Landschappen veranderen voortdurend. Dat komt door veranderingen in het klimaat, in de bodem, of door andere geografische factoren. Ook door menselijk ingrijpen veranderen landschappen; zo is landbouw een grote landschapsvormende kracht.
Deze opdracht gaat over een aantal voorbeelden van veranderende landschappen, de inzichten daaromtrent en de veranderingen zelf.
Wat ga je leren?
Hoofdvraag
Hoe ondergaan landschappen veranderingen?
Deelvragen
Hoe weten onderzoekers dat huidige landschappen er in het verleden anders hebben uitgezien?
Door welke geografische factoren of gebeurtenissen zijn landschappen, lokaal en wereldwijd, veranderd?
Waarom zijn niet alleen landschappen een dynamisch systeem, maar is de aarde als geheel dat ook?
Begrippen
geografische factoren:
gesteente en reliëf
klimaat en lucht
bodem
water
flora en fauna.
landschapszones:
polaire zone
boreale zone
gematigde zone
subtropische zone
(semi-)aride zone
tropische zone
klimaatverandering.
Wat ga je doen?
Activiteiten
Vooraf
Wat kun je al?
Bestudeer de Kennisbank en maak de instaptoets.
Aan de slag
Stap 1
Veranderingen in landschappen komen o.a. door klimaatverandering, door de hoeveelheid neerslag en processen die zich in de bodem afspelen. Op landkaarten en bronnen over het landschap kun je deze veranderingen op korte termijn vergelijken. Je beantwoordt vragen hierover.
Stap 2
In een artikel over Park Sonsbeek kun je lezen hoe onderzoekers aan de hand van o.a. het relief van het (glooiende) park hebben onderzocht hoe de bodem en het landschap er vroeger hebben uitgezien. Ook met onderzoek van verschillende bodemlagen kan aangetoond worden hoe het landschap er vroeger uitzag en welke sedimenten zich hebben afgezet. Je leest erover in deze stap en beantwoordt vragen.
Stap 3
Schuivende en veranderende landschapszones zeggen ook iets over de klimaatveranderingen en de processen die zich in de grond afspelen. Bekijk video's en maak oefeningen.
Afronding
Samenvattend
Maak een begrippenlijst. Vergelijk de omschrijvingen met je klasgenoot.
Eindopdracht A
Maak de eindtoets.
Eindopdracht B
Jullie doen onderzoek naar verandering in landschappen van een bepaald gebied.
Examenvragen
Oefen de eindexamenvragen.
Terugkijken
Kijk terug op de opdracht.
Tijd
Voor deze opdracht staat een belasting van ongeveer 3 SLU.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Bossen, heide, bergachtige gebieden, woestijnen en andere landschappen zien er met de wisseling van de seizoenen anders uit, maar afgezien daarvan veranderen ze niet van karakter. Althans, zo lijkt het. Op de lange termijn ondergaan ze wel degelijk veranderingen, al gaat het meestal zó langzaam dat je het pas na (vele) jaren in de gaten krijgt. Je kunt dat ontdekken als je landkaarten van en bronnen over het landschap, die in de loop van de tijd zijn gemaakt, met elkaar vergelijkt.
