portofolio
Naam: Berend-Anjo Ronald Alles
Geboortedatum: 28-08-200
Opleiding: Persoonlijk Begeleider Specifieke Doelgroepen Niveau 4
Stageplek: 1ste jaar stage:Jongerenwerk Barkema&De Haan, 2de jaar stage:Renn4 bladergroenschool en Op Ewsum
wie ik ben?
ik ben Berend-Anjo Ronald Alles 21 jaar oud ik woon in Winsum samen met mijn ouders broer en zusje ik heb een broer van 23 en een zusje van 13 mijn hobby's zijn: voetballen,gamen, vissen uitgaan en werken mijn kwaliteiten: ik ben een rustige jongen met een hart van goud ik ben een luisterend oor en ik weet graag wat mij te wachten staat ook ben ik blij als andere het beter hebben als ik.
LOB
De niveaus van denken, leren en veranderen
Omgeving
• Hoe ziet jou gewenste omgeving eruit, waar ben je, beschrijf of vertel wat over de omgeving, wat gebeurt er. Mijn gewenste omgeving is met de mensen die ik lief heb daar hecht ik veel waarde aan verder een huis dat er goed uitziet voor de rest ben ik niet moeilijk
• Ben je alleen of zijn er anderen of is er nog iets anders • ik ben af en toe alleen maar me familie is ook altijd wel thuis
Wat zie je nog meer • dat ik echt heb leren weten wie me echte vrienden zijn
Wat zijn je gevoelens in deze omgeving • fijn gevoel leuke sfeer
Hoe zie je jezelf in deze omgeving • Hoe kijk je naar (eventuele) anderen in deze omgeving niks
• Wat is er nog meer
Gedrag
- Wat doe je als je je doel heb bereikt dan sta ik te trappelen van blijdschap
- Hoe zie je eruit als je je doel hebt bereikt vredig
- Wat vind je van je gedrag, hoe voel je je daarbij goed en niet verkeerd
- Welke dingen zeg je als je je doel hebt bereikt ik ben blij dat ik het bereikt heb
- Hoe is het gedrag van anderen in deze omgeving. Goed en respectvol
- Als je vanaf deze plek in deze ruimte gedrag waarneemt van jezelf en/of anderen wat valt je dan op niet veel
Capaciteit
• Welke capaciteiten, kwaliteiten, talenten en vaardigheden heb je als je je doel heb bereikt hebt Vrolijk Bewustheid Enthousiast
• Wat kun je dan, welke vaardigheden zet je in ik kan heel erg vrolijk zijn
• Hoe voel je je daarbij Overtuigingen en criteria niks
• Wat geloof je als je je doel hebt bereikt dat je ook je dromen kunt bereiken
• Wat zijn dan je gedachten en overtuigingen dromerig en blij
• Wat betekent het doel voor jou veel ligt eraan hoeveel ik eraan gewerkt heb
• Waarom is het voor jou belangrijk om het doel te halen, is dit echt wat je wilt • Wat zou er gebeuren als je je doel niet zou halen dan zou ik teleurgesteld zijn in me zelf
Identiteit
• Wie ben je als je je doel hebt bereikt Nog steeds Ronald Alles ik verander niet zo snel
• Welke rol vervul je als je je doel heb bereikt Baasje
• Wat is je zelfbeeld, hoe kijk je naar jezelf en wat voel je daarbij goed en niets anders
Missie
• Wat maakt het doel zo belangrijk voor jou, waar doe je het uiteindelijk voor mezelf en niemand anders
• Wat betekent het doel voor jou veel als ik een doel heb wil ik hem zo graag zo snel mogelijk halen
• Wat motiveert jou om het doel te halen met familie en vrienden die mij erin bij steunen
• Wat is de meerwaarde van het doel, wat levert het jou op zelfrespect
• Wat wordt mogelijk met het behalen van je doel (voor jouzelf en anderen) Biertje drinken en doorgaan
• Vervult het doel een belangrijke waarde in je leven ligt eraan welk doel ik stel
• Is het doel een onderdeel van een groter geheel ja want soms bepaald een doel je leven
• Past het doel bij jouw innerlijke opdracht, voelt het helemaal goed om het doel te halen, en voel dan vanuit je hart, maakt het doel je blij, enthousiast, vreugdevol, vredig, energiek of iets anders niks anders
• Vervult dit doel je passie en wat is je passie mijn passie is mijn opleiding halen zonder gezeik
B1-K1-W1
|
B1-K1-W1 Inventariseert ondersteuningsvragen van de cliënt
|
De beroepskracht maatschappelijke zorg inventariseert de eigen kracht, mogelijkheden en ondersteuningsvragen
van de cliënt door: gesprekken met de cliënt en naastbetrokkenen (het sociale systeem van de cliënt) te voeren,
omgang met de cliënt tijdens haar werkzaamheden, het uitvoeren van observaties en het raadplegen van diverse
informatiebronnen zoals collega’s en schriftelijke informatie. Ze stemt haar bevindingen zoveel mogelijk af met de
cliënt en het (multidisciplinair) team en geeft relevante informatie die ze verkrijgt door aan het (multidisciplinair)
team.
|
De beroepskracht maatschappelijke zorg:
- toont belangstelling voor en betrokkenheid bij de cliënt en naastbetrokkenen;
- vraagt gericht door bij de cliënt en naastbetrokkenen om een duidelijk beeld te krijgen van de situatie,
mogelijkheden, beperkingen, ondersteuningsvragen, wensen en verwachtingen van de cliënt en naastbetrokkenen;
- verzamelt actief vanuit diverse bronnen, relevante informatie over de cliënt
- bepaalt zorgvuldig de relevantie van gegevens.
|
- Hoe stel je een ondersteuningsvraag op (vanuit je observatie)?
|
|
- Hoe observeer je en verwerk je de observatie in een plan?
|
|
- Wat is een sociaal systeem? Wie hoort hierbij? En hoe breng je die in kaart?
|
|
- Hoe scheid je hoofd- en bijzaken van de informatie vanuit je analyse?
|
|
- Hoe rapporteer je?
|
|
- Met wie werk je samen? (verschillende disciplines)
|
|
- Hoe stem je af in het multidisciplinaire team?
|
B1-K1-W1 vragen en antwoorden
1.hoe stel je een ondersteuningsvraag op vanuit een observatie?
je kiijk hoe een bepaald soort cliënt zich gedraagd na je observatie krijg je een soort van doel en vandaar uit kun je een observatie vraag bedenken. je kijkt naar de gedragingen van je cliënt. Door gesprekken te voeren met de cliënt kun je er achterkomen wat nou de uiteindelijke ondersteunin gsvraag is. Mede door de omgang met de cliënten kun je er ook achter komen wat zijn of haar ondersteuningsvraag is.
ik heb vanuit mijn stage van vorige jaar.geobserveerd hoe een jongere zich gedroeg bij het schaatsen en bedacht daar een vraag bij. de ondersteunings vraag die ik erbij heb bedacht is waarom doe je nu zo anders dan op stage?
2.Hoe observeer je en verwerk je de observatie in een plan?
je kijkt hoe iemand zich gedraagt en uiteindelijk maak je van daaruit een observatie plan. Je noteert de gedragingen van de cliënt op het papier. Verder kijk je ook doelgericht naar de cliënt toe naar wat hij doet.
de observatie heb ik verwerkt in een plan en pakte mijn schrift en schreef het plan op hoe wij hem hadden geobserveerd. De observatie die ik had gedaan was kijken hoe de cliënt zich gedroeg tijdens het voetballen. Daarbij heb ik gekeken naar zijn taalgebruik en naar het samenspel met zijn teamgenoten. Daar bleek uit dat zijn taalgebruik soms erg wisselvallend was de ene keer zei hij dit en de andere keer dat. Verder heeft hij goed gebruik gemaakr van zijn teamgenoten.
3.Wat is een sociaal systeem en wie horen daarbij en hoe breng je dat in kaart?
een sociaal systeem is een systeem waar individuen die met elkaar in interactie waarbij zich onderscheiden van de omgeving. Verder brengt het inkaart wie dichtbij je cliënt staan en wie juist niet zo kun je ze makkelijker in kaart brengen. Je zet de naam van de cliënt in het midden en teken daar drie cirkels omheen. Als je dat hebt gedaan komen er in de cirkels namen te staan. De eerste crikel die het dichstebij staat bij de cliënt zijn de mensen die ook belangrijk zijn voor hem. De tweede circkel is voor de mensen die iets minder dichtbij je cliënt staan. Als laatste cirkel de mensen die niet dichtbij hem staan maar die hij toch kent.
ik bracht het sociale systeem in kaart gebracht wie nou dichtbij hem stond en wie niet. ik zag dat bepaald soort familie lid erg dichtbij stond bij hem.
4. Hoe scheid je hoofdzaken en bijzaken van de informatie van uit je analyse?
de hoofd en de bijzaken scheid je van de informatie van uit je analyse. je maakt een duidelik schema wat nou de hoofd en bijzaken zijn. van uit je analyse. Je hebt net een gesprek gehad met je cliënt en daarbij heb je hoofdzaken en bijzaken genoteerd. Dan maak je een schema met een kopje hoofdzaken en bij zaken zo onderscheid je ze van de informatie .
ik maakte een schema met hoofdzaken en één met bijzaken. en dan ging ik kijken welke bij welk rijtje hoorde en zette hem daar in
5. hoe rapporteer je?
Tijdens het rapporteren schrijf je op wat je observeert/signaleert hebt. Tijdens bijvoorbeeld een: observatie,gesprek en bezigheden met de cliënt. Het doel van rapporteren is dat je een goede verzorging biedt aan de cliënt.
Jeroen en ik zagen dat de cliënt het leuk vond om mij nog een paar rondjes extra te laten schaatsen. Ik had gezien dat we samen een redelijke band hadden opgebouwd door mede om met elkaar te gaan schaatsen. Hij vertelde ons dingen waarvan wij dachten dat hij het ons nog niet zou vertellen eigenlijk.
