Voorbereiding Beroeps Praktijk Vorming

Voorbereiding Beroeps Praktijk Vorming

Titelpagina

Samenwerkend leren - Voorbereiding Beroeps Praktijk Vorming

Namen:

Janis Hardyal
studentnummer 0869408

~

Youssra Elazizi
studentnummer 928583

~

Krista Verkaart
studentnummer 0940295

 

Opleiding:

Leraar Gezondheidszorg en Welzijn

Opdrachtgevers:

Saskia Lavooij en Silke Struijs

Begeleidend docent:

                         Silke Struijs                           

Cursus:

Samenwerkend leren leerjaar 2

Datum:

                               Maandag 11 februari 2019                                    

Inleiding

Welkom

 

Allereerst een hartelijk welkom op onze wikiwijs! Wij zijn Krista, Janis en Youssra. Wij zijn tweedejaars studenten aan de Hogeschool Rotterdam en we volgen momenteel de opleiding Leraar Gezondheidszorg en Welzijn. Deze Wikiwijs is tot stand gekomen als opdracht vanuit de opleiding tot Leraar Gezondheidszorg en Welzijn. We hebben onze Wikiwijs gebaseerd op conclusies uit de analyse op het gebied van beroepspraktijkvorming binnen het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs. We zijn het erover eens dat vele leerlingen op het vmbo zich beter kunnen voorbereiden voordat ze hun stage starten, want een goed begin is het halve werk! Daarnaast kunnen we door middel van samenwerking veel meer bereiken. Dit is het tweede onderwerp dat centraal zal staan in deze Wikiwijs.

Kortom: we gaan de komende weken de leerlingen van het 4e jaar van het vmbo klaarstomen voor hun stage en we hopen, met samenwerking als centraal begrip, het beste van deze leerlingen naar boven te halen!

Samenwerkingsplan

Samenwerkingsplan

Samenwerkingsplan – Startdocument Deel II

Deelnemers + samenwerkingskwaliteiten van elke deelnemer

 

     1. Youssra Elazizi - taken verdelen/goed overleg

 

     2. Krista Verkaart  - doelgericht

 

     3. Janis Hardyal - helpende hand als iemand vastloopt

 

Wat is jullie gezamenlijke ambitie, kijkend naar de doelstellingen van het vak en naar jullie samenwerking?

Goed overleggen en gelijke inbreng, duidelijke taakverdeling, mooi eindproduct. Dit waren de doelstellingen van ons eerste samenwerkingsplan. Helaas heeft Sel besloten te stoppen met haar opleiding en zijn we met z’n drieën overgebleven. Dit was wel erg wennen. We moesten onze samenwerking aanpassen. Sel had namelijk goede ideeën over BPV en was tevens begeleidend docent in haar werk. We staan nog steeds achter onze ambitie: Goed overleggen en gelijke inbreng, duidelijke taakverdeling en een mooi eindproduct.

Hoe gaan jullie ieders kwaliteiten inzetten en wordt de samenwerking 1+1>2: 

Youssra: goed overleggen over de taakverdeling, helderheid over wie wat moet doen zodat er efficiënt gewerkt kan worden

Janis: flexibel, springt eventueel in waar nodig als probleemsituaties zich voordoen, zet creativiteit in

Krista: doelen zijn helder, niet afwijken, loslaten, wil een mooi eindresultaat behalen

 

Wat voor afspraken maken jullie om vertrouwen in jezelf, de ander en het doel te behouden:

Elkaar motiveren en positief blijven

Positieve feedback

Elkaar helpen waar nodig

Concrete afspraken

Elkaar laten weten als het niet lukt

Verantwoordelijkheid nemen voor eigen onderwerpen

 

 

Waar verwachten jullie verder mogelijke knelpunten of valkuilen en hoe gaan jullie daarmee om?

 

Knelpunten kunnen eventueel zijn dat we niet voldoende tijd samen kunnen doorbrengen. Dit lossen we op door via Teams te communiceren en elkaar op de hoogte te houden.

 

 

 

Individuele samenwerkingsdoelen van iedere deelnemers gedurende dit project:

  1. Youssra: aan planning houden, geen aandacht besteden aan onnodige taken
  2. Janis: tijdens dit project proberen om vaker voortouw te nemen
  3. Krista: focus op eigen taak en overige taken overlaten aan anderen, durven loslaten

 

 

Hoe gaan jullie aan de slag met jullie digitale samenwerking?