Een voorbeeld is de Sahel, een gebied ten zuiden van de Sahara waar de gemiddelde jaarlijkse neerslag voldoende is voor landbouw. Dat gemiddelde is opgesteld op grond van metingen over een periode van vele jaren. Vaak valt er aanzienlijk meer of minder neerslag in een jaar dan dat gemiddelde. Zo viel er tussen eind jaren 60 van de vorige eeuw en 2006 meestal (veel) minder neerslag in het gebied dan gemiddeld, zoals uit metingen blijkt (zie de grafiek met uitleg). In die periode maakten steppelandschappen in de Sahel plaats voor woestijn en ging de landbouw bijna geheel te gronde.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Landkaarten, afbeeldingen en andere door mensen gemaakte bronnen waarin landschappen worden beschreven, gaan niet verder terug dan de oudste menselijke beschavingen. Voor de tijd ervoor zijn onderzoekers aangewezen op andere bronnen van informatie.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
In afgezette steenlagen is soms een andere bron van informatie te vinden hoe landschappen er vroeger uitzagen, met name door de overblijfselen van planten en dieren die vroeger op land geleefd hebben. Dat zijn fossielen, stuifmeelkorrels, tanden en botten, veen, turf, bruinkool en steenkool. Omdat afzettingen waar deze resten inzitten meestal in lagen opgebouwd liggen in de volgorde waarin ze zijn ontstaan, laten de resten zien hoe flora en fauna er achtereenvolgens uitzag toen deze afzettingen ontstonden. Aan de hand hiervan krijgen onderzoekers een indruk van hoe het klimaat, het gesteente en het reliëf en vooral de bodem in de loop van de tijd zijn veranderd. Daarom laten plaatsen, waar in de loop van de tijd sedimenten zijn afgezet, zich bestuderen als een geschiedenisboek over deze plaatsen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Hiervoor heb je al kunnen zien dat landschappen zijn veranderd door processen op de schaal van de landschappen zelf en door processen die zich op grotere schaal hebben afgespeeld. Van die grootschalige, soms zelfs wereldwijde processen krijgen onderzoekers een beter beeld door de geologische en paleontologische geschiedenis van ver van elkaar gelegen plekken met elkaar te vergelijken.
Die processen hebben er herhaaldelijk voor gezorgd dat landschapszones zich verplaatsten over het landoppervlak van de aarde en ook groter of kleiner werden. Zo is komen vast te staan dat het park Sonsbeek in Arnhem bepaald niet de enige plek was die periodes met een poolklimaat heeft gekend.
Zoek in de Bosatlas de kaart Europa - Natuurkundig
GB54 Kaart 73A-B, 74 / GB55 Kaart 71A-B, 74J
Oefening 1: Schuivende en veranderende landschapzones
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Niet alleen in het Zuidpoolgebied is steenkool te vinden, maar bijvoorbeeld ook in Noord-Amerika, Europa en Zuidelijk Afrika.
Kijk naar de video: van 3:31 min. tot einde.
De afwisseling van ijstijden en warmere periodes is een voorbeeld van veranderingen in landschappen en landschapszones als gevolg van wereldwijde veranderingen in de geografische factoren klimaat en lucht.
Een ander voorbeeld van wat klimaatverandering doet met landschappen en landschapszones zie je in een fragment van de volgende video: van begin tot 4:06 min. “positive feedback loop.”
Oefening 3: Schuivende en veranderende landschapzones
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De oudste resten van dieren en planten die op land leefden, dateren van 400 miljoen jaar geleden. Voor die tijd was in de dampkring van de aarde de ozonlaag ontstaan, een luchtlaag tussen 15 en 50 kilometer hoogte die veel meer ozon bevat dan de rest van de dampkring.
Oefening 4: Schuivende en veranderende landschapzones
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Jullie hebben gezien hoe landschappen veranderen en hoe onderzoekers die veranderingen in kaart brengen.
Jullie gaan zelf een dergelijk onderzoek doen aan een landschap dat je ooit bezocht hebt of dat je interessant vindt. Dat kan bijvoorbeeld het Yellowstone Park in Wyoming (Verenigde Staten) zijn, de Serengeti in Oost-Afrika of de Deccan-terrassen in India, maar het mag ook een landschap dichter bij huis zijn.
Over je onderzoek schrijf je een verslag waarin je de levensloop van het gekozen landschap reconstrueert aan de hand van lokale en wereldwijde processen die achtereenvolgens van invloed zijn geweest op dat landschap. Voor het onderzoek en de verslaglegging krijg je een ½ les de tijd.
Plan van aanpak
Eerst vraagt je docent welk landschap je wilt onderzoeken. Samen met de docent maken jullie een lijst van vijf landschappen die onderzocht gaan worden.
Daarna deelt de docent vijf groepen in. Elke groep krijgt een landschap uit de lijst van vijf om te onderzoeken.
