Jeugdbridge Ruiten

Jeugdbridge Ruiten

'Jeugdbridge Ruiten' is het derde arrangement in de lessenserie 'Jeugdbridge'.

In 'Jeugdbridge Ruiten' wordt de gang van zaken rond het bieden uitgelegd.

De delen van Jeugdbridge zijn:

  • 'Intro' over Bridge
  • 'Klaveren' over Minibridge en Startersbridge
  • 'Ruiten’ over de eerste beginselen van het bieden
  • 'Harten' met meer over het spelen en bieden
  • 'Schoppen' over bijzondere biedafspraken

Na het doorwerken van de complete serie Jeugdbridge kun je op 'hoog' niveau meespelen als internet- of clubbridger.

De digitale lessenserie Jeugdbridge is gemaakt voor tablet of smartphone, maar is ook goed te gebruiken als presentatie. Van elk deel van Jeugdbridge bestaat ook een powerpointpresentatie; deze is volledig gelijk aan het Wikiwijs-arrangement.

De digitale arrangementen 'Jeugdbridge Klaveren, Ruiten, Harten en Schoppen' volgen in grote lijnen de leerinhoud van de gelijknamige boekjes 'Jeugdbridge'. ​Deze boekjes, met handleiding, spellen en toetsen, zijn aan te vragen bij de NBB.

Startersbridge

Herhalen

Om het geheugen op te frissen gaan we een paar Startersbridge-oefeningen doen.

Weet je de regels van Startersbridge niet meer allemaal? Klik dan op de link hieronder.

Open bestand De regels van Startersbridge

Oefenen

We gaan aan de slag met 4 oefenspellen.

  • Wat je nodig hebt*:
    • 4 spelers met elk een 'eigen' spel kaarten
    • 4 printjes met de kaartverdeling per windrichting
      of klik op de link onderaan
  • Werkwijze*:
    • de Noordspeler zoekt uit haar/zijn kaartspel de juiste kaarten voor spel 1 van Noord
    • de Oostspeler doet hetzelfde voor de Oosthand enzovoort
* Als de handen vooraf zijn gestoken, vervallen deze stappen.

 

  • ​Heeft elke speler de kaarten uitgezocht en gesorteerd?
    • Werk dan de volgende vragen door:
      1 welk paar heeft de meeste plaatjespunten?
      2 hoe verloopt de 'bieding' van dit paar?
      3 wat wordt de speelsoort?
      4 wordt er wel/geen manche gespeeld?
      5 wie is de leider?
  • Speel spel 1.
    • de speler links van de leider komt uit; onthoud de uitkomst!
    • de dummy gaat open; de leider bedankt
    • de leider hanteert de STOP-methode
    • na de laatste slag wordt het aantal behaalde slagen geteld
  • Bespreek na afloop deze vragen:
    • 6 is het contract gehaald?
      7 wat is de score voor N-Z en voor O-W?
      8 was de uitkomst juist?
  • Vergelijk gezamenlijk de gang van zaken bij spel 1 met de 'opmerkingen bij de spellen'

Herhaal al deze stappen voor spel 2, 3 en 4.

Veel succes en plezier!

Open bestand Noordhand

Open bestand Oosthand

Open bestand Westhand

Open bestand Zuidhand

Open bestand Opmerkingen bij de spellen

Stap 1

In Stap 1 gaan we verder in op het 'uitspelen' en 'tegenspelen'.

Slagen ontwikkelen

Zuid is de leider; West of Oost heeft A.

Als de leider gaat spelen, maakt de tegenpartij A.
Daarna zijn er drie slagen voor Noord-Zuid.
De leider heeft op deze manier drie slagen ‘ontwikkeld’.

 

Zuid is leider en aan slag.
Als Zuid slim speelt, haalt zij/hij meer slagen dan alleen A en H.

Zuid is leider en aan slag.
Als Zuid slim speelt, haalt zij/hij meer slagen dan alleen A en H.

