B1-K1-W1 Inventariseert ondersteuningsvragen van de cliënt 1. Hoe stel je een ondersteuningsvraag op (vanuit je observatie)? door aan familie van client te vragen welke hulp zij of hij nodig zou hebben. ook door het patroon te bekijken die de client heeft. hier op in te spelen en kijken waar de client het meest hulp bij nodig heeft. 2. Hoe observeer je en verwerk je de observatie in een plan? Als je observeert, doe je dat altijd met een doel. Je wilt graag informatie over gedrag van een deelnemer of client. Stel er is een client of deelnemer die elke middag voor of na het eten medicatie moet innemen en vergeet dit of wil het niet innemen. Dan is het jouw doel om goed te observeren en de reden hier van te weten en duidelijk te kijken waarom de client of deelnemer de medicatie niet in neemt. Als je lang en duidelijk genoeg heb weten te observeren schrijf je een plan op hoe je dit in vervolg kunt vermijden, je schrijft ook op hoe de client of deelnemer zijn of haar medicatie in neemt. Vervolgens uit je dit plan in de praktijk om te kijken of je goed hebt geobserveerd 3. Wat is een sociaal systeem? Wie hoort hierbij? En hoe breng je die in kaart? Sociale systemen zijn steeds open systemen. Voorbeelden zijn: kleine groepen, organisaties, de gehele maatschappij. De interne samenhang wordt verzekerd door de oriëntatie van de deelnemers op een gemeenschappelijkheid. 4. Hoe scheid je hoofd- en bijzaken van de informatie vanuit je analyse? Je zet de hoofdzaken op een rij en schrijft duidelijk op dat dit de hoofdzaak is. Dit is het belangrijkste dus dit komt als eerst. Bijvoorbeeld: Johan woont begeleid en heeft de afspraak om 10 uur zijn kamer op te zoeken , dan mag hij nog een half uur tv kijken en dan moet hij slapen. De hoofdzaak is dat Johan om 10 uur gewoon in zijn kamer moet zijn. dit om te voorkomen dat hij andere dingen gaat doen buiten zijn kamer die niet mogen. De bijzaak is dat hij dan nog eventjes tv mag kijken. Zo lang Johan op zijn kamer is heb je al meer een overzicht over de situatie en kun je bezig gaan met de bijzaken. 5. Hoe rapporteer je? Wat is rapporteren. rapporteren is het ondersteunen van goede zorgverlening. Je schrijft op wat je observeert of signaleert, welke zorg je met welk doel verleent, en hoe die zorg verloopt. Hierdoor weten je collega's wat er aan de hand is en wat zij moeten doen. Bij rapporteren gebruik je van een SMART methode • Specifiek - Is de doelstelling eenduidig? • Meetbaar - Onder welke (meetbare/observeerbare) voorwaarden of vorm is het doel bereikt? • Acceptabel - Zijn deze doelen acceptabel voor de doelgroep en/of het de begeleiding • Realistisch - Is het doel haalbaar? • Tijdsgebonden - Wanneer moet het doel bereikt zijn? Wat is het doel van rapporteren? Het doel van rapporteren, of met een ander woord verslaglegging, is het ondersteunen van goede zorgverlening. Je schrijft op wat je observeert of signaleert, welke zorg je met welk doel verleent, en hoe die zorg verloopt. Hierdoor weten je collega's wat er aan de hand is en wat zij moeten doen. Je waarborgt de continuïteit en kwaliteit van de zorg en je voorkomt fouten. Door goed te rapporteren kun je terugkijken hoe en waarom iets op een bepaalde manier gegaan is. Je legt op die manier ook verantwoording af voor je handelen. Ten slotte is het zorgdossier een belangrijk middel om het recht op inspraak in de zorg van de cliënt te waarborgen. In het zorgdossier schrijf je de afspraken met de cliënt op. Tips om te rapporteren. 1. Schrijf in complete zinnen. 2. Schrijf objectief. 3. Schrijf actief. 6. Met wie werk je samen? (verschillende disciplines) met wie ga je samen te werk je werkt met de client samen maar ook met de andere begeleiders oftewel je collega’s. De client is iemand die begeleid moet worden maar is ook iemand waarmee je moet samen werken. Verder zijn de andere begeleiders (collega’s) er ook om je te helpen , samen te werken en er om te communiceren over het vak. Wel is het belangrijk om te weten zoals bij veel beroepen dat je niet alles zo eventjes aan de buitenwereld kan en mag vertellen. Dit kan kwetsend en gevaarlijk zijn voor zowel de client als voor jou. 7. Hoe stem je af in het multidisciplinaire team? Om te beginnen wat is een multidisciplinaire team? Een multidisciplinaire team is een beroepsmatige samenwerking van mensen uit verschillende disciplines of vakgebieden, waarbij ieder zijn eigen expertise inbrengt. Stel je hebt een jongen van 16 en deze jongen woont begeleid. Deze jongen heeft een keer ingebroken in een huis en is hier voor opgepakt, dan is het doel om een bespreking te hebben met de politie , jeugdzorg en de persoonlijke begeleiding van de jongen. Hier in word besproken wie welk deel doet in zijn vak. Een voorbeeld is dat de politie op straat op let of de jongen ergens gesignaleerd is waar hij niet hoort te komen. Voor jeugdzorg is het belangrijk om de papieren allemaal goed op orde te hebben en duidelijk zwart op wit neer te zetten wat er besproken is. En voor de persoonlijke begeleiding is het belangrijk dat zij goed op deze jongen letten in zijn thuis omgeving en geef hem de aandacht die hij nodig heeft. Maak duidelijke afspraken en stel dit vast. Op deze manier word geprobeerd om de jongen te ondersteunen bij alles en word er voor gezorgd dat de jongen op het juiste pad blijft.