Iedere keer als iemand iets heeft afgerond of ergens aan heeft gewerkt, melden we dit in Teams, zodat we het kunnen nalezen en er feedback op kunnen geven. We hebben moeite met (digitaal) afspreken, omdat niet iedereen beschikbaar is op hetzelfde tijdstip. Het is daarom voor ons handiger om binnen 24 uur te reageren op elkaar. Deze afspraak hebben we gemaakt,

 

Op welke momenten en op welke manier reflecteren jullie op jullie samenwerking?

Vul hier data in

 

Data blijft hetzelfde als op het eerste samenwerkingsplan

 

Afspraken rond de volgende onderwerpen:

Wat spreken jullie af over de communicatie?

What’s app is vervangen door Microsoft Teams. Hierin zetten we alle documenten en bespreken we wat we gedaan hebben of wat er nog moet gebeuren. Het communiceren via Teams staat dus voorop. Tijdens het samenkomen, lezen we de opdrachten van elkaar zodat we eventuele feedback kunnen geven. Dan kan het later worden aangepast door de betreffende persoon.

Hoe gaan jullie met elkaar aan de slag?

We controleren elke maandag tijdens de les of iedereen heeft gewerkt aan zijn deel van de opdracht. Mocht dit niet zo zijn, dan willen we graag een geldige reden van elkaar horen. Dit bevordert de doelgerichtheid voor ons eindproduct.


Elkaar helpen komt aan bod als we gezamenlijk achter de computers zitten of eventueel via Microsoft teams. Dan wordt de opdracht overgenomen.

 

Opdracht

Opdracht

In deze cursus ga je per week werken aan opdrachten die in het teken staan van de voorbereiding op je stage. We gaan er samen voor zorgen dat je goed voorbereid naar je stage zal gaan. Het kan zijn dat je stage lopen eng vindt of niet weet wat je moet verwachten. Het kan ook zijn dat je al op de hoogte bent van stagevoorbereiding. Wat de reden ook mag zijn, deze lessen zullen je beter op weg helpen, zodat je straks goed voorbereid bent op de praktijkwereld/stage. Wat verwachten we van jou? Wij verwachten volledige inzet zodat de lessen nog leuker worden! In deze Wikiwijs kun je iedere week zien wat er van je verwacht wordt en wat de opdracht tijdens de les zal zijn. Tot slot hebben we ook informatiebronnen toegevoegd die je kunt gebruiken om je goed voor te bereiden op je stage!

Korte uitleg:

In de linkerkolom van de Wikiwijs zie je weeknummers staan. Hier vind je de opdrachten die je moet maken per week. Hieronder zie je een schema van de planning voor deze cursus met de bijbehorende onderwerpen. Er staat per week duidelijk beschreven wat er allemaal van je verwacht wordt en wat je moet inleveren. Het kan soms zijn dat je er niet uitkomt, aarzel dan niet en vraag hulp aan een medeleerling of neem contact op met je docent zodat je weer verder kunt met de cursus!

 

Verwerking

Week 1: Sollicitatiebrief schrijven (Janis)

Sollicitatiebrief schrijven

 

Lesdoel week 1: (totaal 2 lesuren = 100 minuten)

De leerling kent het begrip ‘sollicitatiebrief’

De leerling kan een sollicitatiebrief schrijven

 

Opdracht 1.1: Sollicitatie betekenis                                                   

Wat?

Beantwoord opdracht 1.1 en geef een uitleg over het begrip 'solliciteren' of zoek het begrip 'solliciteren' op en geef een omschrijving in je eigen woorden.

Hoe?

Lees de introductietekst over ‘sollicitatiebrief’ via deze Wikiwijs en klik daarna op 'start' om de opdracht te beginnen

Met wie?

Individueel

Hulp?

Woordenboek of internet

Tijd?

5 minuten

Resultaat?

Vul het juiste antwoord in op het lege tekstvak

Klaar?

Als je binnen de afgesproken tijd klaar bent, bespreek dan   jouw antwoord met iemand die de vraag ook heeft   beantwoord binnen de tijd.