Snijden 1

Zuid is de leider; de dummy heeft ​H; West of Oost heeft A.

Hoe groot is de kans dat H gemaakt wordt als:

Hoe groot is de kans dat H gemaakt wordt als:

Zuid is de leider.

Bekijk nog eens de kaarten van dummy Noord. Hier ligt een zogenaamde ‘vork’ op tafel.

Bij een ‘vork’ ontbreekt de tussenliggende kaart. Voorbeelden hiervan: AV; HB; V10.

Tips

Tip 1: Om te snijden op de HEER moet je altijd tegenover het AAS beginnen
Tip 2: Speel altijd naar de ‘vork’ toe
Tip 3: Soms moet je eerst via een andere kleur oversteken naar de juiste hand
          om te kunnen snijden

Snijden 2

Noord is aan slag.
Eén slag in Noord met A maak je altijd.
Hoe moet je spelen om kans te hebben om ook nog 3 slagen in Zuid te maken?

Bespreek dit met je tafelgenoten; controleer daarna jullie antwoord via de link hieronder.

Open bestand Controleer jullie antwoord

Noord speelt 3SA en maakt na de uitkomst eerst een speelplan.
Zijn er slagen te ontwikkelen en kan er gesneden worden?

Bespreek dit met je tafelgenoten; controleer daarna jullie antwoord via de link hieronder.

Open bestand Controleer jullie antwoord

Vragen

 

Zuid speelt 3SA. West komt uit met B.

Bespreek de vragen hieronder gezamenlijk; controleer daarna jullie antwoorden.

Tweede hand 1

Bekijk het YouTube-filmpje en beantwoord de vraag.

Tweede hand 2

Bekijk het YouTube-filmpje en maak de bridgeregel compleet.

Oefeningen

Derde hand 1

Zuid is de leider en jullie spelen tegen.
Je partner komt uit.

Doe dan twee dingen:
    1. Onthoud de uitkomst
    2. Bedenk wat je partner hiermee bedoelt

Bekijk de volgende situatie:

Zuid is leider, jij bent Oost.
West komt uit met 3 en de dummy gaat open.

Overleg met je tafelgenoten.

Regel: derde hand hoog! of .....  derde man doet wat hij kan!

Derde hand 2

Zuid is leider, jij bent Oost.
West komt uit met 8 en de dummy gaat open.

Overleg met je tafelgenoten.

Aansignaleren

Je partner speelt de 4 voor.
In de dummy wordt de A gelegd.
Welke kaart moet jij spelen?

Afspraak: Een lage kaart is een aanmoedigend signaal.

 

Je vertelt partner dat je graag wilt dat zij/hij de kleur doorspeelt als zij/hij aan slag blijft of komt

Afsignaleren

Je partner speelt de V voor.
In de dummy wordt de 3 gelegd.
Welke kaart moet jij spelen?

Afspraak: Een onnodig hoge kaart is een afwijzend signaal.

 

Tip: Signaleer steeds zo duidelijk mogelijk. Speel altijd je laagste of je hoogste kaart.

Toepassen

Klik op de link als je de afspraken nog een keer wilt bekijken.

Open bestand Een paar afspraken

Zuid is leider; jij bent Oost; is troef.
Je partner West komt uit.

Open bestand Toelichting

Test je kennis 1

Wil je vaststellen of je al genoeg weet om door te gaan naar Stap 2?
Maak dan de test.

Heb je de test af, bekijk dan je score.
Als je op 'bewijs van deelname' klikt, krijg je feedback op je antwoorden.

Succes!

Test: Test je kennis van 'Jeugdbridge Ruiten' Stap 1

Start

Stap 2

Elk spelletje bridge begint met bieden.
Daarbij geven de spelers om de beurt informatie over de kaarten in hun hand.

In Stap 2 maak je kennis met de eerste beginselen van het bieden.

Bieden

Bij het ‘echte’ Bridge wordt die informatie niet mondeling, maar via een soort codekaartjes uitgewisseld → het bieden.

