeite hebben met deze verandering en nemen van 1 vinger misschien een hele hand omdat niemand het meer is gewend om wat voor heen de normale dingen waren die weer op de zelfde manier gaan uitvoeren. Als de restaurants weer gaan openen bestaat de kans wel dat mensen er met hordes heen gaan stormen waar door er een hoog risico is dat Corona weer omhoog komt. Ik denk dat de beveiliging bij restaurants daarom wel wat mag worden verheugd om het allemaal zo soepel mogelijk te laten verlopen.

 

HOELANG GAAT DIT DUREN?

Er is geen duidelijke datum waar dit eindelijk veranderd kan worden. Het beste is om deze regels te volgen totdat er duidelijk word vermeld dat deze opgeheft zullen worden. Zonder zekerheid kunnen wij ons niet anders gaan inzetten in de situatie. Deze omstandigheden kunnen erg lang doorgaan dus iedereen moet zich aan de regels blijven houden.

 

GEVAREN

Er zijn veel gevaren mogelijk bij deze regels. De eerste simpelweg dat niemand zich eraan houdt. Hierdoor worden de sterfgevallen en het aantal patiënten hoger en erger. Veel mensen vinden het lastig om binnen te blijven en vooral kinderen. Hierdoor is er besloten de kinderen iets meer ruimte te geven met naar buiten gaan. Een tweede gevaar is het protesteren. Als er gekeken wordt naar de protesten in Amsterdam voor het ongeval in Amerika dan zie je dat er erg veel mensen besloten hebben dat het protesteren belangrijker is dan de veiligheid op het moment. Dit is erg zonde voor de mensen die voorzichtig willen doen omdat het gehalte van corona zo ook veel meer kans heeft om omhoog te gaan.

 

OVERIGE PUNTEN

Als je kijkt naar de horeca dan wordt er op het moment alweer flink buiten gezeten op de terrassen wat erg leuk is. Of het veilig is? Dat is nog de vraag. De anderhalve meter afstand houden wordt bij veel horecagelegenheden al wel vertreden. Dit is niet de bedoeling. Ik vind dat er meer aandacht besteed moet worden aan de 1,5 meter grens tussen de tafels en de personen op de terrassen.

 

 

 

 

  1. Sociaal maatschappelijke dimensie

 

 

 

Sociaal kapitaal als motor voor innovatie - MT.nl

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ouderen betrekken bij de ouderenzorg; hoe doe je dat? - Elaa

 

 

 

 

Stoelen Lege Kantoor - Gratis foto op PixabayDagbesteding voor verstandelijk gehandicaptenEenzaamheid niet minder onder fysiek beperkte ouderen die extra ...

 

 

KWETSBARE DOELGROEPEN

 

Schoolkind | Ontwikkelingspsychologie

 

Vijf lessen die we hebben geleerd van twee maanden thuisonderwijs ...

 

Opdracht 1

 

 

De eerste doelgroep die in mij opkwam zijn oudere mensen. Zij zijn natuurlijk kwetsbaarder voor het virus met als gevolg dat ze op sociaal gebied haast niets meer kunnen ondernemen. Boodschappen doen wordt lastiger, bezoek ontvangen wordt afgeraden en de wekelijkse bridgeavond staat on hold. Eigenlijk is de beste manier helemaal even geen sociale contacten te ontvangen of dingen te gaan ondernemen.

 

De tweede doelgroep die in mij opkwam zijn mensen met een verstandelijke beperking, psychische klachten of andere redenen waarom zij in een woongroep leven. Vaak mogen ouders en familie enkele weken niet langskomen in verband met besmettingsgevaar voor de hele groep. Ook zijn de dingen zoals dagbesteding of werk niet meer zo vanzelfsprekend waardoor het ritme kan wegvallen en dat een negatief effect heeft op de mensen.

 

Als laatste heb ik toch gekozen voor kinderen.  Lichamelijk zijn zij naar alle waarschijnlijkheid geen risicogroep, maar van de een op ander moment thuis onderwijs krijgen van je ouders of voogd kan heel pittig zijn. Wat helaas ook veel voorkomt is dat sommige kinderen soms compleet van de radar verdwijnen als ze niet meer dagelijks op school hoeven zijn. Ook is het aantal meldingen bij de kindertelefoon vele malen hoger in corona tijd dan normaal.

 

De overheid heeft al verschillende samenwerkingen en initiatieven lopen. Onder andere:

  • NL Doet; brengt hulpvragen en vrijwilligerswerk bij elkaar
  • Er zijn diverse hulplijnen beschikbaar gesteld voor ouderen
  • Een corona hulplijn voor ouders met een migratie achtergrond
  • Het platform www.nietalleen.nl
  • Ready2help informeert kwetsbare burgers hoe zij zich kunnen beschermen tegen het coronavirus

 

Ook zijn er natuurlijk vele burgerinitiatieven. Zo bieden mensen zich aan om boodschappen te doen voor kwetsbare ouderen, een carpool voor mensen die niet meer met het OV durven, een hoogwerkers bedrijf stelt materialen beschikbaar voor ontmoetingen tussen kleinkinderen en opa’s en oma’s die hoog in een bejaardenflat wonen en zo zijn er nog vele voorbeelden.

Deze initiatieven zijn allemaal erg nodig en goed maar toch blijft het belangrijk om verder te kijken hoe we op lange termijn stapje voor stapje weer kunnen normaliseren en terug kunnen keren naar een samenleving die we ooit kenden.

Opdracht 2

 

Voor opdracht 2 hebben we als groep gekozen voor de doelgroep: kwetsbare eenzame ouderen.

We hebben voor deze groep gekozen omdat het voor de corona crisis al grote doelgroep was die vereenzaamd en mede door deze crisis dit alleen maar erger wordt. Omdat we ons aan de 1.5 meter afstand moeten houden is het opzetten van een initiatief wat lastiger dan anders maar we hebben een leuk idee bedacht!

Het plan:

We gaan een leuke muziekmiddag opzetten met liedjes die iedereen kent zoals oud Nederlandse nummers die ook door mensen met dementie nog mee kunnen worden gezongen. Ook is er ruimte om te dansen en te bewegen. Dit alles zal buiten gebeuren waardoor de ouderen vanaf de balkons of vanaf de ingang op veilige afstand mee kunnen doen. Muziek verbind en dit zal dan ook zorgen voor een leuke middag met hernieuwde energie voor de ouderen. We noemen dit ook wel een contactloos buitenconcert.

 

Andere initiatieven:

Gelukkig zijn er al vele andere initiatieven opgezet door mensen om eenzaamheid zoveel mogelijk tegen te gaan. De leukste zijn:

  • Virtuele rondleidingen door musea
  • Ik kook van harte voor jou van Resta vanHarte en het bedrijf MAGGI
  • Coromapost
  • Nationale thuisbingo
  • Elke dag een gouwe ouwe op Facebook

 

Raamposteractie: #Samen Sterk tegen Corona | Nieuwe OoststellingwerverDeze doelgroep gaat ons aan het hart omdat we zelf ook opa’s en oma’s hebben die we nu niet kunnen zien. We hebben natuurlijk zoveel mogelijk contact met ze en we hebben het geluk dat de meesten hip genoeg zijn om te videobellen waardoor we ze kunnen zien. Sommige van ons doen ook boodschappen of maaien het gras zodat we toch nog iets voor ze kunnen doen. Maar helaas zijn er vele ouderen zonder kinderen of kleinkinderen in de buurt, geen familie meer en weinig vrienden die geen sociaal vangnet hebben. Daarom hebben wij gekozen om juist voor deze mensen bij te dragen aan een goed initiatief waardoor zij minder eenzaam zijn en een positieve gezellige dag krijgen.

  1. Economische dimensie

Opdracht 2

 

In deze tijd zijn er een hoop mensen die minder geld uitgeven. Door dit gedrag hebben steeds meer bedrijven uit de middenstand het moeilijk. Om hier op in te spelen is het idee om een campagne te starten . Met de campagne hebben we als doel dat men geld uitgeeft aan bedrijven in de middenstand. De baas van Dennis is eigenaar van het bedrijf intercom wat buiten reclame verzorgt door heel Nederland. Momenteel ligt deze markt op zijn kop. Door geheel Nederland worden de lege borden gevuld met slogans als ‘’Het wordt weer beter”. Ons voorstel is om een campagne te beginnen voor de middenstand met een slogan als: “ Help de middenstand door te kopen’’. Met deze campagne hopen we een boost te geven in de economie. Het is van belang dat geld blijft doorstomen in deze tijden. De voordelen aan dit plan is dat je mensen bewust maakt van het belang dat de middenstand wordt geholpen door deze crisis heen. Daarnaast zit er ook een minpunt aan, de kans is groot dat men hun geld uitgeeft aan de multinationals in plaats van aan de middenstand. Wij ervaren dit plan als realistisch aangezien de vraag en aanbod op elkaar aansluiten.

 

 

Ons tweede plan is om een voorstel te doen aan de tweede kamer om een fonds op te zetten voor bedrijven die participatie banen aanbieden. Veel van deze instellingen zitten in zwaar weer in deze tijd. Wij denken dat het van belang is dat deze bedrijven blijven bestaan aangezien er een recessie op de loer ligt. Door een recessie zullen velen mensen werkloos worden. Een participatie baan is een mooie uitkomst om mensen een dag invulling te geven en uiteindelijk door te laten stromen naar een baan. Een voordeel aan dit plan is dat de doorstroom hoogstwaarschijnlijk sneller gaat wanneer de economie weer beter gaat. Een nadeel aan dit plan is dat het een hoop geld gaat kosten terwijl de staatskas al leeg begint te raken. We denken dat dit plan niet heel realistisch is aangezien wij te weinig ervaring hebben op dit gebied om met een reëel voorstel te komen.

Momenteel heeft het betaalde sport wereld in Nederland het zwaar. Als we bijvoorbeeld het betaald voetbal nemen. Het bizar om te zien wat voor bedragen er rond gaan in deze wereld. Het idee is dat we een demonstratie organiseren om het betaalde voetbal niet te stimuleren. Het geld wat hieraan uitgegeven wordt is belachelijk hoog en in deze tijden  kan het geld wel beter uitgegeven worden. De voordelen van dit plan is dat wanneer er geluisterd wordt dat misschien het betaald voetbal wordt gereset en dat het niet zo belachelijk duur hoeft te zijn. Een nadeel aan dit plan is dat je een grote ja kamp krijgt en een grote nee kamp komt. Onrust is iets wat je in deze tijd niet wilt. Is dit plan dan wel realistisch? Wij denken van niet de onrust die gecreëerd wordt en de sociale functie van deze wereld te zwaar weegt.

 

 

  1. DIMENSIE VITAAL

 

Het is erg lastig om in deze tijd ontspanning te vinden omdat alles om zijn kop staat. Wanneer plan je nou wat je gaat doen en is het de goede beslissing? Ik denk dat het verstandig is om buiten de spits om bijvoorbeeld te gaan hardlopen als dit je hobby is of om boodschappen te doen tijdens etenstijd en iets later te gaan eten. Op deze manier ontloop je een hoop drukte. Wat ook een goede optie is om online sport lessen of spelletjes te gaan doen. Zo blijf je altijd in contact met mensen maar wel een goede gepaste afstand. Probeer gezond en zuinig te leven eet meer groente en fruit. Probeer genoeg te sporten en je blijft fit , op deze manier is het makkelijker de tijd door te komen. Zorg er voor dat je genoeg slaap krijgt , op deze manier kun je ook makkelijker met je werk bezig , mocht je thuis werk hebben ga dan elke dag even zitten en schrijf op wat je op deze dag moet doen voor het werk. Als je wel naar je werk reist zorg er dan voor dat je goed afstand houd en dat je je werk voorzichtig uitvoert. Plan de tijd dat je naar je werk gaat om problemen te voorkomen. Als er mensen zijn die een feestje hebben of met meer mensen met je willen afspreken , vermijd dit en denk om je eigen gezonheid. Je zult dit misschien jammer vinden maar dit zorgt uiteindelijk voor minder zorgen. Mocht er in eens iets tussen komen waar door je stress gehalte omhoog stijgt blijf dan altijd rustig en kijk wat de beste optie is om hier tegen te doen. Zorg dat je via afstand in contact blijft met mensen die hier meer over weten of je hier bij willen helpen. In de tijd van alleen thuis zitten deze tijd is de behoefte naar alcohol of drugs bij sommige mensen zeer actief. Probeer hier ook over te praten of zoek iets gezonds of een betere afleiding om dit te gaan negeren , dit kan heel lastig zijn maar iedereen kan uit eindeijk deze situatie overwinnen.

DE DE 2DE KAMER VERKIEZINGEN

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Welke drie partijen komen hier bij jou als hoogste naar voren.

FVD , CDA , D66

 

  1. Welke partij komt bij jou als laatste uit de bus?

VVD

 

  1. Op welke partij ga jij stemmen?

FVD

 

Het eerste standpunt dat ik goed van de FVD vind is weg uit de EU, natuurlijk heeft de BREXIT ook een groot probleem gehad met het verlaten van de EU maar daar gaat het nou ook steeds beter mee. Ik vind dat een land zelf mag bepalen wat het wel of niet doet en niet achter ieder ander land aan hoeft te lopen.

Standpunt 2 is Corona. Ieder heeft zijn eigen mening hier over met de mondkapjes plicht etc. maar ik vind dat de VVD te laks heeft gehandeld wat corona betreft en de mondkapjes plicht zou ook weg moeten kunnen, dit zorgt alleen maar voor angst zaaien en het helpt bijna niks de ziektegevallen blijven toch wel oplopen of het nou met of zonder mondkapje is.

Standpunt 3 is de vrijheid van meningsuiting. Deze moet gewoon kunnen blijven en er zit natuurlijk een groot verschil tussen vrijheid van meningsuiting en het beledigen van een persoon op culturele basis of huidskleur of iets.

 

  1. Wat onderscheidt voor jou, “jouw” partij ten opzichte van de andere twee die ook hoog uit jouw test kwamen?

                                                       De FVD staat valt eigenlijk wat de andere partijen betreft net buiten het bootje. Er worden dingen benoemd die volgens het kabinet veel te heftig zijn om over te hebben terwijl de standpunten wel kloppen. Om deze reden kies ik voor FVD

 

  1. Welke partij spreekt jou het minst aan. Onderbouw dit aan de hand van minimaal 3 standpunten van de partij.

VVD

 

Bij de VVD staat de grote economie op nummer 1 Rutte financiert wel eens waar de economische bedrijven maar door de Corona crisis laat hij al de kleine bedrijven vallen als een baksteen. Hij belooft van alles en nog wat ook aan de zorg etc. maar komt ze uiteindelijk nooit na of hij zegt dat hij van niets weet.

Standpunt 2 hij zou wel een kerncentrale in Nederland willen. Maar deze centrale word dan geplaatst ergens boven in Groningen lekker ver weg van Den haag waar Rutte er geen last van heeft maar de bevolking die in Groningen woont wel.

Standpunt 3 de snelheid van 130 naar 100 km p/u.

Ik zelf vind dit een belachelijke regel. Het is dan voor de natuur en alles beter en de gene die de eerste stap neemt laat anderen volgen maar ik vind het maar een achterlijke wet om als kikkerlandje de snelwegen tussen bepaalde uren van 130 naar 100 Km p/u te laten gaan.

Je schiet hier niks mee op en het doet ook helemaal niks op de wereldschaal wat co2 uitstoot betreft.

Afbeeldingsresultaat voor politieke partijen banner

  1. Welke partij heeft volgens jou een positieve invloed op de maatschappelijke zorg/het sociale werkveld? Onderbouw dit aan de hand van minimaal 3 argumenten.
  2.  

Buiten dat ik FVD stem vind ik dat de CDA wel goede standpunten heeft.

De CDA wil extra geld in veiligheid steken. Op deze manier maak je het een stuk aangenamer en betrouwbaarder in het land

Standpunt 2 is de georganiseerde aanpak van de criminaliteit. Als er meer geld word gestopt in het aanpakken van ciminele activiteiten maak je het voor mensen een stuk veiliger en aangenamer in Nederland. Nederland is groot wat drugs betreft. Laat ze hier maar wat harder tegen optreden zo dat de verslavingen ook kunnen dalen.

Aanpak terrorisme. Een paar jaar geleden is er nog een terroristische aanval geweest in een tram in Nederland. Ik vind dat de straf op zo iets als dit maximaal moet zijn. blijf van de mensen af de aanpak hier op mag dus veel hardhandiger en de vervolgen voor een persoon die een aanslag doet mogen extreem zijn.

 

  1. Onderbouw welke politicus jou het meest aanspreekt aan de hand van uitspraken/standpunten.

Er zijn 2 lijsttrekkers die mij wel aanspreken dat zijn Thierry Baudet en Geert Wilders

Natuurlijk komen deze 2 mensen bij veel mensen binnen als Racist of vrouwonvriendelijk persoon maar als ik door dit heen kijk zie ik gewoon de punten die ik vind kloppen Nederland is Nederland en een multiculturele samenleven is heel mooi en ook prachtig dat het kan maar het gebeurt toch gewoon te vaak dat gezinnen in de bijstand of mensen met grote geldproblemen vaak worden overgeslagen en aan het einde van een wachtlijst worden gezet terwijl rijken vaak veel huizen opkopen en dit voor veel te veel geld weer verhuren terwijl de ruimte vaak al minimaal is. En iemand die als vluchteling uit een ander land komt krijgt al heel gauw een huis terwijl iemand met een Nederlandse nationaliteit van geboorte vaak te lang moet wachten hier voor of hier helemaal niet voor in aanmerking komt.

 

 

  1. Er zijn politieke partijen die andere partijen uitsluiten om na de verkiezingen mee samen te werken.
    • Om welke partijen gaat dit?

Dit gaat vooral om de FVD & de PVV omdat de partijen zoals eerder benoemd racistisch of mens onterend worden genoemd.

  • Wat vind je daarvan? Onderbouw middels argumenten.

Ik vind dat een paar van de standpunten kloppen maar zo heeft iedere partij plus en min punten. Maar juist omdat de negatieve dingen vaak in het nieuws worden gebracht zien mensen het positieve van zo’n partij niet in die er genoeg zijn.

 

 

Verkiezingsdebat

 

Bekijk het verkiezingsdebat van RTL (28-02-2021) of die van de NOS (16-03-2021).

  1. Welke twee thema’s uit het debat spreken jou het meest aan en waarom?

 

Het betalen van meer belasting

Dit vind ik een achterlijk idee, op alles in Nederland zit al belasting en die word met het jaar als nog hoger, het slaat nergens op dat men nog meer belasting wilt eisen van de bevolking.

 

De Massa immigratie

Ook een zeer gevoelig onderwerp, wij zijn als Nederland als een klein land met een woning te kort dus ik snap de massa immigratie niet. Laat het zo als het nu is of iets minder zo kan Nederland zich ook goed focussen op de problemen die hier al genoeg spelen i.p.v. buitenstaande problemen die hier heen worden getrokken. Nederland helpt genoeg landen maar krijgt er zelf amper wat voor terug.

 

  1. Beschrijf per lijsttrekker wat je van hem of haar vond? Denk hierbij aan houding en gedrag, maar ook aan manier waarop de standpunten werden onderbouwd.

 

Mark Rutte

 

ik heb helemaal niks met Mark hij ontvangt kritiek en lacht alles weg, hij doet telkens maar weer valse beloftes en mensen blijven als nog maar geloven in hem ik snap het niet.

