The subject of this double period is friendship. Het onderwerp van dit blokuur is vriendschap.
Work together with three or four classmates. Werk samen met drie of vier klasgenoten.
Discuss the following questions in your group in English: Bespreek de volgende vragen in jouw groepje in het Engels:
Who is your best friend? Wie is je beste vriend?
How many friends do you have? Hoeveel vrienden en vriendinnen heb jij?
Take two minutes to write as many English words as you can that have to do with friendship. Work together with another group and compare your wordlists. Add the words you didn’t have to your wordlist. Schrijf binnen twee minuten zoveel mogelijk Engelse woorden op die met vriendschap te maken hebben. Werk samen met een ander groepje en vergelijk jullie woordenlijsten. Vul je eigen woordenlijst aan met woorden die jullie niet hadden opgeschreven.
Step
activity
aim
time
introduction
Nadenken over wat je al weet.
10
Step 1
listening Friendship
Je kunt een geluidsfragment begrijpen over vriendschap en er vragen over beantwoorden.
10
Step 2
reading Nathalie's friends
Je kunt een tekst lezen over vriendschap en er vragen over beantwoorden.
15
Step 3
vocabulary
Je leert de vocabulaire over vriendschap en kunt die gebruiken.
15
Step 4
grammar Gebiedende wijs
Je kuntde gebiedende wijs gebruiken.
15
Step 5
speaking Tell me about your best friend
Je kunt een gesprekje voeren en daarin iets over je beste vriend(in) vertellen.
10
Step 6
writing An email
Je kunt een e-mail schrijven waarin je het over je beste vriend(in) hebt.
20
Step 7
evaluation
Nadenken over wat je geleerd heb.
05
Step 1 - Listening
Friendship
You are going to watch a video about making friends. Je gaat een video kijken over vrienden maken.
Work together with two or three classmates and do exercise 1 and 2. Werk samen met twee of drie klasgenoten en doe oefening 1 en 2.
Watch the video. Bekijk de video.
Do exercise 3 alone. Maak oefening 3 alleen.
Oefening 1
Discuss the following questions in your group in English: Bespreek de volgende vragen in je groepje in het Engels:
When did you meet your best friend(s)? Wanneer heb je jouw beste vriend(en) ontmoet?
Do you find it difficult or easy to make friends? Why? Vind je het moeilijk of makkelijk om vrienden te maken? Waarom?
Step 2 - Reading
Nathalie's friends
You are going to read an e-mail in which Nathalie tells about her friends. Je gaat een e-mail lezen waarin Nathalie over haar vrienden vertelt.
Work together with two or three classmates. Read the email and make exercise 1. Werk samen met twee of drie klasgenoten. Lees de e-mail en maak oefening 1.
Read the email again and do exercise 2. Lees de e-mail nog een keer en maak oefening 2.
Oefening 1
First, do this exercise by yourself. Then, discuss the answers in your group in English. Deze oefening doe je eerst alleen en daarna bespreek je de antwoorden in je groep in het Engels.
Read the text and make a list of words that you don’t know yet. Lees de tekst en maak een lijst van woorden die je nog niet kent.
Share your list with your group. Can you help each other find the meaning of the words you don’t know yet? Help each other add the Dutch translation of as many of the English words to your wordlist as you can. Deel je lijst met de groepsgenoten. Kunnen jullie elkaar helpen met de betekenis van de woorden die je nog niet kent? Help elkaar om voor zoveel mogelijk woorden de Nederlandse vertaling van de Engelse woorden toe te voegen aan de woordenlijst.
Then, look up the meaning of the words that you all didn’t know, so you all end up with a complete wordlist. Zoek daarna de betekenis van de woorden op die jullie allemaal niet wisten zodat jullie uiteindelijk allemaal een volledige woordenlijst hebben.
Email Nathalie’s friends
Hello!
How are you doing? I am fine!
My holiday just started so I am free to do what I want. I love holidays!
When do you have your holiday?
You asked me about my friends in your last e-mail so I will tell you something about them. My best friends are Jayme and Mark. Jayme is a tough chick with a kind heart. People at school usually think she is really mean because of the way she can look at people, but once you get to know her she is really sweet. She doesn't like many people so I am glad she likes me! Mark has been my friend since kindergarten, we have known each other for ages. He is a funny fella and he is smart too! Then there is Asima, who lives just down the road. She likes ballroom dancing too, so we usually go there together. She lives with her mother, her father passed away last year. This gives us something to talk about for my mother died too. My latest friend is Sam. They are non-binary, which means they don’t identify as either a boy or a girl. They moved here from the USA because of their father's work. They usually try to mock me and, at first, I thought they were serious. Luckily, they explained it wasn't meant in a bad way, but that it is just their kind of humour. Well, I get it now and we have lots of fun.
