Thema Going out - kgt34

Thema Going out - kgt34

Going out

Introduction

Introduction
Dear pupil,

Welcome back. Hopefully, you are going to pass your exams at the end of this year.
You are about to start theme: 'Going out'.
Welkom terug. Hopelijk slaag je eind dit jaar voor je examen. Je gaat nu starten met het thema 'uitgaan'.​

How are you going to practise?
You are going to practise your English writing, reading, listening and speaking skills.
Je gaat je schrijfvaardigheid, leesvaardigheid, luistervaardigheid en spreekvaardigheid oefenen in het Engels.​​

What are you going to do?
You are going to read, listen, speak and write about 'Going out'.
You will find different things to watch, to listen to, to read and of course to do.
There are videos, recordings, pictures, photos, texts and assignments.
There are different types of assignments.
Some of them you have to do on your own, others you are doing in a group.
At the end of those group assignments you are going to discuss the answers in your group.
Some assignments will be checked by the computer.
Je gaat lezen, luisteren, praten en schrijven over 'Going out'.
Er zijn verschillende soorten oefeningen.
Sommige oefeningen doe je alleen, andere oefeningen doe je in een groep.
Aan het eind van deze oefeningen die je in een groep doet, bespreek je de antwoorden in je groep.
Sommige oefeningen worden nagekeken door de computer.​


How about you?
What are your free time activities?
Are those activities mostly at home, reading, watching TV or listening to music or do you like going out?
What are you doing when you go out? To the cinema? Or just hanging out with friends in the park?
Can you think of three other activities you can do 'Going out'? Write the answers in your notebook.
Welke dingen doe jij in je vrije tijd? 
Zijn dit activiteiten die je vooral thuis doet, zoals lezen, tv kijken of muziek luisteren of hou je van uitgaan?
Wat doe je als je uitgaat? Ga je naar de bioscoop? Of gewoon beetje rondhangen met vrienden in het park? 
Kun jij drie andere activiteiten bedenken die je kunt doen als je uitgaat? Schrijf de antwoorden in je schrift.

Get started with this theme now. Have fun!

Need to know

What do you need to know?
Voordat je met dit thema begint, ga je met elkaar over 'uitgaan' praten.
Vraag aan je docent of je dit moet doen met een andere leerling of in een groepje.

Beantwoord de volgende vragen in jouw groepje.

  1. Hoe vaak ga je uit eten?
  2. Waar ga je dan meestal naar toe?
  3. Geef je wel eens een fooi?
  4. Ga je wel eens naar een concert?
  5. Houd je van dansen?
  6. Ga je wel eens naar het theater?
  7. Hoe vaak ga je naar een museum?
  8. Wat doe je als je een avondje gaat stappen?
  9. Hoe vaak ga je naar de bioscoop?
  10. Hoeveel geld geef je uit aan films? 

Can do

In this theme you will focus on the following 'can do' statements.

Luisteren

  • Je kunt eenvoudige boodschappen of geluidsfragmenten (radio, televisie, omgeroepen berichten) begrijpen die te maken hebben het thema Going out. Je begrijpt dit wanneer de mensen langzaam en duidelijk spreken.
  • Je kunt van discussies over Going out de hoofdlijnen volgen.

Lezen

  • Je kunt eenvoudige zinnen een eenvoudig verhaaltje begrijpen, wanneer daar de woorden in worden gebruikt uit het thema Going out.
  • Je kunt de beschrijving van gebeurtenissen, gevoelens en wensen in persoonlijke brieven begrijpen.

Gesprekken voeren

  • Je kunt deelnemen aan een eenvoudig gesprek over Going out.
    Je gesprekspartner spreekt vrij langzaam. Hij of zij herhaalt af en toe de zinnen.
    Je gesprekspartner helpt bij het formuleren van wat je probeert te zeggen.
  • Je kunt eenvoudige vragen stellen en beantwoorden die betrekking hebben op het thema Going out.
  • Je kunt op eenvoudige manier jouw voorkeur en mening uitdrukken.

Spreken

  • Je kunt eenvoudige uitdrukkingen en zinnen gebruiken die betrekking hebben op het thema Going out.
  • Je kunt in eenvoudige, korte zinnen vertellen over ervaringen en gebeurtenissen m.b.t het thema Going out.