6. Met wie werkte je samen?
met Jeroen en de jongere die ik heb hebben wij samen gewerkt.Veder ga je kijken hoe je het met je andere collega's zo prettig kan maken voor de cliënt. Wij kunnen altijd terecht bij onze stagebegeleider maar dat is niet de eingste optie. De andere collega's konden we altijd
ik vond de samen werken tussen de andere stagiare en mezelf soepel verlopen en hebben veel aan elkaars eigenshappen gehad. Veder moesten we gaan kijken vanuit de jongeren dan bereik je het meeste mee.
7.Hoe stem je af in het multidisciplinaire?
Je werkt met iemand anders samen en je stemt af wie wat gaat doen. bijvoorbeeld: ga jij dinsdag naar de cliënt toe want jij bent beter in het helpen bij zijn huis werk. een andere voorbeeld: ga jij dan donerdag samen met hen naar zijn voetbaltraining want jij bent wat sportiever. Je kijkt ook goed naar wat de cliënt zelf en wat de cliënt nodig heeft met elkaar.
ik sprak duidelijk af elkaar wie wat zou doen en waar we het zouden gaan doen verder hebben wij er een leuke dag van gemaakt. Verder hadden we ook afgesproken dat ik niet teveel in zijn bijzinde zou gaan roken en daar heb ik mij toen ook aangehouden.
B1-K1-W2
|
B1-K1-W2 Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging
|
De beroepskracht maatschappelijke zorg ondersteunt de cliënt bij het realiseren van doelen ten aanzien van de
persoonlijke lichamelijke verzorging, toiletgang, mobiliteit en het slaap/waakritme. Ze zorgt er voor dat de cliënt zo
veel mogelijk zelf de regie kan voeren en naastbetrokkenen zo veel mogelijk zelf kunnen doen en vult waar nodig
aan. Ze sluit hierbij aan bij de eigen kracht, mogelijkheden en beleving van de cliënt en naastbetrokkenen. Ze
ondersteunt het optimaal lichamelijk en geestelijk welbevinden van de cliënt door gebruik te maken van aangepaste
materialen en ruimten. Ze werkt aan het onderling vertrouwen en biedt de cliënt de mogelijkheid om persoonlijke
en/of intieme vraagstukken te bespreken. Ze toont voorbeeldgedrag en biedt de cliënt mogelijkheden om
vaardigheden te leren. Ze is er alert op dat gedrag veroorzaakt kan worden door fysieke problemen of ongemakken.
Zij observeert en signaleert veranderingen in gedrag en gezondheid, beredeneert vervolgens welke volgende
stappen genomen moeten worden en onderneemt de benodigde stappen. Ze rapporteert bijzonderheden.
|
De beroepskracht maatschappelijke zorg:
- creëert adequaat mogelijkheden voor de cliënt om zich op het gebied van persoonlijke verzorging te ontwikkelen
en doelen te bereiken;
- toont begrip voor de mening en gevoelens van de cliënt ten aanzien van zijn uiterlijk en persoonlijke hygiëne;
- gaat tijdens de persoonlijke verzorging discreet om met de privacy van de cliënt;
- voert de benodigde handelingen snel en accuraat uit volgens ergonomische voorschriften.
|
- Wat is ondersteunen? En welke verschillende vormen van ondersteuning zijn er?
|
- Wat is persoonlijke lichamelijke verzorging?
|
- Hoe zorg je ervoor dat een cliënt zoveel mogelijk eigen regie behoud?
|
- Hoe bouw je een vertrouwensband op?
|
- Hoe signaleer/observeer en interpreteer je gedragingen in relatie tot fysieke ongemakken?
|
- Hoe leer je een cliënt (persoonlijke verzorging) vaardigheden aan?
|
- Wat is regie op eigen leven?
|
- Hoe – en wanneer gebruik je aangepaste materialen en ruimtes?
|
- Hoe ga je om met intieme situaties?
- Hoe maak je een intieme situatie bespreekbaar?
|
- Hoe waarborg je de privacy van een client?
|
- Hoe sluit je aan bij de mogelijkheden en de beleving van de cliënt?
|
vragen en antwoorden
- Wat is ondersteunen? En welke verschillende vormen van ondersteuning zijn er?
- Ondersteunen is iemand helpen bij iets wat hij/zij niet meer zo goed kan. Maatschappelijke ondersteuning, gezins en opvoedvoedings ondersteuning.lichamelijke ondersteuning.
- Ik heb bij een jongere geholpen een beetje structuur te krijgen in zijn dagelijkse taken daarbij heb ik hem ondersteund samen met een collega. door met hem zijn dagelijkse taken te doen en er een soort patroon er in te zetten.
|
- Wat is persoonlijke lichamelijke verzorging?
- bij persoonlijke lichamelijke verzorging draait het om het ondersteunen of het ondernemen door een hulpverlener en zijn cliënt. Verder draait het om de persoon zijn lichamelijke verzorging. Daarbij komt kijken alles wat te maken heeft met jezelf en de omgeving hoe je daarmee omgaat.Verder gaat het ook over je eigen lichaam slaap je genoeg, eet je gezond en beweeg je genoeg.
- ik heb samen met de cliënt bedacht dat het beter voor hem kon zijn dat hij zijn kamer netter opruimt. zodat het schoner is verder heb ik hem gezegd dat het handig is om zich te wassen in de morgen en zijn tanden te poetsen. zodat hij fris overkomt op school en in de bus.
|
- Hoe zorg je ervoor dat een cliënt zoveel mogelijk eigen regie behoud?
- door te vragen wat de cliënt wilt bereiken en samen met hem en naar te gaan kijken. of hoe hij te werk wilt gaan altijd vragen.
- ik zorgde ervoor dat hij het ging doen zoals hij het prettig vond om te gaan doen. Door hem af en toe te vragen hoe hij het normaal deed of doet. Verder heb ik hem geholpen om een schema te maken voor wat hem handig is om als eerst te doen en wat als laatst.
|
- Hoe bouw je een vertrouwensband op?
- spreek de waarheid tegen de cliënten. Toon intresses in zijn of haar leven en luister naar wat de cliënt te zeggen heeft. Toon respect naar de cliënt toe en geef vertouwen af. Bij intiemen handelingen goed en duidelijk zeggen of de cliënt het goed vind dat je hem helpt bij het bijvoorbeeld wassen, billen afvegen.
- ik heb met hem lopen praten over wat zijn intresses zijn. als ik bij hem langs kwam samen met een collega. Zorgde wij ervoor om er te zijn voor hem. als hij ergens moeite mee had of graag over zijn dag zou wou praten. Waren wij daar voor hem zo hebben wij een band met hem opgebouwd.Veder hielpen wij de cliënt met zijn kleren uitzoeken en we vroegen of hij het oké vond of wij zijn kamer in mochten.
|
- Hoe signaleer/observeer en interpreteer je gedragingen in relatie tot fysieke ongemakken?
- Door goed te kijken naar de gedragingen van je cliënt. je observeert, signaleert en interperteert zijn gedragingen. hoe de relatie is tussen jou en je cliënt kan soms dat tot fysieke ongemakken veroorzaken. Verder kun je het benoemen wat je ziet. Maak het bespreekbaar.
- ik had op mijn stage een cliënt daar mee had ik een goede werkrelatie mee. Soms hadden we wel iets maar dat was zo weer om. tijdens dat hij er was signaleerd ik zijn gedragingen al bij binnenkomst. over de gehele dag observeerde ik hem ook bij zijn gedraging. maar ik heb nooit het idee gehad dat relatie met hem werd aangetast door fysieke ongemakken.
|
- Hoe leer je een cliënt (persoonlijke verzorging) vaardigheden aan?
- door het voor te doen en door hem er wat uitleg over tegeven wat nou persoonlijke verzorging inhoudt. Veder hem de vaardigheden voor te doen stapgewijs..
- ik heb het samen met hem filmpje opgezocht wat nou persoonlijke verzorgings vaardigheden zijn. ik vroeg kun je het eens voor doen. door het voor te doen op de dag zelf en soms uitteleggen hoe het persoonlijke vaardigheden zijn.
|
- Wat is regie op eigen leven?
- Regie op eigen leven gaat verder dan alleen de zorg kant. Zegmaar het gaat er eigenlijk om dat ik of iemand anders zijn leven kan leiden zoals wij dat willen zonder dat wij lastig zijn.
- Ik heb met hem een schema gemaakt en dat overlegd met hem. Waar hij zijn bar zou willen hebben en waarom. Als ik het op een andere plek wou overlegde ik het eerst met hem.dat als ik er ben dat hij er een duidelijk schema voor zich zelf kan maken met mij erbij.
|
- Hoe – en wanneer gebruik je aangepaste materialen en ruimtes?
- Wanneer je het nodig hebt om je cliënt te ondersteunen bij verschillende behoeftes . Bij verschillende activiteiten hebben we ook verschillende materialen en ruimtes nodig. Om het voor de cliënt zo fijn mogelijk te maken. Waarom het goed is om materialen en verschillende ruimtes te gebruiken zodat de cliënt ook weet wat hij kan doen en waar hij moet zijn.
- ik en mijn cliënt gebruikte de materialen die hij thuis had om de dieren te verzorgen zoals: een tuinslang,hondenriem,bakken en hout. wij gebruiken materialen voor de dieren verzorging die wij samen daar doen.
|
- Hoe ga je om met intieme situaties?
- er zijn verschillende intieme termen van een intieme situaite. Maar als je cliënt je bijvoorbeeld zegt van je hebt echt een mooie kont. Kan jij je daardoor ongemakkelijk gaan voelen. Door de cliënt erop te wijzen dat het niet mag hoop je het te voorkomen voor de tweede keer
- de intieme situatie die ik gehad heb op mijn stage was: wij vroegen of zijn ouders gescheiden waren en waar zijn vader was.Helaas hadden we niet het juiste antwoord gekregen en werd het een intieme situatie en wij booden onze excuses aan. Want wij wisten het niet en hij wou er niet verder overpraten.
- Hoe maak je een intieme situatie bespreekbaar?
- door het bespreekbaar te maken met je cliënt. Hoe jij je hier bij voelt en zeggen wat hij heeft gedaan niet echt toepasselijk is. Je kunt het ook bespreekbaar gaan maken tijdens een teamoverleg.
- ik probeerde het door echt te vragen of er iets is met hem of dat niet. maar hij antwoordde met het gaat goed. ik red me wel. maar een andere dag hebben we samen een goed gesprek gehad over specifieke onderwerpen.
|
- Hoe waarborg je de privacy van een client?