What about your friends? What are they like an what do you like to do together?
Talk to you later!
Nathalie
Step 3 - Vocabulary
Study the vocabulary. (10 minutes) Bestudeer de woordenlijst. (maximaal 10 minuten)
You use the imperative if you want to give an order or encourage someone (not) to do something. Je gebruikt de imperative (gebiedende wijs) als je een bevel wilt geven of iemand aan wilt sporen iets (niet) te doen.
Study the explanation of the imperative in the Kennisbank. Bestudeer uit de Kennisbank het gedeelte dat gaat over de gebiedende wijs.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Tell me about your best friend
Have a conversation with a classmate. Use the table below. Voer een gesprek met een klasgenoot. Gebruik onderstaande tabel.
Preparation Voorbereiding
Write down a couple of words and phrases to help you during the conversation. Schrijf een paar woorden en zinnen op als steuntje tijdens het gesprek.
Practise your conversation at least twice. Oefen jullie gesprek minstens twee keer.
Having the conversation Het gesprek voeren
Find another pair to work with. Zoek een ander paar om mee samen te werken.
Have your conversation. Voer jullie gesprek.
Ask your classmates to write down feedback for you. Vraag jullie klasgenoten om feedback voor jullie op te schrijven.
Next, let them have their conversation and write down feedback for them. Laat hen vervolgens hun gesprek voeren en schrijf feedback voor hen op.
Discuss what went well and what you can do better next time. Bespreek wat er goed ging en wat de volgende keer beter kan.
Persoon A
Persoon B
1
Groet.
1
Groet terug.
2
Vraag wie B’s best vriend is.
2
Geef antwoord.
3
Vraag hoe lang B hun beste vriend al kent.
3
Geef antwoord. Vraag wie A’s beste vriend is.
4
Geef antwoord.
4
Vraag hoe vaak A hun beste vriend ziet.
5
Geef antwoord. Stel een zelfbedachte vraag.
5
Geef antwoord. Stel een zelfbedachte vraag.
6
Rond het gesprek af.
6
Reageer en sluit af.
Step 6 - Writing
Write an email
Write an email for your English penpal about your best friend. Schrijf een e-mail voor je Engelse penvriend(in) over jouw beste vriend(in).
Groet je penvriend(in).
Geef aan dat je iets gaat vertellen over jouw beste vriend(in).
Vertel hoe je vriend(in) heet. (zelf verzinnen)
Vertel waar je elkaar hebt ontmoet. (zelf verzinnen)
Vertel wat speciaal is aan je vriend(in). (zelf verzinnen)
Vertel waar je vriend(in) woont. (zelf verzinnen)
Vertel wat jullie samen graag doen. (zelf verzinnen)
Verzin zelf iets om aan je penvriend(in) te schrijven.
Sluit je e-mail af.
Step 7 - Evaluation
Complete the grid and answer the questions underneath the grid. Vul het schema in en beantwoord de vragen onder het schema.
activitity
fun
not fun
easy
difficult
know it already
new
listening
reading
vocabulary
grammar
speaking
writing
Are there still things you don't quite understand? How are you going to fix that? Zijn er nog dingen die je niet helemaal begrijpt? Hoe ga je dat oplossen?
What would you like to ask your teacher? Wat zou je nog aan je docent willen vragen?
Het arrangement 12.1 Friendship - kgt12 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Engels voor vmbo kgt, leerjaar 1 en 2. Dit is thema 12 'Relationships. Het onderwerp van deze les is: Friendship. In deze les worden aspecten van vriendschap besproken zoals het ontmoeten van vrienden, verschillen en overeenkomsten tussen vrienden of activiteiten die je met vrienden kan doen. De grammaticaopdracht behandeld de imperative (gebiedende wijs).
Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Engels voor vmbo kgt, leerjaar 1 en 2. Dit is thema 12 'Relationships. Het onderwerp van deze les is: Friendship. In deze les worden aspecten van vriendschap besproken zoals het ontmoeten van vrienden, verschillen en overeenkomsten tussen vrienden of activiteiten die je met vrienden kan doen. De grammaticaopdracht behandeld de imperative (gebiedende wijs).
Friendship
Nathalie's friends
Study the vocabulary. (10 minutes)
Tell me about your best friend
Write an email
