In deze wikiwijs wordt het thema communicatie behandeld.
Deze wikiwijs zal wekelijks aangevuld worden met nieuwe informatie. De volgende thema's zullen aan bod komen:
Communicatieproblemen
Interculturele communicatie
Actief luisteren, luisteren en feedback
Feedback geven en krijgen
De lesstof van het theorieboek Communicatie MZ van ThiemeMeulenhoff staat in deze wikiwijs centraal.
Veel leerplezier!
Communicatieproblemen
Bij een communicatieprobleem lukt het de zender niet de boodschap goed over te brengen en/of de ontvanger lukt het niet de boodschap te begrijpen.
Problemen in de communicatie kunnen ontstaan door:
Verschil in achtergrond en gewoonten;
Het verkeerd vertalen van de boodschap;
Het verkeerd begrijpen van de boodschap
Communicatiestoornissen;
Ruis;
1.1 Problemen door verschil in achtergrond en gewoonten
Problemen door verschil in achtergrond en gewoonten
Door de manier waarop iemand spreekt heb je vaak al snel in de gaten met wie je te maken hebt. In de manier van communiceren komt de achtergrond van iemand naar voren, wie hij is, wat hij denkt en voelt. Iemands communicatiegedrag wordt beïnvloed door zijn referentiekader.
Het referentiekader is het geheel van denkbeelden, overtuigingen, gewoonten, waarden en normen die iemand heeft opgebouwd in zijn leven en van waaruit hij de wereld om zich heen interpreteert en beoordeelt
Je referentiekader wordt bepaald door:
Met wie je omgaat zoals je gezin en vriendenkring, opleiding en werkkring
Boeken, kranten, tijdschriften, TV, youtube, facebook, games
Verschillen in referentiekader veroorzaken regelmatig communicatieproblemen.
Oorzaken:
Je begrijpt de ander niet omdat je anders denkt
Je hebt andere interesses
Je doet ander werk
Je hebt een andere politieke overtuiging
Je hebt een andere levensbeschouwing
1.2 Referentiekader en relatieniveau
Door een verschil in referentiekader kan het ook op relatieniveau misgaan. Je ergert je bijvoorbeeld aan de dure woorden van de ander of je vindt dat de ander het teveel zwart-wit ziet of overdrijft.
Voorbeeld:
Jij vindt het belachelijk om bijvoorbeeld om 5.00 op te staan. Jou collega vindt het belachelijk vroeg als die om 8.00 op moet staan. Je denkt dan al snel: wat een aansteller.
In discussies komen verschillen in referentiekader goed tot uiting.
Met mensen die hetzelfde denken als jij valt er weinig te discussiëren. Maar met mensen die een ander referentiekader hebben, ben je het vaak oneens.
1.3 Referentiekader en cultuurverschillen
Verschillen in referentiekader komen het sterkst naar voren in de communicatie met mensen uit een andere cultuur. In de communicatie met hen kunnen daardoor gemakkelijk misverstanden ontstaan.
Als beroepskracht Maatschappelijke Zorg zal je iets van andere culturen moeten weten om de ander beter te kunnen begrijpen. Hierdoor krijg je inzicht in verschillende gewoonten en gebruiken en kun je hier vervolgens beter mee omgaan.
Inlevingsvermogen (empathie) en tolerantie (verdraagzaamheid) zijn noodzakelijk.
1.4 Problemen bij het vertalen van de boodschap
Bij mondeling communicatie moet je als zender je boodschap altijd omzetten in woorden, gebaren enz. Het omzetten van de boodschap noemen we coderen. Coderen wil letterlijk zeggen: het omzetten van gegevens.
Je voelt of denkt iets en dat zet je om in woorden en gedrag. Je doet dit op een manier dat de boodschap op een goede manier overkomt.
Als je een ander moeilijk kunt volgen dan verlies je aandacht of je gaat je ergeren.