Bieden =  in ‘code’ je partner informatie geven over je kaarten.


Het bieden beslist:

  • wat de speelsoort wordt
  • hoeveel slagen er gemaakt moeten worden
  • wie de leider wordt

Het bieden is een soort veiling. De speler die het hoogste bod uitbrengt, wint de bieding.


 

Openaar

Na het delen en sorteren telt iedere speler het aantal plaatjespunten.

De gever (in dit voorbeeld Noord) begint met bieden:

  • minder dan 13 plaatjespunten → PAS
  • daarna biedt de volgende, enzovoort

De eerste speler die niet past = de OPENAAR

Een bod

Als je een contract speelt, moet je de meerderheid van de slagen halen.
Dat is dus altijd 6 slagen + het aantal 'geboden' slagen.

Het bod 3 betekent dus: 9 slagen (6 + 3) met als troef.

Een bod is een getal gevolgd door een speelsoort, bijvoorbeeld 1, 1, 1, 1, 1SA, 2, 2, enz.

 

Biedvolgorde

Er is een rangorde in speelsoorten: de laagste is , dan , dan , vervolgens en tenslotte SA.

Het laagste bod is 1; het hoogste bod is 7SA.
Elk nieuw bod moet, net als bij een veiling, hoger zijn dan het vorige bod.

Biedbox

Het bieden gaat door het neerleggen van biedkaartjes.

Die biedkaartjes zitten, netjes op volgorde, in een biedbox.
Let erop dat hier het laagste biedkaartje rechtsboven te vinden is en het hoogste biedkaartje linksonder.

Biedvolgorde                                                             Biedbox  

                     

Biedafspraak

Vanaf 13 punten mag je openen; je biedt dan altijd je langste kleur.

Heb je twee even lange kleuren?
Bied dan:

  • bij 2 of 3 vierkaarten → eerst de laagste kleur:
    dus in de volgorde 1♣️, 1♦️, 1♥️ ,1♠️
  • bij 2 vijfkaarten → eerst de hoogste kleur

Biedkaartjes

We gaan aan de slag met biedkaartjes.

Open de biedbox, plaats de biedkaartjes op de juiste manier en zorg dat de bodem goed gesloten is.

                     

De openaar legt dit biedkaartje neer:

Biedoefeningen

Bekijk onderstaande handen.
Tel steeds het aantal plaatjespunten en besluit of je opent of dat je past.
Als je opent, klik dan op het juiste biedkaartje.

Biedverloop

De spelers pakken om de beurt een biedkaartje uit hun biedbox en
leggen dit kaartje voor zich op tafel, gericht naar hun partner.
Noord is gever en legt als eerste een biedkaartje neer.

Contract

Dit biedverloop kan ook in schema worden opgeschreven:

De contractscore kan ook afgelezen worden van het biedkaartje. Kijk maar op de achterkant.

           

Als je down gaat is de contractscore te zien op de achterkant van het paskaartje.

         

Kwetsbaarheid

Bij clubwedstrijden worden bridgeboards gebruikt met daarin de kaarten voor N, O, Z en W.
Op zo’n board staat ook aangegeven wie de gever is.
De gever mag als eerste een biedkaartje neerleggen.

Met de kleuren groen en rood staat de kwetsbaarheid aangegeven:
groen = niet kwetsbaar en rood = wel kwetsbaar.

Dus: bij spel 9 is N-Z niet kwetsbaar, maar O-W wél.
De kwetsbaarheid wisselt steeds per spel.

Kwetsbaarheid maakt de scoreberekening nog spannender.
Als je kwetsbaar bent, is je manchepremie hoger en zijn je downslagen tweemaal zo ‘duur'.