B1-K1-W1 Inventariseert ondersteuningsvragen van de cliënt

 

  1. Hoe stel je een ondersteuningsvraag op (vanuit je observatie)?

 

door aan familie van client te vragen welke hulp zij of hij nodig zou hebben. ook door het patroon te bekijken die de client heeft. hier op in te spelen en kijken waar de client het meest hulp bij nodig heeft.

 

  1. Hoe observeer je en verwerk je de observatie in een plan?

 

Als je observeert, doe je dat altijd met een doel. Je wilt graag informatie over gedrag van een deelnemer of client. Stel er is een client of deelnemer die elke middag voor of na het eten medicatie moet innemen en vergeet dit of wil het niet innemen. Dan is het jouw doel om goed te observeren en de reden hier van te weten en duidelijk te kijken waarom de client of deelnemer de medicatie niet in neemt. Als je lang en duidelijk genoeg heb weten te observeren schrijf je een plan op hoe je dit in vervolg kunt vermijden, je schrijft ook op hoe de client of deelnemer zijn of haar medicatie in neemt. Vervolgens uit je dit plan in de praktijk om te kijken of je goed hebt geobserveerd
 

 

  1. Wat is een sociaal systeem? Wie hoort hierbij? En hoe breng je die in kaart?

 

Sociale systemen zijn steeds open systemen. Voorbeelden zijn: kleine groepen, organisaties, de gehele maatschappij. De interne samenhang wordt verzekerd door de oriëntatie van de deelnemers op een gemeenschappelijkheid.

 

 

  1. Hoe scheid je hoofd- en bijzaken van de informatie vanuit je analyse?

 

Je zet de hoofdzaken op een rij en schrijft duidelijk op dat dit de hoofdzaak is. Dit is het belangrijkste dus dit komt als eerst. Bijvoorbeeld: Johan woont begeleid en heeft de afspraak om 10 uur zijn kamer op te zoeken , dan mag hij nog een half uur tv kijken en dan moet hij slapen.

