In het thema arm en rijk gaan de leerlingen zelf onderzoek doen naar waarom arme landen arm zijn en rijke landen rijk zijn. In deze digitale les over het thema arm en rijk worden de volgende onderwerpen besproken:
Armoede bepalen. Hoe bepaal je wat een land arm maakt en wat een land rijk maakt. Waar ga je naar kijken?
Verleden bepaald het heden. Het koloniale verleden heeft grote invloed op de rijkdom van een land tegenwoordig. Hoe komt dat. Welke landen proviteren van het koloniale verleden?
De indeling van de wereld op het gebied van rijkdom en armoede. Centrum, semiperiferie en periferie
vicieuze cirkel. Arme landen blijven arm zonder hulp van buitenaf.
In het thema arm en rijk behandelen jullie 'de leerlingen'verschillende opdrachten waarbij je een stukje tekst eerst moet lezen, een bron moet gebruiken of een videofragment gaat bekijken. Het thema wordt afgesloten met een eassy over bedachte oplossingen door jullie 'de leerlingen' om armoede te verhelpen in ontwikkelingslanden. De eassy en de ander opdrachten die tussendoor gemaakt moeten worden tellen samen mee als een cijfer met een weging van 2 op je rapport. De eindtoets aan het eind van het thema arm en rijk stelt niet mee voor je cijfer. Mocht je één van de andere opdrachten niet goed hebben gemaakt, wordt er wel naar de toets gekeken. Het is wel de bedoeling dat hij serieus gemaakt wordt.
Leerdoelen
Aan het eind van het behandelen van het thema arm en rijk kunnen jullie 'de leerlingen':
De leerlingen kunnen aan het eind van het thema arm en rijk de Human Development Index gebruiken om te bepalen of een land arm of rijk is.
De leerlingen kunnen aan het eind van het thema arm en rijk de verschillen op noemen tussen centrum, semiperiferie en periferie landen en hierbij voorbeelden benoemen.
De leerlingen kunnen aan het eind van het thema arm en rijk uitleggen waarom arme landen vaak arm blijven.
De leerlingen kunnen aan het eind van het thema arm de rijk oplossingen noemen om arme te verhelpen gericht op ontwikkelingslanden.
De lesdoelen zijn opgesteld zodat de docent aan het eind kan checken of alle informatie is overgekomen bij jullie 'de leerlingen'. De docent kan op deze manier zien of er nog extra aandacht moet worden besteed aan bepaalde onderwerpen.
Planning
In het thema arm en rijk worden de volgende opdrachten besproken. Hieronder staat een schema met erin de opdracht en daarbij benodigde tijd voor de opdracht en wat het resultaat is.
Onderdeel
Tijd
Eindproduct
Inleiding
0,5 uur
-
Diversiteit in ontwikkelingslanden
1,5 uur
2 verschillende posters waarin het verschil tussen twee ontwikkelingslanden wordt weergegeven.
Opdrachten bij waarom zijn arme landen arm en rijke landen rijk
1 uur
Kennis van nieuwe informatie
Eind eassy: oplossing voor ontwikkelingslanden
2 uur
Kennis van de informatie die hiervoor is opgedaan verwerkt in een eassy met eigen mening erin verwerkt.
Aan het eind van het theama arm en rijk wordt er een toets gegeven. Deze toets is voor de docent om te kijken of jullie de lesdoelen die bij dit thema horen hebben bepaald.
Werkplan
In het thema arm en rijk wordt via het maken van verschillende opdrachten aspecten behandeld over arm en rijk. Aan het eind van het behandelen van het thema kan je de vraag beantwoorden over waarom arme landen arm zijn en rijke landen rijk zijn. In de opdrachten wordt je stap voor stap meegenomen om tot een eindresultaat te komen. Het resultaat telt mee als een cijfer.
Je doorloopt de opdrachten in deze volgorde:
De opdracht van diversiteit tussen ontwikkelingslanden
De opdrachten bij waarom zijn arme landen arm en rijke landen rijk
De opdracht bij oplossing voor ontwikkelingslanden
Eindtoets
Diversiteit tussen ontwikkelingslanden
Vooraf
Of een land een ontwikkelingsland is, kan je vaststellen aan de hand van een aantal kenmerken zoals te kijken naar de levensverwachting, gezondheidszorg of naar het geboortecijfer. Toch zit er ook veel tussen de ontwikkelingslanden onderling. In deze opdracht ga je de situatie van twee verschillende ontwikkelingslanden met elkaar vergelijken. Je gaat de situatie in Ghane vergelijken met die van Afghanistan.