De manchepremie: niet kwetsbaar: 300 / kwetsbaar: 500
De score per downslag: niet kwetsbaar: -50 / kwetsbaar: -100

         

Slempremie

Als je ‘klein slem’ of ‘groot slem’ biedt, geef je van tevoren aan dat je voor 12 of 13 slagen gaat.
Als het lukt, verdien je:

  • bij klein slem (= 12 slagen) een premie van:
    • niet kwetsbaar: 800 punten
    • kwetsbaar: 1250 punten
  • bij groot slem (= 13 slagen) een premie van:
    • niet kwetsbaar: 1300 punten
    • kwetsbaar: 2000 punten
De vuistregel is: voor klein slem → samen minstens 33 plaatjespunten
                           voor groot slem → samen minstens 37 plaatjespunten

 

Doublet

In de biedbox zit ook het 'doublet'-kaartje.
Je kunt dit kaartje neerleggen, als je verwacht dat de tegenpartij het contract niet haalt.
Gaan ze inderdaad gedoubleerd down, dan is hun score nog meer negatief.

               

Toch is het verstandig om voorzichtig te zijn met doubleren.
Als de tegenpartij het contract wél haalt, kan hun dat veel extra scorepunten opleveren.

               

Redoublet

Een doublet kan door de tegenpartij geredoubleerd worden. Een geredoubleerd contract levert nog veel meer op wanneer het gehaald wordt, maar down kost ook heel veel extra punten.




Voor elk contract dat gedoubleerd/geredoubleerd gehaald wordt, gelden nog weer andere scores. Kijk hiervoor op de achterkant van de biedkaartjes.

Scoretabel

Stap 3

In Stap 3 gaan we in op het verdere biedverloop.

Bijbod met fit

Nadat de openaar een openingsbod gedaan heeft, volgt (meestal) het bijbod van de partner.
Daarna kan de openaar weer bieden: de herbieding.

Afspraak: • doe geen bijbod met < 6 punten
                • doe je wel een bijbod, dan weet je partner dat je minstens 6 punten hebt

 

Heeft je partner geopend en heb je 4 of meer kaarten in haar/zijn kleur, dan:

  • hebben jullie samen een fit (minstens 8 kaarten) in deze kleur
  • is deze kleur geschikt als troef

Voorbeeld

Je partner opent:

Stel: jij hebt een 4-kaart schoppen én 12 punten.

Bespreek de vragen hieronder gezamenlijk; controleer daarna jullie antwoorden.

Limietbod

Je partner opent:

 

Stel: jij legt                

Daarmee vertel je aan je partner:

  • ​er is een ♠️-fit
  • én ik heb 10 of 11 punten
NB 3♠️ heet een limietbod en belooft een 4-kaart ♠️ én 10 of 11 punten

Bijbod 2

Je partner opent 1 schoppen en jij legt het 2 schoppenkaartje neer.

Daarmee vertel je aan je partner:  • er is een schoppen-fit
                                                       • én ik heb 6 tot 9 punten

Stel: de bieding gaat als volgt: partner 1 schoppen; jij 2 schoppen; partner 3 schoppen.
Je partner heeft ± 17 punten en wil meer van jouw kaart weten.

Bieden

Gebruik de biedbox en pak steeds het juiste biedkaartje.

Bieding 1
Jouw hand:

Partner opent 1 harten. Wat doe jij?

Bieding 2
Jouw hand:

Partner opent 1 schoppen. Wat doe jij?

Bieding 3
Jouw hand:

Partner opent 1 harten; jij 2 harten; partner 3 harten. Wat doe jij?

Klik op de link hieronder voor de antwoorden.

Open bestand Uitleg bieding bijbod

Stap 4

In Stap 4 bespreken we het biedverloop als er geen fit is.

Bijbod nieuwe kleur

Partner opent één in een kleur.
Jij hebt 6 of meer punten, maar minder dan vier kaarten in haar/zijn kleur.

Wat bied je? Antwoord: Je eigen langste kleur → zo laag mogelijk, maar wel altijd hoger op de biedladder.

