Zuid-Amerika is het meest verstedelijkte continent ter wereld. Het platteland loopt steeds verder leeg.
Waar komen al die nieuwe stedelingen terecht en hoe worden ze gehuisvest? Hoe komen ze aan middelen van bestaan? Is er wel ruimte en werk voor iedereen?
In deze opdracht gaan we dat onderzoeken.
Wat ga je leren?
Hoofdvraag
Waarom is de verstedelijking in Zuid-Amerika groter dan in andere werelddelen?
Deelvragen
Welke factoren spelen bij de verstedelijking een rol?
Hoe wonen veel nieuwe stedelingen in de sloppenwijken en waar werken ze?
Sommige inwoners van de sloppenwijk slagen erin om hun woonsituatie te verbeteren. Onder welke voorwaarden is dat succesvol?
Hoe leven de inwoners van de rijke wijken en onder welke voorwaarden lukt het hen om veilig te wonen?
Begrippen
Megastad
Informal city
Favela
Informele sector
Gated community
Wat ga je doen?
Activiteiten
Vooraf
Wat kun je al?
Bestudeer de Kennisbank en maak de instaptoets.
Aan de slag
Stap 1
Zuid-Amerika is het meest verstedelijkte continent. Hier spelen ook andere factoren mee die deze verstedelijking veroorzaken. Je leest er in deze stap over en beantwoordt een vraag.
Stap 2
Wat favela's zijn en hoe de leefomstandigheden daar zijn, krijg je in deze stap uitgelegd. Je bekijkt een video, leest een verslag over een bezoek aan een favela en beantwoordt vragen.
Stap 3
De verborgen stadseconomie bestaat uit arme mensen zonder werk, die hun geld verdienen op straat door te venten, zingen, poetsen, etc. Je beantwoordt er vragen over.
Stap 4
Sloppenwijken moeten niet gesloopt, maar verbeterd worden en er moeten voorzieningen worden aangelegd. De formele en informele woningbouw zijn verschillend qua aanpak. Je leest erover in deze stap en maakt een oefening.
Stap 5
Je krijgt uitleg en afbeeldingen te zien over hekwerkwijken, de wijken waar de rijkere bevolking woont.
Afronding
Samenvattend
Omschrijf de begrippen. Vergelijk ze daarna met een klasgenoot.
Eindopdracht A
Maak de eindtoets.
Eindopdracht B
Creatieve opdracht: bedenk in twee groepen een (virtuele) tour over een hekwerkwijk en een favela; kan de wall of shame worden doorbroken?
Examenvragen
Oefen met de eindexamenvragen.
Terugkijken
Kijk terug op de opdracht.
Tijd
Voor deze opdracht is de studiebelasting ongeveer 3 SLU.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Vanaf 2007 wonen er meer mensen wereldwijd in de steden dan op het platteland. Die trend zet voorlopig nog door. Naar verwachting woont in 2030 60% van de wereldbevolking in de steden.
Zuid-Amerika is het meest verstedelijkte continent ter wereld. Meer dan 80% van de bevolking woont nu al in stedelijke gebieden en rond 2030 zal dat volgens de VN rond de 88% liggen. Ergens anders in de wereld vindt de verstedelijking vooral plaats in ‘kleinere steden’ (= minder dan 500.000 inwoners), in Zuid-Amerika vindt het tegenovergestelde plaats, de groei vindt vooral plaats in de ‘grotere steden’.
Zuid-Amerika heeft in 2017 zo’n 45 tot 50 miljoenensteden, waarvan twintig in Brazilië*, en hun aantal groeit nog steeds, maar de groei vindt vooral plaats in de drie megasteden, steden van meer dan 10 miljoen inwoners. Zo vertegenwoordigt Buenos Aires met haar 16 miljoen inwoners een derde van de totale bevolking van Argentinië. In de twee Braziliaanse megasteden Rio de Janeiro (13 miljoen) en São Paulo (22 miljoen) wonen waarschijnlijk nog veel meer inwoners omdat de niet-geregistreerde inwoners van de krottenwijken niet worden meegeteld.
* Belém, Belo Horizonte, Brasília, Campinas, Curitiba, Fortaleza, Goiâna, João Pessoa, Maceió, Manaus, Natal, Porto Alegre, Recife, Rio de Janeiro, Salvador, Santos, São Luís, São Paulo, Teresina en Vitória
São Paulo heeft een van de hoogste concentraties woontorens ter wereld en telt meer dan 18.000 gebouwen met minimaal vijftien verdiepingen. De stad is het economische centrum van Brazilië, goed voor 40% van de Braziliaanse industriële productie.