Schrijven

  • Je kunt een kort, eenvoudig verhaaltje en een e-mail bericht schrijven door gebruik te maken van de woorden
    die betrekking hebben op het thema Going out.

To do

In this theme Going out you are going to practise your English writing, reading, listening and speaking skills. You will learn about verb tenses and you will have practised taking two exams.
In dit thema Going out oefen je je Engelse schrijf-, lees-, luister- en spreekvaardigheid. Je leert over werkwoordstijden en je hebt geoefend met het maken van twee examens.

If you take the following steps (lessons) you'll find out what you need to know!
Als je de volgende stappen (lessen) volgt, kom je erachter wat je moet weten!

Opdracht

Titel

Activiteit

1

Eating out

Luisteren, lezen en schrijven over uit eten gaan.
Discussiëren over restaurants.
Grammatica: present tenses

2

Live music

Luisteren, lezen en praten over het bezoeken van een concert.
Schrijven van een e-mail over een bezoek aan een concert.
Grammatica: past tenses

3

Cinema

Luisteren, lezen en schrijven over naar de bioscoop gaan.
Discussiëren over bioscoopbezoek.
Grammatica: present perfect

4

Festivals

Luisteren, lezen, schrijven en praten over het bezoeken van een festival.
Schrijven e-mail waarin je informatie over een festival vraagt.
Grammatica: past perfect

Lessons

Hieronder vind je de vier blokken die horen bij dit thema.
Maak je keuze.

Blok 1

Eating out

Blok 2

Live music

Blok 3

Cinema

Blok 4

Festivals


Vocabulary Going out

Hieronder vind je woordenlijsten en lijsten met zinnen die horen bij dit thema.
Deze komen ook terug in de diagnostische toets. Overleg met je docent wanneer je deze lijsten gaat leren.

Vocabulary Going out - 1

Vocabulary Going out - 3

Vocabulary Going out - 2

Vocabulary Going out - 4

 

 

 

 

 

Tip:

There are many ways to study vocabulary. You can read the words aloud or copy them.
Click in StudioWozzol on the red arrow for the options.

Finishing touch - projects

Je hebt de blokken van het thema 'Going out' doorgewerkt.
Tijd voor de Finishing touch.

Je vindt hier extra opdrachten: project A project B en project C.
Maak - in overleg met je docent - een keuze.

Succes!

Project A: Reading

Project reading: War Horse

You are going to read two newspaper reviews about the play and film War Horse.
Are you able to read these reviews? Give it a try!

  • Read the reviews.
  • Make use of the vocabularies to understand difficult words in the text.
  • Do the exercise.

Read the first review.

The horses, as everyone knows, are brilliant. The real genius of this stage version of Michael Morpurgo's novel, first seen at the National in 2007, lies in the work of the Handspring Puppet Company's Basil Jones and Adrian Kohler. They have created, out of skeletal bamboo frames and internal hinges, the most plausible and expressive quadrupeds ever to have graced the London stage. But, seeing the show a second time, I became more aware of the gulf between the sophistication of the puppetry and the one-dimensionality of the human beings.

Nick Stafford's adaptation inevitably abandons the horse's-eye-view of Morpurgo's novel to give us a more objective vision of Albert's pursuit of his equine friend, Joey, across the scarred French battlefields of the 1914-18 war. But Albert remains a cipher and the play never pursues, as Peter Shaffer's Equus does, the disturbing implications of the adolescent hero's horse-worship. For all the echoes of Oh, What a Lovely War! in the use of ballad-song to counterpoint military devastation, the show never acquires the emotional resonance of Joan Littlewood's great prototype.

All the memorable moments of Marianne Elliott and Tom Morris's production are the product of the superlative puppetry. At one point, Joey is magically transformed from a skittering foal into a bucking, rearing, grown-up horse. Later, a tank menacingly rolls across the stage like an armour-plated behemoth. Mere humans such as Kit Harington's Albert, Colin Mace's surly father and Patrick O'Kane's sympathetic German are dwarfed by the massive technical ingenuity on display.