De hoofdzaak is dat Johan om 10 uur gewoon in zijn kamer moet zijn. dit om te voorkomen dat hij andere dingen gaat doen buiten zijn kamer die niet mogen. De bijzaak is dat hij dan nog eventjes tv mag kijken. Zo lang Johan op zijn kamer is heb je al meer een overzicht over de situatie en kun je bezig gaan met de bijzaken.

 

 

  1. Hoe rapporteer je?

 

Wat is rapporteren. rapporteren is het ondersteunen van goede zorgverlening. Je schrijft op wat je observeert of signaleert, welke zorg je met welk doel verleent, en hoe die zorg verloopt. Hierdoor weten je collega's wat er aan de hand is en wat zij moeten doen.

Bij rapporteren gebruik je van een SMART methode

• Specifiek - Is de doelstelling eenduidig?

• Meetbaar - Onder welke (meetbare/observeerbare) voorwaarden of vorm is het doel bereikt?

• Acceptabel - Zijn deze doelen acceptabel voor de doelgroep en/of het de begeleiding

• Realistisch - Is het doel haalbaar?

• Tijdsgebonden - Wanneer moet het doel bereikt zijn?

Wat is het doel van rapporteren?

Het doel van rapporteren, of met een ander woord verslaglegging, is het ondersteunen van goede zorgverlening. Je schrijft op wat je observeert of signaleert, welke zorg je met welk doel verleent, en hoe die zorg verloopt. Hierdoor weten je collega's wat er aan de hand is en wat zij moeten doen. Je waarborgt de continuïteit en kwaliteit van de zorg en je voorkomt fouten.

Door goed te rapporteren kun je terugkijken hoe en waarom iets op een bepaalde manier gegaan is. Je legt op die manier ook verantwoording af voor je handelen.

Ten slotte is het zorgdossier een belangrijk middel om het recht op inspraak in de zorg van de cliënt te waarborgen. In het zorgdossier schrijf je de afspraken met de cliënt op.

Tips om te rapporteren.

1. Schrijf in complete zinnen.

2. Schrijf objectief.

3. Schrijf actief.

 

  1. Met wie werk je samen? (verschillende disciplines)

met wie ga je samen te werk


je werkt met de client samen maar ook met de andere begeleiders oftewel je collega’s. De client is iemand die begeleid moet worden maar is ook iemand waarmee je moet samen werken. Verder zijn de andere begeleiders (collega’s) er ook om je te helpen , samen te werken en er om te communiceren over het vak. Wel is het belangrijk om te weten zoals bij veel beroepen dat je niet alles zo eventjes aan de buitenwereld kan en mag vertellen. Dit kan kwetsend en gevaarlijk zijn voor zowel de client als voor jou.

 

  1. Hoe stem je af in het multidisciplinaire team?

Om te beginnen wat is een multidisciplinaire team? Een multidisciplinaire team is een beroepsmatige samenwerking van mensen uit verschillende disciplines of vakgebieden, waarbij ieder zijn eigen expertise inbrengt.

Stel je hebt een jongen van 16 en deze jongen woont begeleid. Deze jongen heeft een keer ingebroken in een huis en is hier voor opgepakt, dan is het doel om een bespreking te hebben met de politie , jeugdzorg en de persoonlijke begeleiding van de jongen. Hier in word besproken wie welk deel doet in zijn vak. Een voorbeeld is dat de politie op straat op let of de jongen ergens gesignaleerd is waar hij niet hoort te komen. Voor jeugdzorg is het belangrijk om de papieren allemaal goed op orde te hebben en duidelijk zwart op wit neer te zetten wat er besproken is. En voor de persoonlijke begeleiding is het belangrijk dat zij goed op deze jongen letten in zijn thuis omgeving en geef hem de aandacht die hij nodig heeft. Maak duidelijke afspraken en stel dit vast. Op deze manier word geprobeerd om de jongen te ondersteunen bij alles en word er voor gezorgd dat de jongen op het juiste pad blijft.