Regel: Als je bijbiedt in een andere kleur dan die van je partner → bied dan altijd zo laag mogelijk.


Partner opent één in een lage kleur.
Jij hebt 6 of meer punten; wel een 4-kaart in die lage kleur, maar ook een 4- of 5-kaart 'hoog'.

Wat bied je? Antwoord: Je biedt eerst die hoge kleur.

Regel: Na een bijbod in een andere kleur → moet de openaar een herbieding doen.

Herbieding

Heeft de openaar een 4-kaart in de kleur van partners bijbod?
Zo ja, dan doet zij/hij een herbieding in die kleur:

  • met 13 – 15 pnt: zo laag mogelijk
  • met 16 – 18 pnt: een sprongbod
  • met 19 of meer: de manche

Zo nee, dan biedt zij/hij:

  • een tweede kleur (minstens 4-kaart)
  • de eerste kleur (minstens 6-kaart)
  • SA.

Let op: Bij meer dan 16 punten doet de openaar een sprongbod.

NB: De bijbieder neemt de eindbeslissing.
      Leider wordt degene die als eerste de kleur van het contract geboden heeft.

Het juiste biedkaartje 1

Je opent met 1♦️ en je partner zegt 1♥️.

Wat is je herbieding met:

Eindbeslissing

Partner opent 1♠️ en jij hebt:  

Je biedt met 10+ punten 2♣️; herbieding partner 2♦️.

Regel: Een herbieding in een lagere kleur dan de openingskleur betekent dat de openingskleur minstens een vijfkaart is.

Partner opent 1♦️ en jij hebt:

Je biedt met 6+ punten 1♥️; herbieding partner 2 SA.

Partner springt en geeft daarmee meer dan 16 punten aan.

Regel: Een herbieding in SA betekent in iedere kleur minstens een 2-kaart.

Het juiste biedkaartje 2

Partner opent 1♥️, jouw bijbod 1♠️, herbieding partner 2♣️.
Wat bied je nu met:

Partner opent 1♦️, jouw bijbod 1♥️, herbieding partner 1SA.
Wat bied je nu met:

Bijbod van 1SA

Partner heeft:

Zij/hij biedt 1♠️

Jij hebt:          

Jij biedt 2♦️; partner herbiedt 3♣️; jouw eindbeslissing is 3♠️

Geen slecht contract, immers samen 8 troeven, maar slechts 19 punten.
Jullie gaan waarschijnlijk net ééntje down!

Daarom gelden de volgende afspraken:

• Heb je ≥ 6 punten en heeft je partner geopend, dan is een bijbod verplicht.
• Heb je < 10 punten, dan mag je geen nieuwe kleur bieden op 2-hoogte.


Doe je een bijbod van 1SA, dan vertel je aan je partner:

  • ik heb 6 – 9 p.
  • ik heb geen vierkaart in jouw kleur
  • ik heb geen kleur die ik op 1-hoogte kan bieden

Het juiste biedkaartje 3

Partner opent met 1♥️
Wat is je bijbod met:

Je opent met 1♥️ en partner zegt 1SA.
Wat is je herbieding met:

Volgbod

Bij het volgbod gaan beide partijen zich met de bieding bemoeien.

Waarom doet iemand een volgbod?

  • om zelf een contract te spelen
  • om een goede uitkomst aan te geven aan partner
  • om het bieden van de tegenpartij te ‘storen’:
    • zodat ze niet meer de beste fit vinden
    • zodat ze in een te hoog contract komen

Wanneer een volgbod?

De tegenpartij doet een volgbod:

  • bij een lange sterke kleur → minstens vijfkaart met honneurs
    • ​mag ook met minder dan 13 punten
    • let wel op de kwetsbaarheid!
  • met een sans-hand (15 – 17 punten en van ‘alles wat’)
    én dekking in de openingskleur → volgbod van 1SA
  • met een opening zonder eigen kleur → informatiedoublet
    • vraagt aan partner: noem je langste kleur
  • met een extreem lange kleur met weinig punten → sprongvolgbod

 

Bieden na een volgbod

Eerste vragen na een volgbod:

  • hoeveel punten hebben jij en je partner tenminste samen?
  • hoeveel punten heeft de tegenpartij dus maximaal?
  • kun je doubleren en ze down spelen?
  • zo niet → wat bied je dan?