 

Geert Wilders

Je kan zeggen van Geert Wilders wat je vind maar met de jaren vind ik hem rustiger geworden. Hij zegt wel waar het op staat en gaat hier om niet zo diep in discussie zoals hij jaren geleden deed.

 

Sigrid Kaag

Ik vind haar wel een echte politicus ze staat achter alles wat ze zegt en laat zich niet weg stoten. Een aantal dingen die ze zegt geef ik haar gelijk in maar ik weet niet zo goed wat ik moet geloven wat uit komt.

 

Jesse Klaver

Ik vind Jesse Klaver altijd een beetje een Obama houding en speech aannemen. Hij probeert de bevolking een beetje op een geacteerde manier te benaderen en probeert hier door veel invloed te krijgen. Ik vind het verder wel een goede politicus maar een aantal dingen ben ik het gewoon niet mee eens wat de uitstoot etc. betreft.

 

  1. Welke partij heeft voor jou dit verkiezingsdebat gewonnen en waarom?

Sigrid Kaag

Ik vind het een pittige vrouw met een positieve blik op de toekomst en denk dat dit een frisse start kan zijn voor het kabinet en het Land

 

  1. Wat viel jou op aan de debatleider (presentator) van het debat? Wat vond je sterk en wat vond je minder?

Midden in het debat wanneer het net een beetje interessant werd begon hij zich er mee te bemoeien en kapte het af omdat de tijd om was.

Wat ik wel sterk vond is dat hij ook zijn meningen had en deze ook uitte
 

  1. Tijdens een televisiedebat worden niet alle partijen uitgenodigd. Wat is hier volgens jou een reden van. Beargumenteer jouw mening.

Ik denk dat alleen de grootste en bekendste partijen in beeld komen je ziet ze op straat het meest voorbij komen en in de reclames ook. Iedereen kent ze en volgt wel 1 van deze partijen.

 

              2DE KAMER VERKIEZINGEN

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Welke drie partijen komen hier bij jou als hoogste naar voren.

FVD , CDA , D66

 

  1. Welke partij komt bij jou als laatste uit de bus?

VVD

 

  1. Op welke partij ga jij stemmen?

FVD

 

Het eerste standpunt dat ik goed van de FVD vind is weg uit de EU, natuurlijk heeft de BREXIT ook een groot probleem gehad met het verlaten van de EU maar daar gaat het nou ook steeds beter mee. Ik vind dat een land zelf mag bepalen wat het wel of niet doet en niet achter ieder ander land aan hoeft te lopen.

Standpunt 2 is Corona. Ieder heeft zijn eigen mening hier over met de mondkapjes plicht etc. maar ik vind dat de VVD te laks heeft gehandeld wat corona betreft en de mondkapjes plicht zou ook weg moeten kunnen, dit zorgt alleen maar voor angst zaaien en het helpt bijna niks de ziektegevallen blijven toch wel oplopen of het nou met of zonder mondkapje is.

Standpunt 3 is de vrijheid van meningsuiting. Deze moet gewoon kunnen blijven en er zit natuurlijk een groot verschil tussen vrijheid van meningsuiting en het beledigen van een persoon op culturele basis of huidskleur of iets.

 

  1. Wat onderscheidt voor jou, “jouw” partij ten opzichte van de andere twee die ook hoog uit jouw test kwamen?

De FVD staat valt eigenlijk wat de andere partijen betreft net buiten het bootje. Er worden dingen benoemd die volgens het kabinet veel te heftig zijn om over te hebben terwijl de standpunten wel kloppen. Om deze reden kies ik voor FVD

 

  1. Welke partij spreekt jou het minst aan. Onderbouw dit aan de hand van minimaal 3 standpunten van de partij.

VVD

 

Bij de VVD staat de grote economie op nummer 1 Rutte financiert wel eens waar de economische bedrijven maar door de Corona crisis laat hij al de kleine bedrijven vallen als een baksteen. Hij belooft van alles en nog wat ook aan de zorg etc. maar komt ze uiteindelijk nooit na of hij zegt dat hij van niets weet.

Standpunt 2 hij zou wel een kerncentrale in Nederland willen. Maar deze centrale word dan geplaatst ergens boven in Groningen lekker ver weg van Den haag waar Rutte er geen last van heeft maar de bevolking die in Groningen woont wel.

Standpunt 3 de snelheid van 130 naar 100 km p/u.

Ik zelf vind dit een belachelijke regel. Het is dan voor de natuur en alles beter en de gene die de eerste stap neemt laat anderen volgen maar ik vind het maar een achterlijke wet om als kikkerlandje de snelwegen tussen bepaalde uren van 130 naar 100 Km p/u te laten gaan.

Je schiet hier niks mee op en het doet ook helemaal niks op de wereldschaal wat co2 uitstoot betreft.

Afbeeldingsresultaat voor politieke partijen banner

  1. Welke partij heeft volgens jou een positieve invloed op de maatschappelijke zorg/het sociale werkveld? Onderbouw dit aan de hand van minimaal 3 argumenten.
  2.  

Buiten dat ik FVD stem vind ik dat de CDA wel goede standpunten heeft.

De CDA wil extra geld in veiligheid steken. Op deze manier maak je het een stuk aangenamer en betrouwbaarder in het land

Standpunt 2 is de georganiseerde aanpak van de criminaliteit. Als er meer geld word gestopt in het aanpakken van ciminele activiteiten maak je het voor mensen een stuk veiliger en aangenamer in Nederland. Nederland is groot wat drugs betreft. Laat ze hier maar wat harder tegen optreden zo dat de verslavingen ook kunnen dalen.

Aanpak terrorisme. Een paar jaar geleden is er nog een terroristische aanval geweest in een tram in Nederland. Ik vind dat de straf op zo iets als dit maximaal moet zijn. blijf van de mensen af de aanpak hier op mag dus veel hardhandiger en de vervolgen voor een persoon die een aanslag doet mogen extreem zijn.

 

  1. Onderbouw welke politicus jou het meest aanspreekt aan de hand van uitspraken/standpunten.

Er zijn 2 lijsttrekkers die mij wel aanspreken dat zijn Thierry Baudet en Geert Wilders

Natuurlijk komen deze 2 mensen bij veel mensen binnen als Racist of vrouwonvriendelijk persoon maar als ik door dit heen kijk zie ik gewoon de punten die ik vind kloppen Nederland is Nederland en een multiculturele samenleven is heel mooi en ook prachtig dat het kan maar het gebeurt toch gewoon te vaak dat gezinnen in de bijstand of mensen met grote geldproblemen vaak worden overgeslagen en aan het einde van een wachtlijst worden gezet terwijl rijken vaak veel huizen opkopen en dit voor veel te veel geld weer verhuren terwijl de ruimte vaak al minimaal is. En iemand die als vluchteling uit een ander land komt krijgt al heel gauw een huis terwijl iemand met een Nederlandse nationaliteit van geboorte vaak te lang moet wachten hier voor of hier helemaal niet voor in aanmerking komt.

 

 

  1. Er zijn politieke partijen die andere partijen uitsluiten om na de verkiezingen mee samen te werken.
    • Om welke partijen gaat dit?

Dit gaat vooral om de FVD & de PVV omdat de partijen zoals eerder benoemd racistisch of mens onterend worden genoemd.

  • Wat vind je daarvan? Onderbouw middels argumenten.

Ik vind dat een paar van de standpunten kloppen maar zo heeft iedere partij plus en min punten. Maar juist omdat de negatieve dingen vaak in het nieuws worden gebracht zien mensen het positieve van zo’n partij niet in die er genoeg zijn.

 

 

Verkiezingsdebat

 

Bekijk het verkiezingsdebat van RTL (28-02-2021) of die van de NOS (16-03-2021).

  1. Welke twee thema’s uit het debat spreken jou het meest aan en waarom?

 

Het betalen van meer belasting

Dit vind ik een achterlijk idee, op alles in Nederland zit al belasting en die word met het jaar als nog hoger, het slaat nergens op dat men nog meer belasting wilt eisen van de bevolking.

 

De Massa immigratie

Ook een zeer gevoelig onderwerp, wij zijn als Nederland als een klein land met een woning te kort dus ik snap de massa immigratie niet. Laat het zo als het nu is of iets minder zo kan Nederland zich ook goed focussen op de problemen die hier al genoeg spelen i.p.v. buitenstaande problemen die hier heen worden getrokken. Nederland helpt genoeg landen maar krijgt er zelf amper wat voor terug.

 

  1. Beschrijf per lijsttrekker wat je van hem of haar vond? Denk hierbij aan houding en gedrag, maar ook aan manier waarop de standpunten werden onderbouwd.

 

Mark Rutte

 

ik heb helemaal niks met Mark hij ontvangt kritiek en lacht alles weg, hij doet telkens maar weer valse beloftes en mensen blijven als nog maar geloven in hem ik snap het niet.

 

Geert Wilders

Je kan zeggen van Geert Wilders wat je vind maar met de jaren vind ik hem rustiger geworden. Hij zegt wel waar het op staat en gaat hier om niet zo diep in discussie zoals hij jaren geleden deed.

 

Sigrid Kaag

Ik vind haar wel een echte politicus ze staat achter alles wat ze zegt en laat zich niet weg stoten. Een aantal dingen die ze zegt geef ik haar gelijk in maar ik weet niet zo goed wat ik moet geloven wat uit komt.

 

Jesse Klaver

Ik vind Jesse Klaver altijd een beetje een Obama houding en speech aannemen. Hij probeert de bevolking een beetje op een geacteerde manier te benaderen en probeert hier door veel invloed te krijgen. Ik vind het verder wel een goede politicus maar een aantal dingen ben ik het gewoon niet mee eens wat de uitstoot etc. betreft.

 

  1. Welke partij heeft voor jou dit verkiezingsdebat gewonnen en waarom?

Sigrid Kaag

Ik vind het een pittige vrouw met een positieve blik op de toekomst en denk dat dit een frisse start kan zijn voor het kabinet en het Land

 

  1. Wat viel jou op aan de debatleider (presentator) van het debat? Wat vond je sterk en wat vond je minder?

Midden in het debat wanneer het net een beetje interessant werd begon hij zich er mee te bemoeien en kapte het af omdat de tijd om was.

Wat ik wel sterk vond is dat hij ook zijn meningen had en deze ook uitte
 

  1. Tijdens een televisiedebat worden niet alle partijen uitgenodigd. Wat is hier volgens jou een reden van. Beargumenteer jouw mening.

Ik denk dat alleen de grootste en bekendste partijen in beeld komen je ziet ze op straat het meest voorbij komen en in de reclames ook. Iedereen kent ze en volgt wel 1 van deze partijen.

             

B1-KI-W1

Hoe stel je een ondersteuningsvraag op (vanuit je observatie)?

Hoe stel je een ondersteuningsvraag op (vanuit je observatie)?

 

door aan familie van client te vragen welke hulp zij of hij nodig zou hebben. ook door het patroon te bekijken die de client heeft. hier op in te spelen en kijken waar de client het meest hulpt bij nodig heeft.

Hoe observeer je en verwerk je de observatie in een plan?

Observeren en rapporteren

 

 

Het stappenplan

Reden van observatie

Ik wil graag weten waarom Michel zich aan zoon strak schema houd

Observatiedoel

Mijn doel is om te kijken of Michel ook af wijkt van zijn standaard patroon dus of die de ene dag anders is dan de andere

Observatievraag

Hoe vaak gaat Michel van gedachten veranderen

Plan van aanpak

Cosis eenrumermaar 1

Datum: 15-11-2019

Observatieplan

Vrije observatie

Observatie hulpmiddelen

Een memo , pen , kladblok op telefoon

Manier van rapporteren

Op word op telefoon , in een boekje

 

 

 

 

 

OBSERVEREN EN RAPPORTEREN

Ik heb hier bij op mijn stage een client genaamd Michel een aantal weken geobserveerd , hier bij heb ik zijn eetroutine afgekeken , zijn dagelijkse werk , en gekeken naar de gedragsuitingen die Michel maakt als die het bijvoorbeeld ergens mee eens is of oneens is.

 

De client waar over het gaat heet Michel. Michel is autistisch en begint zijn dag altijd met een kopje aardbei thee met 2 schepjes suiker , dan gaat hij op de bank zitten en begint mij dan een verhaal te vertellen over het huis waar die woont en dat zijn kamer een paar week geleden is geschilderd naar een fel groene kleur ‘zoals de kleuren van FC Groningen” zegt die dan. Michel heeft ook een plastic mapje waar die een zelf ingekleurd huis heeft zitten. Dit gekleurde huis op een a4’tje draagt Michel altijd met zich mee. hier door voelt die zich veilig en in een vertrouwde omgeving , omdat die dan altijd iets persoonlijks bij zich heeft als het te druk met mensen om zich heen word door de prikkels of als hij gewoon eventjes alleen wilt zitten. Michel houd erg van tekenen , elke keer als er tijd voor is tekent hij een kleurplaat met bloemetjes of iets anders creatiefs in.

Mijn stage adres is op een drukkerij met verstandelijk gehandicapte personen , de taak van Michel in de drukkerij is vaak het vouwen van boekjes of bladzijdes sorteren. Soms loop ik dan aan hem voorbij en dan zie ik hem een beetje voor over gebogen aan het werk en onzeker om zich heen kijken , iets zegt mij dan dat de prikkels hem te veel worden door de collega’s van hem die dan aan de zelfde tafel aan het werk zijn met een andere opdracht van de drukkerij. Ik schrijf regelmatig ook op een memo of ik verandering zie in zijn houding of in zijn sociale contact met collega’s  Michel praat heel weinig met andere collega’s want hij zegt dat het praten over prive situaties tot ontslag kan leiden , dit kan helemaal niet want het is puur de dagbesteding voor mensen zoals Michel. Als Michel zo iets zegt dan denk ik  dat het gewoon door zijn autisme komt en dat hij het daarom eigenlijk alleen maar heel zwart wit ziet.

In de pauze pakt Michel zijn blauwe broodtrommel er bij en eet hij 2 broodjes met vaak een banaan of een mandarijn , dit is zijn eetroutine. We hebben een boekenkast in de kantine staan waar Michel ook elke dag een boek over dieren of auto’s uit pakt hier leest die dan een stukje uit wat hem interesseert en dan pakt die het plaatje van bijvoorbeeld de auto en legt hij een a’4tje over heen en trekt het zo nauwkeurig mogelijk over. Michel weet ook erg veel over geschiedenis , hij weet bijvoorbeeld precies wanneer napoleon getrouwd is of weet oude Griekse termen om te noemen.

Ik geef Michel hier en daar wel eens een complimentje over het werk dat hij verricht of om bijvoorbeeld de tekening die hij dan heeft gemaakt, ik merk dat hij hier heel erg van opfleurt en het soms dan niet gelooft , dan is het van ja echt waar weet je het zeker?

Na de grote pauze gaan we vaak met een klein groepje eventjes een stukje wandelen. Michel gaat meestal ook mee als we gaan wandelen , dan loopt hij altijd alleen en dan 10 meter ongeveer achter de rest van de groep aan. Michel neemt ook zelfstandig de bus naar huis dus wij hoeven niet 100% op hem te letten als hij achter ons loopt , we moeten alleen niet te snel lopen want dan kan hij al heel snel in zijn eentje van de groep weg lopen en zelf een rondje lopen.

Ik heb door het observeren van Michel geleerd dat niet ieder mens op de zelfde manier benaderd wil worden , sommige hebben er behoefte aan om de kat uit de boom te kijken waar door ze van zelf contact met je gaan opzoeken. Ik heb gezien dat het eten dat Michel eet bijna altijd het zelfde is en dat hij als het om half 12 pauze is hij klokslag half 12 naar de kantine loopt en dan een soort tunnelvisie heeft en alleen maar denkt aan het zitten in de kantine met een boek en zijn eten en drinken.

Wat is een sociaal systeem? Wie hoort hierbij? En hoe breng je die in kaart?

Wat was voor mij nieuw in het vak ontwikkelingspsychologie?

Wat voor mij nieuw was in ontwikkelingspsychologie is de benaming adolescent , voor heen wist ik de betekenis hier van niet en had ik geen idee dat dit na de puberteit en tussen de volwassenheid kwam. Ik ben hier door meer te weten gekomen wat er in je hoofd speelt als je in deze levensfase zit.

Wat heb ik persoonlijk geleerd in dit vak?

Ik heb geleerd over de levensloop van de mens dat je van af kleins af aan druk bezig bent met het ontwikkelen van de motoriek , denkvermogen en de socialiteit. Dat de spieren als je volwassen bent maximaal zijn en het daarna weer omlaag gaat net zo als het denkvermogen.

Hoe ben ik te werk gegaan om dit verslag mijn eigen te maken?

Ik heb per levensfase gekozen om in elk kopje een kleine samenvatting te maken van hoe een mens deze levensloop beleeft. Ik heb dit gedaan omdat het op deze manier overzichtelijk is maar ook omdat je dan niet een hele lap tekst hebt waar de focus snel verdwijnt omdat er dan bijna geen tussen alinea’s zijn.

Heb ik het uiterste uit me zelf gehaald?

Ik heb het gevoel dat ik alles uit me zelf heb gehaald om dit verslag goed te verwoorden. Ik vind dat alles duidelijk verwoord is en dat er genoeg informatie is gegeven over de levensfase van de mens.

Mijn mening en de mening van een ander.

Ik heb het verslag eerst goed door gelezen om te kijken of ik zelf vond dat er nog dingen misten , dit waren er een paar en die heb ik aangepast. Hierna heb ik mijn verslag laten lezen door een paar mensen om mij heen en heb naar hun mening gevraagd. De mensen voor vonden het een mooi verslag en een leuk onderwerp om een verslag over te maken maar misschien de volgende keer wat meer plaatjes. met deze feedback was ik wel tevreden en dit neem ik mee naar de eerst volgende verslagen.

De manier van samenwerken in de lessen.

De manier waar op ik heb samen gewerkt in de les is goed verlopen , ik zit vaak met de zelfde mensen in een groepje dus je weet wat je er aan hebt. Ik heb vragen die ik niet snapte door genomen met medestudenten en op deze manier heb ik verder kunnen werken aan mijn verslag.

Waar ben ik tegen aan gelopen in de lessen ontwikkelingspsychologie?

Een van de dingen waar ik tegen aan ben gelopen met ontwikkelingspsychologie zijn het leren van de lastige nieuwe woorden en de vele info die je er in een keer over krijgt. Ik heb dit een aantal keer moeten door nemen om echt te snappen wat hier de betekenis van was.

Het belang van ontwikkelingspsychologie in mijn toekomstige werk.

Ik denk dat dit nog maar de basis is van alles wat ik in de toekomst nog ga leren maar dat het me wel erg veel kan helpen om alles goed te begrijpen omdat ik nu alles duidelijk per fase heb beschreven en dat ik hier door makkelijker info kan halen van opdrachten uit de toekomst , maar ook met het om gaan van mensen die bijvoorbeeld in de puberteit zitten. Door dit verslag weet ik nu dus de basisbegrippen en hoe ik het beste hier op in kan spelen.

 

Begin verslag per levensfase.