Leerdoelen: aan het eind van deze opdracht kun je:
Twee landen met elkaar vergelijken aan de hand van ontwikkelingskenmerken
De diversiteit laten zien op een poster tussen Ghana en Afghanistan
Wat: Je gaat een poster maken die de diversiteit tussen twee ontwikkelingslanden laat zien. Je laat de verschillen tussen Ghana en Afghanistan zien op 1 poster.
Hoe: Je volgt de stappen die hieronder staan aangegeven op tot het eindresultaat te komen. Je werkt individueel aan deze opdracht. Je mag wel overleggen met je buurman of buurvrouw.
Hulp: Je kan de docent om hulp vragen tijdens de lessen. Je kan ook je klasgenoten om hulp vragen. De benodigde informatie kan je vanuit bronnen halen die bij de stappen staan aangegeven. Ook kan je zelf gebruik maken van het internet.
Tijd: Voor de opdracht heb je ongeveer 1,5 uur nodig.
Resultaat: Het resultaat is een poster, waarop de diversiteit te zien is tussen twee ontwikkelingslanden.
Klaar: Als je klaar bent met deze opdracht, lever je de poster in bij de docent en ga je verder naar de volgende opdracht.
Veel succes met de opdracht.
Stap 1
Ghana
Begin met het opzoeken van algemene kennis over beide landen.
Waar ligt het land?
Hoeveel inwoners wonen er in het land?
Welke taal wordt er gesproken?
In welke klimaatzone ligt het land?
Waar leven de mensen van? Hoe verdienen ze hun inkomen?
Hoe zit de economie van het land in elkaar? Denk aan de export en inport van goederen.
landenweb
Deze site kan je gebruiken voor het opzoeken van informatie over beide landen.
Afghanistan
Stap 2
Ontwikkelingskenmerken worden gebruikt om te kijken naar de armoede in de wereld.
Voorbeelden van ontwikkelingskenmerken zijn:
De bevolkingsgroei
Analfabetisme
Zuigelingensterfte
Levensverwachting
Gezondheidszorg
Je kan deze lijst nog aanvullen als je wil. Je hoeft voor de opdracht niet perse deze vijf kenmerken te gebruiken. Je mag er ook zelf nog andere bij bedenken.
Zie de kennisclib hieronder voor informatie over de vijf ontwikkelingskenmerken.
Om naar pecifieke ontwikkelingskenmerken te gaan kijken voor Ghana en Afghanistan kan je de site gebruiken die hieronder staat.
Het eindproduct wordt de poster. Je mag zelf kiezen hoe je de poster gaat maken. Het mag via powerpoint online. Mocht je zelf een online programma hebben waarmee je een poster wil maken, vraag dan even goedkeuring aan jouw docent. Je mag ook een versie op papier maken.
Eisen aan de poster:
Er staat een kaart op met de ligging van het land
Er staat algemene informatie op over het land
Er worden tenminste 4 ontwikkelingskenmerken vergeleken tussen de landen
Er staat een conclusie op de poster geschreven
In de conclusie op de poster staat beschreven in welke zin deze ontwikkelingslanden van elkaar verschillen. Ook staan er overeenkomsten tussen de landen in de conclusie.
Ben je klaar dan lever je de poster in bij de docent. Deze wordt beoordeeld voor een cijfer. Als je de poster via powerpoint maakt dan lever je hem uitgeprint in bij de docent. Als de poster op papier is gemaakt dan lever je hem in op papier.
Hoe maak je een poster
Bekijk de link hieronder voor informatie over hoe je een poster maakt en daarbij een voldoende haalt.
Waarom zijn arme landen arm en rijke landen rijk?
Vooraf
Wat maakt nou precies een arm land arm en een rijk land rijk? Bij deze opdrachten ga je onderzoeken waar je naar gaat kijken om landen in te delen in arm en rijk. Niet elk land is arm of rijk. Sommige landen zitten er tussen in. Wat voor soort landen zijn dat dan en hoe zitten zij in elkaar op het gebied van economie. Ook wordt er gekeken naar waarom arme landen arm blijven.