Source: http://www.theguardian.com/stage/2009/apr/05/theatre-review-war-horse

English Dutch
hinges scharnieren
quadrupeds viervoeters
sophistication tijdelijkheid, kortstondigheid
puppetry poppentheater
equine paardachtig
foal veulen
menacingly dreigend, bedreigend
dwarfed overschaduwd

 

Read the second review.

Steven Spielberg has been working in Britain off and on for 30 years now, long enough in fact to have been awarded an honorary knighthood. But a few days ago, he described War Horse, his movie based on Michael Morpurgo's children's novel about the madness of war, as his first truly British film. "After I heard the reaction last night at the Odeon, Leicester Square," he said, "I realised I'd made my first British film with War Horse. Through and through."
Actually, the tradition War Horse belongs to is the Hollywood celebration of British pastoral that reached its peak during the second world war with Lassie Come Home and National Velvet. Both were movie versions of novels about lonely, lovable, innocent, working-class children passionately attached to animals in an idealised provincial England.

The narrator of the novel is Joey, a near-thoroughbred stallion reared on a West Country farm by the 15-year-old Albert Narracott (Jeremy Irvine). Nick Stafford's celebrated National theatre version uses puppets for the horses. The movie, scripted by Lee Hall, author of Billy Elliot, and Richard Curtis, our most internationally successful writer of film comedies, is a superficially realistic affair, a cross between the equine picaresque Black Beauty and All Quiet on the Western Front.

Directed by Spielberg in his most self-consciously epic manner, it takes the loyal, handsome, headstrong Joey from the windswept moors of Devon through the horrors of the first world war battlefields and back home again for the grandest sunset since Scarlett O'Hara told us that "tomorrow is another day" in Gone With the Wind. War is one of Spielberg's obsessions and he seems to have engraved on his heart Wilfred Owen's celebrated declaration: "My subject is War, and the pity of War. The Poetry is in the pity."

War Horse is a series of brilliantly staged, highly charged setpieces starting with the lives of the proud, penniless Narracott family made special by the possession of Joey in a landscape aggrandised by a John Williams score steeped in Delius, Elgar and Vaughan Williams. There's a marvellous sequence when Albert and Joey transform an apparently useless stretch of stony land into a fertile field, the plough turning up the dark, waxy soil like a series of images from a Seamus Heaney poem.
The final 50-odd minutes of the film are a virtual tsunami of emotional waves. In a remarkably edited sequence, Joey runs amok in no-man's-land. He ends up tangled in barbed wire, jointly attended by a British soldier from Tyneside and a German from Hamburg, like something out of Oh! What a Lovely War. This leads to a succession of small, potentially lethal crises that cumulatively strain credulity and risk parching the tear ducts. But War Horse is a fable with a high moral purpose, not a documentary, and audiences will either be overwhelmed by the impact or find themselves fighting to resist it.

Source: http://www.theguardian.com/film/2012/jan/15/war-horse-spielberg-review
English Dutch
knighthood ridderorde
pastoral herdersspel, pastorale
narrator verhaler, verteller
thoroughbred onvoorwaardelijk, raszuiver
stallion hengst
windsept winderig
barbed wire prikkeldraad
credulity goedgelovigheid


Did you manage to read and understand these reviews?
If you did, have a try to do the exercise.

Exercise

Write a summary of the story described in both reviews.
Use the questions: who, where, when and what to write your summary.

 

Evaluation Reading

Hoe vond jij deze opdracht gaan? 
Geef bij elk onderdeel aan hoe jij vond dat het ging.

Onderdeel

Goed

Voldoende

Onvoldoende

Woordenschat

Je beheerst alle eenvoudige woorden om een briefje, e-mail of eenvoudige tekst te kunnen begrijpen.

Je beheerst de meest noodzakelijke woorden om een briefje, e-mail of eenvoudige tekst te kunnen begrijpen.

Je beheerst niet voldoende woorden om een briefje, e-mail of eenvoudige tekst te kunnen begrijpen.