Overal ter wereld vond de verstedelijking zijn oorsprong in de mechanisatie op het platteland, waardoor steeds minder werkkrachten nodig waren (pushfactor), en in de industrialisatie in de steden, waardoor (seizoen)arbeiders op zoek naar werk in de steden terechtkwamen (pullfactor).
In Zuid-Amerika zijn andere factoren minstens zo belangrijk. Vaak werden mensen naar de stad verdreven door gewapende conflicten en onveiligheid, door droogte en overstromingen en door mislukte oogsten, deels ten gevolge van klimaatverandering.
Stap 2: Favela's
De groei van de megasteden ging gepaard met of was het gevolg van een ware exodus vanuit het platteland. De meeste nieuwkomers belanden letterlijk aan de rand van de samenleving: in de favela’s, de sloppenwijken van Midden- en Zuid-Amerika. Favela is een Portugees woord, maar het is inmiddels ook ingeburgerd in de meeste Spaanstalige landen van Zuid-Amerika.
Een sloppenwijk is een verzameling armoedig ogende woningen, meestal aan de rand van grote steden, waar het de bewoners ontbreekt aan de meeste basisvoorzieningen: deugdelijke huizen, schoon drinkwater, sanitaire voorzieningen, gezondheidszorg en onderwijs. Doorgaans worden de huizen illegaal gebouwd op lege stukjes grond. En vaak zijn ze leeg met een reden, bijvoorbeeld slecht begaanbaar of gevaarlijk in verband met aardverschuivingen.
Wonen in een sloppenwijk is voor de arme nieuwkomers in steden van Zuid-Amerika vrijwel de enige optie voor het verkrijgen van een eigen stukje grond. Tot in de jaren zeventig van de vorige eeuw werden deze illegale wijken vaak met een bulldozer weggehaald, maar de behoefte aan een eigen stukje grond en een eigen woning was simpelweg te groot. Gemeentebesturen laten de sloppenwijken tegenwoordig meestal met rust.
In de sloppenwijken is vaak geen sprake van een stratenplan en deze wijken hebben geen legale status. Elektriciteit wordt vaak illegaal afgetapt waarbij een wirwar van levensgevaarlijke draden ontstaat. In deze armoedige omstandigheden hebben drugsbazen het vaak voor het zeggen.
Bekijk de video over de sloppenwijk ‘Villa 31’ in Buenos Aires.
Rio de Janeiro kennen we onder meer vanwege het grote Christusbeeld dat over de stad uitkijkt, maar de stad heeft een andere beroemde, of liever gezegd: beruchte kant. De stad is een van de gewelddadigste ter wereld. Elke dag worden er gemiddeld twintig mensen vermoord. Het merendeel van de moorden vindt plaats in arme buurten, maar ook daarbuiten is het vaak niet pluis.
Een sloppenwijk bezoek je niet zomaar. De Nederlander Bert Ernste vertelt hoe dat gaat:
"Als we Rocinha binnenlopen, rennen er meteen een paar jongetjes voor ons uit. Zij gaan de drugsbazen waarschuwen dat er vreemd volk in de wijk is. In bijna alle sloppenwijken van Rio de Janeiero, en dat zijn er meer dan 500, zwaaien handelaren in verdovende middelen op een of andere manier de scepter.
Regelmatig worden de favela’s van Rio opgeschrikt door schietpartijen, waar de politie meestal niets aan durft te doen. Ons bezoek aan Rocinha is dan ook goed voorbereid door een paar mensen van de stadsplanning van Rio de Janeiro, om conflicten met de handelaren in verdovende middelen te voorkomen. De jongetjes van de drugsbazen blijven we onderweg regelmatig tegenkomen, maar we kunnen ongestoord de hele wijk doorlopen."