- Door zijn initialen te gebruiken in plaats van zijn echte naam. Bij de meeste instanties hebben ze een geheimshoudingsplicht. dat betekent dat je de naam van de cliënt en zijn naaste niet mag vertellen.
- ik had een geheimshoudingsplicht ik mocht de namen van mijn cliënten niet vrijgeven.door het privacy te houden en door een afkorting te gebruiken voor zijn of haar naam in de verslaglegging. ik heb zelf de verslaggeving gedaan voor mijn cliënt en daar voor moest ik zijn initialen gebruiken.
|
- Hoe sluit je aan bij de mogelijkheden en de beleving van de cliënt?
- De beleving van elke cliënt is anders en hoe sluit jij je daar het beste op aan. Door het samen met hem te gaan doen wat hij doet ga jij ook doen zo bekijk je het van een ander prespectief. Verder zijn de mogelijkheden heel divers maar je moet ook nee kunnen zeggen tegen de cliënt.
- ik heb met een jongeren geschaatst en zijn beleving was het om mij te leren en dat is hem ook gelukt. Ik heb verder geholpen met een idee bedenken van hoe een cliënt zijn kamer kon verbouwen. Dat geeft hem de ruimte om zijn persoonlijke verzorging te vergroten
|
B1-K1-W3
vragen en antwoorden
B1-K1-W3 vragen en antwoorden:
- Hoe ga je in gesprek met de cliënt? je gaat proberen een gesprek te starten. over een onderwerp wat je cliënt intreseert. verder probeer je er ook achter te komen wat hem intresseert. Door te luisteren, samenvatten en door te vragen kun je makkelijker in een gesprek komen en blijven
- ik sta op de cliënt af en vraag hem bijvoorbeeld iets over zijn weekend of over zijn dag van vandaag zo heb je al een klein gesprekje die miscchien wel kan uitgroeien tot een groot gesprek
|
|
- Vanuit welke methodiek ga je het gesprek voeren? wij deden het volgens de comet methode . Dat is een methode die gebruikt wordt om een negatief zelfbeeld naar een positief zelfbeeld te veranderen.
- ik doe veel gesprekken volgens de comet methode omdat ik veel jongeren begeleid die een niet zo goed zelfbeeld hebben. Of ze weten niet hoe ze dat moesten aanpakken.
|
|
- Hoe zet je de cliënt in de eigen kracht?
- door hem te vragen wat zijn behoeftes zijn en waar zijn intresses naar uit gaan. als je dat weet kun je je cliënt makkelijker in zijn of haar eigen kracht zetten.
- als ik een cliënt in zijn eigenkracht wil zetten kijk ik eerst goed naar zijn eigenschappen. zoals laatst: we moesten eem folder maken en de cliënt die wij hebben is daar goed in dus we vroegen hem of hij ons daarbij kon helpen.
|
|
- Wat is een optimaal (huishoudelijk) leefklimaat?
- Het leefklimaat is de kwaliteit van de fysieke en sociale omgeving. Het optimale leefklimaat is voor elk persoon anders natuurlijk. Maar een optimaal leefklimaat is dat je eigenlijk alles uit de kast haalt om het meeste confortabelste en fijnste te leven.
- ik had bij een jongeren de omgeving geanalyseerd en dat was niet echt een goede omgeving. Ze hadden heel veel verzamelde dingen die ze nooit weggegooid hadden. Verder hadden ze veel huisdieren wat veel tijd kost om het huishouden te doen.
Het leefklimaat is de kwaliteit van de fysieke en sociale omgeving.
ik had bij een jongeren de omgeving geanalyseerd en dat was niet echt een goede omgeving.
|
|
- Welke vaardigheden heb je nodig om te kunnen wonen en het huishouden te kunnen doen?
- rustig blijven. plannen inizcht hebben zelfstandigheid, leergierig zijn, stressbestendig handigheid. Verder is het ook handig om een beetje de basis dingen zoals: koken,wassen, was op hangen,
- Bij een jongeren die ik begeleid heb. Had ik geconcludeerd dat hij nog niet opzich zelf kon gaan wonen want hij beheerst de eigenschappen nog niet optimaal
|
|
- Welke mogelijkheden zijn er om een cliënt te ondersteunen/begeleiden in gedrag? de mogelijkheden zijn: gesprekken voeren met de cliënt.Je kunt samen met de cliënt gaan kijken welke doelen je wilt halen en hoe je het beste kunt samen werken met elkaar
- de mogelijkheden die er zijn om een cliënt te ondersteunen /begeleiden in gedrag. We kunnen met de begeleider rond de tafel gaan zitten en het gedrag van de cliënt bespreekbaar kunnen maken. verder kun je hem erop wijzen dar sommige van zijn taalgebruiken niet echt toepasselijk zijn voor op het kantoor zoals bij ons
|
|
- Hoe realiseer/stimuleer je ander gedrag bij de cliënt? je realiseert het gedrag van de cliënt.Door je cliënt te observeren hoe hij zich gedraagd. naar aanleiding van die observatie t kun je met de cliënt zijn gedrag realiseren. De stimulatie van gedrag kun je onderscheiden in goed en in slecht gedrag. bij slecht gedrag geen beloning bij goed gedrag wel een beloning zo stimuleer je zijn gedrag.
- ik probeer me zo vaak al het kan te realiseren hoe het voor de cliënt is om hier te zijn en wat dat doen met zijn/haar gedrag. verder probeer ik het te stimuleren door en iets leuks en na te koppelen zoals bijvoorbeeld: een cliënt wilt voetballen maar hij moet eerst zijn huiswerk afmaken maar wordt vervelend. dan zeg ik kom op jongen ga nou eerst je huis werk maken en daar na kunnen we wel even een balletje trappen
|
|
| |
| |
| |
- Hoe geef je feedback? je geeft feedback over de handelingen van iemand en niet over de persoon zelf. Verder blijf je respectvol over naar de cliënt. Daarnaast kun je de sandwich methode gebruiken top,tip,top
- ik geef feedback als de cliënt bijvoorbeeld iets heeft gedaan zoals een poster gemaakt te hebben voor een event die we hebben ik geef dan mijn mening erover wat hij gemaakt heeft. verder doe ik het op de werkzaamheden die hij heeft gedaan en niet op de persoon zelf
|
B1-K1-W4
vragen en antwoorden
B1-K1-W4
- Hoe ondersteun je bij mogelijkheden, wensen en behoeften?
- als je de cliënt ondersteunt bij zijn wensen en behoeften bouw je een band op met elkaar. Verder is het ook handig om je cliënt te ondersteunen bij iets wat hij al kan.
- zoals: ik had een cliënt die wou even een balletje trappen en vroeg ons mee terwijl niet iedereen echt zin had gingen we toch zijn behoefte doen. een andere behoefte was om te gaan schaatsen met hem en dat heb ik ook gewoon gedaan.
|
- Wat is regie ten aanzien van dagbesteding?
- Wat de cliënt zijn intresses zijn en hoe stem je die af ten aanzien van de dagbesteding. De cliënt mag zelf inspraak doen over waar hij bijvoorbeeld zijn dagbesteding wilt gaan doen.
- ik had samen met een collega gekeken bij de dagbesteding en weten hoe ze daar met cliënten omgaan.
|
- Hoe begeleidt en coach je bij het voeren van eigen regie?
- hoe je het begeleidt en de coach je bij voeren van eigen regie? door de cliënt in zijn of haar eigen waarde te laten. maar wat is nou in eigen waarde laten. Dat je de cliënt niet minder laat voelen dan hij of zij is. Dat je weet wat je cliënt wel of niet kan.
- ik begeleid een cliënt bij zijn dagtaken. Door hem te vragen van moeten we nog iets doen of hebben we alles al gedaan of zijn we nog iets vergeten. Kom ik er achter of ik hem in zijn eigen waarde laat. Verder als mijn cliënt wat goed gedaan heeft complimenteren wij hem er mee
|
- Hoe maak je een plan van aanpak gericht op dagbesteding?
- je gaat kijken wat er allemaal te doen is en hoe je het er beste mee kan om gaan. Hoe je het voor iedereen begaanbaar maakt en hoe het toch intressant en leuk blijft. Verder ga jij kijken of je doelen eraan vast kunt gaan maken.
- Doormiddel om doelen te stellen dat ze binnen zoveel minuten hun rekensommen afgemaakt hebben.
|
- Welke activiteiten voeg je toe aan het plan van aanpak?
- activiteiten die de cliënt graag wilt doen of zich wilt in ontwikkelen.Die ook aansluiten bij de doelen van het plan van aanpak.
- De activiteiten die ik erbij wil gaan doen waren: Oefenen met zelfredzaamheid,voetballen met elkaar en omgaan met emoties.
|
|
Hoe motiveer je een cliënt?
leef je daadwerkelijk in de de cliënt dan weet de cliënt ook wat hij overbrengt. Wees ervoor je cliënt als de cliënt ergens mee zit wees er ook voor hem. Probeer eens te gaan kijken hoe je cliënt zich gedraagd en speel daar eens op in.
Door te zeggen dat we eerst wat saais gaan doen en daarna wat leuks. je moet het een beetje 50/50 doen. en misschien er een beloning aan koppelen.
|
- Welke motivatietechnieken zijn er?
- open vragen stellen,reflectief luisteren,bevestigen, samenvatten en VERANDERTAAL UITLOKKEN
- ik heb gesprekken gehad met mijn cliënten en daar bij heb ik verschillende van deze technieken gebruikt. De verandertaal uitlokken ik begon met een vraag wat wil je graag bereiken? Daarna vroeg ik hem hoe de cliënt dit wilt bereiken en waarom en wie die daar voor nodig heeft. Toen vroeg ik hem is het haalbaar om dit te gaan doen.
|
- Hoe ondersteun je een cliënt bij het omgaan met gevoelens en veranderingen?
- je luisterd goed naar de cliënt je laat hem/ haar in zijn waarde en verteld dat het wel goed gaat komen. door er voor hem te zijn ondersteun je de cliënt ook.