Met informatie uit deze opdracht en uit de stap Bronnen en met gebruikmaking van de Bosatlas en internet, gaan jullie aan de slag. Spreek af wie van de groep het verslag schrijft.
Beoordeling
Zodra je klaar bent, zal je docent het verslag op de volgende punten beoordelen:
Is de tekst helder en duidelijk geschreven?
Vullen tekst en beeldmateriaal elkaar goed aan?
Bevat het verslag geen onjuistheden?
Geeft het verslag de levensloop of geschiedenis van de bodem van het landschap weer?
Laat het verslag goed zien welke processen op lokale schaal en welke processen op wereldschaal het door jou onderzochte landschap haar huidige aanzien hebben gegeven?
Een verslag is een goede manier om een onderzoek te beschrijven dat je hebt uitgevoerd.
Examenvragen
Op deze pagina vind je examenvragen van ExamenKracht van vorige jaren. De vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij de opdracht die je net hebt afgerond.
Maak bij het beantwoorden ook gebruik van dat wat je al eerder geleerd hebt. Als je de vraag niet kunt beantwoorden, probeer het dan later opnieuw. Nadat je een vraag beantwoord hebt, kun je deze zelf nakijken en je score aangeven.
Meer oefenen?
Ga naar ExamenKracht en oefen ook met de nieuwste examens.
Terugkijken
Intro
Lees de Introductie van de opdracht nog eens door.
Vind je dat de introductie goed bij de opdracht past?
Kan ik wat ik moet kunnen?
Lees de hoofdvraag en deelvragen nog eens door.
Hoe kunnen onderzoekers aantonen dat landschappen er vroeger anders uitzagen?
Waar doen ze dan onderzoek naar?
Hoe ging het?
Tijd
Voor deze opdracht staat ongeveer 3 SLU.
Had je voldoende tijd, ook voor het onderzoek in de eindopdracht?
Eindopdrachten
Heb je de eindtoets gemaakt? Had je veel vragen goed beantwoord?
Vond je het interessant om de levensloop van een bepaald landschap te onderzoeken?
Kon je er genoeg informatie over vinden?
Examenvragen
Was het nuttig om te oefenen met oude examenvragen? Had je er veel goed?
Bronnen
Websites:
Geografie.nl: Henk Donkers: Geo-wandelroute in Sonsbeek september 2016, pp. 16-19.
Het arrangement Landschappen veranderen - v456 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Dit thema valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor VWO leerjaar 4, 5 & 6. In het domein "Aarde" wordt het thema ''Landschappen veranderen" besproken. Landschappen kunnen op korte termijn veranderen door seizoensgebonden veranderingen, zoals bijvoorbeeld het snelle veranderen van het landschap in de Sahel afhankelijk van neerslag. Maar landschappen ondergaan ook op lange termijn veranderingen door processen zoals verwering, erosie en sedimentatie. Bovendien heeft het veranderende klimaat invloed op landschapsveraneringen, waarbij hogere temperaturen op veel plaatsen leiden tot een ander uiterlijk van landschappen.
Leerniveau
VWO 6;
VWO 4;
VWO 5;
Leerinhoud en doelen
Landschappen (en menselijke activiteit);
Aardrijkskunde;
Dit thema valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor VWO leerjaar 4, 5 & 6. In het domein "Aarde" wordt het thema ''Landschappen veranderen" besproken. Landschappen kunnen op korte termijn veranderen door seizoensgebonden veranderingen, zoals bijvoorbeeld het snelle veranderen van het landschap in de Sahel afhankelijk van neerslag. Maar landschappen ondergaan ook op lange termijn veranderingen door processen zoals verwering, erosie en sedimentatie. Bovendien heeft het veranderende klimaat invloed op landschapsveraneringen, waarbij hogere temperaturen op veel plaatsen leiden tot een ander uiterlijk van landschappen.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Landschappen veranderen
Veranderingen op korte termijn
Veranderingen op lange termijn
Veranderingen op lange termijn
Schuivende en veranderende landschapzones
Schuivende en veranderende landschapzones
Schuivende en veranderende landschapzones
Landschappen veranderen
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.