Het armoedige leven in Rocinha trekt zelfs toeristen aan. Zie het verslag van een dagtocht:
Met de camera op de buik scheuren we in een busje door Rocinha. Onze gids Sidharta vertelt gedreven over het reilen en zeilen van de drugshandel in de favela’s. Hij legt uit hoe zwaarbewapende Rode Commando’s, de ordedienst van de drugsbazen, de favela’s onder controle houden. Hij vertelt hoe 7-jarige jongetjes drugspakketjes rondbrengen. Ook wijst hij aan waar rijke inwoners van Rio hun cocaïne afhalen. Dan draait hij zich om en fluistert op opgewonden toon: “Niet kijken, maar die militairen daar, dat zijn ze nou, de Rode Commando’s.” We knikken vol ontzag. Twee zwaarbewapende mannen in een onberispelijk blauw uniform houden de straat scherp in de gaten. “Niets in deze wijk gebeurt zonder hun medeweten en goedkeuring, dat geldt ook voor onze tour”, gaat Sidharta verder, “We hebben een overeenkomst met de bendes. Zolang wij hen niet voor voeten lopen, mogen we onze gang gaan.”
Sidharta benadrukt dat zijn tourorganisatie wil bijdragen aan betere beeldvorming. “Natuurlijk is er extreme armoede, maar dat is niet wat we willen laten zien. Er zijn ook betere delen van de wijk, waar mensen samenwerken en proberen hun situatie te verbeteren. Twintig procent van alle Carioca’s (inwoners van Rio) woont in een favela. Je komt ze dagelijks tegen; de taxichauffeur, het kamermeisje en de schoonmaakster. Ze hebben nauwelijks kans op een betere baan. Mensen van buiten de favela’s willen maar niet geloven dat de meeste inwoners van de favela niet crimineel zijn. Het overgrote deel is eerlijk en werkt hard.
Eigenlijk zouden vooral de Carioca’s de favelatours moeten doen.”
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
In een sloppenwijk vind je veel mensen, maar weinig werk. Voor werk pendelen de inwoners naar de betere buurten en het zakencentrum. Daar vind je de bewakers van huizen, de bedienden van winkels en kantoren, de tuinlieden, de dienstmeisjes, de schoonmakers en de taxichauffeurs.
Niet iedereen heeft dat geluk. Mensen in sloppenwijken kunnen het zich niet veroorloven om geen middelen van bestaan te hebben (geen werk, geen inkomen). Zij zullen alles aanpakken om ergens geld mee te verdienen. Door het grote aanbod van werkzoekenden worden ze vaak uitgebuit. Ze zijn aangewezen op ongeschoolde arbeid. Dat werk is vaak zwaar en ongezond en het verdient weinig. Protesteren bij de werkgever helpt niet. Voor jou zijn er tien anderen.
Rio de Janeiro in Brazilië bijvoorbeeld zit vol met straatventers. Overal, op straat, op het strand, bij verkeerslichten, op iedere straathoek word je met hen geconfronteerd. Sigaretten, kauwgom, snoep, fruit en pinda's worden op straat verkocht. Grotere dingen, zoals zelfgemaakt speelgoed, geïmporteerde koopwaar, cd's en boeken worden op de stoep uitgestald. Eten wordt ook vaak ter plekke gefabriceerd, verkocht en opgegeten. Anderen poetsen schoenen, wassen auto’s of bieden zichzelf als gids aan bij een groot hotel.
Een andere mogelijkheid is om muziek te maken en met de pet rond te gaan, te goochelen, balkunsten te vertonen, te dansen. Als je geen geld hebt om te investeren in bijvoorbeeld voetbalshirts of sigaretten, of als je arm en hulpbehoevend of gehandicapt bent, dan ben je gedwongen te bedelen, te stelen (Rio heeft honderden jeugdbendes) of jezelf te prostitueren.
De straatventers betalen uiteraard geen belasting. We spreken in dit geval over een informele sector of over een verborgen economie, met economische activiteiten die niet in de officiële cijfers tot uitdrukking komen.
Maar o wee als je werkloos of ziek wordt. Niet werken is niet verdienen. Een werkloosheidsuitkering of ziektegeld is er niet. Volwassenen verdienen met ongeschoolde arbeid vaak zo weinig, dat ze ook hun kinderen moeten laten werken.
Marilene (14 jaar): "Iedere morgen sta ik om vijf uur op. De zon is dan al hard aan het schijnen. Ik pak mijn tas en het karretje en daarmee loop ik naar het centrum van de stad. Daar probeer ik zoveel mogelijk nootjes te verkopen. Die doe ik in kleine zakjes. Ik verkoop ze voor een halve Reaal (= 15 cent). Meestal verkoop ik ongeveer twintig zakjes. Daarvoor kan mijn moeder rijst en bonen kopen, net genoeg voor de volgende dag voor het hele gezin. Ik heb zeven broertjes en zusjes. Als ik zonder geld thuiskom, wordt mijn moeder heel erg boos en krijgen we de volgende dag geen eten.