- ik ondersteun de cliënt met mijn vaardigheid van een luisteren oor en mijn ervaringen die ik heb mee gemaakt. Het gesprek ging over zijn gevoelens daarbij komt natuurlijk veel emotie bij los maar hij had het gevoel dat hij dit alleen moest doen ik stelde hem gerust en zei nee hoor wij zijn er voor jou!
|
- Wat zijn ontwikkelingsgerichte activiteiten?
- dat zijn activiteiten die de ontwikkeling van een cliënt bevordert
- ik had verschillende activiteiten in mijn gedachte die wij met de jongere konden gaan doen waardoor hij zich beter kon ontwikkelen. voetbal omdat je samen moet gaan werk met elkaar om een goed resultaat neer te zetten. verder hadden we bedacht voor hem om instuerende opdracht te gaan doen zodat hij daar niet op achter zou gaan lopen. Door te voetballen leert hij samen te werken tijdens het sporten en geeft het hem ruimte omdat elders ook te doen. Door hem een instuerende opdracht te laten doen testen wij zijn kennis wat hij nog had.
|
- Hoe begeleid je een cliënt bij ontwikkelingsgerichte activiteiten –en leersituaties?
- hoe je aansluit met je houding en je begeleidingstijl bij de cliënt tijdens de begeleiding.
- Toen mij clIënt bezig was met zijn huiswerk liet ik hem eerst even in het diepe vallen. Maar als hij vragen had kon hij wel bij mij terecht komen. Dus ik had een open houding voor hem .
|
- Welke methodiek kun je hiervoor toepassen?
- de methode van Vlaskamp waarom: zodat je beter bi jde behoeftes van je cliënt kan aansluiten waarbij dat nodig is
- Ik had zelf nog nooit eerder van de Vlaskamp methode gehoord als ik eerlijk moet zijn. Mijn vorige stagebegeleider kwam er mee en zei doe hier maar onderzoek naar. Test het eerst uit op een collega en dan op mij.
|
B1-K1-W5
vragen en antwoorden
B1-K1-W5
- Hoe signaleer ik onvoorziene en crisissituaties als gevolg van gedragsproblemen?
- Je kunt dit vaak herkennen aan de toon waar iemand op praat. Het gedrag op de groep. of hij wel in een groepsverband met andere zou willen samenwerken of hij dat wel of niet prettig vindt. Door de nonverbale uitingen van de cliënt. door eigenlijk de bewegingen die ze doen.
- ik heb het op mijn stage meegemaakt dat twee kinderen uit mijn klas elkaar gingen slaan. ik probeerde ze uit elkaar te houden door mijn stem een beetje te verheffen en duidelijke te maken dat dit niet kon
|
- Welke preventieve acties kan ik doen om crisissituaties en verdere escalatie te voorkomen?
- Signaleren of er sprake is van verandering van gedrag. Hier kun je dan op inspelen door bijvoorbeeld een gesprek aan gaan of bespreken met collega’s . Observeren en signaleren.
- ik ging kijken of er verandering in hun gedrag plaats vond en of ik hier op in spelen kon. verder heb ik het nog na besproken met de docent van de klas en heb geobserveerd en ge signaleerd hoe ik het de volgende keer zou kunnen aanpakken. Het gedrag van de cliënten was beetje geïriteerd en boos naar elkaar toe.
|
- Hoe schat ik gevaar in voor de cliënt, zichzelf en anderen zodat de veiligheid gewaarborgd wordt?
- Door de cliënt te observeren. Te kijken hoe de cliënt op de groep is en aan de houding of gedrag. Je kunt hier met collega’s in gesprek over gaan. Natuurlijk kun je ook met de cliënt een gesprek gaan voeren waarin je aangeeft wat je ziet en of vraagt hoe het gaat.
- ik wachtte eerst af hoe het verder verliep tussen de kinderen. verder heb ik het met mijn collega nog even na besproken van hoe en wat. ik had niet de kans om verder met de kinderen erover te praten.
|
- Hoe blijf ik tijdens een crisissituatie in contact met mijn cliënt?
- Je kunt vragen naar gevoel en emoties, zodat diegene voelt dat jij ook naar hun wilt luisteren. Dit hangt ook af van de escalatie van de crisis. Het is altijd belangrijk dat je wel oogcontact houdt. Ligt er natuurlijk aan met wat voor doelgroep je aan het werk bent.
- .Zodat iemand niet kan afdwalen in emoties en je ze laat weten dat je contact met hun hebt. Verder is het bij cliënten met autisme belangrijk om duidelijk te zijn tegen hem.
- De cliënten van mijn stage zijn erg verschillend tijdens zo'n crisissituatie de ene is heel rustig erin en de andere slaat helemaal door
|
- Hoe maak ik een risicoanalyse?
- Aan de hand van de RIT ( risico inventarisatie en taxatie) Dit doe je bij binnenkomst en bij elk werkplan maak je een RIT. Hier is het de bedoeling dat je de RIT aanvult.
- ik heb er zelf nog geen ervaring mee dus ik weet eerlijk gezegd niet wat ik hier anders zou moeten invullen.
|
- Hoe hanteer ik mijn grenzen en gevoelens tijdens en na een crisissituatie?
- Voorbereiden, weten wat je eigen grenzen zijn. Samenwerken met collega’s en hiermee evalueren en reflecteren.
- Ik heb door zelf aan te geven dat het niet geaccepteerd word. verder vragen aan collega's hoe zij zouden reageren hierop. Door duidelijk te zijn met de cliënt dat ik dit niet accepteer dat hij dit bij mij gedaan heeft. bijvoorbeeld geslagen worden.
|
- Hoe geef ik tijdig mijn grenzen aan bij onredelijke reacties en/of ongewenst gedrag van de cliënt?
- Uitspreken van je eigen grenzen, normen en waarden. Het is belangrijk dat je bij je standpunt blijft. Duidelijkheid. Daarnaast kun je ook samen een gesprek voeren als er iets voorgevallen is. Daarnaast is evalueren ook belangrijk.
- Door een ongewenst gedrag van mijn cliënt laatst. Had ik hem toch nog even duidelijk gemaakt dat wij het niet accepteren dat er zo gedaan wordt om de school. ik stelde de grenzen van de school eerst op daarna mijn eigen grenzen.
|
- Hoe signaleer ik tijdig of er sprake is van gevaar voor de cliënt, de groep, collega's en/of zichzelf?
- Persoonlijke dossiers lezen van voorgaande gesprekken en hiervan een inschatting maken van de situatie. Goede communicatie tussen collega’s, observeren en presentiebenadering. Door goed te observeren tijdens een crisissituatie als hij aan de gang is.
- Laatst op mijn stage was een cliënt boos en stormde hij de klas uit. Mijn collega en ik zorgde ervoor dat we de kinderen rustig aan het werk konden zetten zodat wij dit verder konden afhandelen.Maar mijn collega stond eerst in haar eentje bij de deur maar dat lukte niet dus ze diep mij erbij om te ondersteunen.
|
- Hoe pas ik op een respectvolle en duidelijke manier de uitgangspunten toe die horen bij het terugdringen van dwang en drang?
- De rechtvaardigingen van dwang en drang zijn het voorkomen van schade aan zichzelf maar natuurlijk ook aan andere. Als er dwang is dan wordt er iets tegen je eigen wilt in gedaan.
- Zelf heb ik wel gezien dat soms om mijn stage de cliënten de drang hebben om elkaar soms wat aan te gaan doen.
|
- Hoe observeer ik mijn cliënt als er signalen zijn van dreigende agressie?
- Doormiddel van aan te kijken hoe het zich verder gaat ontwikkelen. Wat de cliënt doet met zijn non verbale en verbale communicatie. Verder is het handig om ook op te letten dat de andere geen gevaar lopen door de cliënt met de dreigende agressie
- op me stageplek hebben de de ABC methode. Zelf heb ik daar nog niet mee gewerkt
|
- Hoe communiceer ik- ook in onduidelijke of stressvolle situaties, helder en eenduidig met anderen?
- door toch goed en duidelijk te zijn met de cliënten. wat ze moeten doen wat er van ze verlangd wordt. Wees rustig en duidelijk naar je cliënt toen. Vraag ook aan de cliënten of het helder is voor ze
- ik probeer zoals altijd rustig en kalm te blijven in de stressvolle situatie. en probeer andere dat ook mee te brengen.
|
- Hoe handel ik in onvoorziene- en crisissituaties snel en adequaat volgens de voorgeschreven procedures, wettelijke richtlijnen en afspraken van de organisatie?
- Bijvoorbeeld observatie tijdens een gesprek en bepaalde vragen stellen. Is er agressie en inschatting van veiligheid. Presentiebenadering toepassen vanuit de methodiek.
- Door de presnetiebenadering die ik heb toegepast op de cliënt heb ik een duidelijker beeld van mijn cliënt gekregen. Veder ben ik gaan inzien wat ik kan betekenen voor mijn cliënt
|
- Hoe bespreek ik achteraf op een constructieve manier met de cliënt, collega's en andere betrokkenen de crisissituatie.
- door met elkaar aftestemmen wie wat zou doen bij een crisissituatie. De ene zorgt ervoor dat de andere cliënten veilig blijven.Doormiddel van een klein intervisie momentje met de cliënten die bij de crisissituatie betrokken waren. Plus de collega's die erbij waren en de andere betrokkenen die erbij horen.
- ik heb zelf nog nooit echt na gepraat over crisissituatie maar ik zou denk ik een klein intervisie momentje ervoor pakken wat er anders zou gaan kunnen
|
B1-K1-W6
vragen en antwoorden
B1-K1-W6
-
|
Welke overlegvormen zijn er?
- Werkoverleg.
- Managementvergadering.
- Directieoverleg.
- Bila's.
- Functioneringsgesprek.
- Beoordelingsgesprek.
- Projectvergadering.
Hoe stem ik informatie op adequate wijze af?
Door middel van notulen, besluitlijst en actielijst stemmen wij informatie op adequate af. Verder door de jongeren te benaderen. je maakt ook een rijtje van noodzakelijke informatie en onnoodzakelijke informatie.
ik stem de verschillende informatie af die hoort bij het gesprek wat wij aan het voeren zijn.op stage heb ik een werkoverleg gehad en overleg over de jongeren.
|
|
|
Wat is effectief communiceren?