De ontwikkelingsaspecten

  • Lichamelijke ontwikkeling
  • Motorische ontwikkeling
  • Cognitieve ontwikkeling
  • Sociaal – emotionele ontwikkeling seksuele ontwikkeling

 

DE BABY 0 TOT 1 JAAR

Het eerste levensjaar van een mens ontwikkeld het zich volop , hier bij is het lichaam hard op weg om de basis ontwikkelingen te leren. De baby slaapt grotendeels van de tijd om te groeien en de hersenen te ontwikkelen. in zijn eerste levensjaar leert hij te huilen , klanken herkennen , een veilige hechting te creeren , eenkennigheid te krijgen , te brabbelen en te glimlachen.

De baby kan bijna niks op eigen kracht dus je zult hem goed moeten ondersteunen met op je arm te laten liggen en het hoofdje omhoog te houden , de deken over hem heen doen etc. de hersenen van de baby ontwikkelen zich heel snel er komen elke dag honderden nieuwe neuroverbindingen bij , de baby gaat hierdoor de wereld om zich heen steeds beter begrijpen hij leert via de zintuigen voelen , spelen , proeven , ruiken. Door als vader of moeder vaak aanwezig te zijn en de baby in een vertrouwde ruimte laten opgroeien creeert de baby zich aan een hechting bij de primaire verzorgers als dus de ouders.

Als de baby buiten de ouders om niet of nauwelijks in contact komt met andere personen krijgt de baby heel snel last van de eenkennigheidsfase , dit is als de baby alleen contact wil met de ouders , of de persoon die het meest dichtbij staat. De baby ervaart genot en lustgevoelens door de mond (bijv. flesje pap) dit noem je de orale fase.

 

DE DREUMES 1 TOT 2 JAAR

Tijdens deze periode ga je van een hulpeloze baby naar een volwaardig gezinslid met een eigen wil. Je zintuigen ontwikkelen zich heel snel en de lengte groeit met een rap tempo je laat deze dingen stimuleren door het kind te laten spelen met bijvoorbeeld zand , water , harde & zachte voorwerpen en licht en geluid. De dreumes heeft veel slaap nodig want net zo als ieder mens in de groei is het geen slaap geen groei. Went het kind aan rustmomenten. De dreumes leert vooral door te doen dus door dingen uit te proberen leert de dreumes zich zelf en zijn omgeving kennen. Het leren onderscheiden tussen zich zelf en de wereld noem je de sensomotorische ontwikkeling. Het kind leert dagelijks ook nieuwe woorden , dus je moet er rekening mee houden dat hij dat niet altijd kan laten zien of onder woorden kan brengen. Dit kan de dreumes erg frustreren. De dreumes doet alles na wat die van jou ziet dus neemt hij dit over je leert hem onbewust hoe de wereld werkt en doet alles na. De dreumes zal zijn eigen geslacht ook ontdekken en dit dus onderzoeken , dit is normaal gedrag maar je moet hem uitleggen dat die een prive terrein is en dat hij dit moet respecteren.

 

DE PEUTER 2 TOT 4

De peuterfase is een zeer intensieve fase voor opvoeders. De grove motoriek speelt een belangrijke rol in deze fase. De peuter is erg bewegelijk en heeft voldoende ruimte nodig de peuter leert woorden te kennen en leert met taal en gevoelens duidelijk te maken met woorden zinnen vormen en vragen beantwoorden dit hele proces noem je de differentiatiefase. De peuter kan nog steeds geen onderscheid maken tussen werkelijkheid en fantasie , die noem je magisch denken hij beleeft de werkelijkheid door zijn eigen ogen en denkt dat alle mensen het zelfde zien en denken.de peuter door gaat de koppigheidsfase

de anale fase het kind leert het gevoel van onlust van het moeten ophouden van de ontlasting en de lust van het kunnen laten gaan.  De zindelijkheidstraining. Leren naar de wc gaan.

 

HET JONGE SCHOOLKIND 4 TOT 8

In deze fase beginnen vooral de spieren en het gewicht te groeien/ zich te ontwikkelen. Deze periode is gevoelig voor kinderen met aanleg tot obesitas , wanneer het kind in de vorige fase een verkeerd eetpatroon aan heeft geleerd is de kans hier voor zeer aanwezig. Het melkgebit word is aan het wisselen en maakt plaats voor het definitieve gebit.

Het jonge schoolkind heeft van nature veel energie , het rent , klimt , kruipt , stoeit etc. langzaam verbetert de coordinatie en kan het kind zich beter concentreren op school.

Het jonge schoolkind kan al beter handelen in bepaalde situaties en kan zich beter verwoorden waarom het iets doet en wat het doet. Het is verder nog wel egocentrisch zijn eigen denken staat centraal.

 

HET OUDERE SCHOOLKIND

Het kind leert zelfstandig denken en vriendschappen worden belangrijk voor hem/haar.

In deze fase begint de prepuberteit , de meisjes maken oestrogeen aan en de jongens testosteron. De gevoelens worden beinvloed  dus het lichaam ervaart zeer wisselende emoties waarmee het slecht raad weet. Het kind gaat van concreet naar abstract denken , hij kan analyseren reflecteren en dus ook nadenken over zijn gevolgen van zijn handelingen, dit is de CONCREET – OPERATIONELE FASE.

 

DE PUBER 12 TOT 17 JAAR

In deze fase groeit het kind naar volwassenheid , er veranderen veel dingen in deze fase jongens krijgen een groeispurt ,  krijgen de baard in de keel ,  meisjes gaan menstrueren.  De hersenontwikkeling is in volle gang en het aantal neurologische verbindingen neemt enorm toe. Veel pubers krijgen een verschoven slaappatroon , laat opblijven , lang uitslapen , niet willen slapen. Pubers hebben snel de neiging om ook ergens bij te horen ze willen zich bewijzen en dat leidt soms naar ongewenst gedrag.

 

DE ADOLESCENT 17 TOT 23 JAAR.

Het lichaam is volgroeit en is volwassen de spierkracht en het uithoudingsvermorgen zijn maximaal. Hersencellen die niet meer nodig zijn sterven af en ze maken ruimte voor nieuwe verbindingen , wat een veel beter inzicht geeft de puber kon nog volop experimenteren en onderzoeken , maar de van de adolscent word verwacht dat hij zelfstandelijk en onafhandelijk is.

 

DE VOLWASSENE: 23 TOT 50 JAAR

De volwassene kan zelfstandig beslissingen nemen en is oud genoeg om zijn eigen schema in te vullen met zijn bezigheden in het leven. De kracht van een volwassene is maximaal , krachtig , energiek , en fit. Mannen kunnen rond hun 30se dunner haar krijg en grijs haar duikt op. Dit is het stadium van FORMEEL – OPERATIONEEL DENKEN. Dit betekent dat de volwassene abstract , flexibel en complex over ideeen en problemen nadenkt. Het is het spitsuur van het leven , carriere maken , kinderen krijgen , het sociale netwerk en persoonlijke ontwikkeling.

 

DE JONGERE OUDERE

Het lichaam gaat achteruit , de eerste gezonheidsproblemen komen op , de reactie snelheid neemt af en het gezichtsvermogen word minder. Het lichaam krijgt slijtage , deze aandoening heet ACRTOSE. De hormoonproductie neemt af. Waardoor de OVERGANG begint. Bij de vrouw stopt de menstruatie. Dit heet de MEMOPAUZE . bij de man neemt het testosteron gehalte af. Ze vragen zich af of ze heen leven goed hebben geleeft en denken nog eens na over de zin van het leven. Rond hun 67ste gaan ze met pensioen wat vaak lastig voor ze kan zijn omdat ze nog langer willen door werken vanwege hun routine.

 

DE OUDERE

De spieren van de oudere verslapt steeds meer . het lijf word stijver , de botter brozer. Het is goed om gezond en zelfstandig te blijven samen met anderen , dit geeft meer kwaliteit op het leven.

Het opnemen van informatie en het verwerken van dingen gaat langzamer.

 

Hoe scheid je hoofd- en bijzaken van de informatie vanuit je analyse?

  1. Hoe scheid je hoofd- en bijzaken van de informatie vanuit je analyse?

 

Je zet de hoofdzaken op een rij en schrijft duidelijk op dat dit de hoofdzaak is. Dit is het belangrijkste dus dit komt als eerst. Bijvoorbeeld: Johan woont begeleid en heeft de afspraak om 10 uur zijn kamer op te zoeken , dan mag hij nog een half uur tv kijken en dan moet hij slapen.

De hoofdzaak is dat Johan om 10 uur gewoon in zijn kamer moet zijn. dit om te voorkomen dat hij andere dingen gaat doen buiten zijn kamer die niet mogen. De bijzaak is dat hij dan nog eventjes tv mag kijken. Zo lang Johan op zijn kamer is heb je al meer een overzicht over de situatie en kun je bezig gaan met de bijzaken.

Hoe rapporteer je?

RAPPORTEREN

 

Wat is rapporteren. rapporteren is het ondersteunen van goede zorgverlening. Je schrijft op wat je observeert of signaleert, welke zorg je met welk doel verleent, en hoe die zorg verloopt. Hierdoor weten je collega's wat er aan de hand is en wat zij moeten doen.

 

 

 

 

Bij rapporteren gebruik je van een SMART methode

• Specifiek - Is de doelstelling eenduidig?

• Meetbaar - Onder welke (meetbare/observeerbare) voorwaarden of vorm is het doel bereikt?

• Acceptabel - Zijn deze doelen acceptabel voor de doelgroep en/of het management?

• Realistisch - Is het doel haalbaar?

• Tijdsgebonden - Wanneer (in de tijd) moet het doel bereikt zijn?

 

Wat is het doel van rapporteren?

Het doel van rapporteren, of met een ander woord verslaglegging, is het ondersteunen van goede zorgverlening. Je schrijft op wat je observeert of signaleert, welke zorg je met welk doel verleent, en hoe die zorg verloopt. Hierdoor weten je collega's wat er aan de hand is en wat zij moeten doen. Je waarborgt de continuïteit en kwaliteit van de zorg en je voorkomt fouten.

Door goed te rapporteren kun je terugkijken hoe en waarom iets op een bepaalde manier gegaan is. Je legt op die manier ook verantwoording af voor je handelen.

Ten slotte is het zorgdossier een belangrijk middel om het recht op inspraak in de zorg van de cliënt te waarborgen. In het zorgdossier schrijf je de afspraken met de cliënt op.

 

Tips om te rapporteren.

 

Zo schrijf je een begrijpelijke rapportage over je cliënt

1. Schrijf in complete zinnen. ...

2. Schrijf objectief. ...

3. Schrijf actief. ...

4. Pas op voor vaktaal en afkortingen.

Met wie werk je samen? (verschillende disciplines)

met wie werk ik samen?


Ik werk met de client samen maar ook met de andere begeleiders oftewel mijn collega’s. De client is iemand die begeleidt, maar ook mee samen kan werken. En de andere begeleiders die zijn er om je te helpen, samen te werken en te communiceren over het vak.

Hoe stem je af in het multidisciplinaire team?

Hoe stem je af in het multidisciplinaire team?

Om te beginnen wat is een multidisciplinaire team? Een multidisciplinaire team is een beroepsmatige samenwerking van mensen uit verschillende disciplines of vakgebieden, waarbij ieder zijn eigen expertise inbrengt.

Stel je hebt een jongen van 16 en deze jongen woont begeleid. Deze jongen heeft een keer ingebroken in een huis en is hier voor opgepakt, dan is het doel om een bespreking te hebben met de politie , jeugdzorg en de persoonlijke begeleiding van de jongen. Hier in word besproken wie welk deel doet in zijn vak. Een voorbeeld is dat de politie op straat op let of de jongen ergens gesignaleerd is waar hij niet hoort te komen. Voor jeugdzorg is het belangrijk om de papieren allemaal goed op orde te hebben en duidelijk zwart op wit neer te zetten wat er besproken is. En voor de persoonlijke begeleiding is het belangrijk dat zij goed op deze jongen letten in zijn thuis omgeving en geef hem de aandacht die hij nodig heeft. Maak duidelijke afspraken en stel dit vast. Op deze manier word geprobeerd om de jongen te ondersteunen bij alles en word er voor gezorgd dat de jongen op het juiste pad blijft.

 

B1-K1-W2

Wat is ondersteunen? En welke verschillende vormen van ondersteuning zijn er?

ondersteuning is de hulp bieden aan mensen die het nodig hebben en vaak niet meer alleen kunnen of er iemand bij nodig hebben om ze hier bij te helpen.

 

Er zijn veel verschillende soorten van ondersteuning. Bijvoorbeeld sociale ondersteuning, denk hier bij aan een persoon die bij je op bezoek komt voor de koffie of thee of een begeleider die een spelletje met je gaat spelen om zo jou sociale vaardigheden te onderhouden.

Er is ook ondersteuning in thuis hulp deze ondersteuning helpt je bij het schoonmaken van je huis of  het helpen met boodschappen doen als je zelf geen boodschappen meer zou kunnen doen.

Er kan ook een ondersteuning worden van een maatje. Dit is vaak bij jongeren zo, een begeleider haalt je dan bijvoorbeeld op van huis om iets leuks te doen, bijvoorbeeld naar een pretpark of naar een voetbalwedstrijd.

Er zijn zo nog meer vormen van ondersteuningen maar dit zijn een aantal belangrijke ondersteuningsfactoren die in het dagelijks leven veel word gebruikt.

Wat is persoonlijke lichamelijke verzorging?

Bij persoonlijke verzorging gaat het om het ondersteunen of overnemen van zelfzorg bij mensen met een aandoening of beperking. Persoonlijke verzorging is gericht op het opheffen van het tekort aan zelfredzaamheid van de cliënt. Hier bij kleed je de client bijvoorbeeld zelf aan, douch je de client of maak je zijn of haar bed op omdat hij of zij dat zelf niet meer zou kunnen.

Hoe zorg je ervoor dat een cliënt zoveel mogelijk eigen regie behoud?

Bijvoorbeeld Pieter staat elke ochtend om 7 uur op en om 12 uur moet hij op voetbal training zijn. maak een schema aan voor elke dag van de week zo dat Pieter precies weet wat hoe laat en wanneer hij iets moet doen of ergens moet zij. Gebruik hier bij elke dag kleurtjes in het schema zo dat het niet saai word voor Pieter en blijf dit op afstand controleren, op deze manier weet je of het effectief is

hoe bouw je een vertrouwensband op?

Als begeleider kun je vertrouwen creëren door positief en geïnteresseerd te zin. Neem de client serieus en vraag ook over de stellingen door. Blijf wel op een sociale afstand en kom niet te dicht bij de client maar ga er ook niet te ver van af staan. De client voelt hier door een soort positieve vibe waar door hij of zij je sneller gaat vertrouwen.

Een voorbeeld: je hebt Jonathan,  Jonathan is  14 en is een client met Autisme die moeite heeft met sociale contacten te verleggen en speelt liever alleen dan met vrienden, hier door zit hij een beetje in zijn eigen wereld , door als begeleider hier zorgvuldig en rustig meer om te gaan kun je Jonathan toch wat meet sociale contacten laten verleggen. Praat met Jonathan op een rustige en duidelijke manier en doe niks overhaast. Leg hem duidelijk uit wat de bedoeling is en geef hem tijd om activiteiten uit te voren zonder een hoge druk. Als je dit nauwkeurig herhaalt zal de Jonathan je op een gegeven moment meer vertrouwen omdat er een patroon is in het werk dat je verricht en omdat je het op een hele rustig manier uitlegt.

Hoe signaleer/observeer en interpreteer je gedragingen in relatie tot fysieke ongemakken?

Hoe signaleer/observeer en interpreteer je gedragingen in relatie tot fysieke ongemakken?

Stel je bent op je stage adres en je hebt het bijvoorbeeld over een onderwerp van vroeger wat de persoon in kwestie kan raken omdat hij of zij misschien iets naars heeft meegemaakt. Wals hier dan niet gelijk over heen maar begin rustig aan een ander soort gesprek of vraag of de client nog een kopje thee of iets wilt hebben zo dat ze dit moment vergeten. Hier bij blijf je letten op de lichaamshouding van de client en noteer je bijzondere gedragingen die de client toont.

Hoe leer je een cliënt (persoonlijke verzorging) vaardigheden aan?

De basisvaardigheden die men moet hebben om zelfstandig te kunnen wonen zijn

huishouden, maaltijden, boodschappen doen, persoonlijke verzorging, omgaan met tijd, dagbesteding, vrijetijdsbesteding, sociale vaardigheden en communicatie, lichamelijke en geestelijke gezondheid, regels dit leert de client door van jongs af aan al dit te hebben geleerd. als die client dit nog niet hebt geleerd kun je dit hem bij breng aan de hand van bijvoorbeeld een schema met plaatjes en het voor doen

Wat is regie op eigen leven?

Vermogen van een persoon om zelf te bepalen op welke wijze hij het eigen leven inricht (wonen, werken, sociale contacten) en hoe de zorg en-of begeleiding bij eventuele ziekte daarbij wordt ingevuld.

Eigen regie gaat om het zelf beslissen over je leven en zorg en ondersteuning daarbij. Centraal staat: wat wil ik? Eigen regie is: het vermogen om je eigen leven en noodzakelijke ondersteuning te regelen en het praktische vermogen om jezelf te redden in lichamelijk, sociaal en psychisch opzicht.

Eigen regie betekent dat een persoon, eventueel bijgestaan door naasten, zélf vorm geeft aan zijn leven en bepaalt wie welke hulp verleent of ondersteuning biedt en op welke manier dit gebeurt. Hoe ondersteun je eigen regie?

stimuleren van de eigen regie van de cliënt. Iedereen voert in principe eigen regie over zijn leven. Eigen regie betekent dat een persoon, eventueel bijgestaan door naasten, zelf vorm geeft aan zijn leven met een ziekte of beperking en bepaalt wie welke hulp verleent of ondersteuning biedt en op welke manier dit gebeurt.

hoe & wanneer gebruik je aangepaste materialen en ruimtes

Hoe – en wanneer gebruik je aangepaste materialen en ruimtes?

 

Bij mij op stage hebben we bijvoorbeeld een invaliden toilet voor mensen die moeilijk te been zijn. we hebben een extra rollator om er naar toe te lopen. Meerdere aangepaste materialen die er bestaan zijn bijvoorbeeld een bed lift of een draai stoel waar mee je makkelijker kunt draaien of een bed lift waar mee mensen op een makkelijkere manier in bed kunnen komen. Aangepaste ruimtes zijn bijvoorbeeld een verbreedde gang , toilet of douch waar een rolstoel in kan of een grotere gang voor ook een rolstoel of iets.

Hoe ga je om met intieme situaties? Hoe maak je een intieme situatie bespreekbaar?

Hoe ga je om met intieme situaties?

 

 

Als een client een andere client bijvoorbeeld aanraakt op een intieme manier kun je niet gelijk naar iemand toe grijpen en ze uit elkaar halen. Wat je het beste kunt doen is de clienten bij elkaar vandaan halen en per persoon met elkaar in gesprek gaan vraag of de client die is betast hulp of zorg nodig heeft en kalmeer deze persoon. Zet de persoon die iemand betast eerst alleen met een begeleider er bij of in de buurt. Zo zorg je er voor dat er niks mee gebeurt. Het kan zijn dat deze client boos is of fel reageert omdat hij of zij is weg gehaald bij de persoon die net is betast dus pak het rustig aan en begin hier over rustig te praten met de persoon in kwestie en vraag waarom dit is gebeurt en hoe dit zo ver is gekomen. Mocht er een intieme situatie met jouw als begeleider overkomen neem dan voldoende.

Hoe waarborg je de privacy van een client?

Hoe waarborg je de privacy van een client?