Kun je het bijbod doen dat je van plan was?

  • ja? → doen!!
  • nee? → dan zijn hier wat opties:             
    • met 6-9 punten en opvang in de kleur van de tegenpartij → 1SA
    • met minder dan 10 punten en geen opvang → PAS
    • met 5-kaart en 8-11 punten → bied die kleur op 2-hoogte
    • heel soms: bijbod in kleur volgbod → partner, ik wil naar de manche

Het juiste biedkaartje 4

Partner opent met 1♣ en er komt een volgbod van 1♥️. 
Wat bied je met:

Je opent met 1♣, er komt een volgbod van 1♠️ en partner zegt 2♥️.
Wat bied je met:

Test je kennis 2

Wil je vaststellen of je al genoeg weet om door te gaan naar 'Jeugdbridge Harten'?
Maak dan de test.

Heb je de test af, bekijk dan je score.
Als je op 'bewijs van deelname' klikt, krijg je feedback op je antwoorden.

Succes!

Test: Test je kennis van 'Jeugdbridge Ruiten' Stap 2, 3 en 4

Start

Jeugdbridge Harten

Het vervolg op 'Jeugdbridge Ruiten’ is 'Jeugdbridge Harten’.
Daarin wordt dieper ingegaan op volgbiedingen en op de antwoorden op het 1SA-openingsbod.
Heb je dit eenmaal onder de knie, dan ben je al een echte bridger!

Voor docenten

Inhoud

De lessenserie Jeugdbridge behandelt de beginselen van de denksport Bridge en is gemaakt door Romano de Bock voor de Nederlandse Bridge Bond.

'Jeugdbridge Ruiten' is het derde arrangement in deze lessenserie en gaat dieper in op het uitspelen/tegenspelen en behandelt vervolgens de eerste beginselen van het bieden.
Het is een vervolg op 'Jeugdbridge Klaveren' waarin Minibridge en Startersbridge worden uitgelegd.

Dit Wikiwijs-arrangement kan door de docent als presentatie gebruikt worden, maar is ook geschikt om zelfstandig door te werken op een tablet door een groepje leerlingen.

'Jeugdbridge Ruiten' is ook beschikbaar als powerpointpresentatie; deze is volledig gelijk aan het Wikiwijs-arrangement. De powerpointpresentatie is te downloaden via de NBB-website of per mail aan te vragen bij de auteur.

Jeugdbridge Jokers

Het is zeer motiverend voor leerlingen als ze direct feedback krijgen op hun activiteiten tijdens de bridgeles.
Beloningskaartjes zijn hiervoor prima te gebruiken.
Zo'n 'Jeugdbridge Joker' kan persoonlijk verdiend worden, maar ook als paar of als 'tafel'.

Acties om kaartjes te winnen zijn bijvoorbeeld:

  • het juiste antwoord
  • het snelst alle harten in de juiste volgorde op tafel
  • de kaarten op goede volgorde in de waaier
  • het goede contract
  • de juiste uitkomst
  • het beste speelresultaat
  • de 'perfecte' dummy
  • de snelste tafel
  • de stilste tafel

Acties om kaartjes te verliezen zijn bijvoorbeeld:

  • een verkeerd antwoord
  • down gaan
  • verzaken
  • contact tussen dummy en leider

Aan het eind van de les ontvangt het paar met de meeste 'Jeugdbridge Jokers' een prijsje.

Beloningskaartjes maak je eenvoudig zelf, door een eigen ontwerp dubbelzijdig te printen, te lamineren en op het formaat van een speelkaart bij te knippen.

