Werkwoordspelling

Werkwoordspelling

START

Welkom bij de werkwoordspelling-game!

Aan jou de taak om de wereld te beschermen tegen spelfouten. Mensen die spelfouten maken, laten namelijk een slechte indruk achter. Men beschouwt ze (soms ten onrechte) als dom, ze komen ongeloofwaardig over en het staat slordig. Waarschijnlijk denk je dat zelf ook na het zien van onderstaande voorbeelden:

Gelukkig kun je iets doen om dit te voorkomen, namelijk het uitspelen van deze game. Je moet alle levels voltooien. Dit doe je door eerst de gewone missies te voltooien en daarna het gevecht aan te gaan in de slotmissie. In totaal kent deze game drie levels en een bonuslevel.

Hoe ga je precies te werk?

  1. Maak de instapmissie
  2. Lees de basistheorie en maak daarna missie 1
    • Heb je deze missie gehaald? dan mag je door naar de hoofdstuktoets.
    • Heb je deze missie niet gehaald? dan ga je naar de extra theorie. Vervolgens maak je missie 2 en eventueel, na uitleg van de docent, opdracht 3. Daarna ga je ook naar de slotmissie.
  3. Maak de slotmissie
    • Heb je de slotmissie gehaald? dan mag je door naar het volgende level.
    • Heb je de slotmissie niet gehaald? ga dan terug naar het vorige level. Je begint weer waar je gebleven bent. Dus als je missie 1 gehaald had, ga je nu door naar de extra theorie en daarna missie 2 etc.
  4. Als je alle levels gehaald hebt, ga je aan de slag met de bonuslevels. Deze bestaan uit creatieve bonusopdrachten omtrent werkwoordspelling. Je mag zelf kiezen met welke opdracht(en) je aan de slag gaat.

 

Schematisch gezien kun je drie verschillende leerroutes volgen. Een combinatie van verschillende leerroutes is uiteraard ook mogelijk.

 

SUCCES!

LEVEL 1 (persoonsvorm T.T.)

INSTAPMISSIE

Theorie (basis)

LEES ONDERSTAANDE THEORIE GOED DOOR!

MAAK DAARNA MISSIE 1

 

Je kunt de persoonsvorm op twee manieren vinden:

  • Tijdproef

Mijn zus en ik blijven bij opa en oma slapen Mijn zus en ik bleven bij opa en oma slapen

  • Getalproef

Mijn zus en ik blijven bij opa en oma slapen Mijn zus blijft bij opa en oma slapen

 

Als de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd staat, zijn er maar drie mogelijkheden:

  • Ik-vorm
  • Ik-vorm + t
  • Hele werkwoord

Onderstaand schema laat zien wanneer je welke vorm gebruikt:

Ik

Je / jij achter de pv

Gebiedende wijs

Ik-vorm

slaap

Jij

Hij / zij

Het

U

Ik-vorm + t

slaapt

Wij

Jullie

Zij

Hele werkwoord

slapen

 

In sommige gevallen twijfel je of je de ik-vorm of de ik-vorm+t moet gebruiken, omdat je het niet kunt horen. Voor die gevallen bestaat een ezelsbruggetje: verander het werkwoord in lopen!

Het lijkt me noodzakelijk dat de gemeente deze drukke weg  ____________ (verbreden).

Het lijkt me noodzakelijk dat de gemeente deze drukke weg LOOPT.

Het lijkt me noodzakelijk dat de gemeente deze drukke weg VERBREEDT.

MISSIE 1

Theorie (extra)

Heb je de theorie bestudeerd?

Maak dan missie 2!

MISSIE 2

MISSIE 3

SLOTMISSIE

Gebruik de theorie om het level uit te spelen!

Klik op de link om te beginnen met de slotmissie van level 1.

Om de missie te volbrengen, dien je minstens 85% te scoren.
Haal je dit? dan mag je door naar level 2!
Haal je dit niet? ga dan een stapje terug.

SLOTMISSIE LEVEL 1

LEVEL 2 (persoonsvorm V.T.)

INSTAPMISSIE

Theorie (basis)

LEES ONDERSTAANDE THEORIE GOED DOOR!

MAAK DAARNA MISSIE 1

 

Bij de persoonvorm verleden tijd maken we onderscheid tussen twee soorten werkwoorden:

  • Sterke werkwoorden
  • Zwakke werkwoorden

 

Sterke werkwoorden veranderen in de verleden tijd van klank. Kijk maar naar onderstaande voorbeelden.

Beginnen → begonnen

Denken → dachten

Genieten → genoten

Krijgen → kregen

Nemen → namen

Rijden → reden

Schieten → schoten

 

Om zwakke werkwoorden in de verleden tijd te zetten, gebruiken we een ezelsbruggetje: SeXy KeTCHuPFeeST.

Hoe gebruik je dit ezelsbruggetje?