 

Zet alles in een beveiligd systeem. Je mag privacy van een client niet delen met de buiten wereld. Schrijf het op en doe het desnoods in een kluisje. Neem een boekje en schrijf hier de uitzonderlijke dingen in. Neem ook een ander boekje om hier de bijzaken in te zetten. Zo heb je een goed overzicht over welke privacy het belangrijkste is en welke niet.

Hoe sluit je aan bij de mogelijkheden en de beleving van de cliënt?

Hoe sluit je aan bij de mogelijkheden en de beleving van de cliënt?

 

Bij belevingsgerichte mogelijkheden staat vooral de beleving van de cliënt centraal. De zorg houdt in dat geval rekening met de individuele behoefte, waarbij een negatieve ervaring, bijvoorbeeld tijdens een ADL zorg moment dat stress geeft, zoveel mogelijk omgezet wordt in een positieve beleving

Welke vaardigheden heb je nodig om te kunnen wonen en het huishouden te kunnen doen?

wat is een mulitdisiciplinaire team en hoe werk je hier in samen

bij een  multidisciplinaire samenwerking zijn verschillende professionele zorgmedewerkers betrokken bij het samen stellen van het zorgplan.

het gaat hier bij bijvoorbeeld om het samenstellen van het zorgplan van Jannes. de hulp die Jannes thuis krijgt is extern van de hulp die hij krijgt op de dagbesteding. hier bij gaan bijvoorbeeld de thuisbegeleiding van Jannes en de begeleiding van de dagbesteding van Jannes samen in overleg over het indelen van het zorgplan van Jannes.

B1-K1-W3

Hoe ga je in gesprek met de cliënt?

  1. Hoe ga je in gesprek met de cliënt?

je gaat proberen een gesprek te starten. over een onderwerp wat je cliënt interesseert. verder probeer je er ook achter te komen wat hem interesseert. Door te luisteren, samenvatten en door te vragen kun je makkelijker in een gesprek komen en blijven

  1. ik sta op de cliënt af en vraag hem bijvoorbeeld iets over zijn weekend of over zijn dag van vandaag zo heb je al een klein gesprekje die misschien wel kan uitgroeien tot een groot gesprek

Vanuit welke methodiek ga je het gesprek voeren?

Hoe zet je de cliënt in de eigen kracht?

hoe zet je de cliënt in de eigen kracht?

door hem te vragen wat zijn behoeftes zijn en waar zijn interesse naar uit gaan. als je dat weet kun je je cliënt makkelijker in zijn of haar eigen kracht zetten. als ik een cliënt in zijn eigenkracht wil zetten kijk ik eerst goed naar zijn eigenschappen. zoals laatst: we moesten een folder maken en de cliënt die wij hebben is daar goed in dus we vroegen hem of hij ons daarbij kon helpen.

Wat is een optimaal (huishoudelijk) leefklimaat?

Wat is een optimaal (huishoudelijk) leefklimaat?

Het leefklimaat is de kwaliteit van de fysieke en sociale omgeving. Het optimale leefklimaat is voor elk persoon anders natuurlijk. Maar een optimaal leefklimaat is dat je eigenlijk alles uit de kast haalt om het meeste comfortabelste en fijnste te leven.ik had bij een jongeren de omgeving geanalyseerd en dat was niet echt een goede omgeving. Ze hadden heel veel verzamelde dingen die ze nooit weggegooid hadden. Verder hadden ze veel huisdieren wat veel tijd kost om het huishouden te doen.

welke mogelijkheden zijn er om een client te ondersteunen/begeleiden

Welke mogelijkheden zijn er om een cliënt te ondersteunen/begeleiden in gedrag?

de mogelijkheden zijn: gesprekken voeren met de cliënt.Je kunt samen met de cliënt gaan kijken welke doelen je wilt halen en hoe je het beste kunt samen werken met elkaar. de mogelijkheden  die er zijn om een cliënt te ondersteunen /begeleiden in gedrag. We kunnen met de begeleider rond de tafel gaan zitten en het gedrag van de cliënt bespreekbaar kunnen maken. verder kun je hem erop wijzen dat sommige van zijn taalgebruiken niet echt toepasselijk zijn voor op het kantoor zoals bij ons

Hoe realiseer/stimuleer je ander gedrag bij de cliënt?

Hoe realiseer/stimuleer je ander gedrag bij de cliënt?

je realiseert het gedrag  van de cliënt. Door je cliënt te observeren hoe hij of zij  zich gedraagt. naar aanleiding van die observatie t kun je met de cliënt zijn gedrag realiseren. De stimulatie van gedrag kun je onderscheiden in goed en in slecht gedrag. bij slecht gedrag geen beloning bij goed gedrag wel een beloning zo stimuleer je zijn gedrag. ik probeer me zo vaak al het kan te realiseren hoe het voor de cliënt is om hier te zijn en wat dat doen met zijn/haar gedrag. verder probeer ik het te stimuleren door er iets leuks en aan te koppelen zoals bijvoorbeeld: een cliënt wilt puzzelen maar hij moet eerst zijn medicatie in nemen maar wordt vervelend. dan zeg ik kom op eerst je medicatie even in nemen voor je eigen gezondheid en daarna kan je gaan puzzelen

Hoe geef je feedback?

hoe kun je op een zo net mogelijke en minst kwetsbare manier feedback geven.

Gedrag: benoem het gedrag van de ander. Je roept weerstand op als je je op de persoon richt en niet op zijn of haar gedrag. Beschrijf dat gedrag dat je hebt waargenomen zonder oordeel. Beperk je tot het hier en nu. Haal geen oude koeien uit de sloot.

Gebruik de ik-boodschap. De ik-boodschap zegt iets over jou. Over jouw behoefte, jouw vraag om begrip.

Gevolg: geef aan welke gevolgen dit gedrag heeft voor jou.

Gevoel: geef aan wat dit met jou doet.

Gewenst: geef aan wat je zou willen.

Geef de ander altijd ruimte om te reageren.

Verken samen oplossingen of achtergronden

 

Kort om begin met iets positiefs en gebruik opbouwende kritiek.

B1-K1-W4

Hoe ondersteun je bij mogelijkheden, wensen en behoeften?

  1. Hoe ondersteun je bij mogelijkheden, wensen en behoeften?

 

Een goede opvolging vraagt creativiteit, flexibiliteit en eigenaarschap om dat wat de cliënt wil mogelijk te maken. Zorg dat er een goede opvolging is bij een zorgaanbieder om vanuit wensen en behoeften passende zorg te realiseren. Blijf als cliëntondersteuner in deze fase in contact met de cliënt. als je de cliënt ondersteunt bij zijn wensen en behoeften bouw je een band op met elkaar. Verder is het ook handig om je cliënt te ondersteunen bij iets wat hij al kan.

Wat is regie ten aanzien van dagbesteding?

Wat is regie ten aanzien van dagbesteding?

 

Wat de cliënt zijn of haar interesses zijn en hoe stem je die af ten aanzien van de dagbesteding. De cliënt mag zelf inspraak doen over waar hij bijvoorbeeld zijn dagbesteding wilt gaan doen.Regie ten aanzien van dagbesteding is dat ze bezig zijn in de week (dagelijks), wat ze doen kan soms een project zijn binnen het bedrijf, maar ze kunnen zelf beslissen wat gaan doen en hoelang ze ermee bezig willen zijn. Want dat is hun eigen regie. Bij mij op stage kan dit zijn van knutselen , tot een film kijken en van puzzelen tot wandelen.

Hoe begeleidt en coach je bij het voeren van eigen regie?

Hoe begeleidt en coach je bij het voeren van eigen regie?

 

Iedereen voert in principe eigen regie over zijn leven. Eigen regie betekent dat een persoon, eventueel bijgestaan door naasten, zelf vorm geeft aan zijn leven met een ziekte of beperking. De cliënt bepaalt zelf wie welke hulp verleent of ondersteuning biedt en op welke manier dit gebeurt. hoe je het begeleidt en de coach je bij voeren van eigen regie? door de cliënt in zijn of haar eigen waarde te laten. maar wat is nou in eigen waarde laten. Dat je de cliënt niet minder laat voelen dan hij of zij is. Dat je weet wat je cliënt wel of niet kan. ik begeleid een cliënt bij zijn dagtaken. Door hem te vragen van moeten we nog iets doen of hebben we alles al gedaan of zijn we nog iets vergetenJe kunt mensen ook stimuleren om iets te doen. Dit is door bijvoorbeeld aan te bieden samen te gaan knutselen of samen te gaan tekenen.

Hoe maak je een plan van aanpak gericht op dagbesteding?

Hoe maak je een plan van aanpak gericht op dagbesteding?

Eerst kijk je naar de doelgroep , hier stem je op af en kijk je wat deze mensen nodig hebben. Wanneer je dit hebt gedaan begin je op te schrijven wat de beste benadering is en hier maak je een plan van aanpak aan. Op de dagbesteding is dit bijvoorbeeld dat je een client goed gaat observeren voor dat je ergens mee begint je gaat kijken wat er allemaal te doen is en hoe je het er beste mee kan om gaan ook kijk je hoe je het voor iedereen begaanbaar maakt en hoe het toch interessant en leuk blijft. Verder ga jij kijken of je doelen eraan vast kunt gaan maken.

Welke activiteiten voeg je toe aan het plan van aanpak?

  1. Welke activiteiten voeg je toe aan het plan van aanpak?

 

Nadat je hebt beschreven waarom je dit project doet, wat je ermee wilt bereiken en wat je precies gaat doen, beschrijf je nu hoe je dat gaat aanpakken. Je vertelt welke activiteiten je gaat ondernemen en wie en wat je precies nodig hebt.

Hoe motiveer je een cliënt?

motiveren van de client

 

Reflectief luisteren: doelen van het reflecteren zijn het tonen van empathie voor de cliënt, het bevestigen van zijn gedachten en gevoelens en hem te helpen door te gaan met het proces van zelfontdekking. Reflecties hebben betrekking op verschillende niveaus van complexiteit en diepte, variërend van het begrijpen van de inhoud van wat een cliënt zegt tot het onderzoeken van de betekenis van gevoelens.

Omgaan met weerstand: motiverende gespreksvoering lijkt meer op een dans, waarin de therapeut meebeweegt met de cliënt om de cliënt te helpen weerstand te overwinnen en stappen te zetten in de richting van verandering, dan op een worstelwedstrijd waarin de cliënt en de therapeut als tegenstanders tegenover elkaar staan. Agenda bepalen en toestemming vragen: door cliënten te vragen wat zij willen bespreken in het gesprek verzekert de hulpverlener zich ervan dat die cliënten actief en bereidwillig deelnemen aan het proces.

Dit kan ook inhouden dat de cliënt bepaalt over welk gedrag hij wil praten en welk doel de sessie of de interventie in het algemeen heeft. Uitlokken van verandertaal: motiverende gespreksvoering gaat ervan uit dat individuen meer accepteren en eerder handelen wanneer zij iets zelf willen. Hoe meer een individu zijn eigen keuze verdedigt, des te groter zal zijn toewijding daaraan zijn. Daarom proberen hulpverleners uitspraken aan hun cliënten te ontlokken waarin die laten merken hoe gemotiveerd zij zijn om te veranderen en of zij menen hiertoe in staat te zijn.

 

Vertrouwen is en blijft de hoofdzaak. Het is belangrijk voor de cliënt om de ruimte te voelen dat hij of zij open kaart kan spelen. Ook wanneer het niet zo goed gaat is het prettig om dat kwijt te kunnen. Dan kun je samen kijken hoe je je dit doel bereikt

Welke motivatietechnieken zijn er?

Welke motivatietechnieken zijn er?

open vragen stellen,reflectief luisteren,bevestigen, samenvatten. Wat bij mij het beste werkte was vooral het doorvragen en opschrijven. Door dit toon je toch echt meer de interesse van de client en zal hij of zei ook met een prettige manier naar jou luisteren en door praten.

Hoe ondersteun je een cliënt bij het omgaan met gevoelens en veranderingen?

Hoe ondersteun je een cliënt bij het omgaan met gevoelens en veranderingen?

Vraag hoe de ander de situatie beleeft, wat hij voelt en wat hij wil. Probeer zowel negatieve als positieve opmerkingen te maken. Toon begrip voor de situatie van de ander en voor zijn argumenten of opvattingen. Vermijd de woorden 'nee' en 'nooit'.

Wat zijn ontwikkelingsgerichte activiteiten?

Wat zijn ontwikkelingsgerichte activiteiten?

 

dat zijn activiteiten die de ontwikkeling van een cliënt bevordert dit zijn bijvoorbeeld: Tekenen, bewegen, puzzelen , schilderen, gedachtenkamer, museumbezoek, muziek

Hoe begeleid je een cliënt bij ontwikkelingsgerichte activiteiten –en leersituaties?

Hoe begeleid je een cliënt bij ontwikkelingsgerichte activiteiten –en leersituaties?

 

Je ondersteunt de cliënt bij het realiseren van zijn wensen en behoeften op het gebied van activiteiten vrije tijd .ten behoeve van een aangename of zinvolle

dagbesteding. Je gaat samen met de cliënt na op welke wijze invulling wordt gegeven aan de activiteiten

Je reikt voorbeelden, keuzemogelijkheden en alternatieven aan.

Welke methodiek kun je hiervoor toepassen?

Welke methodiek kun je hiervoor toepassen?

Op mijn stage zou dat zijn de methodiek eigen kracht. Met deze methodiek zijn de proberen clienten het meeste te doen door er zelf over na te kunnen denken. Dit traint de hersenen en is goed als je Dementerend bent.

B1-K1-W5

B1-K1-W5 Reageert op onvoorziene en crisissituaties

 

  • Hoe signaleer ik onvoorziene-en crisissituaties als gevolg van gedragsproblemen?

Je kunt dit vaak herkennen aan de toon waar iemand op praat. Het gedrag op de groep. of hij of zij wel in een groepsverband met andere zou willen samenwerken of hij of zij dat wel of niet prettig vindt. Door de non-verbale uitingen van de cliënt. door eigenlijk de bewegingen die ze doen. ik heb het op mijn stage meegemaakt dat een client viel en een andere client hier op in ging door te zeggen dat ze uit was op aandacht ik probeerde ze uit elkaar te houden door te zeggen tegen de client dat we even wat leuks gingen doen in de andere kamer en rustig aan te geven dat dit niet netjes was. De beroepskracht maatschappelijke zorg signaleert en onderneemt actie bij onvoorziene- en crisissituaties die het gevolg zijn van gedragsproblemen van psychosociale of psychiatrische aard, problemen van somatische aard, grensoverschrijdend gedrag of veroorzaakt worden door calamiteiten

  • Welke preventieve acties kan ik doen om crisissituaties en verdere escalatie te voorkomen?

Wanneer een crisissituatie zich voordoet, is het van belang dat ketenpartners snel en efficiënt samenwerken en de situatie zoveel mogelijk de-escaleren: Ketenpartners dienen door hun houding en attitude bij te dragen aan het creëren van rust, veiligheid en vertrouwen voor de persoon in crisis en zijn omgeving. Dit is dus mogelijk door te Signaleren of er sprake is van verandering van gedrag. Hier kun je dan op inspelen door bijvoorbeeld een gesprek aan gaan of bespreken met collega’s . Observeren en signaleren.

  • Hoe schat ik gevaar in voor de cliënt, zichzelf en anderen zodat de veiligheid gewaarborgd wordt?

Door de cliënt te observeren.  Te kijken hoe de cliënt op de groep is en aan de houding of gedrag. Je kunt hier met collega’s in gesprek over gaan. Natuurlijk kun je ook met de cliënt een gesprek gaan voeren waarin je aangeeft wat je ziet en of vraagt hoe het gaat.

  • Hoe blijf ik tijdens een crisissituatie in contact met mijn cliënt?

 

Wanneer een crisissituatie zich voordoet, is het van belang dat de begeleiders efficiënt samenwerken en de situatie zoveel mogelijk de-escaleren: begeleiders moeten hier bij een professionele houding aanhouden. bij te dragen aan het creëren van rust, veiligheid en vertrouwen voor de persoon in crisis en zijn omgeving. Je kunt vragen naar gevoel en emoties, zodat diegene voelt dat jij ook naar hun wilt luisteren. Dit hangt ook af van de escalatie van de crisis. Het is altijd belangrijk dat je wel oogcontact houdt. Ligt er natuurlijk aan met wat voor doelgroep je aan het werk bent zodat iemand niet kan afdwalen in emoties en je ze laat weten dat je contact met hun hebt.

 

 

  • Hoe maak ik een risicoanalyse?
  1. Brainstorm welke risicofactoren jouw project kunnen hinderen.
  2. Bepaal wat er gebeurt wanneer deze gebeurtenissen zich voordoen (effect)
  3. Bedenk hoe groot de kans is dat deze gebeurtenis ook echt plaatsvindt (kans)
  4. Zet de risico's in volgorde van belangrijk tot onbelangrijk.

 

 

  • Hoe hanteer ik mijn grenzen en gevoelens tijdens en na een crisissituatie?
  • Probeer rustig te blijven en rust uit te stralen.
  • Oordeel niet. ...
  • Neem iemands emoties en gevoelens serieus. ...
  • Laat je naaste weten dat je er voor hem bent. ...
  • Blijf bij iemand.
  • Toon werkelijke interesse.

 

Hoe geef ik tijdig mijn grenzen aan bij onredelijke reacties en/of ongewenst gedrag van de cliënt?

Als je ziet dat het gedrag verandert van een cliënt neem je diegene even mee naar een rustige plek en vraagt wat er aan de hand is. Uitspreken van je eigen grenzen, normen en waarden. Het is belangrijk dat je bij je standpunt blijft. Duidelijkheid. Daarnaast kun je ook samen een gesprek voeren als er iets voorgevallen is. Daarnaast is evalueren ook belangrijk.

 

  • Hoe signaleer ik tijdig of er sprake is van gevaar voor de cliënt, de groep, collega's en/of zichzelf?

Persoonlijke dossiers lezen van voorgaande gesprekken en hiervan een inschatting maken van de situatie. Goede communicatie tussen collega's, observeren en presentiebenadering.

  • Hoe pas ik op een respectvolle en duidelijke manier de uitgangspunten toe die horen bij het terugdringen van dwang en drang?

 

  • Hoe observeer ik mijn cliënt als er signalen zijn van dreigende agressie?

 

Ga bij de cliënt na of jouw observatie klopt. Kijk in een dossier , of let er op of medicatie een rol kan spelen in het probleem van de client

Betrek als het kan de familie en zeker de partner bij het gesprek. Misschien is speelt er namelijk thuis wel iets waar door de client agressief of dreigt agressief te zijn. het kan natuurlijk ook voorkomen bij het ziektebeeld die de client heeft. Of dat de client weet dat hij of zij achteruit gaat en hier om behoorlijk boos kan worden.

 

  • Hoe communiceer ik- ook in onduidelijke of stressvolle situaties, helder en eenduidig met anderen?

door toch goed en duidelijk te zijn met de cliënten. wat ze moeten doen wat er van ze verlangd wordt. Wees rustig en duidelijk naar je cliënt toen. Vraag ook aan de cliënten of het helder is voor ze. ik probeer zoals altijd rustig en kalm te blijven in de stressvolle situatie. en probeer andere dat ook mee te brengen.

  • Hoe handel ik in onvoorziene- en crisissituaties snel en adequaat volgens de voorgeschreven procedures, wettelijke richtlijnen en afspraken van de organisatie?