Leerdoelen: aan het eind van deze opdrachten over waarom zijn arme landen en rijke landen rijk kunnen jullie:
Verschillende ontwikkelingskenmerken benoemen en toepassen om te kijken of een land arm of rijk is.
De invloed van het kolonialisme benoemen in de huidige wereldindeling van arm en rijk.
De wereld indelen op centrum, semiperiferie en periferie.
Kenmerken benoemen van centrum, semiperiferie en periferielanden.
Beschrijven waarom arme landen vaak arm blijven en rijke landen rijk blijven.
De opdracht houd het volgende in:
Wat: Bij deze opdracht ga je zelfstandig een presentatie doorlezen waarin de benodigde uitleg wordt gegeven. Na het doornemen van de presentatie staan er verschillende soorten opdrachten om de stof te verwerken klaar.
Hoe: Je begint bij stap 1: de uitleg en daarna ga je door naar stap 2: de opdrachten.
Hulp: Bij het kopje bronnen staan bronnen die je nodig hebt om sommige opdrachten te maken. Ook kunnen ze extra informatie geven, mocht er nog iets onduidelijk zijn. Je kan ook altijd de docent of je buurman of buurvrouw om hulp vragen.
Tijd: Voor deze opdracht heb je een uur de tijd.
Resultaat: De nieuwe kennis verwerken in verschillende soorten opdrachten. De kennis moet je later toepassen in de eind opdracht de eassy.
Klaar: Als je klaar bent met deze opdracht kan je naar de volgende opdracht gaan.
Veel succes met de opdracht
Stap 1
Voordat de opdrachten gemaakt kunnen worden, heb je eerst nieuwe informatie nodig. Hieronder staat een presentatie in de vorm van een sway om de informatie aan jullie te geven.
Voor de vragen 1 t/m 5 heb je de informatie nodig die onder het kopje arm en rijk staat. Voor de vragen 6 t/m 12 heb je het stukje tekst nodig die onder het kopje centrum, semiperiferie en periferie staat nodig.
Stap 2
Oefening: Opdrachten bij het onderwerp arme en rijke landen
0%
Aan de hand van de volgende opdrachten ga je zelf onderzoek doen naar arme landen en rijke landen. Ook ga je kijken naar in hoeverre bepaalde punten effect hebben op de armoede in een land. Ook gaan we de wereld indelen in centrum, semiperiferie, en periferie landen. Als belangrijkste vraag natuurlijk waarom arme landen arm zijn en rijke landen rijk zijn kunnen jullie beantwoorden aan het eind van deze opdrachten.
Zonder een korte introductie is het moeilijk om de vragen te beantwoorden. Voor de vragen 1 t/m 5 moet je van te voren het stukje tekst over arm en rijk lezen. Voor de vragen 6 t/m 12 moet je gebruik maken van de tekst over centrum, semiperiferie en periferie. Ook komen er vragen in voor over het stukje waarom blijven arme landen arm. Dit stukje moet je ook eerst lezen voordat je de vragen 6 t/m 12 kan beantwoorden.
Voor sommige vragen zal je bronnen nodig hebben. Er staat onder het kopje opdrachten een subkopje met bronnen. Als er in een vraag wordt verwezen naar een bron, is de bron daar te vinden.
De laatste opdracht voordat de eindtoets begint is het schrijven van een eassy. In de eassy beschrijf je wat het probleem is in een zelfgekozen ontwikkelingsland en wat voor op oplossingen jij denkt dat er nodig zijn om het ontwikkelingsland te helpen. Je gaat ook nadenken hoe je deze kan realiseren.
Werkwijze: je voert deze opdracht alleen uit. Je mag wel gebruik maken van hulp van anderen.
Wat: Je gaat een eassy van minstens 700 woorden schrijven over een ontwikkelingsland. Je mag zelf een land uitkiezen. Je beschrijft waarom het een ontwikkelingsland is en maakt hierbij gebruik van de kenmerken. Je gaat onderzoeken hoe het komt dat het een ontwikkelingsland is en daarbij ga je nadenken over mogelijke oplossingen om het land te helpen. Deze oplossingen moeten realistisch zijn. Je mag je eigen mening erin verwerken.