De volgende fouten kunnen gemaakt worden waardoor de boodschap niet goed overkomt:
Je gebruikt woorden waarvan de ontvanger de betekenis niet kent
Je gebruikt persoonlijke woorden die minder duidelijk zijn. Bijvoorbeeld wat is een 'goede 'collega?
De intonatie van je stem kan voor onduidelijkheid zorgen
1.5 Problemen bij het begrijpen van de boodschap
Net zoals je als zender de boodschap om moet zetten, moet je dat ook als ontvanger doen. In de rol van de ontvanger vang je de (verbale en non-berbale) signalen van de zender op en zet je deze om in een betekenis. Dit proces noem je decoderen.
Ook bij het decoderen kan er vanalles misgaan waardoor de boodschap niet goed overkomt.
Fouten die je als ontvanger kunt maken zijn:
Je geeft een andere (emotionele) betekenis aan de woorden van de zender, bijvoorbeeld omdat je een ander referentiekader hebt.
Je geet een eigen invulling aan de woorden waardoor je de woorden van de zender verkeerd interpreteerd.
Wat zijn valkuilen van interpreteren?
Je beschikt over te weinig informatie
Je laat je leiden door je stemming
Je laat je leiden door je gevoelens van dat moment
Hoe groter het verschil van referentiekader tussen zender en ontvanger, hoe eerder er sprake is van miscommunicatie.
1.6 Problemen door communicatiestoornissen
Als je communiceert stellen je zintuigen je in staat boodschappen op te nemen. Met je ogen kun je signalen, gebaren en dergelijke waarnemen en met je oren kun je luisteren. Behalve je zintuigen, spelen ook je hersenen een belangrijk rol. Daarbij komt ook nog je spraakorgaan die goed moet functioneren. Hiermee worden je tong, lippen, neusholte en stembanden bedoeld.
We spreken van een communicatiestoornis wanneer bij iemand sprake is van onvermogen om adequaat informatie te geven en/of te begrijpen als gevolg van een orgaan- of lichaamsfunctie die ontbreekt.
Zintuiglijke beperkingen
De oren en ogen spelen de grootste rol bij het communiceren. Als je niet hoort of ziet dan mis je belangrijke signalen om informatie goed op te kunnen nemen.
Lichamelijke beperkingen en hersenletsel
Hier is vooral een probleem bij het zenden van infromatie. Bijvoorbeeld mensen die spastisch zijn praten ook moeilijk. Een hersenletsel kan afasie veroorzaken. Als je afasie hebt dan kun je niet meer duidelijk maken wat je bedoelt en/of je begrijpt niet meer wat iemand anders bedoelt.
Verstandelijke beperking
Het is belangrijk om in de communicatie aan te sluiten bij de cliënt. Soms is het handig om eenvoudige woorden en korte zinnen te gebruiken.
1.7 Problemen door ruis
Externe factoren van ruis:
Achtergrond geluiden zoals zoals een krakende telefoonlijn, een druppende kraan, een krijtje wat over het schoolbord krast, een pukkel in iemand zijn gezicht of een slechte adem.
Interne factoren van ruis:
Moeite met concentreren of je denkt het antwoord al te weten die de ander gaat geven. Je hebt hoofdpijn.
Tip!!!
Om ruis te voorkomen als je met iemand een belangrijk gesprek wilt voeren is het slim om een plek te zoeken waar je ongestoord kunt praten. Het vermijden van ruis heeft ook alles te maken met een goede luisterhouding.
Oefentoets
Interculturele communicatie
1.1 Diversiteit
Inleiding
Interculturele communicatie betekent communicatie tussen mensen van een verschillende cultuur.
Misverstanden kunnen in de maatschappelijke zorg nare gevolgen hebben, waarvan de cliënt de dupe kan worden. Daarom is het belangrijk om misverstanden te voorkomen.
Welke misverstanden kunnen er ontstaan bij interculturele communicatie?