 

Introductietekst:

Stel je voor dat je centjes wilt gaan verdienen of je wilt ervaring opdoen binnen jouw vakgebied en je ziet een leuke vacature of advertentie, maar je weet niet hoe je het moet aanpakken om de baan/stageplek te krijgen. Het is dan de bedoeling dat je gaat solliciteren voor de betreffende functie of baan.

Opdracht 1.1

Geef een uitleg over het begrip 'solliciteren' of zoek het begrip 'solliciteren' op en geef een omschrijving in je eigen woorden.

Oefening:Sollicitatie betekenis


Opdracht 1.2:  Waarom een sollicitatiebrief?                                             

Wat?

Leg uit waarom het zo belangrijk is om een goede sollicitatiebrief te schrijven

Hoe?

Lees tekst 1.2 om antwoord te geven op de vraag. Klik op start en kies het juiste antwoord

Met wie?

Individueel

Hulp?

Tekst 1.2

Tijd?

5 minuten

Resultaat?

Kies het juiste antwoord

Klaar?

Als je binnen de afgesproken tijd klaar bent, ga je naar de volgende opdracht

 

Tekst 1.2

Om te laten weten dat je een baan of stage wilt, schrijf je een sollicitatiebrief. Deze brief is de eerste indruk die je toekomstige baas van je krijgt. Daarom is het belangrijk om hier voldoende aandacht aan te besteden!

Opdracht 1.2

Geef een uitleg waarom het zo belangrijk is om een goede sollicitatiebrief te schrijven.

Oefening: Waarom een sollicitatiebrief?

Start


 

Opdracht 1.3.: Stellingen die WEL/NIET kunnen in de brief                     

Wat?

Noteer de juiste nummers van de stellingen die je WEL kan toepassen in je sollicitatiebrief.

Hoe?

Bekijk videofragment 1.3 en noteer de juiste nummers op een kladblaadje.

Met wie?

Met een klasgenoot

Hulp?

Videofragment 1.3

Tijd?

10 minuten

Resultaat?

De juiste nummers op een kladblaadje

Klaar?

Maak gebruik van het correctiemodel (Correctiemodel 1.3) en kijk de opdracht na met je klasgenoot. Bespreek eventueel waarom het handig is om de juiste stellingen te vermelden in je sollicitatiebrief


De volgende stellingen uit het videofragement geven aan wat wel / niet belangrijk is bij het schrijven van een sollicitatiebrief. Noteer de juiste nummers die je WEL kan toepassen in je sollicitatiebrief en kijk dit na met je klasgenoot.

Opdracht 1.3

 

Videofragment 1.3. door Janis Hardyal (0869408)


Opdracht 1.4: aantekeningen voor je sollicitatiebrief                             

Wat?

Beantwoord de vragen van 1.4 en maak aantekeningen voor je sollicitatiebrief

Hoe?

Lees de vragen van 1.4. maak aantekeningen en bewaar deze!

Met wie?

Individueel

Hulp?

Klasgenoot

Tijd?

15 minuten

Resultaat?

een kort overzicht van wat er ongeveer in je brief komt te staan

Klaar?

Als je klaar bent, ga je naar de volgende opdracht

Opdracht 1.4:

Wat moet er in een sollicitatiebrief staan?

-  Stel jezelf voor (naam, leeftijd, wat doe je nu voor werk, stage of school)
-  Schrijf op waarom je de baan / stage wilt
-  Wat is je ervaring en waar ben je goed in?
-  Schrijf op dat je de brief graag wilt toelichten in een gesprek


Opdracht 1.5: Eindopdracht - schrijf een sollicitatiebrief

Wat?

Schrijf een sollicitatiebrief

Hoe?

Type de brief in een word document en sla deze goed op!

Met wie?

Individueel/klasgenoot

Hulp?

Voorbeeld sollicitatiebrief afbeelding 1.5

Wordbestand uitleg sollicitatiebrief

Begeleider, klasgenoot

Tijd?

30 minuten

Resultaat?

Het resultaat is een getypte brief in een Word-document

Klaar?

Als je klaar bent, lees je de sollicitatiebrief van je klasgenoot en maak je aantekeningen voor eventuele verbeteringen


Het is nu duidelijk geworden waarom het belangrijk is om een goede sollicitatiebrief te schrijven. De bovenstaande opdrachten hebben je op weg geholpen en je kan nu beginnen met het het schrijven van de brief!