Zinsbouw en grammatica Ik kan de werkwoordsvormen en zinnen goed herkennen en begrijpen. Ik kan genoeg zinnen en werkwoordsvormen herkennen. Ik begrijp sommige zinnen en werkwoordvormen. Ik kan werkwoordsvormen en zinsopbouw niet goed herkennen en begrijpen.
Tekstinzicht Je kunt de opbouw en grote lijn goed zien. Je kunt ook de betekenis van onbekende woorden makkelijk afleiden uit de context. Je kunt de opbouw en de grote lijn van een tekst vrij goed zien, maar je kunt zelden de betekenis van onbekende woorden afleiden uit de context. Ik zie de opbouw en grote lijn van de tekst niet helemaal en kan de betekenis van onbekende woorden niet afleiden uit de context.
Tempo van lezen Je kunt vlot en makkelijk doorlezen. Je begrijpt alles wat er staat. Je kunt de volledige tekst tot in alle details doorlezen. Je hebt vaak al voldoende leestempo om redelijk wat van wat je leest te begrijpen.
Je kunt de volledige tekst globaal doorlezen.
Je hebt te veel tijd nodig om alles volledig te kunnen doorlezen. Wat je leest begrijp je niet helemaal.
Leesstrategie

Je kunt naar de grote lijn van een tekst kijken en daarna naar de details.
Vooraf gebruik je de indeling, de plaatjes en voorkennis (wat je al van het onderwerp af weet).

Je kunt met gebruik van de indeling, plaatjes en voorkennis (wat je al weet van het onderwerp) met moeite de grote lijn in de tekst bekijken.
Je vertaalt nog te veel zinnen zonder verband te zien.

Je begrijpt niet goed hoe je de tekst moet aanpakken en begint woord voor woord te lezen. Je maakt te weinig gebruik van voorkennis (wat je al weet van het onderwerp).

 

Project B: Speaking

Project B Speaking: Role play

You are going to role play a discussion between people who have different opinions about dance.

  • Form groups of four pupils.
    (In groups of five one of you can be the director).
  • Read the roles you can choose from.
  • Decide who is going to play which role.
  • Act out the role play.

Read the roles.

- Role A: Ballet expert
You think ballet is the greatest art form in human history. Tell the others three reasons why.
You think everyone should see a few ballets every year.
You think it will make everyone more intelligent. You also think everyone should take ballet lessons in elementary school.

 

- Role B: Hip-hop dancer
You think ballet is only for rich people. You think hip-hop is the best form of dance in human history.
Tell the others three reasons why. You think everyone should take hip-hop lessons in elementary school.
It's a great form of exercise and today's kids love it.

 

- Role C: Ballet dancer
You think ballet is the greatest art form in human history. Tell the others three reasons why.
You hate hip-hop. Tell the others three reasons why. BUT… ballet is vey tough.
You have to practice for many hours a day. It's also painful. Parents usually make their children do ballet.

 

- Role D: Folk dance teacher
You think everyone should learn the folk dances of their country. Tell the others three reasons why. You think ballet doesn't teach children much and is for rich kids. Hip-hop is just noise and will not be popular in 20 years.
Folk dances are an important part of a country's culture.

Evaluation

Hoe vond jij deze opdracht gaan?
Geef bij elk onderdeel aan hoe jij vond dat het ging.

  Goed Voldoende Onvoldoende

 

De juiste woorden kennen en gebruiken

Ik kan alle eenvoudige woorden gebruiken om de gekozen rol te spelen.

Ik kan de meest noodzakelijke woorden gebruiken om de rol te spelen.

Ik kan de meest eenvoudige woorden nog niet gebruiken om de rol te spelen.

 

Grammatica –   zinnen maken

Ik kan alle geleerde grammatica gebruiken in eenvoudige zinnetjes.

Ik kan de meeste, maar nog niet alle grammatica gebruiken in eenvoudige zinnetjes.

Ik kan de geleerde zinnen niet formuleren, maar gebruik losse woorden zonder zinsverband.

 

Duidelijk - vloeiend  spreken

Ik praat bijna zonder aarzelingen vlot door.

Ik praat redelijk vlot door,  met af en toe een aarzeling.

Ik praat met te veel pauzes en aarzelingen en zonder intonatie.

 

Uitspraak

De uitspraak van wat ik geleerd heb klinkt met wat moeite verstaanbaar voor mijn klasgenoot.