Voor veel kinderen is de stap tussen pendelen van de sloppenwijk naar het zakencentrum en voorgoed op de straat blijven klein. Waarom zou je teruggaan naar het geweld in de sloppenwijk? Waarom zou je je moeizaam verdiende geld aan je vader of moeder afstaan als je steeds klappen krijgt? Zoals Marilene zijn er velen in Brazilië. Het aantal straatkinderen loopt uiteen van 200.000 (volgens de regering) tot 8 miljoen (volgens mensenrechten- en ontwikkelingsorganisaties).
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
We kennen de Zuid-Amerikaanse steden vooral van de duizenden favela’s. Deze illegale buurten of zelfbouwbuurten worden in het Engels een informal city genoemd, een stad met buurten of wijken die zonder enige planning vooraf gebouwd zijn.
Deze wijken hebben geen legale status en hun bewoners ontvangen geen eigendomspapieren. Velen leggen zich daar niet bij neer, vechten voor een legalisering en eisen (betere) publieke voorzieningen. Zij worden daarbij geholpen door de Cities Alliance, een samenwerkingsverband van de Wereldbank, de VN-Habitat, twaalf landen (waaronder Brazilië en Chili), tal van gemeentebesturen en internationale en nationale particuliere organisaties. Onder het motto ‘Cities without slums’ ('steden zonder sloppenwijken') roept de Alliantie op sloppenwijken niet te slopen, maar over te gaan tot het verbeteren van de woonomstandigheden in deze buurten.
Als bewoners de garantie krijgen dat hun woning niet gesloopt zal worden of wanneer gemeentebesturen voor publieke voorzieningen zorgen, zoals het aanleggen van wegen en de aansluiting op elektriciteit en water, zie je een explosie van bouwactiviteiten door de bewoners.
Een mooi voorbeeld is de zelfbouw in de wijk Tacagua in La Paz in Bolivia:
1980: de begane grond is gebouwd met blokken van in de zon gedroogde leem
1982: de woning links en de buitenmuur zijn gebouwd van baksteen
1995 en 2006: de ontwikkelingen van de hele wijk in beeld. De rode deur is in 1995 nog steeds zichtbaar en in 2006 blauw geverfd. Alle gebouwen tellen inmiddels drie verdiepingen, en met ruime dakterrassen zijn deze nu ‘af’. De woningen beschikken over stromend water en elektriciteit, er is riolering aangelegd en bovendien zijn de straten geasfalteerd.
Tacagua is van een sloppenwijk veranderd in een officiële wijk.
De formele en de informele woningbouw verlopen in andere stappen:
Formeel
Informeel (in zelfbouw)
Ontwikkeling
1. Planning
2. Basisvoorzieningen
3. Woningbouw
4. Bewoning
1. Bewoning
2. Woningbouw
3. Basisvoorzieningen
4. Planning
Opdrachtgevers
Overheid
Projectontwikkelaars
Bouwondernemingen
Woningcoöperaties
Bewoners (eigenaars)
Lokale gemeenschappen
Soms overgenomen door woningcoöperaties
Financiering
Banken (hypotheken)
Overheid (leningen, subsidies)
Werkgeversorganisaties (leningen, premies)
Familie (spaargeld)
Microfinanciering (leningen)
NGO’s (donaties, leningen)
Betaling
Huur
Rente en aflossing hypotheek
Afbetaling leningen
Besparingen voor uitbreiding en verbetering van de woning
Bouwers
Bouwondernemingen
(vaak niet lokaal)
Familie, vrienden
Informele aannemers (lokaal)
Bron: Geografie Juni 2017
De wijk Tacagua in La Paz laat zien dat het eindresultaat vaak hetzelfde is als bij een geplande wijk.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De armen van Zuid-Amerika wonen meestal in favela’s. De rijken wonen veelal in dure appartementencomplexen of luxueuze villawoningen in bewaakte gated communities. Een gated community (ommuurde of hekwerkwijk) is een woonwijk waarvan alle in- en uitgangen afgesloten zijn zodat er controle is op wie er de wijk in- en uitgaan.
