Op deze website kunnen jullie van alles leren over plaattektoniek. Dit onderwerp wordt door veel leerlingen als moeilijk ervaren. Ik ga jullie door middel van deze website proberen zo goed mogelijk duidelijk te maken hoe dit systeem werkt.
Deze website heeft verschillende onderdelen. Klaar met een onderdeel? Ga dan naar het volgende kopje. Uiteindelijk kom je vanzelf bij wat oefeningen en een toets. Probeer deze zo goed mogelijk te maken, je hierbij gebruik maken van de informatie op deze website. Tot slot is er een eindtoets, hiervoor krijg je een beoordeling
De lesdoelen van deze les zijn:
- Weten wat het begrip platentektoniek betekend.
- Op welke verschillende manieren kunnen de platen bewegen?
- Wat zijn de verschillen tussen de oceanische en continentale platen?
- Wat is de link tussen platentektoniek en aarbevingen/ vulkanisme?
Als introductie van het onderwerp staat er een filmpje van Graaf Geo voor jullie klaar.
Heel veel succes!
Graaf Geo - Platentektoniek
Opbouw van de aarde
Van binnen naar buiten is de aarde als volgt opgebouwd:
- de binnenkern
- de buitenkern
- de mantel
- de aardkorst
De kern van de aarde is super heet! Namelijk zo'n 5000 ℃! De binnenkern bestaat uit ijzer en de druk is daar zo groot dat de kern een vaste bal is. In de buitenkern is de druk minder groot, waardoor het ijzer in deze laag vrij vloeibaar is.
De aardmantel bestaat uit gesteente. Dat gesteente is zo heet, dat het ook vloeibaar is. De buitenste laag van de aarde is de aardkorst. Deze is hard.
De aardplaten (aardkorst) kan uit graniet of basalt bestaan. Dit zijn twee verschillende soorten gesteente. Basalt is zwaarder dan graniet. Onthoudt dit goed, want deze kennis ga je later nodig hebben.
Onderaan staan een paar vragen om te oefenen, maak deze en ga dan door naar het volgende onderdeel.
- Continentale platen: bestaan voornamelijk uit graniet. Graniet heeft een soortelijke massa van 2,8.
- Oceanische platen: bestaan voornamelijk uit basalt. Basalt heeft een soortelijke massa van 3,0.
Doordat een continent lichter is, zal een stuk continent hoger liggen dan een even dik stuk oceaanbodem.
De platen noemen wij ook wel de lithosfeer, de lithosfeer ''drijft'' op de asthenosfeer. De asthenosfeer bestaat uit vloeibaar gesteente.
Doorsnede mantel/ korst
Plaat beweging 1: divergentie
Platen bewegen van elkaar af bij een divergente plaatgrens. Deze beweging vindt plaats tussen twee oceanische platen. De aardkorst ontstaat hier. Magma komt naar boven en stroomt als lava naar twee zijde weg. Zo ontstaan onderzeese gebergteketens en mid-oceanische ruggen. Het vulkanisme dat hiermee gepaard gaat, is niet explosief, maar vrij rustig.
Soms kunnen continentale platen scheuren. Een voorbeeld hiervan is de Oost-Afrikaanse Great Rift Valley. Dit is een gigantische scheur die begint bij Mozambique en doorloopt tot in Turkijke. Daar maakt het oostelijk deel van Afrika zich los van de rest.
Divergentie
Plaatgrenzen
Plaat beweging 2: convergentie
Bij een convergente plaatgrens bewegen twee platen naar elkaar toe. Hierbij zijn drie variaties mogelijk.
Ten eerste kan een oceanische plaat tegen een continentale plaat botsen. Het materiaal van de oceanische plaat (basalt) is zwaarde dan de continentale plaat (graniet). Daardoor duikt de oceanische plaat altijd onder de continentale en zinkt hij de mantel in. Dit noem je subductie.
Op een bepaalde diepte zal de oceanische korst smelten. Daardoor ontstaan opstijgende bellen magma. Een deel hiervan komt aan het oppervlakte en vormt dan een bergketen of explosieve vulkanen.