De uitspraak van wat ik geleerd heb klinkt redelijk verstaanbaar voor mijn klasgenoot.

De uitspraak van wat ik geleerd heb klinkt niet verstaanbaar genoeg voor mijn klasgenoot.

 

Overbrengen van de boodschap

Ik kan anderen zonder veel moeite duidelijk maken wat ik bedoel.

Ik kan anderen met wat moeite duidelijk maken wat ik bedoel.

Ik kan anderen niet duidelijk maken wat ik bedoel.

Project C: Writing

A letter about underage drinking

  • Lees de inleiding.
  • Lees de bijbehorende tekst in het kader.
  • Maak hierna de schrijfopdracht.


Op school kreeg je van je leraar Engels een artikel uit de krant The Sunday Independent over de problemen rond het drankgebruik van jongeren in Ierland (zie tekst bij deze opdracht).
Je weet dat jongeren in Nederland een legitimatiebewijs bij zich moeten hebben en onder de 18 helemaal geen alcohol mogen kopen, maar dat veel uitgaansgelegenheden zich niet zo precies aan de regels houden.

Vorig weekend heb je zelf meegemaakt dat jongeren in de discotheek erg dronken waren en gewelddadig werden.
Zij werden gelukkig meteen de discotheek uitgezet.
Je vindt dat drankmisbruik zeker moet worden aangepakt.
Je gaat een affiche maken (eventueel met klasgenoten, overleg dit met je docent).

ALL it takes is a quick change from school uniform into a trendy belly top, add a slash of lipstick – and a 17-year old girl is turned into a young woman.
That’s why a compulsory identity card for people up to 25 years should be introduced to fight the “national scandal” of underage drinking, a drinks group said yesterday.
“It’s impossible to guess their ages, appearances can be deceptive,” Beverage Council of Ireland chief Bernard Murphy said.
He said the voluntary scheme introduced a year ago was not working, with just 7 per cent or 26,000 of Ireland’s 350,000-plus-population aged between 15 and 19, signing on.
This left off-licence and pub staff at an unfair advantage. “We should recognise there is a problem and deal with it in an objective way,” he said.
“Currently we’re dealing with it in a subjective way by leaving it to bar or door staff to guess.
“If a 15-year-old comes into a pub at midday and asks for a pint of Guinness they’d probably be challenged, but often they do it at busy periods when they’re not noticed.”

He recognised that some people objected to identity cards on the basis that it represented a Big Brother society.
But he said it was a case of deciding which was the greater evil. “It’s make-your-mind-up time,” Mr Murphy said. “Politicians are always sounding off about underage drinking but the best they’ve come up with is a voluntary scheme.
However the reality is we have a poor track record for signing up to what is not mandatory.”

At the moment, Ireland is one of the EU states without an identity card scheme. If it’s right for 11 other countries within Europe and they can live with it, what’s wrong with us that we can’t accept it?” said Mr Murphy, who represents alcoholic and non-alcoholic drink producers.

Bron: The Sunday Independent

 

Assignment

​Je gaat een affiche maken.
Een affiche wordt ook aanplakbiljet of poster genoemd.
Een affiche wordt gemaakt om een boodschap bekend te maken.
In dit geval wordt het dus een affiche tegen drankmisbruik bij jongeren.
Er bestaat natuurlijk al wel een landelijke campagne Nix18.
Jij gaat nu zelf een anti drankmisbruik affiche maken die op jouw school zou kunnen worden opgehangen.

Opdracht
Ontwerp een affiche. Natuurlijk in het Engels!

  1. Bepaal welke informatie je wilt vertellen in je affiche (beeld, slogan, logo´s, contactgegevens).
  2. Hoe ga je de aandacht trekken van de jongeren op jouw school?
  3. Bedenk een korte, opvallende titel.
  4. Zorg voor een juiste balans tussen de hoeveelheid tekst en afbeeldingen.
  5. Op een affiche maar weinig ruimte om je boodschap duidelijk te maken.
    Verwoord je boodschap kort en bondig en zorg voor een duidelijk lettertype.
    Hierdoor zien mensen in één oogopslag de boodschap.
  6. Hieronder vind je de gereedschapskist Activerende werkvormen.
    Lees hier hoe je een affiche maakt.