Hierna volgt een uitleg over het schrijven van een sollicitatiebrief en een voorbeeld van een sollicitatiebrief.

 

Afbeelding 1.5. Voorbeeld sollicitatiebrief. Bron: Di Giulio, N., Duyvestijn, M., Koops, I., Lecluse-Dielen, M. (2016) Bronnenboek Zorg en Welzijn.  Edu’Actief b.v.
Afbeelding 1.5. Voorbeeld sollicitatiebrief. Bron: Di Giulio, N., Duyvestijn, M., Koops, I., Lecluse-Dielen, M. (2016) Bronnenboek Zorg en Welzijn. Edu’Actief b.v.

Het versturen van de brief

Zorg ervoor dat je de brief naar de juiste persoon stuurt en controleer de contactgegevens.

En nu is het wachten op een reactie…

Bewaar de contactgegevens goed! Mocht je na twee weken nog steeds geen reactie hebben ontvangen, dan kun je telefonisch contact opnemen met degene naar wie je de brief hebt gestuurd.

 

Week 2: Curriculum Vitae opstellen (Janis)

Curriculum Vitae opstellen

Lesdoelen: (totaal 2 lesuren = 100 minuten)

De leerling kent het concept ‘Curriculum Vitae’

De leerling kan een Curriculum Vitae maken

 

Opdracht 1.6: Schrijf een Curriculum Vitae                                                      

Wat?

Lees tekst 1.6 en maak opdracht 1.6

Hoe?

Lees de tekst 1.6 op deze pagina en maak de opdracht 1.6 CV. Klik op 'start' om de oefening te beginnen.

Met wie?

Individueel

Hulp?

Klasgenoot of begleider

Tijd?

15 minuten

Resultaat?

Het resultaat zie je aan het einde van de oefening. Mocht je veel vragen fout hebben beantwoord, zoek dan een klasgenoot op die jou meer uitleg kan geven over het woord 'representatief' of zoek het begrip 'representatief' zelf op!

Klaar?

Als je klaar bent met de oefening kijk je of je iemand kan helpen die het woord 'representatief' niet begrijpt.

 

Tekst 1.6

Als je stage gaat lopen of een nieuwe baan wilt, moet je dus een sollicitatiebrief schrijven. In week 1 heb je al kennis kunnen maken met het concept 'sollicitatiebrief'. Daarnaast heb je de brief zelf moeten schrijven. Hierin heb je jezelf voorgesteld en heb je duidelijk gemaakt waarom je de baan/stage wilt.

Samen met de sollicitatiebrief stuur je een Curriculum Vitae (CV). Dit is een lijst met je persoonlijke gegevens. Elke keer als je gaat solliciteren of een nieuwe stageplek zoekt, is het belangrijk om je CV na te kijken of alles nog klopt, zo niet dan moet je de CV aanpassen. Kortom: je CV moet 'up to date' zijn!

Tips voor je CV:

  • Houd je CV overzichtelijk
  • Verzin geen ervaring of kwaliteiten, want als je door de mand valt, zal je de baan niet krijgen
  • Voeg een representatieve foto van jezelf toe
  • Gebruik een representatief e-mail adres:

NIET: LadyP_paard@hotmail.com

WEL: PrisscillaHogeveen@hotmail.com of

Hogeveen.P.@hotmail.com

 

 

 

Toets: Opdracht 1.6. CV

Start

Opdracht 1.6: Schrijf een Curriculum Vitae + beoordeling                                                           

Wat?

Schrijf een CV en beoordeel daarna het CV van je klasgenoot.

Hoe?

Klik op het bestand: CV format 1 en typ daar jouw gegevens. Vervolgens moet je je CV opslaan. Je mag natuurlijk creatief zijn en je CV aanpassen naar jouw smaak (houd het wel overzichtelijk). Klik daarna op het bestand 'beoordelingsformulier' en kijk de CV van je klasgenoot na.

Met wie?

Individueel

Hulp?

Klasgenoot of begleider

Tijd?

60 minuten CV typen en 25 minuten beoordelen

Resultaat?

Het resultaat is een nette CV en een ingevuld beoordelingsformulier.

Klaar?

Als je klaar bent met de CV en beoordeling dan ga je jouw CV met behulp van het ingevulde beoordelingsformulier aanpassen.