Effectief communiceren zegt iets in welke mate je het doel van communicatie bereikt.houdt in dat de bedoeling van de spreker gelijk is aan het effect op de luisteraar. Filters verstoren de boodschap
ik heb effecitief gecommuniceerd met de kinderen van mijn stage klas door ze uit te leggen hoe ze moeten rekenen,lezen en schrijven.De informatie die ik overbracht is bij ze blijven hangen.
|
|
|
Hoe streef ik doelbewust naar overeenstemming tussen verschillende partijen, rekening houdend met mogelijkheden, eisen, prioriteiten, wensen en behoeftes van betrokkenen?
door middel van verschillende partijen te informeren hoe je het van plan bent om met de cliënt te werk wilt gaan. door duidelijke afspraken te maken met de cliënt en de verschillende partijen.
Bespreken wat de behoeftes zijn van de jongeren en het overleggen samen met de begeleider.ik en mijn stagebegeleider hadden samen met de jongeren gesproken over welke behoeftes hij graag zou willen hebben bij zijn begeleiding.
|
|
|
Hoe voer ik tijdig en regelmatig overleg met alle betrokkenen?
Door een goede commucicatie te hebben met de betrokkenen te hebben en duidelijk te zijn wanneer we wat gaan doen.
ik besprak het met de jongeren en met zijn begeleider zodat hun het verder kunnen vertellen aan de betrokkennen. Zelf heb ik nog geen gesprek gehad met de ouders van de cliënten.
|
|
|
Hoe sta ik open voor meningen, ideeën en feedback van anderen?
iedereen mag zijn meningen ideeën en feedback met mij delen. Verder sta ik juist open om feedback te ontvangen zodat ik mezelf alleen nog maar verder kan gaan ontiwkkelen. Als ik het niet eens met een idee ben dan zeg ik dat.
|
|
- Hoe formuleer ik duidelijke en haalbare doelen?
- door met de jongeren aftespreken welke doelen hij zelf wilt halen en hoe hij deze zou proberen te willen halen. en via de smart methode.
- ik heb samen met hem afspraken gemaakt hoe hij zijn doelen bereiken wou. en als we weer bij elkaar kwamen gingen we kijken of hij zijn doel bereikt had. We hadden bedacht om hem vaker zijn huiswerk te laten doen bij ons op kantoor. Het was meetbaar omdat we zelf konden gaan kijken hoe hij er mee bezig was en we zeiden dit en dat moet je af hebben voor dat we wat leuks kunnen doen met je. Hij vond wat we zeiden acceptabel genoeg. Realitisch vond hij het zekers. en de tijd die hij ervoor had wat tussen de 15/20 minuten.
|
|
- Hoe hou ik rekening met de haalbaarheid van werkzaamheden in tijd en kwaliteit?
- door het eerst in kleinere stappen te doen en dan door teschakelen naar grotere stappen.
- ik liet hem foto's zien van hoe je je kamer goed en makkelijk kon indelen. daarna gingen we spullen soorteren van wat er bij hoort en wat niet. daarna gingen wij ze kamer indelen. Toen had hij het gedaan en het leek er spreken op ik was best trots om mijn cliënt
|
|
| |
| |
| |
- Hoe bouw ik professioneel aan de onderlinge band en een optimale samenwerking?
- Het is belangrijk om een juiste en veilige omgeving te creëren. Stel samen doelen waar je aan kunt werken. Geef erkenning en respecteer elkaar. Teambuilding/ intervisies.
- ik had samen met mijn stagebegeleider en de jongere doelen opgesteld waar we met ze alle samen aan het werk mee konden. de onderlinge band zorgte voor een optimale samenwerking
|
B1-K1-W7
vragen en antwoorden
-
|
B1-K1-W7
|
|
Onderzoek verschillende methoden van evalueren.
procesevaluatie= met procesevaluatie. Kun je nagaan of je de activiteiten op de juiste manier zijn gedaan. Dan kom je tegen wat goed gegaan is en waar je je nog op verbeteren kan.
effectevaluatie= met effectevaluatie Kun je nagaan of iets wel veel nut heeft gehad op de cliënt zelf
|
- Hoe maak je een evaluatieverslag en wat staat daar in?
- je zet de inhoud erin van wat je goed vond gaan wat er beter zou kunnen wat je er van geleerd hebt. de manier van werken. hoe je het gedaan hebt. natuurlijk moet je ook je cliënt om zijn mening vragen
- ik heb bij mijn stage een evaluatieverslag bekeken van jongeren die geen hulp meer nodig hadden
|
- Hoe weet je dat de gegevens betrouwbaar zijn?
- door het te controleren en door de bron vermelding. Verder kun je kijken of een artikel ook betrouwbaar als daar gegevens in staan die je nodig hebt voor een opdracht.
- ik had zelf een map met gegevens van de cliënten waarop ik vetrouwen kon
|
- Wat zijn relevante en wat zijn irrelevante gegevens?
- relevante gegevens zijn gegevens die het belangrijkste zijn die ook het meeste naar voren komen in het verslag. de irrelevante gegevens die zijn wat minder belangrijk. Maar ze horen er toch bij want je zou er wellicht toch wel wat mee kunnen
- ik heb goed gekeken welke relevant waren en welke irrelevant waren/zijn. Tijdens een gesprek met een cliënt en zijn begeleider.
|
- Hoe structureer je de gegevens?
- door middelen van ze te noteren onder relevante en irrelevante.Door een schema te maken van de gegevens die relevant zijn en irrelevant zijn.
- ik had zo'n schema gemaakt in me schift zodat ik de gegevens makkelijker uit elkaar kon houden.
|
- Maak een schriftelijke rapportage nav evaluatiegegevens.
- Na de evaluatie maak je een schriftelijke rapportage over het gesprek wat er besproken is.
- ik heb met een cliënt van mij een evaluatie gesprek bij gewoond samen met zijn begeleider. daarop bleek eruit te maken dat het met hem beter ging dan verwacht hij hield beter cijfers daardoor was de sfeer ook weer anders thuis. op school had hij nieuwe vrienden gemaakt
|
B1-K2-W1
vragen en antwoorden
|
1. Ik heb kennisgenomen van de protocollen procedures en wettelijke richtlijnen en volg deze op.
|
|
2. Ik weet wat mijn vakgebied inhoud.
Stage: Door te vragen aan mijn collega’s die het zelfde doen als ik toch vragen wat eigenlijk ons vak gebied inhoudt. Dan kom je toch nog wel uit op verschillen bij elkaar
Theorie: Als een persoonlijk begeleider specifieke doelgroepen. Hoe je de cliënten/patiënten die hulp nodig hebben met verschillende doeleinden begeleid/ondersteunt. Je gaat met de toestemming van de cliënt/patiënt in het dossier van hem of haar kijken om meer te weten te komen over hun. zodat je zelf het beste kan kiezen hoe je het wilt aanpakken met de cliënten/patiënten. En wat voor begeleiding ze nodig hebben of wat voor diagnoses hun hebben. Welke doelen ze hebben.
|
|
3. Ik verdiep mij in de route van signaleren naar melden en informeren( Mim , Mip melding incident medewerker, melding incident patiënt.
Theorie: MIM: dit wordt gemeld doormiddel van een MIM-formulier. Als er sprake is van grensoverschrijdend gedrag ten opzichte van een medewerker. Zo kun je makkelijker zicht houden op grensoverschrijdend gedrag in de organisatie.
MIP: als er een incident plaats gevonden heeft die tijdens het zorgen voor de patiënten schade aan de patiënt heeft gebracht, of schade kan aanbrengen. De benaming hiervoor is Meldingen Incidenten Patiëntenzorg.
|
|
4. Ik verdiep mij in de werkwijze van collega’s m.b.t kwaliteitsverbetering
Stage: Ik kijk naar de werkwijze van mijn collega’s en observeer hoe hun te werk gaan. Daarbij moet ik wel goed er om denken dat hun langer het vak doen dan ik. Dus ik moet niet te betweterig overkomen naar hun. Na het geobserveerd te hebben ga ik m.b.t de kwaliteitsverbetering in hun handelen. Ik geef ze feedback doormiddel van de sandwich methode.
|
|
5. Ík durf knelpunten aan te geven
De knelpunten die ik tegen kom op mijn stage geef ik aan op een manier dar beide partijen er wat aan hebben. Ik maak ze bespreekbaar met me stagebegeleider, en locatiemanager.
|
|
6. Ik ben op de hoogte van de ARBO en de daarbij behorende regels.
De regels en de ARBO zelf ben ik zelf op de hoogte van. Hygiënisch werken. Het privé houden van de cliënt gegevens.
|
|
7. Ik kan verbeterpunten overtuigend overbrengen.
Ik zoek eerst uit van hoe en wat de knelpunten zijn op mijn stage. Na dat ik het onderzocht heb zoek ik de persoon op waarbij ik het neerleggen moet. Dan zeg ik wat ik gezocht heb en mijn eigen kijk erop. Door voorbeelden te noemen van de praktijk komt het overtuigender over bij me mede collega’s
|
|
8.Ik zet eigen expertise in voor het verbeteren van de werkzaamheden.
Mijn eigen expertise die probeer ik zoveel en zo vaak mogelijk in te brengen tijdens de werkzaamheden die ik op mijn stage doe. Door een andere kijken erop te hebben dan collega’s die er meer ervaring hebben als ik.
|
|
9.Ik breng mijn eigen kwaliteit m.b.t mijn werkzaamheden in kaart.
Tijdens mijn werkzaamheden gebruik ik de kwaliteiten die ik zelf heb, zorgzaam omdat ik het beste en het veiligste wil voor mijn cliënten, luisterend oor, door te luisteren naar de cliënten wat ze willen of af hun wat dwars zit. Vrolijkheid, vaak veel lachen en enthousiast zijn en hun benaderen
|
|
10. Ik maak het bespreekbaar als collega’s niet werken volgens protocollen
Zelf probeer ik collega’s als ik zie dat zij bepaalde protocollen niet handhaven. Dan probeer ik ze daar op een gepaste manier te benaderen. Ik geef ze geen kritiek maar ik geef ze feedback op de manier van hoe ze het protocol niet gehandeld hebben.
|
B1-K2-W2
Vragen en antwoorden
|
Wat is kwaliteitszorg?