Affiche maken

Met een affiche geef je op een aantrekkelijke manier informatie door. Het is een soort
reclameboodschap met afbeeldingen en tekst. Het draait om twee dingen: inhoud en vorm.

 

Beoordeling van de taak

Je hebt deze schrijftaak goed gedaan als je in de volgende tabel de onderdelen met goed of voldoende kunt beantwoorden.

 

goed

voldoende

onvoldoende

Inhoud

Ik heb kritisch gedacht over de doelgroep waarvoor het affiche bedoeld is.

Ik heb ervoor gezorgd dat de boodschap van het affiche direct duidelijk is.

Ik heb kritisch gedacht over de doelgroep waarvoor het affiche bedoeld is.

Ik heb de boodschap van het affiche redelijk duidelijk gemaakt.

Ik vind het lastig om te bepalen wat relevante informatie is om te gebruiken.
Ik heb niet bij alle delen van het affiche rekening gehouden met de doelgroep.

Ik heb de boodschap van het affiche wel verwerkt maar je moet goed lezen om deze te zien.

Woorden

Ik heb de woorden correct gebruikt.

 

Ik kan de meeste woorden goed gebruiken.

Ik kan de woorden niet goed gebruiken.

Grammatica

Ik kan de volgende onderdelen goed gebruiken/toepassen:

  • basis zinnen

  • woordvolgorde

  • voornaamwoorden en voorzetsels

Ik maak weinig tot geen schrijffouten.

Ik kan de volgende onderdelen redelijk goed gebruiken/toepassen:

  • basis zinnen

  • woordvolgorde

  • voornaamwoorden en voorzetsels

Ik maak nog wel een paar schrijffouten.

Ik kan de volgende onderdelen niet goed gebruiken/toepassen:

  • basis zinnen

  • woordvolgorde

  • voornaamwoorden en voorzetsels

Ik maak nog best veel schrijffouten.

Kwaliteit informatie Ik heb gezorgd dat de genoemde informatie kloppend is en relevant voor het affiche.
Ik heb gezorgd dat het grootste deel van de informatie relevant is voor het affiche.
Ik heb te weinig, onvolledige of onbetrouwbare informatie verwerkt in het affiche.
Opmaak Ik heb een net, geordend affiche gemaakt met een juiste balans tussen tekst en afbeeldingen. Ik heb een vrij geordend affiche gemaakt; de balans tussen tekst en afbeeldingen kan beter. Ik heb een vrij geordend affiche gemaakt; de balans tussen tekst en afbeeldingen kan beter.
Aandacht trekken Ik trek op een zeer creatieve manier de aandacht met mijn affiche. Ik heb in mijn affiche een kenmerk verwerkt dat er een beetje uitspringt. Ik heb geen opvallend affiche of kenmerken verwerkt die eruit springen.

Oefenprogramma Engels

Plans for going out

Als je school deelneemt aan VO-content kun je oefenen met het oefenprogramma Engels.
Hieronder zie je een onderdeel dat mooi aansluit bij het thema 'Going out'.
Log in met je School Entree-account!

Plans for going out


Op www.oefenprogrammaengels.nl kun je natuurlijk ook verder oefenen met andere lees-, luister- of kijkopdrachten!

Eindexamentraining

Examen oefenen

Op deze pagina vind je examenvragen van ExamenKracht van vorige jaren.
De vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij de opdracht die je net hebt afgerond.

Begin met oefenen met de examenvragen op BB-niveau. Deze zijn wat makkelijker dan de vragen op GT-niveau. Had je een goede score of wil je meer uitdaging? Maak dan de vragen op KB- of GT-niveau.

Maak bij het beantwoorden gebruik van dat wat je al eerder geleerd hebt. Als je de vraag niet kunt beantwoorden, probeer het dan later opnieuw. Nadat je een vraag beantwoord hebt, kun je deze zelf nakijken en je score aangeven.
Je score kan worden bijgehouden als je inlogt bij ExamenKracht.