Een tweede mogelijkeheid bij convergente is dat er een botsing plaatsvindt tussen twee oceanische platen. De oudste van de twee duikt dan onder de jongere plaat. De oudste plaat is namelijk het meest afgekoeld en dus zwaarder. Het gevolg is een diepzeetrog met daarachter een vulkanische eilandboog. De eilanden bij Hawaii zijn een voorbeeld van zo'n vulkanische eilandboog.
Een derde vorm van convergentie is dat er twee stukken continentale korst tegen elkaar botsen. Beide platen hebben dezelfde soortgelijke massa, waardoor de ene korst niet onder de ander duikt. Het resultaat is een kreukelzone van samengeperste gesteenten en vorming van gebergte. Dit zijn plooiingsgebergten zoals de Himalaya en de Alpen.
Subductie zone
Convergentie
Plooiingsgebergte
Plaat beweging 3: transform
Bij transforme beweging schuiven twee platen langs elkaar. De plek waar dit gebeurt heet een transforme plaatgrens. De lithosfeer wordt hier dus niet afgebroken en ook niet opgebouwd. Dit langs elkaar schuren gaat met horten en stoten. De scheidslijn tussen twee platen wordt goed in de gaten gehouden.
De horizontale verschuiving langs de San Andreasbreuk is een bekend voorbeeld van een transforme plaatgrens.
Behalve de horizontale verschuiving kunnen ook opschuiving en afschuiving plaatsvinden. Op deze manier kan een serie naast elkaar gelegen relatief hoge zones (horsten) en relatief lage delen (slenken) ontstaan. De gebergte die op deze manier ontstaan, worden breukgebergten genoemd.
Onderaan staan weer een paar opdrachten. Maak deze en ga dan door naar het volgende onderdeel.
Door platentektoniek kunnen aardbevingen en vulkanen ontstaan.
We gaan het eerst over het vulkanisme hebben. Bij vulkanisme komt materiaal uit de aarde door openingen in de aardkorst naar buiten. Dat materiaal kan gasvormig, vloeibaar of vast zijn. In de vloeibare vorm is het gloeiend heet gesmolten gesteente. Zolang het nog in de aarde zit, noem je het magma. Is het eenmaal naar buiten gekomen, dan noem je het lava.
Vulkanisme ontstaat als er twee platen onder elkaar duiken. Dit noemen we subductie. Zo'n plaat kan wel rond de 600km diep naar beneden zakken. Diep in de aarde begint het materiaal te smelten. Het magma stijgt op en breekt door de aardkorst heen, dit gaat met een enorme kracht. Hierdoor zijn zware uitbarstingen mogelijk.
En dan gaan wij het nu over aardbevingen hebben. De aardplaten drijven op de vloeibare magma, dit stroomt met een snelheid van zo'n 2cm per jaar. Door die beweging verschuiven de platen. Soms schuiven de platen langs elkaar maar ze kunnen ook onder elkaar duiken. Dat schuiven gaat heel schokkerig. Soms zelfs zo schokkerig dat we het een aardbeving kunnen noemen. Een aardbeving begint ergens diep in de aardkorst. Dat punt noemen we het hypocentrum. Het punt aan het aardoppervlak, daar recht boven heet epicentrum.
Vulkaan
Doorsnede bij een aardbeving
Kortom
Je bent aan het einde van deze digitale les gekomen! Ik hoop dat je veel hebt geleerd over platentektoniek en dat je helemaal klaar bent voor de eindtoets. Kijk nog even naar de kennisclip, voordat je begint aan de eindtoets. In de kennisclip wordt nog een keertje uitgelegd hoe het hele systeem van platentektoniek in elkaar zit. Om de video te kunnen bekijken moet je een wachtwoord invoeren. Het wachtwoord is: divergentie12
Veel kijkplezier!
Eindtoets
Hieronder vind je de eindtoets. De toets bestaat uit meerkeuzen en open vragen.
Het arrangement Platentektoniek is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Louise Zemel
Laatst gewijzigd
2019-02-03 18:46:12
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0
Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of
bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Oefening over de opbouw van de aarde
Oefening over de plaatbewegingen
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.