We gaan de komende lessen op de volgende onderwerpen in:
Culturele diversiteit;
Beeldvorming bij autochtonen en allochtonen;
Anderstaligheid;
Verschillen in religie/levensbeschouwing;
Verschillen in normen en waarden;
Westerse cultuur en niet-westerse cultuur;
Hulpmiddelen: visueel, gebruik van een tolk.
In de maatschappelijke zorg heb je te maken met mensen met verschillende achtergronden. We spreken dan van diversiteit.
Diversiteit betekent: grote verscheidenheid. Dus met andere woorden verschillen in afkomst, leeftijd, nationaliteit, seksuele geaardheid, religie, taalgebruik.
Met wie leg jij gemakkelijker contact? Iemand van jouw leeftijd en dezelfde vooropleiding of een ouder iemand die hovenier is. Leg uit waarom.
In de maatschappelijke zorg kunnen cliënten heel anders zijn dan jij. Desondanks heeft hij recht op goede zorg en begeleiding.
Waarden die belangrijk zijn: echtheid, waardering en empathie.
Leg uit waarom deze waarden belangrijk zijn.
Culturele diversiteit
Hoe meer mensen van elkaar verschillen hoe groter de kans op miscommunicatie. Het begrip culturele diversiteit bevat twee woorden: diversiteit en cultuur.
Cultuur:
Hier gaat het om alles wat door mensen is bedacht en gemaakt.
De manier waarop mensen met elkaar omgaan
De manier waarop mensen over allerlei onderwerpen denken en oordelen
Verdiep je in tweetallen in de volgende culturen van de volgende landen, ieder duo werkt 1 land uit: Polen, Marokko, Turkeye, Spanje, Duitsland. Wat is typerend voor deze landen?
1.2 Beeldvorming bij autochtonen en allochtonen
Mensen delen hun sociale omgeving in groepen. Er wordt gekeken naar je beroep, woonplaats, sekse, afkomst, taal, leeftijd.
Bijvoorbeeld: ik ben een vrouw en jij een man, ik ben groepsleider en zij is logopediste.
Uit welke groepen besta jij?
1.3 Anderstaligen
In je werk heb je te maken met anderstaligen: mensen die dezelfde taal spreken als jij. Dat maakt het communiceren soms nog moeilijker dan die al is.
Om taalproblemen te voorkomen kun je hulpmiddelen inzetten namelijk:
non-verbale communicatie
visuele hulpmiddelen
een tolk
Bij het gebruik maken van non-verbale communicatie moet je er rekening mee houden dat niet alles dezelfde betekenis heeft. Bijv. iemand recht in de ogen kijken kan in een ander land een teken van brutaliteit zijn. Wie heeft er een voorbeeld van een vergelijkbare situatie?
Visuele hulpmiddelen zijn voorbeelden waarbij je zichtbaar maakt wat een activiteit inhoudt. Noem een aantal voorbeelden van visulele hulpmiddelen.
Met gebaren en visuele hulpmiddelen kun je veel duidelijk maken. Maar een echt gesprek voeren met iemand als je niet dezelfde taal spreekt lukt niet. Dan heb je nog de mogelijkheid om gebruik te maken van een tolk. Noem een voor- en nadeel van het inzetten van een tolk?
1.4 Verschillen in religie/levensbeschouwing
Cultuurverschillen tussen mensen hangen onder andere samen met:
Verschillen in religie/levensbeschouwing
Verschillen in gebruiken
Verschillen in normen en waarden
Verschillen in de betekenis en wijze van communiceren
Schrijf voor jezelf op wat jouw religie is, jouw gebruiken en gewoonten.
1.5 Verschillen in normen en waarden
Om de verschillen in normen en waarden aan te geven heb ik kaartjes gemaakt waarop een aantal van jullie een antwoord op mogen geven. Voorbeelden:
Het arrangement Communicatie is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Petra Gielens
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2019-11-19 18:38:09
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.