In de stad Lima in Peru zijn er een stuk of tien van dergelijke hekwerkwijken te vinden. Las Flores is een wat kleinere hekwerkwijk met maar één open toegangsweg en drie bewakers, Santa Patricia is een grote hekwerkwijk met meer half afgesloten toegangswegen, bewaakt door maar liefst zestien bewakers.
Een reden om in een hekwerkwijk te gaan wonen is de onveiligheid buiten op straat. Om die reden sluiten de bewoners van deze hekwerkwijken bestaande wijken vaak op eigen initiatief af met slagbomen, hekwerken en betonnen obstakels, vaak zonder toestemming van de overheid.
De grotere gated communities hebben eigen winkels, scholen, ziekenhuizen, parken, sportvelden en soms zelfs eigen bedrijfsterreinen.
De foto toont de hekwerkwijk Cidade Jardim (Tuinstad) in São Paulo. Je ziet hoe stevig en hoog de muren en hekken zijn.
De armen en rijken wonen in totaal verschillende werelden en ze komen elkaar maar zelden tegen. Het zijn ook niet de rijken in de hekwerkwijken die het meeste last hebben van criminaliteit, maar de midden- en lagere klassen in de overige wijken, op de plekken waar weinig toezicht van particuliere bewakers of van politieagenten is.
Hoe deze werelden, gescheiden door een hoge muur, soms letterlijk naast elkaar leven toont de foto van de favela do Moinho en de hekwerkwijk Bom Retiro in São Paulo ernaast.
Zo’n hoge muur tussen twee totaal verschillende wijken wordt ook wel een wall of shame genoemd, een muur van schaamte. Een naam die ooit was bedacht voor de Berlijnse muur.
Afronding
Samenvattend
Bij 'Wat ga je leren?' worden de volgende begrippen genoemd.
Geef zelf een omschrijving van deze begrippen.
Megastad
Informal city
Favela
Informele sector
Gated community
Bespreek de begrippen met een klasgenoot.
Eindopdracht A: Toets
Eindtoets: Het leven in de steden van Zuid-Amerika
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De bewoners van de favela’s en de bewoners van de rijkere wijken leven in gescheiden werelden.
Sidharta van Favelatours verzuchtte: “Eigenlijk zouden vooral de Carioca’s (inwoners van Rio de Janeiro) de favelatours moeten doen.”
De bewoners van de favela do Hoinho en de bewoners van de gated community Bom Retiro in São Paulo wonen letterlijk naast elkaar, maar worden gescheiden door een hoge muur.
Wall of Shame in Lima (Peru). Op de muur staat: “Mijn land is van jou, mijn land is van mij, mijn land is van iedereen”.
Stel, je bent medewerker van de afdeling stadsplanning. Het is jouw taak om de (virtuele) Wall of Shame te promoten. Je bedenkt samen met je collega’s (klasgenoten) een tour, waarbij de bewoners van een favela en bewoners van een gated community bij elkaar op bezoek gaan.
De ene helft van het team stadsplanning heeft als taak om een bezoek aan een favela voor te bereiden. De andere helft heeft als taak om een bezoek aan een gated community voor te bereiden. Ze proberen zich zo goed mogelijk voor te stellen hoe het leven in de andere wijk is.
Beide groepen geven aan:
Onder welke voorwaarden is een bezoek veilig?
Wat willen de bezoekers weten van de wijk die ze bezoeken? Met wie zouden ze willen spreken? Wat kunnen ze wel en wat kunnen ze beter niet vragen? Hoe denken ze dat de bewoners van de wijken hun dag doorbrengen?
Nadat jullie je tour hebben voorbereid, gaan beide groepen in gesprek met elkaar. Wat hebben ze gemeen? Wat onderscheidt hen? Lukt het om gezamenlijk de Wall of Shame te doorbreken?
Beoordeling
Jullie docent zal beoordelen of:
jullie de leefomstandigheden in de wijken goed hebben omschreven of uitgebeeld;
de tour die jullie voorbereid hebben genoeg inzicht geeft in de sfeer en veiligheid van de wijk;
jullie voldoende hebben uitgelegd in welke omstandigheden de bewoners leven.
Examenvragen
Op deze pagina vind je examenvragen van ExamenKracht van vorige jaren. De vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij de opdracht die je net hebt afgerond.
Maak bij het beantwoorden ook gebruik van dat wat je al eerder geleerd hebt. Als je de vraag niet kunt beantwoorden, probeer het dan later opnieuw. Nadat je een vraag beantwoord hebt, kun je deze zelf nakijken en je score aangeven.
