Landkaarten, afbeeldingen en andere door mensen gemaakte bronnen waarin landschappen worden beschreven, gaan niet verder terug dan de oudste menselijke beschavingen. Voor de tijd ervoor zijn onderzoekers aangewezen op andere bronnen van informatie.
Lees het artikel ‘Geo-wandelroute in Sonsbeek’ vanaf de paragraaf ‘Reliëf’.
In afgezette steenlagen is soms een andere bron van informatie te vinden hoe landschappen er vroeger uitzagen, met name door de overblijfselen van planten en dieren die vroeger op land geleefd hebben. Dat zijn fossielen, stuifmeelkorrels, tanden en botten, veen, turf, bruinkool en steenkool. Omdat afzettingen waar deze resten inzitten meestal in lagen opgebouwd liggen in de volgorde waarin ze zijn ontstaan, laten de resten zien hoe flora en fauna er achtereenvolgens uitzag toen deze afzettingen ontstonden. Aan de hand hiervan krijgen onderzoekers een indruk van hoe het klimaat, het gesteente en het reliëf en vooral de bodem in de loop van de tijd zijn veranderd. Daarom laten plaatsen, waar in de loop van de tijd sedimenten zijn afgezet, zich bestuderen als een geschiedenisboek over deze plaatsen.