 

Voorbeeld Curriculum Vitae:

Week 3: Telefoongesprek voeren (Youssra)

Telefoongesprek voeren

 

Lesdoel week 3: (totaal 2 lesuren = 100 minuten)

De leerling kan een correct telefoongesprek voeren met het stagebedrijf

Afbeeldingsresultaat voor een telefoongesprek voeren

 

Wat?

Jullie gaan een telefoongesprek voeren ter voorbereiding van jullie stage. Je wilt graag een afspraak maken voor een kennismakingsgesprek. Lees de theorie over het voeren van een telefoongesprek goed door en oefen daarna met je groepje. Ieder groepslid krijgt een nummer: Nummer 1 t/m 3. Er zullen 3 rondes zijn.

Hoe?

Ronde 1: nummer 1 is de stagezoeker, nummer 2 is het stageadres en nummer 3 is de observator

Ronde 2: nummer 3 is de stagezoeker, nummer 1 is het stageadres en nummer 2 is de observator

Ronde 3: nummer 2 is de stagezoeker, nummer 3 is het stageadres en nummer 1 is de observator

Met wie?

Via groepjes.nl zullen er groepjes van 3 gemaakt worden.

Hulp?

Jullie proberen het eerst allemaal zelf. De docent loopt rond om mee te luisteren. Mochten jullie ergens niet uit kunnen komen, dan kunnen jullie de docent inschakelen.

Tijd?

20 minuten

Resultaat?

Aan het einde van de les mag je als groepje voor de klas een telefoongesprek voeren. De docent kiest wie welke rol krijgt. Zorg er dus voor dat iedereen iedere rol heeft geoefend!

Klaar?

Ben je als groepje eerder klaar? Oefen nog eens wat je moeilijk vond of lees de theorie nog even een keer goed door.

De docent zal uiteindelijk feedback geven over hoe je het als groepje hebt gedaan. Er zal ook gevraagd worden hoe jullie het vandaag vonden gaan.

 

Een telefoongesprek voeren:

Wanneer je gesolliciteerd hebt voor een stage, wacht je op de reactie van het bedrijf. Het kan zijn dat je een afspraak moet maken voor een kennismakingsgesprek met je begeleider op het stageadres.

Er is een aantal zaken belangrijk die je moet weten voordat je iemand belt om een afspraak te maken:

·         Telefoonnummer

·         Met wie wil je spreken

·         Wat wil je precies bespreken (met wie, waar en wanneer heb je de afspraak?)

Schrijf dit eventueel eerst voor jezelf op voordat je aan het telefoongesprek begint.

Wanneer je het telefoongesprek wilt starten, volg dan de volgende stappen:

Spreek iemand die ouder is dan jij altijd aan met 'u'.

1.       Kies het telefoonnummer

2.       Laat degene die opneemt uitpraten

3.       Noem je voor- en achternaam

4.       Geef aan waarom je belt

5.       Vraag naar degene met wie je het gesprek wilt voeren

 

Is degene die je wilt spreken niet aanwezig:

·         vraag wanneer je kan terugbellen en noteer dit voor jezelf

 

Wanneer je de juiste persoon die je wilt spreken aan de lijn hebt:

·         Leg goed uit waarom je belt

·         Maak een afspraak voor welke dag en hoe laat jullie kunnen afspreken

·         Noteer dit voor jezelf

·         Bedank voor het gesprek

Sluit het gesprek af:

·         Bedank degene die je aan de lijn hebt

·         Wens degene die je spreekt nog een fijne dag

Oefen het telefoongesprek met een klasgenoot.

 

Week 4: Sollicitatiegesprek voeren (Youssra)

Sollicitatiegesprek voeren

 

Les doel week 4: (totaal 2 lesuren = 100 minuten)

De leerling kan een correct sollicitatiegesprek voeren voor een stageplek

 

 

Wat?

Ieder groepslid krijgt een nummer. Nummer 1 t/m 3. Jullie gaan een sollicitatiegesprek voeren ter voorbereiding op jullie stage. Je wilt graag een stageplek in een stagebedrijf en gaat hiervoor in gesprek met de manager. Lees de theorie over het voeren van een sollicitatie gesprek goed door en oefen daarna met je groepje. Er zullen 3 rondes zijn.

Hoe?

Doe alsof je manager bent van de Jumbo supermarkt en je een gesprek hebt met een leerling.