Bijvoorbeeld observatie tijdens een gesprek en bepaalde vragen stellen. Is er agressie en inschatting van veiligheid. Presentiebenadering toepassen vanuit de methodiek.

  • Hoe bespreek ik achteraf op een constructieve manier met de cliënt, collega's en andere betrokkenen de crisissituatie.

door met elkaar aftestemmen wie wat zou doen bij een crisissituatie. De ene zorgt ervoor dat de andere cliënten veilig blijven. Doormiddel van een klein intervisie momentje met de cliënten die bij de crisissituatie betrokken waren. Plus de collega's die erbij waren en de andere betrokkenen die erbij horen.

ik heb zelf nog nooit echt na gepraat over crisissituatie maar ik zou denk ik een klein intervisie momentje ervoor pakken wat er anders zou gaan kunnen

BRONNEN:

www.google.nl

boek 1 & 2 maatschappelijke zorg

Afbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvinginformatieboeken over onvoorziene situaties

 

 

 

 

Hoe signaleer ik onvoorziene-en crisissituaties als gevolg van gedragsproblemen?

Hoe signaleer ik onvoorziene-en crisissituaties als gevolg van gedragsproblemen?

Je kunt dit vaak herkennen aan de toon waar iemand op praat. Het gedrag op de groep. of hij of zij wel in een groepsverband met andere zou willen samenwerken of hij of zij dat wel of niet prettig vindt. Door de non-verbale uitingen van de cliënt. door eigenlijk de bewegingen die ze doen. ik heb het op mijn stage meegemaakt dat een client viel en een andere client hier op in ging door te zeggen dat ze uit was op aandacht ik probeerde ze uit elkaar te houden door te zeggen tegen de client dat we even wat leuks gingen doen in de andere kamer en rustig aan te geven dat dit niet netjes was. De beroepskracht maatschappelijke zorg signaleert en onderneemt actie bij onvoorziene- en crisissituaties die het gevolg zijn van gedragsproblemen van psychosociale of psychiatrische aard, problemen van somatische aard, grensoverschrijdend gedrag of veroorzaakt worden door calamiteiten

Welke preventieve acties kan ik doen om crisissituaties en verdere escalatie te voorkomen?

Welke preventieve acties kan ik doen om crisissituaties en verdere escalatie te voorkomen?

 

Wanneer een crisissituatie zich voordoet, is het van belang dat ketenpartners snel en efficiënt samenwerken en de situatie zoveel mogelijk de-escaleren: Ketenpartners dienen door hun houding en attitude bij te dragen aan het creëren van rust, veiligheid en vertrouwen voor de persoon in crisis en zijn omgeving. Dit is dus mogelijk door te Signaleren of er sprake is van verandering van gedrag. Hier kun je dan op inspelen door bijvoorbeeld een gesprek aan gaan of bespreken met collega’s . Observeren en signaleren.

Hoe schat ik gevaar in voor de cliënt, zichzelf en anderen zodat de veiligheid gewaarborgd wordt?

Hoe schat ik gevaar in voor de cliënt, zichzelf en anderen zodat de veiligheid gewaarborgd wordt?

Door de cliënt te observeren.  Te kijken hoe de cliënt op de groep is en aan de houding of gedrag. Je kunt hier met collega’s in gesprek over gaan. Natuurlijk kun je ook met de cliënt een gesprek gaan voeren waarin je aangeeft wat je ziet en of vraagt hoe het gaat.

Hoe blijf ik tijdens een crisissituatie in contact met mijn cliënt?

  • Hoe blijf ik tijdens een crisissituatie in contact met mijn cliënt?

 

Wanneer een crisissituatie zich voordoet, is het van belang dat de begeleiders efficiënt samenwerken en de situatie zoveel mogelijk de-escaleren: begeleiders moeten hier bij een professionele houding aanhouden. bij te dragen aan het creëren van rust, veiligheid en vertrouwen voor de persoon in crisis en zijn omgeving. Je kunt vragen naar gevoel en emoties, zodat diegene voelt dat jij ook naar hun wilt luisteren. Dit hangt ook af van de escalatie van de crisis. Het is altijd belangrijk dat je wel oogcontact houdt. Ligt er natuurlijk aan met wat voor doelgroep je aan het werk bent zodat iemand niet kan afdwalen in emoties en je ze laat weten dat je contact met hun hebt.

hoe maak ik een risicoanalyse

Hoe maak ik een risicoanalyse?

  1. Brainstorm welke risicofactoren jouw project kunnen hinderen.
  2. Bepaal wat er gebeurt wanneer deze gebeurtenissen zich voordoen (effect)
  3. Bedenk hoe groot de kans is dat deze gebeurtenis ook echt plaatsvindt (kans)
  4. Zet de risico's in volgorde van belangrijk tot onbelangrijk.

hoe hanteer ik mijn grenzen en gevoelens tijdens en na een crisissituatie?

Hoe hanteer ik mijn grenzen en gevoelens tijdens en na een crisissituatie?

  • Probeer rustig te blijven en rust uit te stralen.
  • Oordeel niet. ...
  • Neem iemands emoties en gevoelens serieus. ...
  • Laat je naaste weten dat je er voor hem bent. ...
  • Blijf bij iemand.
  • Toon werkelijke interesse.

hoe geef ik tijdig mijn grenzen aan bij onredelijke reacties en/of ongewenst gedrag

Hoe geef ik tijdig mijn grenzen aan bij onredelijke reacties en/of ongewenst gedrag van de cliënt?

Als je ziet dat het gedrag verandert van een cliënt neem je diegene even mee naar een rustige plek en vraagt wat er aan de hand is. Uitspreken van je eigen grenzen, normen en waarden. Het is belangrijk dat je bij je standpunt blijft. Duidelijkheid. Daarnaast kun je ook samen een gesprek voeren als er iets voorgevallen is. Daarnaast is evalueren ook belangrijk.

hoe signaleer ik tijdig of er sprake is van gevaar voor de client , de groep , collega's

Hoe signaleer ik tijdig of er sprake is van gevaar voor de cliënt, de groep, collega's en/of zichzelf?

Persoonlijke dossiers lezen van voorgaande gesprekken en hiervan een inschatting maken van de situatie. Goede communicatie tussen collega's, observeren en presentiebenadering.

hoe pas ik op een respectvolle en duidelijke manier de uitgangspunten toe die er zijn

hoe observeer ik mijn client als er signalen zijn van dreigende agressie?

  • Hoe observeer ik mijn cliënt als er signalen zijn van dreigende agressie?

 

Ga bij de cliënt na of jouw observatie klopt. Kijk in een dossier , of let er op of medicatie een rol kan spelen in het probleem van de client

Betrek als het kan de familie en zeker de partner bij het gesprek. Misschien is speelt er namelijk thuis wel iets waar door de client agressief of dreigt agressief te zijn. het kan natuurlijk ook voorkomen bij het ziektebeeld die de client heeft. Of dat de client weet dat hij of zij achteruit gaat en hier om behoorlijk boos kan worden.

hoe communiceer ik- ook in onduidelijke of stressvolle situaties

  • Hoe communiceer ik- ook in onduidelijke of stressvolle situaties, helder en eenduidig met anderen?

door toch goed en duidelijk te zijn met de cliënten. wat ze moeten doen wat er van ze verlangd wordt. Wees rustig en duidelijk naar je cliënt toen. Vraag ook aan de cliënten of het helder is voor ze. ik probeer zoals altijd rustig en kalm te blijven in de stressvolle situatie. en probeer andere dat ook mee te brengen.

hoe handel ik in onvoorziene- en crisissituaties snel en adequaat

  • Hoe handel ik in onvoorziene- en crisissituaties snel en adequaat volgens de voorgeschreven procedures, wettelijke richtlijnen en afspraken van de organisatie?

Bijvoorbeeld observatie tijdens een gesprek en bepaalde vragen stellen. Is er agressie en inschatting van veiligheid. Presentiebenadering toepassen vanuit de methodiek.

hoe bespreek ik achteraf op een constructieve manier met de client , collega's

  • Hoe bespreek ik achteraf op een constructieve manier met de cliënt, collega's en andere betrokkenen de crisissituatie.

door met elkaar aftestemmen wie wat zou doen bij een crisissituatie. De ene zorgt ervoor dat de andere cliënten veilig blijven. Doormiddel van een klein intervisie momentje met de cliënten die bij de crisissituatie betrokken waren. Plus de collega's die erbij waren en de andere betrokkenen die erbij horen.

ik heb zelf nog nooit echt na gepraat over crisissituatie maar ik zou denk ik een klein intervisie momentje ervoor pakken wat er anders zou gaan kunnen

B1-K1-W6

welke overlegvormen zijn er? hoe stem ik informatie op de adequate wijze af?

Hoe stem ik informatie op adequate wijze af?

Door middel van notulen, besluitlijst en actielijst stemmen wij informatie op adequate af. Verder door de ouderen te benaderen. je maakt ook een rijtje van noodzakelijke informatie en on noodzakelijke informatie.

ik stem de verschillende informatie af die hoort bij het gesprek wat wij aan het voeren zijn.op stage heb ik een werkoverleg gehad en overleg over de ouderen. Dit is dan aan het eind van een dag. Dit is eenmalig in de maand dan hebben wij een vergadering over hoe het gaat en hoe hier mee word gehandeld.

wat is effectief communiceren?

Wat is effectief communiceren?

Effectief communiceren zegt iets in welke mate je het doel van communicatie bereikt houdt in dat de bedoeling van de spreker gelijk is aan het effect op de luisteraar. Filters verstoren de boodschap

ik heb effectief gecommuniceerd met de ouderen van mijn stage door ze uit te leggen hoe ze moeten een spelletje moeten spelen of hoe ze een knutselwerkje in elkaar knutselen. Dit is dan informatie die ik over breng dit blijft niet altijd hangen bij iemand met dementie maar dan geeft niet. Dan leg ik dit nogmaals uit.

hoe streef ik doelbewust naar overeenstemming tussen verschillende partijen

Economie

hoe voer ik tijdig een regelmatig overleg met alle betrokkenen

Hoe voer ik tijdig en regelmatig overleg met alle betrokkenen?

Door een goede communicatie te hebben met de betrokkenen te hebben en duidelijk te zijn wanneer we wat gaan doen. Schrijf steekwoorden op en maak hier later een verslag van. Zorg er voor dat de namen onbekend blijven voor de buitenwereld en houd dit prive

hoe sta ik open voor meningen , ideeen en feedback van anderen?

Hoe sta ik open voor meningen, ideeën en feedback van anderen?

Ik sta altijd open voor een mening of feedback met opbouwende kritiek van een ander als een ander een idee heeft denk ik mee aan dit idee en luister ik naar zijn of haar punten in het idee. Als een ander ene mening heeft waardeer ik dit ook zo lang het op een positieve manier blijft en niet kwetsend zal zijn.

hoe formuleer ik duidelijke en haalbare doelen?

hoe hou ik rekening met de haalbaarheid van werkzaamheden in tijd en kwaliteit

hoe bouw ik professioneel aan de onderlinge band en optimale samenwerking

Hoe bouw ik professioneel aan de onderlinge band en een optimale samenwerking?

  1. Het is belangrijk om een juiste en veilige omgeving te creëren. Stel samen doelen waar je aan kunt werken. Geef erkenning en respecteer elkaar.   Teambuilding/ intervisies.

B1-K1-W7

B1-K2-W1

ik heb kennisgenomen van de protocollen procedures en wettelijke richtlijnen

ik weet wat mijn vakgebied inhoud

ik verdiep mij in de route van signalen naar melden en informeren

ik verdieop mij in de werkwijze van collega's m.b.t kwaliteitsverbetering

ik durf knelpunten aan te geven

ik ben op de hoogte van de ARBO en de daarbij behorende regels

ik kan verbeter punten overtuigend overbrengen

ik zet eigen expertise in voor het verbeteren van de werkzaamheden

persoonlijke informatie

ik breng mijn eigen kwaliteit m.b.t mijn werkzaamheden in kaart

ik maak het bespreekbaar als collega's niet werken volgens protocollen

B1-K2-W2

P6-K1-W1

P6-K1-W2

P6-K1-W3

P6-K1-W4

P6-K1-W5

P6-K1-W6

reflectie periode 3

B1-K1-W1 Inventariseert ondersteuningsvragen van de cliënt 1. Hoe stel je een ondersteuningsvraag op (vanuit je observatie)? door aan familie van client te vragen welke hulp zij of hij nodig zou hebben. ook door het patroon te bekijken die de client heeft. hier op in te spelen en kijken waar de client het meest hulp bij nodig heeft. 2. Hoe observeer je en verwerk je de observatie in een plan? Als je observeert, doe je dat altijd met een doel. Je wilt graag informatie over gedrag van een deelnemer of client. Stel er is een client of deelnemer die elke middag voor of na het eten medicatie moet innemen en vergeet dit of wil het niet innemen. Dan is het jouw doel om goed te observeren en de reden hier van te weten en duidelijk te kijken waarom de client of deelnemer de medicatie niet in neemt. Als je lang en duidelijk genoeg heb weten te observeren schrijf je een plan op hoe je dit in vervolg kunt vermijden, je schrijft ook op hoe de client of deelnemer zijn of haar medicatie in neemt. Vervolgens uit je dit plan in de praktijk om te kijken of je goed hebt geobserveerd 3. Wat is een sociaal systeem? Wie hoort hierbij? En hoe breng je die in kaart? Sociale systemen zijn steeds open systemen. Voorbeelden zijn: kleine groepen, organisaties, de gehele maatschappij. De interne samenhang wordt verzekerd door de oriëntatie van de deelnemers op een gemeenschappelijkheid. 4. Hoe scheid je hoofd- en bijzaken van de informatie vanuit je analyse? Je zet de hoofdzaken op een rij en schrijft duidelijk op dat dit de hoofdzaak is. Dit is het belangrijkste dus dit komt als eerst. Bijvoorbeeld: Johan woont begeleid en heeft de afspraak om 10 uur zijn kamer op te zoeken , dan mag hij nog een half uur tv kijken en dan moet hij slapen. De hoofdzaak is dat Johan om 10 uur gewoon in zijn kamer moet zijn. dit om te voorkomen dat hij andere dingen gaat doen buiten zijn kamer die niet mogen. De bijzaak is dat hij dan nog eventjes tv mag kijken. Zo lang Johan op zijn kamer is heb je al meer een overzicht over de situatie en kun je bezig gaan met de bijzaken. 5. Hoe rapporteer je? Wat is rapporteren. rapporteren is het ondersteunen van goede zorgverlening. Je schrijft op wat je observeert of signaleert, welke zorg je met welk doel verleent, en hoe die zorg verloopt. Hierdoor weten je collega's wat er aan de hand is en wat zij moeten doen. Bij rapporteren gebruik je van een SMART methode • Specifiek - Is de doelstelling eenduidig? • Meetbaar - Onder welke (meetbare/observeerbare) voorwaarden of vorm is het doel bereikt? • Acceptabel - Zijn deze doelen acceptabel voor de doelgroep en/of het de begeleiding • Realistisch - Is het doel haalbaar? • Tijdsgebonden - Wanneer moet het doel bereikt zijn? Wat is het doel van rapporteren? Het doel van rapporteren, of met een ander woord verslaglegging, is het ondersteunen van goede zorgverlening. Je schrijft op wat je observeert of signaleert, welke zorg je met welk doel verleent, en hoe die zorg verloopt. Hierdoor weten je collega's wat er aan de hand is en wat zij moeten doen. Je waarborgt de continuïteit en kwaliteit van de zorg en je voorkomt fouten. Door goed te rapporteren kun je terugkijken hoe en waarom iets op een bepaalde manier gegaan is. Je legt op die manier ook verantwoording af voor je handelen. Ten slotte is het zorgdossier een belangrijk middel om het recht op inspraak in de zorg van de cliënt te waarborgen. In het zorgdossier schrijf je de afspraken met de cliënt op. Tips om te rapporteren. 1. Schrijf in complete zinnen. 2. Schrijf objectief. 3. Schrijf actief. 6. Met wie werk je samen? (verschillende disciplines) met wie ga je samen te werk je werkt met de client samen maar ook met de andere begeleiders oftewel je collega’s. De client is iemand die begeleid moet worden maar is ook iemand waarmee je moet samen werken. Verder zijn de andere begeleiders (collega’s) er ook om je te helpen , samen te werken en er om te communiceren over het vak. Wel is het belangrijk om te weten zoals bij veel beroepen dat je niet alles zo eventjes aan de buitenwereld kan en mag vertellen. Dit kan kwetsend en gevaarlijk zijn voor zowel de client als voor jou. 7. Hoe stem je af in het multidisciplinaire team? Om te beginnen wat is een multidisciplinaire team? Een multidisciplinaire team is een beroepsmatige samenwerking van mensen uit verschillende disciplines of vakgebieden, waarbij ieder zijn eigen expertise inbrengt. Stel je hebt een jongen van 16 en deze jongen woont begeleid. Deze jongen heeft een keer ingebroken in een huis en is hier voor opgepakt, dan is het doel om een bespreking te hebben met de politie , jeugdzorg en de persoonlijke begeleiding van de jongen. Hier in word besproken wie welk deel doet in zijn vak. Een voorbeeld is dat de politie op straat op let of de jongen ergens gesignaleerd is waar hij niet hoort te komen. Voor jeugdzorg is het belangrijk om de papieren allemaal goed op orde te hebben en duidelijk zwart op wit neer te zetten wat er besproken is. En voor de persoonlijke begeleiding is het belangrijk dat zij goed op deze jongen letten in zijn thuis omgeving en geef hem de aandacht die hij nodig heeft. Maak duidelijke afspraken en stel dit vast. Op deze manier word geprobeerd om de jongen te ondersteunen bij alles en word er voor gezorgd dat de jongen op het juiste pad blijft.

B1-K1-W1 Inventariseert ondersteuningsvragen van de cliënt

 

  1. Hoe stel je een ondersteuningsvraag op (vanuit je observatie)?

 

door aan familie van client te vragen welke hulp zij of hij nodig zou hebben. ook door het patroon te bekijken die de client heeft. hier op in te spelen en kijken waar de client het meest hulp bij nodig heeft.

 

  1. Hoe observeer je en verwerk je de observatie in een plan?

 

Als je observeert, doe je dat altijd met een doel. Je wilt graag informatie over gedrag van een deelnemer of client. Stel er is een client of deelnemer die elke middag voor of na het eten medicatie moet innemen en vergeet dit of wil het niet innemen. Dan is het jouw doel om goed te observeren en de reden hier van te weten en duidelijk te kijken waarom de client of deelnemer de medicatie niet in neemt. Als je lang en duidelijk genoeg heb weten te observeren schrijf je een plan op hoe je dit in vervolg kunt vermijden, je schrijft ook op hoe de client of deelnemer zijn of haar medicatie in neemt. Vervolgens uit je dit plan in de praktijk om te kijken of je goed hebt geobserveerd
 

 

  1. Wat is een sociaal systeem? Wie hoort hierbij? En hoe breng je die in kaart?

 

Sociale systemen zijn steeds open systemen. Voorbeelden zijn: kleine groepen, organisaties, de gehele maatschappij. De interne samenhang wordt verzekerd door de oriëntatie van de deelnemers op een gemeenschappelijkheid.

 

 

  1. Hoe scheid je hoofd- en bijzaken van de informatie vanuit je analyse?

 

Je zet de hoofdzaken op een rij en schrijft duidelijk op dat dit de hoofdzaak is. Dit is het belangrijkste dus dit komt als eerst. Bijvoorbeeld: Johan woont begeleid en heeft de afspraak om 10 uur zijn kamer op te zoeken , dan mag hij nog een half uur tv kijken en dan moet hij slapen.