Voorbeeld en Open bestand printversie



 

QR-code

Tip: Projecteer onderstaande QR-code, zodat cursisten deze kunnen scannen met hun tablet of smartphone om eenvoudig naar dit Wikiwijs-arrangement te gaan.

Meer Jeugdbridge arrangementen

'Jeugdbridge' is een lessenserie over de beginselen van Bridge en bestaat uit de arrangementen:

  1. 'Jeugdbridge Intro'         ⇒ kennismaking met bridge
  2. 'Jeugdbridge Klaveren'   ⇒ Minibridge en Startersbridge
  3. 'Jeugdbridge Ruiten'       ⇒ bieden
  4. 'Jeugdbridge Harten'      ⇒ volgbiedingen en de antwoorden op het 1SA-openingsbod
  5. 'Jeugdbridge Schoppen' ⇒ bijzondere biedafspraken / conventies (nog in ontwikkeling)

De digitale arrangementen 'Jeugdbridge Klaveren, Ruiten, Harten en Schoppen' volgen in grote lijnen de leerinhoud van de gelijknamige boekjes 'Jeugdbridge'.
​Deze boekjes, met handleiding, spellen en toetsen, zijn aan te vragen bij de NBB.

Jeugdbridge Intro:

Jeugdbridge Klaveren:

Jeugdbridge Ruiten:

Jeugdbridge Harten:

BiC

Een account in Berry’s Internet Club (BiC) is gratis. Hier kan Startersbridge eindeloos geoefend worden. Startersbridge werkt echter alleen onder Windows.

Jeugdspelers kunnen ook gratis lid worden van de Toekomstclub op BiC. De dagelijkse wedstrijden met commentaar van Berry kunnen op PC, Mac en alle soorten tablets gespeeld worden.

Jeugdbridge op YouTube

Lessen Jeugdbridge zijn ook te volgen via YouTube.

Tom Drijver heeft filmpjes gemaakt, gebaseerd op de Jeugdbridgeboekjes Klaveren, Ruiten, Harten en Schoppen.
De video's en de Wikiwijs-lessen lopen ongeveer gelijk op en vullen elkaar aan.

Klik op voor de startpagina.

  • Het arrangement Jeugdbridge Ruiten is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Romano de Bock Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2022-03-28 00:21:21
    Licentie
    CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    De lessenserie Jeugdbridge behandelt de beginselen van de denksport Bridge en is gemaakt door Romano de Bock voor de Nederlandse Bridge Bond. 'Jeugdbridge Ruiten' is het derde arrangement in deze lessenserie en behandelt het uitspelen/tegenspelen en daarna het bieden. Het is een vervolg op 'Jeugdbridge Klaveren' waarin Minibridge en Startersbridge worden uitgelegd. Dit Wikiwijs-arrangement kan door de docent als presentatie gebruikt worden, maar is ook geschikt om zelfstandig door te werken op een tablet door een groepje leerlingen. 'Jeugdbridge Ruiten' is ook beschikbaar als powerpointpresentatie; deze is volledig gelijk aan het Wikiwijs-arrangement. De powerpointpresentatie is te downloaden via de NBB-website of per mail aan te vragen bij de auteur. De digitale arrangementen 'Jeugdbridge Klaveren, Ruiten, Harten en Schoppen' volgen in grote lijnen de leerinhoud van de gelijknamige boekjes 'Jeugdbridge'. ​Deze boekjes, met handleiding, spellen en toetsen, zijn aan te vragen bij de NBB.
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Trefwoorden
    bridge, bridgen, denksport, harten, kaartspel, klaveren, minibridge, ruiten, schoppen, startersbridge

    Bronnen

    Bron Type
    https://www.youtube.com/watch?v=-rBgbDuw6mE
    https://www.youtube.com/watch?v=-rBgbDuw6mE
    Video
    https://www.youtube.com/watch?v=fQQmFraRJdk
    https://www.youtube.com/watch?v=fQQmFraRJdk
    Video