 

VMBO-BB niveau:

VMBO-B34 2021-TV0

VMBO-B34 2021-TV0 Vraag 21

VMBO-B34 2019-TV1

VMBO-B34 2019-TV1 Vragen 2 en 3

VMBO-B34 2019-TV0

VMBO-B34 2019-TV0 Vragen 14-17

 

VMBO-GT niveau:

VMBO-GT34 2021-TV2

VMBO-GT34 2021-TV2 Vraag 1

VMBO-GT34 2021-TV3

VMBO-GT34 2021-TV3 Vraag 43

VMBO-GT34 2018-TV1

VMBO-GT34 2018-TV1 Vragen 38 en 39

VMBO-GT34 2017-TV1

VMBO-GT34 2017-TV1 Vraag 37

VMBO-GT34 2016-TV1

VMBO-GT34 2016-TV1 Vraag 29

VMBO-GT34 2016-TV2

VMBO-GT34 2016-TV2 Vraag 29
VMBO-GT34 2016-TV2 Vraag 32

 

Meer oefenen?
Ga naar ExamenKracht en oefen ook met de nieuwste examens.

Study tips

Preparing for exams?

Give yourself the best chance with these study tips and try not let the stress get to you!
Voorbereiden op examens? Geef jezelf de beste kans met deze studietips en probeer niet te stressen!

Give yourself enough time to study

Don't leave it until the last minute. While some students do seem to thrive on last-minute cramming, it's widely accepted that (for most of us) this is not the best way to approach an exam. To help sort out your time management, set up a timetable for your study. Write down how many exams you have and the days on which you have to sit them. Then organize your study accordingly. You may want to give some exams more study time than others, so find a balance.

Wacht niet tot het laatste moment. Hoewel sommige studenten lijken te gedijen bij leren op het laatste moment, is het over het algemeen zo dat dit (voor de meesten van ons) niet de beste manier is om een ​​examen te benaderen. Stel een tijdschema voor je studie op om je tijd te helpen regelen. Schrijf op hoeveel examens je hebt en de dagen waarop je ze moet doen. Organiseer dan je studie daarop. Misschien wil je sommige examens meer studietijd geven dan andere, dus zoek een balans.
Organize your study space

Make sure you have enough space to spread your textbooks and notes out. Have you got enough light? Is your chair comfortable? Are your computer games and mobile phone out of sight? Try and get rid of all distractions, and make sure you feel as comfortable and able to focus as possible.
Zorg ervoor dat je voldoende ruimte hebt om je studieboeken en aantekeningen neer te leggen. Heb je genoeg licht? Zit je stoel comfortabel? Zijn computerspellen en mobieltjes uit het zicht? Probeer alle afleidingen te verwijderen en zorg ervoor dat je je zo comfortabel en geconcentreerd mogelijk voelt.

For some people, this may mean almost complete silence, for others background music, background music helps.
Think about what works for you and take the time to get it right.
Voor sommige mensen kan dit bijna volledige stilte betekenen, voor anderen helpt achtergrondmuziek. Denk na over wat voor jou werkt en neem de tijd om het goed te doen.

Practice on old exams

One of the most effective ways to prepare for exams is to practice taking past versions. This helps you get used to the format of the questions and can also be good practice for making sure you spend the right amount of time on each section.
Een van de meest effectieve manieren om je voor te bereiden op examens is met voorgaande examens te oefenen. Dit helpt je wennen aan de manier van vragen en kan ook een goede oefening zijn om ervoor te zorgen dat je de juiste hoeveelheid tijd besteedt aan elk onderdeel.

Explain your answers to others

Parents and little brothers and sisters don't have to be annoying around exam time. Use them to your advantage. Explain an answer to a question to them. That will help you to get it clear in your head, and also to highlight any areas where you need more work.
Ouders en kleine broertjes en zusjes hoeven zich rond de examentijd niet te vervelen. Gebruik ze in je voordeel. Leg hun een antwoord op een vraag uit. Dat zal je helpen om het duidelijk in je hoofd te krijgen en ook om onderdelen te markeren waar je nog beter voor moet leren.

Take regular breaks

While you may think it's best to study for as many hours as possible, this can actually be not productive.Studies have shown that for long-term retention of knowledge, taking regular breaks really helps.