De hoofdzaak is dat Johan om 10 uur gewoon in zijn kamer moet zijn. dit om te voorkomen dat hij andere dingen gaat doen buiten zijn kamer die niet mogen. De bijzaak is dat hij dan nog eventjes tv mag kijken. Zo lang Johan op zijn kamer is heb je al meer een overzicht over de situatie en kun je bezig gaan met de bijzaken.

 

 

  1. Hoe rapporteer je?

 

Wat is rapporteren. rapporteren is het ondersteunen van goede zorgverlening. Je schrijft op wat je observeert of signaleert, welke zorg je met welk doel verleent, en hoe die zorg verloopt. Hierdoor weten je collega's wat er aan de hand is en wat zij moeten doen.

Bij rapporteren gebruik je van een SMART methode

• Specifiek - Is de doelstelling eenduidig?

• Meetbaar - Onder welke (meetbare/observeerbare) voorwaarden of vorm is het doel bereikt?

• Acceptabel - Zijn deze doelen acceptabel voor de doelgroep en/of het de begeleiding

• Realistisch - Is het doel haalbaar?

• Tijdsgebonden - Wanneer moet het doel bereikt zijn?

Wat is het doel van rapporteren?

Het doel van rapporteren, of met een ander woord verslaglegging, is het ondersteunen van goede zorgverlening. Je schrijft op wat je observeert of signaleert, welke zorg je met welk doel verleent, en hoe die zorg verloopt. Hierdoor weten je collega's wat er aan de hand is en wat zij moeten doen. Je waarborgt de continuïteit en kwaliteit van de zorg en je voorkomt fouten.

Door goed te rapporteren kun je terugkijken hoe en waarom iets op een bepaalde manier gegaan is. Je legt op die manier ook verantwoording af voor je handelen.

Ten slotte is het zorgdossier een belangrijk middel om het recht op inspraak in de zorg van de cliënt te waarborgen. In het zorgdossier schrijf je de afspraken met de cliënt op.

Tips om te rapporteren.

1. Schrijf in complete zinnen.

2. Schrijf objectief.

3. Schrijf actief.

 

  1. Met wie werk je samen? (verschillende disciplines)

met wie ga je samen te werk


je werkt met de client samen maar ook met de andere begeleiders oftewel je collega’s. De client is iemand die begeleid moet worden maar is ook iemand waarmee je moet samen werken. Verder zijn de andere begeleiders (collega’s) er ook om je te helpen , samen te werken en er om te communiceren over het vak. Wel is het belangrijk om te weten zoals bij veel beroepen dat je niet alles zo eventjes aan de buitenwereld kan en mag vertellen. Dit kan kwetsend en gevaarlijk zijn voor zowel de client als voor jou.

 

  1. Hoe stem je af in het multidisciplinaire team?

Om te beginnen wat is een multidisciplinaire team? Een multidisciplinaire team is een beroepsmatige samenwerking van mensen uit verschillende disciplines of vakgebieden, waarbij ieder zijn eigen expertise inbrengt.

Stel je hebt een jongen van 16 en deze jongen woont begeleid. Deze jongen heeft een keer ingebroken in een huis en is hier voor opgepakt, dan is het doel om een bespreking te hebben met de politie , jeugdzorg en de persoonlijke begeleiding van de jongen. Hier in word besproken wie welk deel doet in zijn vak. Een voorbeeld is dat de politie op straat op let of de jongen ergens gesignaleerd is waar hij niet hoort te komen. Voor jeugdzorg is het belangrijk om de papieren allemaal goed op orde te hebben en duidelijk zwart op wit neer te zetten wat er besproken is. En voor de persoonlijke begeleiding is het belangrijk dat zij goed op deze jongen letten in zijn thuis omgeving en geef hem de aandacht die hij nodig heeft. Maak duidelijke afspraken en stel dit vast. Op deze manier word geprobeerd om de jongen te ondersteunen bij alles en word er voor gezorgd dat de jongen op het juiste pad blijft.

 

 

 

 

online project

Opdracht Romijn

Inhoudsopgave

1. LVB

2. Hoe vaak komt het voor, Wat is autisme

3. Oorzaken van autisme

4. Gedrag

5. Diagnostiek

6. behandeling

7. Theorie vragen

8. Licht verstandelijke beperking

Inleiding

Dit project gaat over Romijn daar hebben wij een documentaire over gezien. Dat gaat over een jongetje van 11 die autisme heeft in de documentaire word hij gevolgd hoe hij zijn dag invult en hoe hij reageert op bepaalde situaties. Wat je verder kan vinden in dit verslag is het stukje van autisme door Kristian Hesseling , het dagprogamma door Lars van der lande gemaakt en het LVB stukje is gemaakt door Jacob ongenae

Bijlagen

Bronvermelding

Zoveel mogelijk onder de kopjes gezet. Over onder aan de pagina.

 

 

 

 

 

 

 

 

PROJECT PERIODE 5

 

Hoe komt Autisme en LVB voor en wat zijn de oorzaken.

Autisme:  Als je wordt geboren met een Autisme Spectrum Stoornis, verwerken je hersenen alles wat je ziet, hoort, voelt en ruikt op een andere manier. Dit komt omdat verschillende delen van je hersenen minder goed met elkaar samenwerken. Voor iemand met autisme bestaat de wereld hierdoor uit allemaal losse deeltjes.

Mensen met Autisme kunnen moeite hebben dingen te begrijpen of te voelen. neem een voorbeeld aan een emotioneel moment waar iedereen aan het huilen is of aan het lachen is. Iemand met Autisme kan hier soms heel moeilijk mee om gaan dus weet zich geen houden te geven bij dit soort moment omdat de emoties niet kan begrijpen. Of de emoties kunnen heel snel te hoog op lopen bij iemand met Autisme dit komt dan misschien door te veel prikkels die de persoon dan allemaal tegelijk binnen krijgt.

Omschrijft in eigen woorden wat autisme is

Autisme is een heel breed begrip over stoornissen in het brein. Bij mensen met autisme word de informatieverwerking in de hersenen anders opgevat en Daardoor hebben ze vaak moeite met sociale situaties. Mensen met autisme vinden het dan lastig om goed te reageren op de situatie. Ze weten bijvoorbeeld vaak niet wat sarcasme is of vinden het ook lastig om de toon waarop men wat zegt of gezichtsuitdrukkingen te lezen van een ander.

In Andere dingen zijn ze juist weer heel goed en lukt hun met gemak zoals het heel nauwkeurig werken of het snel kunnen zien van details. Of juist heel goed zijn in 1 ding zoals piano spelen bijv.

Ze hebben ook veel behoefte aan vaste patronen en voorspelbaarheid. Mensen met autisme worstelen vaak met gewone alledaagse dingen. Het is daarom belangrijk dat ze leren herkennen welke situaties lastig zijn, signaleren wanneer de stress oploopt en vaardigheden aanleren om met deze situaties en oplopende stress om te gaan. Zoals wel een leuk voorbeeld dat ik heb op stage. Een client van mij die heeft ook autisme en hij heeft dan bij bepaalde dingen wat voor ons heel gewoonlijk is wat hulplijnen bij nodig. Zoals als hij onder de douche stapt heeft hij aan de muur geplakt een kaart met foto’s erop van alle delen van het menselijk lichaam wat hij dan moet wassen. Als die kaart met pictogrammen er niet hangt dan zal hij dus gewoon onder de douche staan en niet zichzelf wasse Of zijn haar schoonmaken.

Hoe vaak komt autisme voor (prevalentie)?

In 2020 zegt 2,1 procent van ouders van kinderen van 4 tot 12 jaar dat hun kind autisme of een daaraan verwante stoornis heeft. Dat betekent dat het volgens deze ouders om ongeveer 31.000 kinderen van 4 tot 12 jaar gaat. Bij jongens komt het volgens deze gegevens drie keer zo vaak voor als bij meisjes (jongens: 3 procent, meisjes: 1,1 procent). Deze cijfers zijn gebaseerd op de Gezondheidsenquête, die is gehouden onder ouders (Centraal Bureau voor de Statistiek, 2021).

Er is in Nederland geen onderzoek gedaan naar het aantal geregistreerde diagnoses autismespectrumstoornis. In buitenlands onderzoek wordt de prevalentie van stoornissen in het autismespectrum gewoonlijk op 60 tot 100 per 10.000 mensen geschat, of ongeveer 1 procent. Omdat geen verschillen worden gevonden tussen etnische groepen of tussen groepen met een verschillende sociaaleconomische status is er geen reden om aan te nemen dat de prevalentie in Nederland zou afwijken van het buitenland, stelt de Gezondheidsraad (2009). Het CBS heeft ook gegevens verzameld over de diagnose-behandelcombinaties (dbc's) uit de geestelijke gezondheidszorg. In 2011 waren er binnen de tweedelijns curatieve

geestelijke gezondheidszorg 26.000 behandeltrajecten van 4- tot 12-jarigen. Jongens worden vier maal zo vaak behandeld als meisjes. Bronvermelding : www.nji.nl alleen bij dit onderdeel zijn dit niet mijn eigen woorden. Dit zijn cijfers en echte statistieken waar ik het niet van mezelf kan maken.

1. Oorzaken van autisme

Vaak word een kind geboren met Autisme dat komt omdat het vader of moeder er een vorm van heeft of dat er verder in de familie iemand autisme heeft. Soms word het ook een generatie overgeslagen. Het kan ook zo zijn dat een kind een stoornis ontwikkeld dat kan komen door een slechte omgeving waar hij of zij opgroeit bijvoorbeeld door een niet veilige thuissituaties of door verwaarlozing & geen tot weinig liefde krijgen. Zo kan iemand dus als een soort verdedigingsmechanisme een stoornis ontwikkeling om voor henzelf structuur te bieden in het leven. Ook als de vader wat ouder is er een kans dat het kind word geboren met autisme wat ook nog wel interessant is de ‘’NOVO mutatie’’ dat is dus een mutatie in een gen terwijl het kind al een paar jaar oud is het ontstaat spontaan terwijl het een erfelijke aandoening is terwijl ouders het zelf niet dragen.

Bronvermelding : www.autisme.nl en eigen kennis

2.Gedrag

Kenmerken die vaak in verband worden gebracht met autisme zijn:

Problemen op sociaal gebied/minder goed ontwikkelde sociale intuïtie mensen met autisme weten vaak niet hoe ze moeten reageren in sociale situaties zoals sarcasme vinden ze moeilijk te begrijpen of het lezen van emotie.

Moeite met (onverwachte) verandering ze hebben vaak structuur in hun leven dat vinden ze belangrijk en dat is hun houvast. Zoals bij mij op stage heb ik een client waar wij precies om 22:00 bij hem op gesprek moeten komen en zo de dag door te bespreken en of er nog bijzonderheden zijn. Als wij een paar minuten er nog niet zijn vind hij dat oké en weet hij dat het soms bij een ander iets kan uitlopen. Maar als wij om 22:10 aankomen vind hij dat niet fijn en word hij gefrustreerd en dat laat hij merken door zichzelf chagrijnig op te stellen en gemene grapjes te maken.

Dingen heel letterlijk nemen zoals ik al eerder benoemde is dat ze dingen erg letterlijk nemen bij mij iemand op stage had ik ook zon situaties hij is jarig en wou graag taart kopen voor de rest van de bewoners. En ik maakte als grap ja je kan ook 4 taarten kopen en het over 4 dagen verdelen. Dat wou hij dus ook echt gaan doen totdat ik zei grapje 1 dag is genoeg.

Eerlijk en recht door zee sommige hebben geen filter en zeggen wat ze denken ook terwijl het niet gepast is.

Uitstekende detailwaarneming dit heb ik zelf nog niet ondervonden maar ik heb er wel over gelezen en gezien. Zoals deze man kan dus perfect dingen na tekenen in dit filmpje tekent hij tot op de detail de Arena na. https://www.youtube.com/watch?v=PXdRqDuXovc

Goed in analyseren net zoals oog voor detail weten deze mensen vaak dingen die wij vergeten zoals wat iemand die dag aan had of wat die gene had gezegd vergeten ze niet.

Niet graag over koetjes en kalfjes praten

Mensen met autisme willen graag praten over hun eigen leven en interesses ze zullen niet snel vragen hoe het met jou/mij gaat.

Goed in het herkennen van patronen

Dit kunnen ze erg goed door de structuur die ze hebben en een analytische blik op dingen.

Moeite met het bewaren van overzicht

Veel van mijn cliënten hebben een agenda als hulpstuk wat ze voor die dag moeten doen als ze zelf kunnen schrijven doen hun dat zelf met wat er die dag moet gebeuren en wij ondersteunen daarbij. De mensen die daar moeite mee hebben helpen wij en doen we het samen. Als er te veel op ze af komt kan die stress op wekken bij hun. Zoals bij een man die heeft een aantal taken zoals zijn huis schoonmaken douchen en scheren. Dan zou je denken al deze taken zijn prima te doen op 1 dag maar als hij 1 ding heeft gedaan dan vind hij het al genoeg en zegt hij dat hij moe is en genoeg heeft gedaan vandaag.

Loyaal

De mensen die ze om hun heen hebben ze vaak een sterke band mee. Die ze vertrouwen en loyaal aan zijn. Of aan hun werkgever laten ze niet graag in de steek.

Perfectionistisch

Zo moet het en niet anders zeggen ze dan vaak in de dingen die ze graag doen of eigenlijk alles wat ze doen willen ze ook goed en netjes doen.

geen interesse voor anderen tonen

deze mensen zijn zo druk met hun eigen leven bezig en zullen niet snel vragen hoe het met jou is of hoe het op werk gaat bijvoorbeeld. Ze hebben het altijd over hun eigen.

Nauwkeurig

Deze mensen hebben ook vaak een net handschrift en in wat ze doen willen ze dat gewoon netjes doen.

Dit zijn een aantal gedragspatronen van mensen met autisme.

De ik kan de site bij dit hoofdstuk niet terugvinden. Dit zijn mijn eigen invulling op de gedragspatronen.

3. Diagnostiek

Autisme-kenmerken komen bij alle mensen in meer of mindere mate voor. Zo vinden veel mensen het prettig om vaste routines aan te houden of om zich langere tijd intensief met één onderwerp bezig te houden. Ook sociale problemen zijn veel mensen niet vreemd. Om in aanmerking te komen voor een autisme-diagnose moeten deze kenmerken echter zorgen voor serieuze lijdens druk, bijvoorbeeld grote problemen op levensgebieden als werk, vrije tijd en relaties. Zo kan een psycholoog een diagnose stellen door verschillende soorten intelligentie testen af te nemen en kenmerken te herkennen in iemand die autistische is. Zo kan ze concluderen dat iemand een vorm van een autisme heeft.

De DSM 5 is een boek met verschillende punten voor autisme/stoornissen waar een diagnose kan worden vastgesteld.

Instructie Bij dit interview wordt elk criterium eerst apart weergegeven, gevolgd door enkele voorbeeldvragen aan de hand waarvan men kan toetsen of iemand voldoet aan het betreffende criterium. Uiteindelijk bepaalt de diagnosticus of iemand voldoet aan een criterium. Wanneer de cliënt bijvoorbeeld geen bijzonderheden rapporteert in de nonverbale communicatie ( lichaamstaal ) maar uit het dossier of qua observaties blijkt dit anders te zijn, scoor dan datgene waarvan je denkt dat het overeen komt met de werkelijkheid. Om een criterium als ‘aanwezig’ te scoren, hoeft men dus niet te voldoen aan alle onderstreepte kenmerken. Het gaat erom of iemand ‘in zijn algemeenheid’ voldoet aan het criterium. Verder is het van belang om bij alle punten ook te vragen naar de kindertijd. Ook is het goed om te beseffen dat de lijdensdruk niet altijd bij de cliënt zelf ligt, maar soms ook bij mensen in de omgeving.

4. Behandeling

Bij cognitieve gedragstherapie kijk je samen met je behandelaar naar situaties waar je tegenaan loopt. Samen ga je daar stap voor stap verandering in brengen. Dat kan in de behandelruimte, en soms ga je ook echt oefenen, bijvoorbeeld via virtual reality ( situaties simuleren ). Je bespreekt tijdens de sessies jouw bange of sombere gedachten. Waar komen ze vandaan? En zijn de dingen echt zo eng en somber als ze lijken? Vaak is dat niet het geval. Dat inzicht gebruiken we om jouw gedachten om te buigen. Je wordt daardoor weer positiever en het leven leuker.

Een vorm van cognitieve gedragstherapie is Oplossingsgerichte therapie. Een beperking of ziekte levert bepaalde problemen op. Misschien begrijp je dingen niet meteen of vind je het lastig om met andere mensen om te gaan. Veel therapieën proberen de oorzaak te vinden van het probleem. Bij oplossingsgerichte therapie speelt dat minder. Hier ga je juist op zoek naar oplossingen. Samen met jouw therapeut bepaal je welk doel jij wilt bereiken. Wat kan jou helpen? Waar hoop je op? In kleine concrete stappen pakken jullie jouw probleem aan. Zo zie je vaak in korte tijd al een positieve verandering. Er zijn verschillende behandelingen er is geen oplossing voor autisme maar er zijn genoeg mogelijkheden om het makkelijker te maken zo kan je bijvoorbeeld een pgb’r hebben. Die regelt zaken die jij niet alleen kunt doen en zo stem je samen af wat je te doen staat en daar ondersteunt een pgb’r bij. Ook bijvoorbeeld bij mijn stage daar wonen mensen met een beperking en hebben hun eigen appartement en hun eigen werk. Wij zijn daar als persoonlijk begeleider en helpen hun de dag door te komen met taakjes waar ze alleen moeite mee hebben. Zoals een planning maken voor de week of met persoonlijke doelen zoals meer mensen ontmoeten bijvoorbeeld. Wij maken het leven van iemand met autisme bijvoorbeeld wat makkelijker en overzichtelijker. Ook kan een psycholoog of psychiater helpen met persoonlijke problemen waar ze dan mee kunnen praten en oplossingen voor dingen zoeken.

5. Begeleiding

Welke begeleiding bij autisme?

Het is mogelijk om via de gemeente (via de Jeugdwet) begeleiding te krijgen op school, bijvoorbeeld hulp bij het plannen van huiswerk of bij de sociale interactie met andere leerlingen. In sommige gevallen kan iemand met autisme baat hebben bij een speciale school. Bij ons op school heb je ook het bad team die kan het wat makkelijker voor je maken als je vast loop met persoonlijke situaties of met school dingen. Zoals ik hierboven ook beschreef kan je dus een 1 op 1 begeleiding krijgen en zo dingen samen te regelen en makkelijker te maken. Of met een psycholoog of als je begeleid woont zijn er persoonlijk begeleiders die jou helpen met een dag invulling of met persoonlijke problemen. Wij als persoonlijk begeleider proberen het zo makkelijk mogelijk en overzichtelijk te maken voor mensen met autisme. Ook zijn er mensen die bij het gezin langs gaan om het gezin te helpen met omstandigheden. Zij gaan dan in gesprek om doelen te stellen en om te bekijken wat er beter kan thuis.