Hoe: Je volgt de stappen die hieronder staan aangegeven. In deze stappen staan een aantal punten die je helpen bij het schrijven van deze eassy. Stap 1 vertelt iets over milieniumdoelen en stap 2 over kinderen die naar school gaan. Bekijk deze twee stappen eerst voordat je begint met het schrijven van de eassy.
Hulp: Je kan de bronnen gebruiken die in de vorige opdrachten stonden. Ook kan je informatie opzoeken op internet. Je mag altijd je buurman of buurvrouw om hulp of advies vragen. Ook de docent kan je om hulp vragen.
Tijd: Jullie hebben twee uur de tijd voor deze opdracht. Je kan er nog altijd aanwerken in je vrije tijd.
Resultaat: Je krijgt uiteindelijk een eassy met jouw mening over een ontwikkelingsland en hoe jij denkt dat land te kunnen helpen. Ook leer je om de kennis vanuit de vorige opdrachten samen te pakken en te combineren in het schrijven van deze eassy.
Klaar: Als je klaar bent met het schrijven van de eassy dan lever je deze in bij de docent en kan je beginnen aan het maken van de eindtoets.
Tip: Bekijk eerst stap 1 en stap 2 voordat je begint met het schrijven van de eassy.
Veel succes met het schrijven van de eassy.
Stap 1
Milieniumdoelen
Er zijn doelen op gesteld door regeringsleiders vanuit 189 landen die ze willen bereiken. De doelen zijn onderling met elkaar verbonden. In positieve en in negatieve zin. De regering heeft in 2000 besloten dat deze doelen in 15 jaar behaald moesten zijn. We zitten nu in 2019, maar nog niet alle doelen zijn behaald.
Als de armoede in de wereld afneemt, zal er ook geen honger meer worden geleden. De mensen hebben dan geld om eten en drinken te kopen. Dit is een positief verband. Als de armoede in de wereld toeneemt, dan zal er meer honger worden geleden door de bevolking.
stap 2
Alle kinderen naar school
Als kinderen naar school gaan leren ze lezen en schrijven. Ze kunnen hierdoor later een beter baan krijgen met een inkomen om voor hun familie te zorgen. Echter in veel ontwikkelingslanden werken de kinderen al vanaf hun jonge jaren. Kinderen helpen hun ouders in fabrieken of verzamelen afval. De familie heeft zo een groter inkomen wat zorgt voor eten op tafel. Als kinderen naar school gaan verliezen ze vaak een deel van het inkomen.
Hiernaast zie je een cirkelschema. Je kunt met zo'n schema in stappen uitleggen waarom veel kinderen niet naar school gaan. Stap 1 is al ingevuld.Vul de overige vier stappen in:
In ontwikkelingslanden zijn veel gezinnen arm.
Kinderen kunnen niet lezen en schrijven.
Kinderen kunnen later alleen slecht betaalde baantjes krijgen.
Kinderen kunnen niet naar school.
Kinderen moeten werken om een deel van het gezinsinkomen te verdienen.
A= 1 B = ..... C = ..... D = ..... E = .....
Een arm gezin kan de cirkel moeilijk doorbreken. Daarvoor moet er iets gebeuren.
Als de vader van het gezin meer loon krijgt, kan de cirkel doorbroken worden.
Lees de zes stappen hieronder.
Zet ze in de goede volgorde. Stap 1 staat al goed.
Vader krijgt meer loon.
Kinderen die geleerd hebben, krijgen later een betere baan.
Kinderen kunnen naar school.
Kinderen hoeven niet te werken om het inkomen aan te vullen.
Kinderen kunnen lezen en schrijven.
Kinderen gaan meer verdienen en zijn niet langer arm.
Het arrangement Waarom zijn arme landen arm en rijke landen rijk? is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Lara Hekkert
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2019-01-29 20:34:33
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
De wereld is verdeeld in drie soorten landen: centrum, semi-periferie en periferie landen. Landen vanuit periferie landen worden niet zomaar centrum landen, maar hoe zijn centrum landen zo geworden zoals ze nu zijn?
De wereld is verdeeld in drie soorten landen: centrum, semi-periferie en periferie landen. Landen vanuit periferie landen worden niet zomaar centrum landen, maar hoe zijn centrum landen zo geworden zoals ze nu zijn?
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Opdrachten bij het onderwerp arme en rijke landen
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.