Is het geheel van de maatregelen waarmee een organisatie aanstuurt op verbetering van, aandacht voor, de kwaliteit van de geleverde diensten. Kwaliteitszorg beslaat binnen een organisatie de totale managementfunctie dat het kwaliteitsbeleid bepaalt en uitvoert.
|
|
Waarom is kwaliteitszorg belangrijk?
Het kwaliteitssysteem helpt de organisatie de zorg te leveren zoals afgesproken en om te verbeteren waar nodig, om die manier te zorgen dat het kwaliteitsniveau constant verbetert. Kwaliteit is daarnaast een strategisch middel.
|
|
Hoe werk je met protocollen?
De protocollen die op mijn stage worden gesteld handhaaf ik zo goed als ik het zelf kan. Ik hou me aan de regels die eraan verbonden zijn met de protocollen.
|
|
Hoe spreek je collega’s aan die zich niet aan de protocollen houden?
Collega’s die zich niet aan de protocollen houden probeer ik ze aan te spreken. ik ga ze zelf niet veel kritiek leveren maar ik betrek ze erbij dat ze niet volgens de protocollen houden en hoe ze het misschien de andere keer kunnen doen.
|
|
Welke wettelijke richtlijnen zijn er rondom kwaliteitszorg voor je stage?
Dat de cliënten staan voor ons centraal. Dat betekent dat de cliënt en de zorg die we hebben voor ze dat het zo goed mogelijk aan te sluiten bij hun behoeften. enzovoort
|
|
Hoe maak je een verbetervoorstel?
Een verbetervoorstel maak ik gebaseerd op feiten, ervaringen en bronnen. In het begin van het verbetervoorstel schrijf ik zelf uit wat ik met dit voorstel wil bereiken, wat het verbetervoorstel inhoudelijk is. In de kern maak ik duidelijk waarom het verbeterd kan worden hoe we het kunnen verbeteren en wie ik daar voor nodig zal hebben. Ik attendeer de personen erop wat het doel hier van is
|
|
Wat is de route om je verbetervoorstel binnen je instelling erdoor te krijgen?
De route binnen de instelling is voor mij dat ik het eerst overleg net mijn stagebegeleider van hoe en wat. Daarna koppel ik het aan de locatiemanager van mijn instelling. Zij kijkt ernaar en keurt het verbetervoorstel goed of af.
|
|
Wat zijn arbeidsrisico’s?
In de zorg en welzijn zijn er verschillende arbeidsrisico’s aanwezig. Daarvan zijn de psychologische arbeidsbelasting, fysieke belasting en biologische agentia( virussen en bacteriën) de oorzaak van de meeste uitval. Deze drie factoren versterken elkaar vandaar dat het handig is om ze alle drie tegelijk aan te pakken.
|
P6-K1-W1 Schrijft het ondersteuningsplan
Vragen en antwoorden
|
Leervragen/portfolio
|
|
Wat is een ondersteuningsplan?
Een ondersteuningsplan is een document van de afspraken tussen de cliënt en de zorgaanbieder. Over de doelen van de ondersteuning en de wijze waarop het bereikt gaat worden,
|
|
Hoe zorg jij ervoor dat de belangrijkste informatie wordt geselecteerd uit de verzamelde informatie?
Hoe ik ervoor zorg dat de belangrijkste informatie wordt geselecteerd uit de verzamelde informatie. Door goed te kijken in het dossier van de cliënt van wat nou echt eruit springt, wat belangrijk is voor de cliënt en voor ons als de zorgaanbieder. Wat de doelen zijn van de cliënt en hoe de cliënt denkt deze te bereiken. Wat de ziektebeelden zijn waar wij als zorgaanbieder rekening moeten houden
|
|
Wat is het nut van het opstellen van begeleidingsdoelen?
Het nut van het opstellen van begeleidingsdoelen is dat je kunt gaan bekijken hoe ver de cliënt in het stadium is van het begeleidingsdoel. Verder is het nut er ook van dat het voor ons ook makkelijker te vinden is wat de begeleidingsdoelen zijn en hoe wij de cliënt daar het beste in kunnen ondersteunen.
|
|
Wat is een beginsituatie?
Wie is de cliënt, uit wat voor gezinssituatie komt de cliënt wat voor werkervaringen heeft de cliënt. Wat zijn de ziektebeelden die vastgesteld zijn bij die cliënt. Wat de reden ervan is dat de cliënt bij ons is. Welke wensen de cliënt heeft.
Wat zijn de zeven levensgebieden?
Zingeving, wonen, financiën, sociale relaties, lichamelijke gezondheid, psychische gezondheid en werk & activiteiten
|
|
Welke begeleidingsdoelen en bijpassende methodieken heb jij in overleg met een collega geformuleerd?
Met mijn collega heb ik de LSD methodiek toegepast. Luisteren Samenvatten en Doorvragen. Bij de begeleidngsdoelen van de cliënten. De cliënt in zijn eigen kracht zetten door te kijken hoe dat gaat en hoever de cliënt zelf erin staat.
|
|
Welke begeleidingsdoelen heb jij samen met de cliënt geformuleerd?
Met mijn collega heb ik de LSD methodiek toegepast. Luisteren Samenvatten en Doorvragen. Bij de begeleidngsdoelen van de cliënten. De cliënt in zijn eigen kracht zetten door te kijken hoe dat gaat en hoever de cliënt zelf erin staat.
|
|
Hoe bouw je het ondersteuningsplan op?
Op basis van de doelen beschrijf je concrete activiteiten en maak je een planning. Dit gaat in samenspraak met de cliënt. Je geeft de zorg en ondersteuning zoals afgesproken in het plan. Maar gedurende de zorgverlening/begeleiding blijf je kritisch kijken naar je eigen handelen en naar de reactie van de cliënt.
|
|
Wat is de cyclus van een ondersteuningsplan?
Dat wilt zeggen dat op evaluatie de zorg of ondersteuning kan worden bijgesteld en alle stappen opnieuw doorlopen worden
|
P6-K1-W2 Begeleidt de cliënt bij het versterken van de eigen kracht
Vragen en antwoorden
|
Wat wordt er bedoeld met eigen kracht?
De cliënt in zijn of haar eigen kracht zetten betekent: Dat je goed kijkt naar wat de cliënten zelf nog kunnen, welke mogelijkheden ze zelf kunnen bedenken voor de problemen die bij hun hebben. Zelf nog verschillende taken kunnen uitvoeren
|
|
Hoe kan jij als professional de cliënt motiveren?
Door tegen de cliënt veel aandacht te investeren in waar hun eigen kracht ligt. Wat hun van mij nodig hebben om hun doelen te behalen. Veel samen te werken en te denken in oplossingen in plaats van te denken in problemen
|
|
Welke luistervaardigheden er zijn?
Vragen stellen, parafraseren, reflecteren van gevoel, concretiseren en samenvatten.
|
|
Wat doe jij om een cliënt in zijn/haar eigen kracht te zetten?
Door eerst goed te kijken met welke cliënt ik te maken heb. Doordat te doen weet ik wie mijn cliënt is en waar de ondersteuningspunten zijn van de eigen kracht. Doormiddel van een één op één gesprek te hebben met de cliënt. De punten te benoemen waar de cliënt de eigen kracht op wilt zetten en hoe de cliënt zijn doen wilt behalen. Hoe ik de cliënt kan ondersteunen waar nodig is.
|
|
Welke begeleidingstechnieken zijn passend bij dit werkproces?
Reminiscentie (dementie):
Reminiscentie is het bewust ophalen van herinneringen, waardoor oudere cliënten met een beperking meer tevredenheid ervaren over hun leven. Door bewust herinneringen op te halen ( reminiscentie kun je als begeleider een bijdrage leveren aan de kwaliteit van een oudere cliënt.
|
|
Welke gesprekstechnieken zijn passend bij dit werkproces?
Luisteren, samenvatten en doorvragen. Is een van de belangrijkste gesprekstechnieken die je bij dit examen het beste kan toepassen. Altijd navragen en nooit aannemen, is ook een belangrijk gesprektechniek om achter te komen wat nou echt de eigenkracht is van de cliënt
|
Wat wordt er bedoeld met eigen kracht?
De cliënt in zijn of haar eigen kracht zetten betekent: Dat je goed kijkt naar wat de cliënten zelf nog kunnen, welke mogelijkheden ze zelf kunnen bedenken voor de problemen die bij hun hebben. Zelf nog verschillende taken kunnen uitvoeren
|
|
Hoe kan jij als professional de cliënt motiveren?
Door tegen de cliënt veel aandacht te investeren in waar hun eigen kracht ligt. Wat hun van mij nodig hebben om hun doelen te behalen. Veel samen te werken en te denken in oplossingen in plaats van te denken in problemen
|
|
Welke luistervaardigheden er zijn?
Vragen stellen, parafraseren, reflecteren van gevoel, concretiseren en samenvatten.
|
|
Wat doe jij om een cliënt in zijn/haar eigen kracht te zetten?
Door eerst goed te kijken met welke cliënt ik te maken heb. Doordat te doen weet ik wie mijn cliënt is en waar de ondersteuningspunten zijn van de eigen kracht. Doormiddel van een één op één gesprek te hebben met de cliënt. De punten te benoemen waar de cliënt de eigen kracht op wilt zetten en hoe de cliënt zijn doen wilt behalen. Hoe ik de cliënt kan ondersteunen waar nodig is.
|
|
Welke begeleidingstechnieken zijn passend bij dit werkproces?
Reminiscentie (dementie):
Reminiscentie is het bewust ophalen van herinneringen, waardoor oudere cliënten met een beperking meer tevredenheid ervaren over hun leven. Door bewust herinneringen op te halen ( reminiscentie kun je als begeleider een bijdrage leveren aan de kwaliteit van een oudere cliënt.
|
|
Welke gesprekstechnieken zijn passend bij dit werkproces?
Luisteren, samenvatten en doorvragen. Is een van de belangrijkste gesprekstechnieken die je bij dit examen het beste kan toepassen. Altijd navragen en nooit aannemen, is ook een belangrijk gesprektechniek om achter te komen wat nou echt de eigenkracht is van de cliënt
|
|
P6-K1-W3
vragen en antwoorden
|
Hoe ondersteun je een client om ander gedrag te laten zien en vaardigheden te oefenen?