 

WAT IS LVB

 

Een LVB (Licht verstandelijke beperking) is een aanzienlijke beperking in het denken en aanpassen op sociaal niveau. Hierbij kan de persoon die dit heeft niet doen wat er bij de leeftijd van het persoon door de cultuur verwacht wordt. Bij een LVB kan je niet zomaar bepalen welke ondersteuning er nodig is. Een IQ test is niet genoeg. Hierbij moet je ook kijken wat het sociale aanpassingsniveau is.

 

LVB is een redelijk brede term. Mensen die een LVB hebben uiten zichzelf vaak in een IQ score van 50 tot 70. Bij dit IQ niveau komen dus ook vaak problemen bij kijken. In Nederland zijn er ongeveer 1 miljoen mensen met een IQ tussen de 50 en 85. Er zijn ongeveer 11000 kinderen en jongeren die ernstig in de problemen komen omdat er sprake is van meervoudige complexe problemen.

 

Een LVB kan ontstaan door biologische factoren zoals genetische afwijkingen of een ziekte van en moeder tijdens de zwangerschap. Alcohol, drugs of medicijnen kunnen er ook voor zorgen.

 

In het gedrag van mensen met LVB kan je vaak zien dat ze zich anders sociaal gedragen. Ze hebben net even wat minder door en hebben snel moeite met leren. Door overvraagt te worden kunnen er vaak gedragsproblemen of emotionele uitbarstingen veroorzaken doordat er gewoon net even teveel wordt gevraagd dan dat ze aankunnen

 

Het behandelen van iemand met LVB word met een interessante methode gedaan.

 

Vaak gebruikt met EST (empirically Supported Treatment) Deze methode bestaat uit verschillende behandelmethoden zoals Narratieve therapie, mindfulness en oplossingsgerichte therapie. Bij het behandelen komt natuurlijk ook begeleiding kijken. Hier is het de bedoeling dat je veel geduld hebt en op het leertempo van de persoon met een LVB meegaat.

 

Bronvermelding: Boek , internet  , www.autisme.nl

 

Son-rise

Wat is son rise?

Son-rise gaat er van uit dat een kind met Autisme de wereld als gevaar en bedreiging ziet. Son-rise probeert de kinderen die Autisme hebben op een een veilige manier door het leven te leiden

Tips hoe om te gaan met iemand die Autisme heeft,

 

1’ wees duidelijk , vertel iemand goed wat die moet doen en op een rustige manier. Leg niet te veel druk op de schouders en probeer het op een positieve manier uit te leggen

2’ zorg voor een rustige plek. Ga ergens aan een tafel alleen met iemand die Autisme heeft zitten of zoek een gesloten hokje op om zo zonder prikkels dingen uit te leggen of over te brengen op de persoon in kwestie.

3’ Iemand met Autisme heeft een routine verstoor deze routine dus niet door in een keer op een ander moment pauze te nemen of door in eens een andere opdracht of iet te geven omdat de persoon met Autisme dan helemaal in de war raakt omdat dit veel te veel prikkels kost

 

 

 

ONDERSTEUNINGSPLAN VOOR ROMIJN

 

Persoonlijke informatie (begin situatie)

 

Romijn is een jongen van 9 met Autisme , hier door heeft hij moeite met een boel dingen moeilijk te begrijpen en staat hij bij veel dingen voor een gesloten deur. Romijn voelt emoties anders aan als iemand die geen autisme heeft hij heeft erg snel last van prikkels en leeft een beetje in zijn eigen wereld. Romijn zit in een klas met een paar andere kinderen die ook autisme hebben.

 

ONTWIKKELINGSGEBIEDEN UITBREIDEN

 

Het is de bedoeling Romijn te laten ervaren hoe nieuwe uitdagingen zijn en meer sociale vaardigheden te ontwikkelen. Het idee is dat Romijn om de 2 dagen in een positieve muzikale vorm nieuwe uitdagingen krijgt. Dit gaat op basis van kleuren. Als Romijn bijvoorbeeld voor de kleur blauw kiest mag hij op deze dag kiezen welk liedje hij mag luisteren als die zich aan de regels houd , kiest hij 2 dagen later voor de kleur rood dan mag hij mee bepalen wat hij graag zou willen eten als het maar wel iets gezonds is. Elke kleur mag 1 keer in de 2 week worden toegepast. Bij de kleuren krijgt hij van te voren een grote kleurplaat met nummertjes die je in moet kleuren. Als deze kleurplaat met alle kleuren is ingekleurd word er geformuleerd over de vooruitgang van Romijn op sociaal gebied en word er gekeken of hij progressie heeft gemaakt op sociaal gebied.

 

PLAN VAN AANPAK

 

  • Romijn krijgt van te voren te weten hoe het stappen plan in werking gaat.
  • Als Romijn het stappen plan goed doorloopt krijgt hij zo hier en daar een beloning
  • Er word goed op gelet bij welke kleuren Romijn positief reageert of minder positief zo dat men hier kan zien waar de drempel hoog of laag ligt

 

 

 

 

 

 

DAGPROGAMMA ROMIJN

 

 

                             
 
      Afbeelding met plein

Automatisch gegenereerde beschrijving
       
         
           
             
 
 
 
 
 
 
 
   

 

 

 

Afbeelding met tekst, horloge

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst, illustratie

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met kop, drums

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst, illustratie

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst, metaalgoed, scharnier, illustratie

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst, metaalgoed, scharnier, illustratie

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst, metaalgoed, scharnier, illustratie

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met metaalgoed

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst, metaalgoed, scharnier, illustratie

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met honingraat, outdoor-object

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst, computer, elektronica

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst, illustratie

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met afstands-, bediening, elektronica, donker

Automatisch gegenereerde beschrijvingAfbeelding met tekst

Automatisch gegenereerde beschrijving                                                                                                                                                                                                          

 

 

 

 

 

 

                                                                                                                                                            

 

 

Deelproduct 2

 

Doelen sociaal emotionele ontwikkeling

Wat is het doel:

Zorg er voor dat Romijn zich in alle rust kan focussen op de dingen die hij dagelijks doet. Hier boven staat het voorbeeld van hoe hij kan zien hoe op een duidelijke manier zijn dag is ingedeeld. Laat dit duidelijk aan hem zien en hang of leg dit op een overzichtelijk plek op.

 

Termijnen van dit doel:

Seizoensgebonden , Romijn krijgt elk seizoen een kleine aanpassing op de dingen die hij dagelijks doet. Dit is om zo gevarieerd mogelijk dingen te doen en om met veranderingen om te leren gaan.

de sociaal- emotionele ontwikkeling:

 

zorg er voor dat Romijn leert om gaan met vrienden en sociaal sterker word. Laat hem spelletjes spelen met anderen en zorg dat hij hier veel plezier uit haalt.

de cognitieve ontwikkeling:

Laat Romijn hier van leren en zorg dat hij dit voor later in zijn leven mee kan nemen zo dat het normaal is en geen prikkels krijgt wanneer hij de picto methode gebruikt

de lichamelijke ontwikkeling:

door veel te bewegen en weten wat Romijn moet doen heeft dit effect op zijn gezondheid. Veel bewegen en doen aan sport.

 

 

 

 

 

Deelproduct 3

Zelfstandigheid:
elke woensdag middag gaat Romijn achter de computer om zelfstandig in zijn eentje spelletjes te spelen.

samenwerken

op zaterdag middag gaat hij samen met een groep voetballen hier door leert hij omgaan met zijn prikkels en leert hij samen te werken.

 

Wie: Romijn

Wat: De dag planning

Waar: thuis in zijn vrije tijd ( vanwege vakantie ) 

Waarom: om hem te stimuleren en structuur te geven

Wanneer: in de herfstvakantie

(pictogrammen zijn boven vermeld)

 

Begeleidingstijl:

Romijn heeft duidelijkheid & structuur nodig. De manier waar op je hem moet benaderen heeft te maken met zijn emoties. Wees duidelijk en laat het hem ruim van te voren weten zo dat hij deze informatie kan verwerken en hier van weet.

 

 

Kern

In de kern beschrijf en analyseer je de situatie.

  • Wat gebeurde er? : We hebben goed samen gewerkt en hebben de taken goed verdeeld.
  • Wie waren erbij betrokken? :Lars , Jacob , Kristian
  • Welke activiteiten heb jij verricht in de situatie? Ik heb veel getypt. Ik heb de pictogrammen kalender gemaakt en heb mee gebrainstormt over de opdrachten.
  • Wat was het effect van jouw handelen op anderen? Motiverend te werk gaan en zorgen dat alles op tijd af komt
  • Wat was het effect van jouw handelen of je gedachten en emoties? Positief. Iedereen begreep elkaars mening en respecteerde elkaars ingreep.
  • Welke resultaten zijn er geboekt? De resultaten die er zijn geboekt zijn goed en op een gestimuleerde manier afgerond

Wat wilde ik leren? / Wat waren mijn leerdoelen? Waar wilde ik aan gaan werken?

Mijn leerdoelen bij deze opdracht waren het verdiepen in Autisme ik heb door deze opdracht veel geleerd en weet nu hoe ik om moet gaan met mensen met autisme. Ik heb geleerd dat iedereen met autisme anders is en dat je met iedereen anders moet om gaan als met de andere

 

Beschrijf de situatie:

  • Wat was de situatie? Documentaire kregen te zien en met groepjes hier samen moesten werken.
  • Wat was mijn rol? Mijn rol was veel typen en verslag maken
  • Wat was de rol van anderen? De rol kristian was de taakverdeler de rol van Jacob was met ideeen komen
  • Analyseer de situatie:
  • Hoe voelde ik me daarbij?

goed

  • Wat dacht ik daarbij?

Niet veel ik vond het allemaal goed samen gewerkt

  • Wat ging er goed?

Alles de samenwerking is goed afgesproken waar door het allemaal prima ging

  • Wat kan er beter?

De opdracht wat sneller afronden

  • Leg verbanden tussen jouw gedrag en het effect dat jouw gedrag had op anderen. niks
  • Leg eventueel relaties met de theorie. niks

 

hele werkprocessen uit de wiki

B1-K1-W1 Inventariseert ondersteuningsvragen van de cliënt

 

  1. Hoe stel je een ondersteuningsvraag op (vanuit je observatie)?

 

door aan familie van client te vragen welke hulp zij of hij nodig zou hebben. ook door het patroon te bekijken die de client heeft. hier op in te spelen en kijken waar de client het meest hulp bij nodig heeft.

 

  1. Hoe observeer je en verwerk je de observatie in een plan?

 

Als je observeert, doe je dat altijd met een doel. Je wilt graag informatie over gedrag van een deelnemer of client. Stel er is een client of deelnemer die elke middag voor of na het eten medicatie moet innemen en vergeet dit of wil het niet innemen. Dan is het jouw doel om goed te observeren en de reden hier van te weten en duidelijk te kijken waarom de client of deelnemer de medicatie niet in neemt. Als je lang en duidelijk genoeg heb weten te observeren schrijf je een plan op hoe je dit in vervolg kunt vermijden, je schrijft ook op hoe de client of deelnemer zijn of haar medicatie in neemt. Vervolgens uit je dit plan in de praktijk om te kijken of je goed hebt geobserveerd.

 

Hoe observeer ik op mijn stage?

Op mijn stage zitten we in een ruimte dus de manier waar op word geobserveerd is zitten aan de tafel bij de client of vlakbij de client en hier naar vragen.

 

  1. Wat is een sociaal systeem? Wie hoort hierbij? En hoe breng je die in kaart?

 

Sociale systemen zijn steeds open systemen. Voorbeelden zijn: kleine groepen, organisaties, de gehele maatschappij. De interne samenhang wordt verzekerd door de oriëntatie van de deelnemers op een gemeenschappelijkheid.

 

 

  1. Hoe scheid je hoofd- en bijzaken van de informatie vanuit je analyse?

 

Je zet de hoofdzaken op een rij en schrijft duidelijk op dat dit de hoofdzaak is. Dit is het belangrijkste dus dit komt als eerst. Bijvoorbeeld: Johan woont begeleid en heeft de afspraak om 10 uur zijn kamer op te zoeken , dan mag hij nog een half uur tv kijken en dan moet hij slapen.

De hoofdzaak is dat Johan om 10 uur gewoon in zijn kamer moet zijn. dit om te voorkomen dat hij andere dingen gaat doen buiten zijn kamer die niet mogen. De bijzaak is dat hij dan nog eventjes tv mag kijken. Zo lang Johan op zijn kamer is heb je al meer een overzicht over de situatie en kun je bezig gaan met de bijzaken.

 

 

  1. Hoe rapporteer je?

 

Wat is rapporteren. rapporteren is het ondersteunen van goede zorgverlening. Je schrijft op wat je observeert of signaleert, welke zorg je met welk doel verleent, en hoe die zorg verloopt. Hierdoor weten je collega's wat er aan de hand is en wat zij moeten doen.

Bij rapporteren gebruik je van een SMART methode

• Specifiek - Is de doelstelling eenduidig?

• Meetbaar - Onder welke (meetbare/observeerbare) voorwaarden of vorm is het doel bereikt?

• Acceptabel - Zijn deze doelen acceptabel voor de doelgroep en/of het de begeleiding

• Realistisch - Is het doel haalbaar?

• Tijdsgebonden - Wanneer moet het doel bereikt zijn?

Wat is het doel van rapporteren?

Het doel van rapporteren, of met een ander woord verslaglegging, is het ondersteunen van goede zorgverlening. Je schrijft op wat je observeert of signaleert, welke zorg je met welk doel verleent, en hoe die zorg verloopt. Hierdoor weten je collega's wat er aan de hand is en wat zij moeten doen. Je waarborgt de continuïteit en kwaliteit van de zorg en je voorkomt fouten.

Door goed te rapporteren kun je terugkijken hoe en waarom iets op een bepaalde manier gegaan is. Je legt op die manier ook verantwoording af voor je handelen.

Ten slotte is het zorgdossier een belangrijk middel om het recht op inspraak in de zorg van de cliënt te waarborgen. In het zorgdossier schrijf je de afspraken met de cliënt op.

Tips om te rapporteren.

1. Schrijf in complete zinnen.

2. Schrijf objectief.

3. Schrijf actief.

 

  1. Met wie werk je samen? (verschillende disciplines)

met wie ga je samen te werk


je werkt met de client samen maar ook met de andere begeleiders oftewel je collega’s. De client is iemand die begeleid moet worden maar is ook iemand waarmee je moet samen werken. Verder zijn de andere begeleiders (collega’s) er ook om je te helpen , samen te werken en er om te communiceren over het vak. Wel is het belangrijk om te weten zoals bij veel beroepen dat je niet alles zo eventjes aan de buitenwereld kan en mag vertellen. Dit kan kwetsend en gevaarlijk zijn voor zowel de client als voor jou.

 

  1. Hoe stem je af in het multidisciplinaire team?

Om te beginnen wat is een multidisciplinaire team? Een multidisciplinaire team is een beroepsmatige samenwerking van mensen uit verschillende disciplines of vakgebieden, waarbij ieder zijn eigen expertise inbrengt.

Stel je hebt een jongen van 16 en deze jongen woont begeleid. Deze jongen heeft een keer ingebroken in een huis en is hier voor opgepakt, dan is het doel om een bespreking te hebben met de politie , jeugdzorg en de persoonlijke begeleiding van de jongen. Hier in word besproken wie welk deel doet in zijn vak. Een voorbeeld is dat de politie op straat op let of de jongen ergens gesignaleerd is waar hij niet hoort te komen. Voor jeugdzorg is het belangrijk om de papieren allemaal goed op orde te hebben en duidelijk zwart op wit neer te zetten wat er besproken is. En voor de persoonlijke begeleiding is het belangrijk dat zij goed op deze jongen letten in zijn thuis omgeving en geef hem de aandacht die hij nodig heeft. Maak duidelijke afspraken en stel dit vast. Op deze manier word geprobeerd om de jongen te ondersteunen bij alles en word er voor gezorgd dat de jongen op het juiste pad blijft.

 

 

 

 

 

B1-K1-W2 Ondersteunt de cliënt bij persoonlijke verzorging

 

  1. Wat is ondersteunen?  En welke verschillende vormen van ondersteuning zijn er?

 

ondersteuning is de hulp bieden aan mensen die het nodig hebben en vaak niet meer alleen kunnen of er iemand bij nodig hebben om ze hier bij te helpen. Bijvoorbeeld bij mij op stage op de dagbesteding iemand helpen te tillen in zijn of haar rolstoel.

Er zijn veel verschillende soorten van ondersteuning. Bijvoorbeeld sociale ondersteuning, denk hier bij aan een persoon die bij je op bezoek komt voor de koffie of thee of een begeleider die een spelletje met je gaat spelen om zo jou sociale vaardigheden te onderhouden.

Er is ook ondersteuning in thuis hulp deze ondersteuning helpt je bij het schoonmaken van je huis of  het helpen met boodschappen doen als je zelf geen boodschappen meer zou kunnen doen.

Er kan ook een ondersteuning worden van een maatje. Dit is vaak bij jongeren zo, een begeleider haalt je dan bijvoorbeeld op van huis om iets leuks te doen, bijvoorbeeld naar een pretpark of naar een voetbalwedstrijd.

Er zijn zo nog meer vormen van ondersteuningen maar dit zijn een aantal belangrijke ondersteuningsfactoren die in het dagelijks leven veel word gebruikt.

 

2. Wat is persoonlijke lichamelijke verzorging?

 

Bij persoonlijke verzorging gaat het om het ondersteunen of overnemen van zelfzorg bij mensen met een aandoening of beperking.

Persoonlijke verzorging is gericht op het opheffen van het tekort aan zelfredzaamheid van de cliënt. Hier bij kleed je de client bijvoorbeeld zelf aan, douch je de client of maak je zijn of haar bed op omdat hij of zij dat zelf niet meer zou kunnen.

 

3. Hoe zorg je ervoor dat een cliënt zoveel mogelijk eigen regie behoud?

 

Bijvoorbeeld Pieter staat elke ochtend om 7 uur op en om 12 uur moet hij op voetbal training zijn. maak een schema aan voor elke dag van de week zo dat Pieter precies weet wat hoe laat en wanneer hij iets moet doen of ergens moet zij. Gebruik hier bij elke dag kleurtjes in het schema zo dat het niet saai word voor Pieter en blijf dit op afstand controleren, op deze manier weet je of het effectief is

 

4. Hoe bouw je een vertrouwensband op?

 

Als begeleider kun je vertrouwen creëren door positief en geïnteresseerd te zijn.

Neem de client serieus en vraag ook over de stellingen door.

Blijf wel op een sociale afstand en kom niet te dicht bij de client maar ga er ook niet te ver van af staan.

De client voelt hier door een soort positieve vibe waar door hij of zij je sneller gaat vertrouwen.

Een voorbeeld: je hebt Jonathan,  Jonathan is  14 en is een client met Autisme die moeite heeft met sociale contacten te verleggen en speelt liever alleen dan met vrienden, hier door zit hij een beetje in zijn eigen wereld.

door als begeleider hier zorgvuldig en rustig meer om te gaan kun je Jonathan toch wat meet sociale contacten laten verleggen.

Praat met Jonathan op een rustige en duidelijke manier en doe niks overhaast, Leg hem duidelijk uit wat de bedoeling is en geef hem tijd om activiteiten uit te voren zonder een hoge druk.

Als je dit nauwkeurig herhaalt zal de Jonathan je op een gegeven moment meer vertrouwen omdat er een patroon is in het werk dat je verricht en omdat je het op een hele rustig manier uitlegt.

