Video Karel en de Elegast
Om een beeld te krijgen van Karel en de Elegast, heb ik als eerste een video toegevoegd.
Daarna volgt het middeleeuwse kinderverhaal en daarna het kinderverhaal zoals ik vertaald hebt van het middeleeuwse kinderverhaal.
Heel veel kijk- en leesplezier gewenst.
Karel en de Elegast: het middeleeuwse verhaal
Het originele verhaal:
ELEGAST DE TOVENAAR
Doe si dat gat van der mure
Hadden bracht al dure
Ende si daer binnen souden gaen,
Sprac Elegast: ‘Gi sult ontfaen
Hier buten, dat ie u sal bringen.’
Hi en woudes niet gehingen,
Dat die coninc daer binnen quame;
So sere ontsach hi hem der onvrame
En dochte niet een onbehende dief.
Nochtan woude hi, leet ende lief,
Met hem deilen sijn gewin.
Die coninc bleef buten, Elegast ginc in.
Elegasts behendichede,
Die hi proefde ter meniger stede,
Die en was mellijc no gemate.
Hi trac een cruut uut enen vate
Ende dedet in sinen monde,
Dat hi al verstonde
Wat hanen craeien ende honde bilen.
Doe verstont hi ter wilen
Aen enen hane ende aen enen honde,
Die seiden, dattie coninc stonde
Buten den hove, in haer latijn.
Elegast sprac: ‘Wat mach dit sijn?
Soude die coninc sijn hier voren?
Ic duchte dat mi naket toren.
Ic ben verraden na mijn gedochte,
Ofte mi verleit alfs gedrachte.’
Hi ginc daer hi den coninc liet,
Ter stede daer hi van hem sciet;
Ende seide wat hi hadde verstaen
Hem en bedroge sijn waen
Beide aen hanen ende aen honden,
Diet in haer latijn verconden,
Dat die coninc ware daer;
Maer hi en wiste niet wie naer.
Doe seide Karel die edel man:
‘Wie hevet u geseget dan?
Wat soude die coninc hier doen?
Soudi geloven aen een hoen
Ofte aen een hont die bast,
So en es u gelove niet vast.
Mi dunct, dat gi mi sagen telt.
Waertoe eist goet, dat gi mi quelt?
U gelove en es niet vast.’
‘Nu hoort,’ sprac Elegast.
Hi stac den coninc in sinen mont
Een cruyt, daer hi voor hem stont;
Ende seide: ‘Nu suldi verstaen
So ic te voren hebbe gedaen.’
.
Karel en de Elegast: het kinderverhaal
Het kinderverhaal
ELEGAST DE TOVENAAR
Zie je dat gat gemaakt daar in de muur?
Dat hebben ze daar ooit gemaakt,
zodat ze naar binnen konden gaan en tovenaar Elegast ging naar binnen en zei: ‘’Jij pakt alles wat ik je aangeef vanuit dit gat,’’
Hij wilde de Koning niet door het gat laten gaan.
De tovenaar was bang dat ze dan zouden worden betrapt.
De tovenaar wilde geen dief die zo onhandig deed, maar wilde wel graag dat alles goed ging tussen beiden want ze deelden lief en leed, de tovenaar zou alles met hem delen en alles wat hij zou winnen.
De Koning bleef dus buiten en tovenaar Elegast ging naar binnen.
De tovenaar kende tovenarij; overal waar hij kwam daar toverde hij.
Hij was daardoor anders dan vele anderen.
Hij haalde een soort kruid uit zijn zak en stopte dit in zijn mond,
Zodat hij opeens alles heel erg goed kon verstaan.
Van het gekraai van hanen tot hondengeblaf,
Alle dieren luisterde hij zo af.
Eerst zei een haan en toen een hond,
Die aan de buitenkant van de muur bij de Koning stond.
Toen zeiden ze in dierentaal, Elegast zei ik versta jullie allemaal.
Is de Koning hier: vroeg de tovenaar zich af, ik ben benieuwd.
Er hangt iets vreselijks in de lucht.
Er is een verrader bezig geweest of werd de tovenaar nou misleid door een boze geest?
De tovenaar besloot terug te lopen naar de muur met het gat.
Want daar was de Koning nog steeds.
Hij vertelde de Koning wat hij had gehoord.
Tenminste, had hij het zich niet ingebeeld?
Zowel de hond en de haan hadden hem laten weten dat de Koning hier was, ook al wist hij niet precies waar.
Toen zei de tovenaar, wie zei dat en wat weet jij daarvan?
Wat zou de Koning hier dan moeten doen?
Als je echt gelooft dat een hond en een hoen kunnen praten dan ga je op je bijgeloof af. Jij vertelt sprookjes die nergens op slaan, waarom doe jij dit een ander aan? Geloof je dat zelf nou echt?
Elegast de tovenaar zei: ‘’Luister zelf maar eens’’.
Hij deed bij de Koning die voor hem stond ook een stukje kruid in de mond.
De tovenaar zei toen: Nu kun je horen wat ik ook net gehoord heb.