Everyone's different, so develop a study routine that works for you. If you study better in the morning, start early before taking a break at lunchtime. Or, if you're more productive at nighttime, take a larger break earlier on so you're ready to settle down come evening.

Try not to feel guilty about being out enjoying the sunshine instead of hunched over your textbooks. Remember Vitamin D is important for a healthy brain.

Hoewel je misschien denkt dat het het beste is om zoveel mogelijk uren te studeren, kan dit juist niet productief zijn. Onderzoeken hebben aangetoond dat voor het langdurig vasthouden van kennis, het echt helpt als je regelmatig pauzes neemt.

Iedereen is anders, dus ontwikkel een studie routine die voor jou werkt. Als je 's ochtends beter studeert, begin dan vroeg voordat je' s middags een pauze neemt. Of, als je 's nachts productiever bent, neem dan eerder een grotere pauze, zodat  je 's avonds kunt settelen.

Probeer je niet schuldig te voelen omdat je buiten van de zon geniet in plaats van dat je over je schoolboeken heen bent gebogen. Onthoud dat vitamine D belangrijk is voor een gezond brein.

Drink plenty of water

As a final tip, remember that being well hydrated is essential for your brain to work at its best. Make sure you keep drinking plenty of water throughout your learning, and also on the exam day.
Onthoud als laatste tip dat goed gehydrateerd zijn essentieel is voor je hersenen om optimaal te kunnen werken. Zorg ervoor dat je tijdens het leren en ook op de examendag veel water blijft drinken.

 

Bron: https://www.topuniversities.com

What did you learn?

At the end of each lesson you answered evaluation questions.
Use these answers to answer the following questions:

  • What new things did you learn?
  • Which assignment was the best one to learn from?
  • Are you able to do what you have to do?

Timing
In the introduction of each double period there is an indication of the amount of time you need to do the activity.

  • What do you think of this timing?

Finishing touch Projects

  • Did you do project A or project B? How did it go?
  • Were the instructions clear?
  • Were the 'rubrics' at the end helpful for you? Could you indicate yourself, how did it go?
  • Did you discuss these rubrics with your teacher?
     

Analyze your mistakes

What did you learn of the mistakes you made in this theme?
What went wrong?
- I did not learn enough.
- I did not understand.  I did learn about the Grammar but did not know how to use it. I have to practice more.
- I made sloppy mistakes: I know how to do it, but I do it incorrectly because I lose concentration.
- I have to check the Vocabulary. I use the wrong words or I did not recognize the words.

  • Het arrangement Thema Going out - kgt34 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2024-05-22 15:35:56
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Dit thema valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Engels voor vmbo kgt, leerjaar 3 en 4. Dit is thema 9 'Going out'. Het gaat over uitgaan. Het thema omvat de volgende onderwerpen: Eating out, Live music, Cinema en Festivals. In de grammaticaopdrachten wordt er geoefend met de verb tenses (past en present tense en de present en past perfect).
    Leerniveau
    VMBO gemengde leerweg, 3; VMBO theoretische leerweg, 4; VMBO theoretische leerweg, 3; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 4; VMBO gemengde leerweg, 4; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 3;
    Leerinhoud en doelen
    Engels;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    9 uur en 30 minuten
    Trefwoorden
    arrangeerbaar, cinema, eating out, engels, festivals, going out, kgt34, live music, stercollectie, verb tenses

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    Leermateriaal, StudioVO. (z.d.).

    Going out vmbo-kgt34

    https://maken.wikiwijs.nl/90821/Going_out_vmbo_kgt34

    VO-content - Gereedschapskist. (2019).

    Gereedschapskist activerende werkvormen

    https://maken.wikiwijs.nl/105906/Gereedschapskist_activerende_werkvormen

    VO-content Engels. (2020).

    Thema Crime and justice - hv3

    https://maken.wikiwijs.nl/151277/Thema_Crime_and_justice___hv3

    VO-content Engels. (2020).

    Thema Dreams - kgt34

    https://maken.wikiwijs.nl/155698/Thema_Dreams___kgt34

    VO-content Engels. (2020).

    Thema Internet - kgt34

    https://maken.wikiwijs.nl/155799/Thema_Internet___kgt34