 

5. Hoe signaleer/observeer en interpreteer je gedragingen in relatie tot fysieke ongemakken?

MOET NOG WORDEN INGEVULD

 

 

6. Hoe leer je een cliënt (persoonlijke verzorging) vaardigheden aan?

De basisvaardigheden die men moet hebben om zelfstandig te kunnen wonen zijn

huishouden, maaltijden, boodschappen doen, persoonlijke verzorging, omgaan met tijd, dagbesteding, vrijetijdsbesteding, sociale vaardigheden en communicatie, lichamelijke en geestelijke gezondheid, regels dit leert de client door van jongs af aan al dit te hebben geleerd. als die client dit nog niet hebt geleerd kun je dit hem bij breng aan de hand van bijvoorbeeld een schema met plaatjes en het voor doen

 

7. Wat is regie op eigen leven?

 

Vermogen van een persoon om zelf te bepalen op welke wijze hij het eigen leven inricht (wonen, werken, sociale contacten) en hoe de zorg en-of begeleiding bij eventuele ziekte daarbij wordt ingevuld.

Eigen regie gaat om het zelf beslissen over je leven en zorg en ondersteuning daarbij. Centraal staat: wat wil ik? Eigen regie is: het vermogen om je eigen leven en noodzakelijke ondersteuning te regelen en het praktische vermogen om jezelf te redden in lichamelijk, sociaal en psychisch opzicht.

Eigen regie betekent dat een persoon, eventueel bijgestaan door naasten, zélf vorm geeft aan zijn leven en bepaalt wie welke hulp verleent of ondersteuning biedt en op welke manier dit gebeurt. Hoe ondersteun je eigen regie?

stimuleren van de eigen regie van de cliënt. Iedereen voert in principe eigen regie over zijn leven. Eigen regie betekent dat een persoon, eventueel bijgestaan door naasten, zelf vorm geeft aan zijn leven met een ziekte of beperking en bepaalt wie welke hulp verleent of ondersteuning biedt en op welke manier dit gebeurt.

 

8. Hoe – en wanneer gebruik je aangepaste materialen en ruimtes?

 

Bij mij op stage hebben we bijvoorbeeld een invaliden toilet voor mensen die moeilijk te been zijn. we hebben een extra rollator om er naar toe te lopen. Meerdere aangepaste materialen die er zijn is bijvoorbeeld een bed lift of een draai stoel waar mee je makkelijker kunt draaien. Aangepaste ruimtes zijn bijvoorbeeld een verbreedde douch waar een rolstoel in kan of een grotere gang voor ook een rolstoel of iets.

 

9. Hoe ga je om met intieme situaties?

 

 

Als een client een andere client bijvoorbeeld aanraakt op een intieme manier kun je niet gelijk naar iemand toe grijpen en ze uit elkaar halen. Wat je het beste kunt doen is de clienten bij elkaar vandaan halen en per persoon met elkaar in gesprek gaan vraag of de client die is betast hulp of zorg nodig heeft en kalmeer deze persoon. Zet de persoon die iemand betast eerst alleen met een begeleider er bij of in de buurt. Zo zorg je er voor dat er niks mee gebeurt. Het kan zijn dat deze client boos is of fel reageert omdat hij of zij is weg gehaald bij de persoon die net is betast dus pak het rustig aan en begin hier over rustig te praten met de persoon in kwestie en vraag waarom dit is gebeurt en hoe dit zo ver is gekomen.

 

10. Hoe maak je een intieme situatie bespreekbaar?

 

Begin met beide clienten gescheiden van elkaar een gesprek. Rustig en op een normale manier vraag waarom dit is gebeurt en of hier een reden achter zit.

 

11. Hoe waarborg je de privacy van een client?

 

Zet alles in een beveiligd systeem. Je mag privacy van een client niet delen met de buiten wereld. Schrijf het op en doe het desnoods in een kluisje. Neem een boekje en schrijf hier de uitzonderlijke dingen in. Neem ook een ander boekje om hier de bijzaken in te zetten. Zo heb je een goed overzicht over welke privacy het belangrijkste is en welke niet.

 

12. Hoe sluit je aan bij de mogelijkheden en de beleving van de cliënt?

 

Bij belevingsgerichte mogelijkheden staat vooral de beleving van de cliënt centraal. De zorg houdt in dat geval rekening met de individuele behoefte, waarbij een negatieve ervaring, bijvoorbeeld tijdens een ADL zorg moment dat stress geeft, zoveel mogelijk omgezet wordt in een positieve beleving

 

 

 

 

Communicatie

 

Probleemsymptomen dementie  maatschappelijke zorg

 

 
 

 

 

Dementie  

 

 

 

 

 

 

Henk is 70 jaar en komt uit Arnhem uit een wijk waar hij vroeger veel met zijn vader op het land heeft gewerkt. Veel op de trekker en alles omploegen en allerlei groentes en fruit planten. Henk heeft hier naast nooit een opleiding kunnen doen omdat hij altijd zijn vader hielp op het land. Dit was nodig om de familie te onderhouden. Toen Henk 25 jaar was is hij verhuisd naar Groningen om daar in loondienst te gaan werken zo dat hij uit eindelijk een groente & fruit winkel kon openen wat altijd al zijn droom was. Tijdens zijn loondienst heeft hij meerdere officiële cursussen gedaan die nodig waren om gecertificeerd groenteboer te zijn.

 

Henk vergeet sinds hij ongeveer 59 jaar is in een keer op een dag zijn sleutel als hij het huis uit gaat en een maand later laat hij de auto aan staan als hij weer thuis komt hij begon licht in paniek te raken , ook afspraken vergeet hij in een keer na te komen en het word steeds maar erger. Na een jaar in de fase te zitten heeft vergeet Henk in een keer de naam van zijn dochter, hij verward haar naam met de naam van zijn overleden vrouw. Ook begint hij te zeggen dat hij naar de boerderij moet om de koeien te melken omdat zijn vader anders zonder hulp zit. Soms als hij begint te praten begint hij een beetje te kwijlen en haalt woorden door de war. zijn dochter wist dat er iets niet goed was en heeft hier bij gelijk aan de bel getrokken.

 

Henk is op dit moment 60 jaar en heeft van de art de diagnose gekregen dat hij last heeft van dementie of te wel de precieze vorm van deze soort dementie Alzheimer hier bij kan hij niet meer alleen leven en heeft hij echt hulp nodig van anderen. Hij vergeet steeds meer , haalt woorden door elkaar en kwijlt vaak & heeft bijna helemaal geen besef meer van tijd. Henk is overgeplaatst naar een ouderenhuis en krijgt hier de ondersteuning die hij nodig heeft. Als Henk geen ondersteuning krijgt gaat het flink fout en loopt het nog slechter af dan dat de situatie al is. Van af nu gaat 2 keer per week naar een dagbesteding voor ouderen waar ze leuke creatieve dingen doen voor ouderen en oefeningen doen zo dat het brein een beetje blijft functioneren.

 

 

 

 

Casus opdracht communicatie

Probleemsymptomen maatschappelijke zorg

 

 
 

 

 

Dementie 

 

 

 

 

 

 

Henk is 70 jaar en komt uit Arnhem uit een wijk waar hij vroeger veel met zijn vader op het land heeft gewerkt. Veel op de trekker en alles omploegen en allerlei groentes en fruit planten. Henk heeft hier naast nooit een opleiding kunnen doen omdat hij altijd zijn vader hielp op het land. Dit was nodig om de familie te onderhouden. Toen Henk 25 jaar was is hij verhuisd naar Groningen om daar in loondienst te gaan werken zo dat hij uit eindelijk een groente & fruit winkel kon openen wat altijd al zijn droom was. Tijdens zijn loondienst heeft hij meerdere officiële cursussen gedaan die nodig waren om gecertificeerd groenteboer te zijn.

 

Henk vergeet sinds hij ongeveer 59 jaar is in een keer op een dag zijn sleutel als hij het huis uit gaat en een maand later laat hij de auto aan staan als hij weer thuis komt hij begon licht in paniek te raken , ook afspraken vergeet hij in een keer na te komen en het word steeds maar erger. Na een jaar in de fase te zitten heeft vergeet Henk in een keer de naam van zijn dochter, hij verward haar naam met de naam van zijn overleden vrouw. Ook begint hij te zeggen dat hij naar de boerderij moet om de koeien te melken omdat zijn vader anders zonder hulp zit. Soms als hij begint te praten begint hij een beetje te kwijlen en haalt woorden door de war. zijn dochter wist dat er iets niet goed was en heeft hier bij gelijk aan de bel getrokken.

 

Henk is op dit moment 60 jaar en heeft van de art de diagnose gekregen dat hij last heeft van dementie of te wel de precieze vorm van deze soort dementie Alzheimer hier bij kan hij niet meer alleen leven en heeft hij echt hulp nodig van anderen. Hij vergeet steeds meer , haalt woorden door elkaar en kwijlt vaak & heeft bijna helemaal geen besef meer van tijd. Henk is overgeplaatst naar een ouderenhuis en krijgt hier de ondersteuning die hij nodig heeft. Als Henk geen ondersteuning krijgt gaat het flink fout en loopt het nog slechter af dan dat de situatie al is. Van af nu gaat 2 keer per week naar een dagbesteding voor ouderen waar ze leuke creatieve dingen doen voor ouderen en oefeningen doen zo dat het brein een beetje blijft functioneren.

Naam: lars van der lande

Klas: m9vs4a

Ziektebeeld: Alzheimer

Alzheimer is een ziekte die veel mensen krijgen als ze ouder word bij deze ziekte vergeet je veel dingen uit het verleden en kan je nieuwe informatie ook heel snel vergeten. Als je Alzheimer hebt brokkelt je geheugen gewoon extreem snel af.

WAT IS HET BEGIN , SYMPTOMEN EN HET EIND VAN DE ZIEKTE.  

 

Alzheimer is een progressieve ziekte , bij fase 1 zijn de begin symptomen van Alzheimer het beginnen met geheugenverlies , dus je bent bijvoorbeeld een dagje naar de winkel geweest en dat ben je dan al vergeten als je weer thuis komt. Je blijft telkens dingen herhalen bijvoorbeeld 10 x in een half uur zeggen dat de boter op is. Je krijgt in deze fase ook moeite met het begrijpen van verhalen of bij het praten. Je hersenen raken helemaal in de waar en hier door verspreek je je vaak of zeg je verkeerde woorden terwijl je dat helemaal niet bedoeld. En ook als het buiten mooi weer is vind je het erg lastig om de keuze te maken om wel of niet van het lekkere weer te gaan genieten of om binnen te  blijven.

Bij fase 2 van Alzheimer (ook wel de middenfase genoemd) worden de veranderingen duidelijker. De persoon heeft bijvoorbeeld meer hulp nodig bij dagelijkse bezigheden zoals eten, wassen en aankleden. Ook zal hij of zij steeds meer en meer vergeten, ze gaan dan veel dingen herhalen en hebben moeite om mensen te herkennen. Iemand in de middenfase van de ziekte van Alzheimer heeft kan of heeft vaak last van de symptomen sneller overstuur , agressief , boos of achterdochtig zijn of worden. Mensen hebben ook vaak de neiging om weg te lopen , als er dan even niet op ze gelet word kan het zo zijn dat iemand met Alzheimer het huis verlaat en zo over straat wandelt zonder dat hij/zij enig idee heeft van waar hij/zij is of wat hij/zij hier aan het doen zijn. Dit kan gevaarlijk zijn voor mensen met Alzheimer omdat er van alles kan gebeuren of hij/zij reageert heel veel naar de personen om hem/haar heen. Mensen met Alzheimer staan ook midden in de nacht op omdat hun nachtritme verstoord word door de ziekte. Of ze gaan slaapwandelen en lopen zo met hun nachtkleding het huis uit. Het komt zelfden voor maar er zijn ook mensen met Alzheimer die last krijgen van hallucinaties tijdens de 2de fase. Zo zien ze bijvoorbeeld ineens een vlinder vliegen terwijl die vlinder daar helemaal niet vliegt.

Bij de 3de en de laatste fase van Alzheimer gaat het is het al heel erg achteruit gegaan. In dit stadium heeft de persoon nog meer hulp nodig. Geleidelijk wordt hij volledig afhankelijk van anderen. Het geheugenverlies is groot de persoon heeft geen idee meer van  bekende voorwerpen, hij/zij weet mensen of plekken ook niet meer herkennen. Iemand in de laatste fase van de ziekte van Alzheimer heeft vaak al moeite met kauwen en slikken , om deze reden vallen ze heel erg af kunnen ze er van allerlei andere gezondheidsproblemen mee krijgen. Mensen worden heel onrustig en zijn vaak op zoek naar een voorwerp of iets anders maar ze weten dan totaal niet naar wat. En ze worden heel snel verdrietig en of agressief als ze zich bedreigd voelen. mensen die Alzheimer hebben hebben vaak een gemiddelde levensverwachting van 8 tot 10 jaar, het is maar net hoe snel je aftakelt en hoe snel je gezondheid omlaag gaat.

 

HOE ZOU IK IEMAND BEHANDELEN MET ALZHEIMER

Ten eerste zou ik graag de achtergrond van de persoon willen weten. Wat had de persoon vroeger voor hobby’s naar welke muziek luisterde hij/zij en waar werd hij/zij gelukkig van. Als ik hier info over hebt zou ik een kalender maken met al de taken of medicatie die de persoon in zou moeten nemen , dit zou ik duidelijk op een vaste plek neer hangen waar hij/zij elke dag langs loopt. Ik zou me zelf zijn en niet te overdreven reageren op de meneer of mevrouw. Ik vraag hem of haar bijvoorbeeld wat voor werk ze hebben gedaan en als ze dat niet begrijpen pak ik foto’s er bij van die tijd. Dit zou ik doen om de persoon op een hele rustige manier herinneringen van vroeger proberen te laten herinneren , als de persoon mij niet zou kennen en ik kom voor het eerst bij hem of haar langs zou ik heel rustig met deze meneer of mevrouw gaan praten. Met makkelijke woorden en handgebaren zou ik een soort band proberen te scheppen zo dat hij/zij niet telkens schrikt als ik er ben of bij blijf zitten. Ik zou ook rust momenten creëren om de man of vrouw even tot zich zelf te laten komen.

 

Dit was mijn verslag over Alzheimer ik hoop dat het duidelijk is over gekomen.

pers.prof.ontwikkeling

Hoe streef ik doelbewust naar overeenstemming tussen verschillende partijen, rekening houdend met mogelijkheden, eisen, prioriteiten, wensen en behoeftes van betrokkenen?

 

door middel van verschillende partijen te informeren hoe je het van plan bent om met de deelnemer te werk wilt gaan. door duidelijke afspraken te maken met de cliënt en de verschillende partijen.

Bespreken wat de behoeftes zijn van de ouderen en het overleggen samen met de begeleiding

 

1. Begripsbepaling

 

Om welke ziekte gaat het?

Dementie

 

Nederlandse naam, medische naam, eventuele andere benamingen (in de volksmond).

Dementie, alzheimer

 

2. Verspreiding (epidemiologie)

            Hoe vaak komt de ziekte voor?

 

In de laatste telling was in 2019, in 2019 kregen er in Nederland naar schatting 20.400 personen de diagnose dementie bij de huisarts: 8.000 mannen en 12.400 vrouwen

         

  Bij welke groepen mensen komt de ziekte voor?

De kans om dementie te krijgen is voor iemand van tussen de 65 en 69 jaar heel klein. Dat overkomt ieder jaar maar 2 van de 1000 mensen (0,2%). Bij mensen van 90 jaar en ouder is die kans veel groter. In deze groep krijgen ongeveer 50 mensen per jaar dementie (5%)

 

            In welke gebieden komt de ziekte voor?

Dementie komt in elk land voor.  Het is een hersenziekte, langzaam maar zeker brokkelt je hersenen af en gaan je alleen maar achteruit.

                      

3. Anatomie / fysiologie

           Welke anatomie en welke fysiologie is bij dit ziektebeeld betrokken?

Bij dementie gaan de zenuwcellen in de hersenen kapot. Soms gaan niet de zenuwcellen zelf kapot, maar de verbindingen tussen de cellen. Het is ook mogelijk dat de cellen en de verbindingen het niet meer goed doen. Door deze afname van cellen functioneren de hersenen steeds minder goed.

          

4. Oorzaken (etiologie)

           Welke oorzaken (inwendige en/of uitwendige) zijn er?

 

  •    Roken
  • Weinig bewegen
  • Hoge bloeddruk
  • Diabetes (suikerziekte)
  • Sterk overgewicht (obesitas)
  • Slechte nierfunctie
  • Weinig mentale activiteit

 

 

5. Symptomen

            Welke verschijnselen komen voor bij dit ziektebeeld?

 

  • Achterdochtig zijn (vroeger niet)
  • Bedorven voedsel in koelkast.
  • Niet goed meer kunnen bedienen van apparaten, zoals koffiezetapparaat, wasmachine en tv.
  • Er onverzorgd uitzien (vroeger niet)
  • Telkens vergeten welke dag het is.
  • Telkens herhalen van dezelfde vragen of verhalen.
  • Verdwalen op bekend terrein.

 

6. Diagnose

            Welke onderzoeken zijn nodig om tot een diagnose te komen?

De specialist doet neurologisch en neuropsychologisch onderzoek om de diagnose dementie te bevestigen. Eventueel wordt aanvullend onderzoek gedaan, bijvoorbeeld met een MRI-scan. Ook zal de specialist de ziekte vaststellen die de dementie veroorzaakt, zoals de ziekte van Alzheimer.

7. Therapie

           Welke behandelingen kunnen worden toegepast?

Psychotherapie, De effectiviteit van de behandeling hangt sterk af van de bereidwilligheid van de persoon om zich aan de therapie te committeren en zijn motivatie.

 

8. Prognose

            Hoe zal de ziekte vermoedelijk verlopen en wat is de kans op beterschap?

Er zijn veel verschillende vormen van dementie, met elk een andere levensverwachting. Gemiddeld is de verwachting tussen de één en de twintig jaar na de diagnose. Voor de ziekte van Alzheimer is de gemiddelde levensverwachting acht tot tien jaar.

 

9. Complicaties

 

           Welke complicaties kunnen zich voordoen?

Patiënten verliezen het vermogen om te kauwen en te slikken en zijn vatbaarder voor longontsteking en andere infecties. De ademhaling verloopt uiterst moeizaam, vooral bij patiënten die bedlegerig zijn. Uiteindelijk overlijdt de patiënt aan deze complicaties en symptomen.

 

10. Aandachtspunten voor de verzorging en begeleiding door de verzorgende-IG (deze zijn van belang voor het zorgplan = witte loper)

                                                                                             

Welke ziekteverschijnselen / complicaties / psychosociale gevolgen moet je vooral observeren?

  • Tijdige en duidelijke informatie. Bij (een vermoeden van) dementie is het belangrijk dat je snel duidelijke informatie krijgt. ...
  • Respect in de omgang. ...
  • Actief kunnen blijven. ...
  • Praten over de toekomst. ...
  • Hulp, zorg en persoonlijk zorgleefplan. ...
  • Als het thuis (even) niet meer gaat.

 

Waarop moet je letten bij het uitvoeren van de behandeling(en) / interventie(s)?

Er zijn helaas geen behandelingen tegen dementie. Je moet de hersenen blijven trainen om stabiel te kunnen blijven.

Examenplannen

  • Het arrangement Lars van der Lande portfolio is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    lars van der lande Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2022-04-19 14:22:14
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    4 uur en 0 minuten
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.