Meer oefenen?
Ga naar ExamenKracht en oefen ook met de nieuwste examens.
Terugkijken
Intro
Lees de Introductie van de opdracht nog eens door.
Zijn de vragen uit de intro voldoende beantwoord door het maken van deze opdracht?
Kan ik wat ik moet kunnen?
Lees de hoofdvraag en deelvragen nog eens door.
Onder welke omstandigheden leven mensen in sloppenwijken? Hoe wordt geprobeerd de leefomgeving in die wijken te verbeteren?
Hoe ging het?
Tijd
Voor deze opdracht staat ongeveer 3 SLU.
Heb je de opdracht binnen de geschatte tijd kunnen maken?
Inhoud
In de opdracht vergelijk je sloppenwijken met hekwerkwijken.
Ben je dingen tegengekomen die anders waren dat je had gedacht? Schrijf twee dingen op.
Eindopdrachten
Heb je de toets goed gemaakt?
Had je voldoende informatie om een (virtuele) tour voor te bereiden? Hebben jullie ideeën aangedragen om de wall of shame te doorbreken?
Examenvragen
Heb je de examenvragen gemaakt? Vond je het nuttig wat extra te oefenen?
Het arrangement Het leven in de steden van Zuid-Amerika - v456 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Dit thema valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor VWO leerjaar 4, 5 & 6. In het domein "Zuid-Amerika" wordt het thema ''Het leven in steden in Zuid-Amerika" besproken. In Zuid-Amerika wonen de meeste mensen in steden, en dat zal in 2030 nog meer zijn. Grote steden zoals Buenos Aires, Rio de Janeiro en São Paulo groeien snel. Dat komt door problemen zoals ruzies, onveiligheid en veranderingen in het klimaat. São Paulo is heel belangrijk voor geld en industrie in Brazilië. In die grote steden ontstaan ook veel arme wijken aan de rand. Daar hebben mensen weinig goede dingen, zoals huizen, water en dokters. Mensen moeten er hard werken, zelfs kinderen. Soms is het gevaarlijk. Maar in die steden zie je ook rijke wijken met dure huizen en goede dingen. Daar wonen mensen veilig en hebben ze alles wat ze nodig hebben. De regering vindt dit vaak oké, omdat het minder werk voor hen betekent. Het is raar dat deze twee werelden zo dicht bij elkaar zijn, maar toch apart. Ze worden gescheiden door een muur, soms wel een "wall of shame" genoemd.
Leerniveau
VWO 6;
VWO 4;
VWO 5;
Leerinhoud en doelen
Arm en rijk;
Aardrijkskunde;
Bevolking en ruimte;
Ruimtelijke ontwikkeling;
Eindgebruiker
leerling/student
Moeilijkheidsgraad
gemiddeld
Studiebelasting
6 uur en 0 minuten
Trefwoorden
aardrijkskunde, armoede, arrangeerbaar, steden, sterollectie, vwo456, wall of shame, zuid-amerika
Dit thema valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor VWO leerjaar 4, 5 & 6. In het domein "Zuid-Amerika" wordt het thema ''Het leven in steden in Zuid-Amerika" besproken. In Zuid-Amerika wonen de meeste mensen in steden, en dat zal in 2030 nog meer zijn. Grote steden zoals Buenos Aires, Rio de Janeiro en São Paulo groeien snel. Dat komt door problemen zoals ruzies, onveiligheid en veranderingen in het klimaat. São Paulo is heel belangrijk voor geld en industrie in Brazilië. In die grote steden ontstaan ook veel arme wijken aan de rand. Daar hebben mensen weinig goede dingen, zoals huizen, water en dokters. Mensen moeten er hard werken, zelfs kinderen. Soms is het gevaarlijk. Maar in die steden zie je ook rijke wijken met dure huizen en goede dingen. Daar wonen mensen veilig en hebben ze alles wat ze nodig hebben. De regering vindt dit vaak oké, omdat het minder werk voor hen betekent. Het is raar dat deze twee werelden zo dicht bij elkaar zijn, maar toch apart. Ze worden gescheiden door een muur, soms wel een "wall of shame" genoemd.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Het leven in de steden van Zuid-Amerika
Favela's
De verborgen stadseconomie
Steden zonder sloppenwijken
Het leven in de steden van Zuid-Amerika
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.