Persoonlijke hygiëne

Persoonlijke hygiëne

Wat leren jullie tijdens deze les?

Leerdoelen:
Aan het eind van de les:

  • kan je uitleggen wat bacteriën zijn.
  • kan je uitleggen wat virussen zijn.
  • kan je uitleggen hoe je ziek wordt.
  • kan je uitleggen hoe je ervoor kan zorgen dat je niet ziek wordt.
  • kan je uitleggen wat het coronavirus is.

Wat moet je doen

Je leest de tekst, bekijkt de plaatje en filmpjes en maakt de oefenvragen over bacteriën en virussen. Je begint bij bacteriën, onderaan het scherm staat rechts een pijltje, hier klik je op als je verder wilt gaan. Zo ga je verder tot dat je bij de eindopdracht komt. Hier komen alle onderdelen in terug wat je bij de onderdelen bacteriën en virussen hebt geleerd.

Bij elke pagina staat een ingesproken tekst, heb je moeite met lezen zet je de ingesproken tekst aan en lees je mee. Geen stress met het maken van deze opdrachten je hebt hier een week de tijd voor.

Succes!

 

 

Bacteriën

In deze les gaan wij het hebben over bacteriën en virussen. Maar wat zijn bacteriën en virussen? Bekijk eerst het filmpje:

Nu weet je ongeveer wat bacteriën en virussen zijn. We gaan het eerst nog even over bacteriën hebben en daarna over virussen.

 

Bacteriën

Bacteriën kan je niet met je blote oog zien. Dit komt omdat het eencellige micro-organismen zijn. Je kan ze alleen zien met een microscoop.

Goede bacteriën

Bacteriën zijn overal. Er zijn bacteriën die je nodig bent, voor bijvoorbeeld je darmen hier leven miljarden bacteriën, het zijn wel honderden verschillende soorten. Deze bacteriën helpen bij het verteren van het eten. De goede bacteriën zitten in eten, bijvoorbeeld in yoghurtdrankjes.

Ziekmakende bacteriën

Er bestaan ook bacteriën die je ziek maken. Dit zijn de ziekmakende bacteriën. In eten kunnen de ziekmakende bacteriën zitten, het eten bederft niet, de bacteriën zie, ruik of proef je niet.

Wanneer je iets eet waar ziekmakende bacteriën inzitten kun je ziek worden. Je kan hierdoor een voedselvergiftiging of voedselinfectie krijgen, maar dit hoeft niet. Het heeft te maken met je weerstand, kinderen/ouderen die al ziek zijn, hebben een minder goede weerstand dan gezonde volwassenen. Deze kinderen/ouderen hebben eerder kans om een voedselinfectie te krijgen.

Vermenigvuldigen van bacteriën

De bacteriën delen zich, hierdoor vermeerderen ze snel. Vooral wanneer de temperatuur tussen de 10°C en 40°C is. In ongeveer 7 uur kan 1 bacterie zich dan vermeerderen tot miljoenen bacteriën. Wanneer de temperatuur onder het vriespunt zit (bijvoorbeeld -1°C, -2°C, enz) blijven de bacteriën wel leven maar zijn ze in een soort winterslaap, hierdoor kunnen ze zich niet vermeerderen. De bacteriën gaan dood wanneer de temperatuur hoger is dan 75°C, dit kan bijvoorbeeld zijn tijdens het koken.

Verspreiden van bacteriën

Bacteriën verspreiden zich makkelijk van mens naar mens, door bijvoorbeeld een hand te geven. Maar ook kunnen de bacteriën op voorwerpen zitten. Als wij die voorwerpen aanraken pikken wij de bacteriën op. Vaak hebben wij hier geen last van. Op de huid zitten namelijk ook bacteriën, die goed voor de huid zijn. Maar als ze op plekken komen waar ze niet thuis horen kan je er wel last van krijgen.

 

Infectie

Als de bacteriën op plekken komen waar ze niet horen bijvoorbeeld in de bloedbaan, blaas of in een wond, krijg je er wel last van. Je kan dan een infectie oplopen (bijvoorbeeld bloedvergiftiging, blaasontsteking of wondinfectie) hier kan je erg ziek van worden vooral als je heel weinig weerstand hebt.

Voedselinfectie

Vaak komt een voedselinfectie doordat je iets eet van dierlijke producten, zoals vlees, vis, ei en zuivel. Dit komt vooral wanneer je iets rauw eet. Maar er kunnen ook bacteriën op groente en fruit zitten. Als je hygiënisch omgaat met eten wordt het risico op een voedselinfectie verkleint.

Hoe kunnen wij voorkomen dat deze bacteriën in het eten terecht komen? Door strenge hygiënemaatregelen. De producten worden hier steekproefsgewijs op gecontroleerd. Maar alsnog worden er wel eens mensen ziek.

Bekijk het filmpje voedselvergiftiging.

Voedselinfectie voorkomen

Oefenvragen bacteriën

Oefening: Bacteriën

Start

Virussen

Nu gaan wij het hebben over virussen. Maar wat is nou het verschil tussen bacteriën en virussen. Bekijk hiervoor het filmpje:

Virus

Virussen zijn nog kleiner dan bacteriën. Je bent vast wel eens verkoudheid of je hebt wel eens een griep gehad. Dit kan komen door een virus. Zelfs als je heel weinig virusdeeltjes in je lichaam hebt kan je al ziek worden.

 

 

Bekijk het filmpje griepvirus.

Vermenigvuldigen van virussen

Virussen vermeerderen zich in de mens.

Ook kunnen virussen op eten zitten. Ze vermeerderen zich niet in het eten en kunnen ook vaak overleven in de koelkast en vriezer. Net als bacteriën zie, ruik of proef je een virus niet op het eten.

Verspreiding van virussen

Op plaatsen waar veel mensen samen zijn, heb je een grotere kans om een virus op te lopen. Een virus is vaak erg besmettelijk, daarom is een goede hygiëne erg belangrijk om een besmetting te voorkomen. Een virus kan verspreid worden door kleine druppeltjes bij hoesten of niezen of door contact met voorwerpen (deurklink of handen). Was je handen daarom regelmatig met zeep en water.

Voorkomen van besmetting met een virus

Oefenvragen virussen

Oefening: Virussen

Start