Stel jezelf voor als manager van de jumbo. En ga dan in gesprek met de leerling. Stel de volgende vragen:

    • Waarom wil je juist bij dit bedrijf stage lopen?
    • Wat zijn je talenten?
    • Waar ben je minder goed in?
    • Wat wil je leren?
    • Waarom denk jij dat je bij dit team en deze organisatie past?

       

  • Heb je nog vragen?

De observator mag de theorie bij zich houden en geeft aan wat goed ging en wat beter kan. Let ook goed op hoe de leerling overkomt. Jullie kunnen nu aan de slag.

Ronde 1: nummer 1 is de stagezoeker, nummer 2 is het stageadres en nummer 3 is de observator

Ronde 2: nummer 3 is de stagezoeker, nummer 1 is het stageadres en nummer 2 is de observator

Ronde 3: nummer 2 is de stagezoeker, nummer 3 is het stageadres en nummer 1 is de observator

Met wie?

Via groepjes.nl zullen er groepjes van 3 gemaakt worden.

Hulp?

Jullie proberen het eerst allemaal zelf. De docent loopt rond om mee te luisteren. Mochten jullie ergens niet uit kunnen komen, dan kunnen jullie de docent inschakelen.

Tijd?

50 minuten

Resultaat?

Aan het einde van de les mag je als groepje voor de klas een sollicitatiegesprek voeren. De docent kiest wie welke rol krijgt. Zorg er dus voor dat iedereen elke rol heeft geoefend!

Klaar?

Ben je als groepje eerder klaar? Oefen nog eens wat je moeilijk vond of lees de theorie nog even een keer goed door.

 

 

 

Theorie week 4

Bereid het sollicitatiegesprek voor

 

Nadat je een datum hebt voor een sollicitatiegesprek, ga je jezelf hier op voorbereiden.

Voordat je het eerste gesprek bij het bedrijf hebt, moeten er een paar dingen worden gedaan. Om goed voorbereid het gesprek aan te gaan, zet je eerst voor jezelf een aantal dingen op een rijtje. Je bedenkt waarom je graag bij dat bedrijf wilt stagelopen.

  • Verdiep je in het bedrijf en de branche en bekijk de website
  • Bereid je voor op veel gestelde vragen zoals:
    • Wat zijn je talenten?
    • Waar ben je minder goed in?
    • Wat wil je leren?
    • Waarom denk jij dat je bij dit team en deze organisatie past?
    • Waarom wil je juist bij dit bedrijf stage lopen? 
    • Schrijf deze voor jezelf op
       
  • Welke vragen heb jij voor het bedrijf? Bijvoorbeeld: wat verwachten jullie van een stagiair?
  • Een eerste indruk is belangrijk, zorg daarom dat je er verzorgd uitziet.
  • Geef niet alleen sociaal wenselijke antwoorden, laat ook je persoonlijkheid zien.
  • Een leerbedrijf verwacht niet dat je veel werkervaring hebt, speel daarom in op wat je wel kunt bieden zoals: enthousiasme, leergierigheid en kennis van nieuwe technologieën.
  • Maak aantekeningen tijdens het sollicitatiegesprek.

https://stagemarkt.nl/Zoeken/Home/Content?contenttype=Soltips#6

Veelgestelde vragen zijn:

·         Waarom wil je bij ons bedrijf stage lopen?

·         Wat zijn jouw sterke en zwakke punten?

·         Welke hobby’s heb je?

 

Denk aan je lichaamstaal

·         Straal niet te veel nervositeit uit, wees echter ook niet te arrogant of te zelfverzekerd.

·         Geef een goede hand bij het voorstellen en bij het afscheid.

·         Zorg voor oogcontact met degene waarmee je het gesprek hebt. Ga echter niet staren en vergeet vooral niet om de eventuele tweede aanwezige persoon aan te kijken.

·         Denk aan je houding: zit rechtop maar niet te gespannen. Houd je handen niet onder de tafel en speel niet met voorwerpen.

·         Gebruik je handen ter ondersteuning van je verbale communicatie.

·         Houd je benen bij elkaar en je beide voeten op de grond.

 

Aan het einde van een gesprek wordt altijd gevraagd of je zelf nog vragen hebt. Om te laten zien dat je interesse hebt in de stage, is het netjes altijd een vraag te stellen. Bedenk vooraf wat voor soort vraag je wilt stellen.