Hoe je de cliënt ondersteunt en ander gedrag laat zien en vaardigheden te oefenen. Door veel tijd te besteden aan wat hun wensen en behoeften zijn. Door daar op in te spelen kun je gemakkelijker ergens aan beginnen dan aan iets wat zij al wel kunnen. Daarnaast is het ook goed om voorbeeldgedrag te vertonen naar de cliënt toe door jou voorbeeldgedrag kan de cliënt zien hoe het hoort. Als laatste de cliënt aan spreken on het gedrag wat er vertoont word
|
|
Hoe motiveer je cliënten om juist die dingen te doen die ze spannend of eng vinden?
Eerst de cliënt een veilig gevoel te geven. Door te zeggen dat ik er ben en ook niet zomaar weg ben. Door een terugkoppeling te doen dat veel andere mensen ook dingen doen die hun ook spannend of eng vinden om te doen. ze te motiveren dat andere cliënten waar ze een goede band mee hebben ook erbij zijn.
|
|
Hoe ga je om met thema’s als rouw, naderende levenseinde en of verlies?
Ik ga om met dit proces door begrip te tonen voor de situatie van de cliënt/ naastbetrokkende. Als de cliënten beginnen over de naderende levenseinde probeer ik dit zelf door middel van een gesprek met hun te bespreken ik loop niet weg ik ga het gesprek aan
|
|
Hoe begeleid je cliënten in het omgaan met sociale media?
Door te zeggen dat het meeste wat de cliënten op sociale media kunnen lezen/ tegen komen niet waar is of schokkend kan zijn. Verder behoed ik ze voor de verkeerde contacten in hun kring door regelmatig de telefoon van hun te mogen bekijken gezamenlijk met ze erbij.
|
|
Hoe activeer je cliënten om meer deel te nemen aan de maatschappij? Door te kijken waar de interesses liggen van mijn cliënten. Vragen aan de cliënt zelf naast wie ze graag zouden willen zitten tijdens een bepaalde activiteit waardoor ze wellicht vaker mee willen doen aan bepaalde activiteiten
|
|
Welke ondersteuning biedt je cliënten bij het weer oppakken van het functioneren in de maatschappij?
Door eerste paar keren gezamenlijk met de cliënt mee te gaan naar een bepaalde activiteit. En als de cliënt het niet meer nodig vindt dat ik van een afstand kijk hoe het haar verloopt. Daarnaast te zeggen dat het voor de cliënt beter kan zijn als ze weer onder de mensen zouden komen. a
|
|
Hoe onderzoek je samen met je cliënt de wensen en behoeften die de client heeft in het participeren in de maatschappij?
Door een gesprek te voeren met de cliënt waar de interesses liggen van de cliënt, wat ik kan betekenen in het proces voor hun. welke personen dichtbij hun staan. Kijken naar wat ze zelf nog goed kunnen en wat wellicht minder is geworden maar wel weer willen oppakken tijdens het participeren in de maatschappij.
|
|
Hoe herken je signalen van overbelasting bij de naasten en maak je deze bespreekbaar?
Zelf vind ik het moeilijk om bij de naasten te kijken of ze overbelasting hebben. Door te kijken naar de non verbale houdingen van de naasten, door te vragen hoe het met hun gaat of ze nog de energie hebben om het op te brengen en waar ik ze zou bij kunnen helpen
|
P6-K1-W4
vragen en antwoorden
|
Hoe breng je samen met je cliënt de sociale omgeving in beeld?
Door gezamenlijk met de beste betreffende cliënt te gaan kijken: Wie dichtbij de cliënt staan, met welke andere cliënt ze veel omgaan, welke interesses de cliënt heeft. Daarnaast met de cliënt een gesprek te voeren om er achter te komen wat die graag nog wilt bereiken qua de sociale kant
|
|
Hoe ondersteun jij je client om het contact met de naasten te onderhouden?
Ik ondersteun de cliënt door veel te vragen over hoeveel kinderen, kleinkinderen of achter kleinkinderen hebben. Hoe vaak ze elkaar zien, hoelang geleden het is dat ze elkaar gezien hebben. Waarom de band misschien minder is of de band nog verbeterd kan worden.
|
|
Hoe evalueer je samen met de cliënt en zijn naasten de samenwerking en voortgang?
Door in gesprek te gaan met de best betreffende cliënt en de eerste betrokkende, en andere naasten. Te gaan kijken hoe de samenwerking is gegaan met de cliënt zelf en hoe de naasten
|
|
Hoe onderhoudt je contact met de naasten en houd je daarnaast rekening met de privacy van je client?
Zelf heb ik niet echt heel veel contact met de naasten van mijn cliënten. Maar wat zij mij zouden vertellen hou ik voor mezelf en tussen de cliënten. De namen van mijn cliënten mag ik niet vrijgeven aan andere mensen die hun niet kennen.
|
|
Hoe geef je psycho-educatie aan de naasten van je client?
Door de naasten van de cliënten uitnodigen voor een gesprek. zijn er belangrijke factor binnen het proces van de cliënt. Die hun bespreekbaar willen maken. of die ik bespreekbaar kan maken met hun erbij. Er zijn verschillende vormen van. Gezamenlijk met de doelgroep zelf, gezamenlijk met de behandelharen en online
|
P6-K1-W5
Vragen en antwoorden
|
P6-K1-W5 Voert coördinerende taken uit
|
De persoonlijk begeleider specifieke doelgroepen voert coördinerende taken uit. Zij maakt een planning en verdeelt
de werkzaamheden. Zij deelt kennis en ervaring met collega's en deskundigen, en werkt integraal samen met
betrokkenen en andere professionals. Ze neemt deel aan voor de afstemming relevante overlegvormen. Zij zorgt
voor een goede afstemming met deskundigen vanuit andere disciplines, continuïteit van de dienstverlening en
ondersteuning bij de werkzaamheden. Met de uitgewisselde informatie vormt zij een compleet beeld van de zorg-
/dienstverlening. Zij past haar aanpak aan als blijkt dat dit nodig is. Daarnaast bespreekt zij eventuele knelpunten
in de werkzaamheden met betrokkenen en zoekt naar mogelijkheden deze op te lossen.
|
De persoonlijk begeleider specifieke doelgroepen:
- raadpleegt tijdig en regelmatig collega’s en andere deskundigen;
- deelt proactief haar kennis en ervaringen met collega's en andere deskundigen;
- zorgt voor een effectieve verdeling van taken door rekening te houden met capaciteit, middelen, heldere
rolverdeling, evenwichtige verdeling van de werkbelasting en afstemming;
- geeft heldere en relevante informatie/ instructies;
- geeft opbouwende feedback op het functioneren van anderen;
- signaleert tijdig mogelijke problemen zodat werkzaamheden kunnen worden afgerond binnen de beschikbare tijd;
- monitort effectief de voortgang.
De onderliggende competenties zijn: Aansturen, Begeleiden, Samenwerken en overleggen, Plannen en organiseren
|
Hoe kan ik een activiteit opzetten, coördineren en uitvoeren?
Door een plan te maken wat voor activiteit ik zou willen organiseren. Wie ik daarvoor nodig heb, Welke benodigdheden ik nodig heb voor de activiteit. Mensen aansturen wat ze kunnen doen, wie ze moeten ophalen,
|
|
Hoe stem ik af met collega’s over de inhoudelijke en praktische coördinatie?
Door eerst gezamenlijk met elkaar te gaan zitten en te overleggen. Wie wat zou willen doen, waar ze heen gaan om de personen op te halen, wat ieder zijn taken zijn en hoe we inhoudelijk het beste ervan kunnen maken
|
|
Hoe signaleer ik knelpunten in de zorg en maak ik deze bespreekbaar?
Door goed te observeren hoe het gaat met me collega’s of ze zich ook aan de gestelde regels houden die binnen het bedrijf zijn, bijvoorbeeld sieraden af, tijdens de werkzaamheden.
|
|
Hoe werk ik samen met andere disciplines binnen mijn instellingen en met betrokken instanties daarbuiten?
Als er andere disciplines binnen mijn instelling zijn. Kijk ik wat ze zijn, waarom ze zo zijn en hoe ze te werk gaan met deze disciplines. Hoe de communicatie is met betrokkenen instanties van buiten af. Wat hun disciplines zijn en hoe wij gezamenlijk tot een goed uiteinde komen.
|
|
Hoe pas ik mijn aanpak aan als de inhoudelijke zorg hier om vraagt.
Door mezelf er voor open te stellen voor de cliënten die om de zorg vragen. Hun vraag aan te horen en te observeren tijdens de gesprekken. Alleen de relevante informatie te noteren en bespreekbaar te maken met de leidinggevende.
|
|
Hoe los ik problemen die ik tegen kom in de coördinatie van de zorg op.