  1. Zoek de stam van het werkwoord. Deze vind je door -en van het hele werkwoord af te halen
  2. Kijk of de laatste letter van de stam in sexy ketchupfeest zit.
    • Ja? → schrijf -te(n) achter de ik-vorm
    • Nee? → schrijf -de(n) achter de ik-vorm
  3. Kijk of de zin in enkelvoud of meervoud staat. Dan weet je namelijk of er een -n achter moet.
    • Enkelvoud → -te of -de achter de ik-vorm
    • Meervoud → -ten of -den achter de ik-vorm

 

Voorbeeld:

Hij ________ (bestellen) een gin tonic aan de bar.

Bestellen - en = bestel

De L staat NIET in sexy ketchupfeest

Hij is enkelvoud

Dus: Hij bestelde een gin tonic aan de bar.

 

LET OP!

De stam en de ik-vorm van een werkwoord zijn niet altijd hetzelfde. Ga bij gebruik van sexy ketchupfeest altijd uit van de STAM!

Mijn moeder ________ (verven) haar haren altijd zelf.

Verven - en = verv

De V staat NIET in sexy ketchupfeest

Mijn moeder is enkelvoud

Dus: Mijn moeder verfde haar haren altijd zelf.

Dit kan misleidend zijn. De ik-vorm is namelijk verf en de f zit wèl ik sexy ketchupfeest. Let dus goed op!

MISSIE 1

Theorie (extra)

Heb je de theorie bestudeerd?

Maak dan missie 2!

MISSIE 2

MISSIE 3

SLOTMISSIE

Gebruik de theorie om het level uit te spelen!

Klik op de link om te beginnen met de slotmissie van level 2.

Om de missie te volbrengen, dien je minstens 85% te scoren.
Haal je dit? dan mag je door naar level 3!
Haal je dit niet? ga dan een stapje terug.

https://www.classmarker.com/online-test/start/?quiz=vqn5e7a27e76e13e

LEVEL 3 (voltooid deelwoord)

INSTAPMISSIE

Theorie (basis)

LEES ONDERSTAANDE THEORIE GOED DOOR!

MAAK DAARNA OPDRACHT 1

 

Het voltooid deelwoord geeft aan dat de handeling al voltooid is. Het is dus al gebeurd.

Het voltooid deelwoord verandert niet als je de zin in een andere tijd zet. In een zin met een voltooid deelwoord is de persoonsvorm altijd een vorm van hebben, zijn of worden.

Ook bij het voltooid deelwoord maken we onderscheid tussen sterke en zwakke werkwoorden.

 

Het voltooid deelwoord van sterke werkwoorden kan afgeleid zijn van de verleden tijd van dat werkwoord:

Kopen → ik kocht → ik heb gekocht

Denken → ik dacht → ik heb gedacht

Maar in de meeste gevallen eindigt het voltooid deelwoord van sterke werkwoorden op -en:

Bijten → ik beet → ik heb gebeten

Schelden → ik schold → ik heb gescholden

Rijden → ik reed → ik heb gereden

 

Bij het spellen van het voltooid deelwoord van zwakke werkwoorden gebruiken we - net als in de verleden tijd - de regel van het SeXy KeTCHuPFeeST.

Je gaat als volgt te werk:

  1. Zoek de stam van het werkwoord. Deze vind je door -en van het hele werkwoord af te halen
  2. Kijk of de laatste letter van de stam in sexy ketchupfeest zit.
    • Ja? → voltooid deelwoord eindigt op -t
    • Nee? → voltooid deelwoord eindigt op -d

Voorbeeld:

Veel van de inwoners van de grote steden voelen zich regelmatig _______________ (bedreigen).

bedreigen - en = bedreig

de G zit niet in sexy ketchupfeest

Dus: Veel van de inwoners van de grote steden voelen zich regelmatig bedreigd.

 

LET OP!

Sommige werkwoorden, zoals bijvoorbeeld gebeuren of veranderen, kunnen zowel voorkomen met een -t als met een -d:

  • Het gebeurt wel vaker, dat de stoom uitvalt. (persoonsvorm t.t.)
  • Dat is nog nooit gebeurd! (voltooid deelwoord)

Het is dus heel belangrijk om goed te kijken of het werkwoord een persoonsvorm of een voltooid deelwoord is.

Hoe doe je dat? ZET DE ZIN IN EEN ANDERE TIJD. Als het werkwoord verandert, is het een persoonsvorm. Verandert het werkwoord niet, dan heb je te maken met een voltooid deelwoord.

MISSIE 1

Theorie (extra)

Heb je de theorie bestudeerd?

Maak dan missie 2!

MISSIE 2

MISSIE 3

SLOTMISSIE

Gebruik de theorie om het level uit te spelen!

Klik op de link om te beginnen met de slotmissie van level 3.

Om de missie te volbrengen, dien je minstens 85% te scoren.
Haal je dit? dan mag je door naar het bonuslevel!
Haal je dit niet? ga dan een stapje terug.

SLOTMISSIE LEVEL 3

BONUSLEVEL

GEFELICITEERD!

 

Je hebt alle hoofdstuktoetsen gehaald. Je beheerst de stof dus goed!

Dit mag je nu gaan overbrengen op anderen door middel van de talentopdrachten.

Je mag zelf kiezen met welke opdracht je begint.

Als je klaar bent met een opdracht, lever deze dan in bij je docent.

Talentopdracht 1

Opdracht: ONTWERP EEN ALGORITME VOOR WERKWOORDSPELLING

 

Wat is een algoritme?

Een algoritme is een beslissingsschema. Als je de juiste stappen volgt, komt er altijd de juiste schrijfwijze uit. Hieronder zie je een voorbeeld.

 

Aan welke eisen moet het algoritme voldoen?

  • In het algoritme moeten persoonsvorm T.T, persoonsvorm V.T. en voltooid deelwoord verwerkt zijn;
  • Het algoritme moet overzichtelijk zijn;
  • Het algoritme moet (bij juist gebruik) altijd de juiste schrijfwijze bieden.

 

Je mag het algoritme zelf tekenen op een A3-vel, maar je mag het ook op de computer maken. Sites waarmee je dat zou kunnen doen zijn:

  • www.mindmup.com
  • www.mindmeister.com
  • coggle.it
  • bubbl.us
  • www.canva.com

 

Maak er iets moois van! Het mooiste en duidelijkste algoritme drukken we af op posterformaat en hangen we op in de klas.

 

Talentopdracht 2

Opdracht: ONTWERP EEN WERKWOORDSPELLING-SPEL

 

Je gaat een spel ontwerpen voor de brugklas. Door middel van dit spel oefenen ze met werkwoordspelling. Je mag zelf kiezen hoe het spel eruit komt te zien; het mag een bordspel of kaartspel zijn, maar ook iets totaal anders. Het is wellicht handig om het spel te baseren op een bestaand spel, zoals Monopoly, PimPamPet, Ik Hou Van Holland of Wie Is De Mol?, maar het mag ook iets zijn dat je helemaal zelf hebt bedacht. Je mag zelf knippen, plakken en tekenen, maar het mag ook op de computer gemaakt worden.


Aan welke eisen moet het spel voldoen?

  • Het moet gericht zijn op de brugklas;
  • Het moet in groepjes van 4 te spelen zijn;
  • Persoonsvorm T.T., persoonsvorm V.T. en voltooid deelwoord moeten in het spel voorkomen;
  • Het spel moet te spelen zijn in de klas.

 

Weet je niet waar je moet beginnen? Onderstaande links geven je wellicht wat inspiratie:

https://www.oefenweb.nl/spelenderwijs-werkwoordspelling-oefenen/

https://jufanja.eu/spel-werkwoordspelling/

https://www.meesterplein.nl/lesidee%C3%ABn/spelling/

Talentopdracht 3

Opdracht: ONTWERP EEN WERKWOORDSPELLING-QUIZ

 

Je gaat voor je klasgenoten een quiz maken over de behandelde lesstof.

Aan welke eisen moet de quiz voldoen?

  • Persoonsvorm T.T., persoonsvorm V.T. en voltooid deelwoord moeten erin voorkomen;
  • De quiz moet minimaal 8 (moeilijke) vragen bevatten;
  • De quiz moet in de klas te spelen zijn.

 

Je mag de quiz maken met behulp van een ICT-tool. Tools die je kunt gebruiken zijn o.a.:

http://socrative.com

http://kahoot.it

http://www.goconqr.com

http://www.examtime.com

http://quizizz.com

Talentopdracht 4

Opdracht: ONTWERP EEN KENNISCLIP OVER WERKWOORDSPELLING

 

Je gaat de geleerde lesstof uitleggen aan andere leerlingen door middel van een filmpje, een zogeheten kennisclip.

Aan welke eisen moet de quiz voldoen?

  • Persoonsvorm T.T., persoonsvorm V.T. en voltooid deelwoord moeten uitgelegd worden;
  • Er moeten duidelijke voorbeelden gegeven worden;
  • De clip mag niet langer dan 10 minuten duren;
  • Je moet de clip zelf inspreken.
  • De clip moet er mooi uitzien.

 

Een kennisclip maak je uiteraard met behulp van een ICT-tool. Je kunt kiezen uit verschillende tools. Hieronder staan ze opgesomd. Bij elke tool staat een link die verwijst naar een gebruiksaanwijzing:

PowerPoint: https://support.office.com/nl-nl/article/van-uw-presentatie-een-video-maken-c140551f-cb37-4818-b5d4-3e30815c3e83

Screencast-o-matic: https://www.vernieuwenderwijs.nl/howto4-screencast-maken-met-screencast-o-matic/

PowToon: http://docplayer.nl/1395792-Kennisclips-zelf-maken.html