De problemen die ik tegen kom maak ik zo nu en dan bespreekbaar, of met mijn collega’s van de zorg of met mijn stagebegeleider, of anderen. Zodat ik weet wat ik de volgende keer anders zou kunnen doen of juist wat ik totaal niet moet doen.
|
voortgang cijfers tot nu toe
|
Nederlands lj 1
|
|
5,7
|
|
|
|
|
Periodetoets 1
|
04-03-2020
|
5,7
|
|
|
|
|
Periodetoets 2
|
04-03-2020
|
5,6
|
|
|
|
|
Periodetoets 3
|
|
|
|
|
|
|
Periodetoets 4
|
|
|
|
|
|
|
Engels leerjaar 1
|
|
6,5
|
|
|
|
|
Periodetoets 1
|
04-03-2020
|
6,5
|
|
|
|
|
Periodetoets 2
|
27-04-2020
|
6,5
|
|
|
|
|
Periodetoets 3
|
|
|
|
|
|
|
Periodetoets 4
|
|
|
|
|
|
|
Rekenen lj 1
|
|
6,9
|
|
|
|
|
Periodetoets 1
|
04-03-2020
|
7,4
|
|
|
|
|
Periodetoets 2
|
04-03-2020
|
6,0
|
|
|
|
|
Periodetoets 3
|
18-04-2020
|
6,2
|
|
|
|
|
Periodetoets 4
|
20-06-2020
|
7,8
|
|
|
|
|
Vitaal Burgerschap jaar 1
|
|
|
|
|
|
|
Praktijk 1
|
20-03-2020
|
V
|
|
|
|
|
Praktijk 2
|
20-03-2020
|
V
|
|
|
|
|
Praktijk 3
|
|
|
|
|
|
|
Theorie
|
|
|
|
|
|
|
SD/GZ Cohort 2019
|
|
|
|
|
|
|
Periode 1
|
|
|
|
|
|
|
PIT 1
|
07-02-2020
|
G
|
|
|
|
|
Ontwikkelingspsychologie
|
15-01-2020
|
V
|
|
|
|
|
Anatomie/Fysiologie
|
15-05-2020
|
V
|
|
|
|
|
Activiteitenvakken
|
14-01-2020
|
V
|
|
|
|
|
Huishoudelijke vaardigheden
|
|
|
|
|
|
|
Communicatie
|
14-01-2020
|
G
|
|
|
|
|
Observeren
|
14-01-2020
|
V
|
|
|
|
|
Werkveld oriëntatie
|
|
|
|
|
|
|
Gezondheid
|
|
|
|
|
|
|
Talent in beeld
|
|
|
|
|
|
|
Periode 2
|
|
|
|
|
|
|
PIT 2
|
|
|
|
|
|
|
Groepsdynamica
|
14-01-2020
|
V
|
|
|
|
|
Voorbereiding BPV
|
|
|
|
|
|
|
Ziektebeelden en Pathologie
|
08-04-2020
|
V
|
|
|
|
|
Huishoudelijke vaardigheden
|
|
|
|
|
|
|
Begeleiden
|
14-01-2020
|
V
|
|
|
|
|
Gedragsproblemen en stoornissen
|
11-02-2020
|
V
|
|
|
|
|
Client en veiligheid
|
|
|
|
|
|
|
Werkveld oriëntatie/solliciteren
|
|
|
|
|
|
|
Gesprektechnieken
|
|
|
|
|
|
|
Periode 3
|
|
|
|
|
|
|
PIT 3
|
|
|
|
|
|
|
BPV oefenopdrachten
|
28-05-2020
|
O
|
|
|
|
|
Basis agressie
|
|
|
|
|
|
|
ADL/Medicatie en EHBO
|
|
|
|
|
|
|
Kwaliteitszorg
|
|
|
|
|
|
|
Periode 4
|
|
|
|
|
|
|
PIT 4
|
|
|
|
|
|
|
BPV oefenopdrachten
|
|
|
|
|
|
|
Methodisch begeleiden
|
|
|
|
|
|
|
Intervisie
|
11-02-2020
|
V
|
P6-K1-W6
Vragen en Antwoorden.
portofolio opdrachten
2020/2021
2019
Stageuren
| Mon 16 Mar 2020 |
|
| |
09:00 - 16:00 |
7u 0m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 0m |
|
|
|
|
| Tue 10 Mar 2020 |
|
| |
09:40 - 17:00 |
7u 20m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 20m |
|
|
|
|
| Mon 9 Mar 2020 |
|
| |
08:42 - 15:42 |
7u 0m |
Barkema en De haan |
direct contact jongeren |
|
|
| Totaal: |
|
7u 0m |
|
|
|
|
| Tue 3 Mar 2020 |
|
| |
10:00 - 16:30 |
6u 30m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
6u 30m |
|
|
|
|
| Mon 2 Mar 2020 |
|
| |
08:42 - 15:42 |
7u 0m |
Barkema en De haan |
direct contact jongeren |
|
|
| Totaal: |
|
7u 0m |
|
|
|
|
| Mon 24 Feb 2020 |
|
| |
08:40 - 14:40 |
6u 0m |
Barkema en De haan |
direct contact jongeren |
|
|
| Totaal: |
|
6u 0m |
|
|
|
|
| Fri 14 Feb 2020 |
|
| |
13:00 - 15:00 |
2u 0m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
2u 0m |
|
|
|
|
| Mon 10 Feb 2020 |
|
| |
10:00 - 16:00 |
6u 0m |
Barkema en De haan |
Stagiar |
|
|
| Totaal: |
|
6u 0m |
|
|
|
|
| Tue 4 Feb 2020 |
|
| |
09:55 - 16:55 |
7u 0m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 0m |
|
|
|
|
| Mon 3 Feb 2020 |
|
| |
09:55 - 16:55 |
7u 0m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 0m |
|
|
|
|
| Thu 30 Jan 2020 |
|
| |
14:00 - 16:45 |
2u 45m |
Barkema en De haan |
direct contact jongeren |
|
|
| Totaal: |
|
2u 45m |
|
|
|
|
| Tue 28 Jan 2020 |
|
| |
10:00 - 16:30 |
6u 30m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
6u 30m |
|
|
|
|
| Mon 27 Jan 2020 |
|
| |
10:00 - 17:30 |
7u 30m |
Barkema en De haan |
direct contact jongeren |
|
|
| Totaal: |
|
7u 30m |
|
|
|
|
| Tue 21 Jan 2020 |
|
| |
10:00 - 16:30 |
6u 30m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
6u 30m |
|
|
|
|
| Mon 20 Jan 2020 |
|
| |
10:00 - 17:30 |
7u 30m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 30m |
|
|
|
|
| Tue 14 Jan 2020 |
|
| |
10:00 - 16:30 |
6u 30m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
6u 30m |
|
|
|
|
| Mon 13 Jan 2020 |
|
| |
10:00 - 17:30 |
7u 30m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 30m |
|
|
|
|
| Tue 7 Jan 2020 |
|
| |
09:00 - 19:30 |
10u 30m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
10u 30m |
|
|
|
|
| Mon 6 Jan 2020 |
|
| |
09:45 - 16:00 |
6u 15m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
6u 15m |
|
|
|
|
| Tue 17 Dec 2019 |
|
| |
10:00 - 17:00 |
7u 0m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 0m |
|
|
|
|
| Mon 16 Dec 2019 |
|
| |
10:00 - 23:00 |
13u 0m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
13u 0m |
|
|
|
|
| Fri 13 Dec 2019 |
|
| |
08:30 - 13:00 |
4u 30m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
4u 30m |
|
|
|
|
| Tue 10 Dec 2019 |
|
| |
09:45 - 17:00 |
7u 15m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 15m |
|
|
|
|
| Mon 9 Dec 2019 |
|
| |
09:45 - 17:00 |
7u 15m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 15m |
|
|
|
|
| Tue 3 Dec 2019 |
|
| |
09:45 - 17:00 |
7u 15m |
Barkema en De haan |
direct contact jongeren |
|
|
| Totaal: |
|
7u 15m |
|
|
|
|
| Mon 2 Dec 2019 |
|
| |
09:45 - 17:00 |
7u 15m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 15m |
|
|
|
|
| Tue 26 Nov 2019 |
|
| |
09:45 - 17:45 |
8u 0m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
8u 0m |
|
|
|
|
| Mon 25 Nov 2019 |
|
| |
10:01 - 17:01 |
7u 0m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 0m |
|
|
|
|
| Fri 22 Nov 2019 |
|
| |
10:00 - 19:00 |
9u 0m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
tour met duitsers |
|
| Totaal: |
|
9u 0m |
|
|
|
|
| Mon 18 Nov 2019 |
|
| |
10:00 - 17:00 |
7u 0m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 0m |
|
|
|
|
| Mon 11 Nov 2019 |
|
| |
10:00 - 17:00 |
7u 0m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 0m |
|
|
|
|
| Fri 8 Nov 2019 |
|
| |
19:00 - 22:30 |
3u 30m |
Barkema en De haan |
direct contact jongeren |
|
|
| Totaal: |
|
3u 30m |
|
|
|
|
| Mon 4 Nov 2019 |
|
| |
09:45 - 16:45 |
7u 0m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 0m |
|
|
|
|
| Tue 29 Oct 2019 |
|
| |
10:00 - 17:00 |
7u 0m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 0m |
|
|
|
|
| Mon 28 Oct 2019 |
|
| |
09:30 - 16:30 |
7u 0m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 0m |
|
|
|
|
| Tue 22 Oct 2019 |
|
| |
10:00 - 16:30 |
6u 30m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
6u 30m |
|
|
|
|
| Mon 21 Oct 2019 |
|
| |
10:00 - 16:15 |
6u 15m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
6u 15m |
|
|
|
|
| Tue 15 Oct 2019 |
|
| |
09:50 - 16:30 |
6u 40m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
6u 40m |
|
|
|
|
| Mon 14 Oct 2019 |
|
| |
09:50 - 17:00 |
7u 10m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 10m |
|
|
|
|
| Mon 7 Oct 2019 |
|
| |
09:50 - 16:50 |
7u 0m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 0m |
|
|
|
|
| Sun 6 Oct 2019 |
|
| |
09:50 - 17:00 |
7u 10m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 10m |
|
|
|
|
| Tue 1 Oct 2019 |
|
| |
09:45 - 16:25 |
6u 40m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
6u 40m |
|
|
|
|
| Mon 30 Sep 2019 |
|
| |
09:45 - 17:00 |
7u 15m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 15m |
|
|
|
|
| Tue 24 Sep 2019 |
|
| |
10:00 - 17:00 |
7u 0m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 0m |
|
|
|
|
| Mon 23 Sep 2019 |
|
| |
09:55 - 16:15 |
6u 20m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
6u 20m |
|
|
|
|
| Tue 17 Sep 2019 |
|
| |
10:00 - 17:00 |
7u 0m |
Barkema en De haan |
Administratie/verslaglegging |
|
|
| Totaal: |
|
7u 0m |
|
|
|
|
| Mon 16 Sep 2019 |
|
| |
10:00 - 17:00 |
7u 0m |
Barkema en De haan |
Stagiar |
|
|
| Totaal: |
|
7u 0m |
|
|
|
|
| Tue 10 Sep 2019 |
|
| |
10:30 - 19:30 |
9u 0m |
Barkema en De haan |
Stagiar |
maken.wikiwijs.nl/?id=43&arrangement=151565&ownership=116223#div_5983572
Cijfers periode 5 t/m 8