Week 5: Jezelf presenteren (Krista)

Jezelf presenteren

 

Lesdoel week 5: (totaal 2 lesuren = 100 minuten)

De leerling kan aangeven wat ‘verzorgd uiterlijk’ en ‘gepaste kleding’ voor een sollicitatiegesprek is

 

Opdracht 1: Lees de theorie over ‘verzorgd uiterlijk’ en ‘gepaste kleding’
Wat? Lees de theorie over ‘verzorgd uiterlijk’ en ‘gepaste kleding’
Hoe? De theorie staat in de Wikiwijs. Lees deze tekst individueel
Met wie? Individueel
Hulp? Stel eerst vragen aan je medeleerlingen. Daarna pas hulp vragen aan de docent
Tijd? 10 minuten
Resultaat? Zet eventuele vragen op papier en geef dit door aan degene die rechts naast je zit
Klaar? Als je binnen de afgesproken tijd klaar bent, kun je de extra opdracht maken

 

Opdracht 1: Lees de theorie over ‘verzorgd uiterlijk’ en ‘gepaste kleding’

Theorie:

Voordat je stage gaat lopen of ergens gaat werken, word je meestal eerst uitgenodigd voor een sollicitatiegesprek. Het is belangrijk dat je zorgt dat je er netjes uitziet als je gaat solliciteren. Maar wat is netjes? Het is lastig te zeggen wat je moet aantrekken naar een sollicitatiegesprek. Het wordt wel gewaardeerd als je aandacht besteed aan je uiterlijk. Zo kan de werkgever zien dat je die baan of die stageplek graag wilt hebben. Zoek kleding uit die past bij de functie waarop je solliciteert en zorg er ook voor dat je jezelf fijn voelt in deze kleding. Een nette spijkerbroek, een mooi overhemd, een schoon t-shirt, een leuke blouse of een elegante jurk... het kan allemaal, als het maar bij je past. Dus wees vooral jezelf! Je maakt namelijk een onzekere indruk als je je ongemakkelijk voelt in je kleding. En dat wil je natuurlijk niet.

Ook je lichamelijke verzorging en hygiëne is erg belangrijk. Ga van te voren onder de douche en zorg dat je fris ruikt en er schoon uitziet. Denk ook aan je handen en nagels. Misschien moet je je nagels nog even knippen of je nagellak verwijderen voordat je op sollicitatiegesprek gaat. Zorg dat je tanden gepoetst zijn en dat je adem fris ruikt. Maar overdrijf het niet! Teveel en te zware parfum of make-up kan ook juist een afknapper zijn.

Extra opdracht (1):

Beantwoord de volgende vragen: Zie jij er altijd verzorgd uit? Wat draag jij het liefst? Draag je altijd gepaste kleding? Wat draag jij vandaag voor kleding? Waarom heb je deze kleding vanmorgen gekozen? Zou je deze kleding ook dragen als je gaat solliciteren? En als jij de ‘interviewer’ zou zijn?

 

Opdracht 2: Filmpje kijken en bespreken:
Wat? In tweetallen een filmpje kijken, aantekeningen maken en bespreken
Hoe? Tijdens filmpje noteren wat je opvalt. Pak pen en papier. Let op presentatie, kleding, uiterlijk
Met wie? De docent kiest tweetallen
Hulp? Stel eerst vragen aan elkaar of aan medeleerlingen. Daarna pas hulp vragen aan docent
Tijd? 15 minuten (filmpje kijken 5 minuten, bespreken 10 minuten)
Resultaat? Bespreek de aantekeningen die je hebt gemaakt met je medeleerling. Daarna worden de bijzonderheden klassikaal besproken.
Klaar? Als jullie binnen de afgesproken tijd klaar zijn, kunnen jullie de extra opdracht samen maken

 

Opdracht 2: Filmpje kijken en bespreken:

Bekijk het onderstaande filmpje in tweetallen, maak aantekeningen en bespreek daarna wat je is opgevallen. https://www.youtube.com/watch?time_continue=2&v=Ta0Nvsk6UbE

Extra opdracht (2):

Kruis aan wat bij een ‘verzorgd uiterlijk’ en ‘gepaste kleding’ hoort en vertel waarom je dit vindt. Denken jullie hetzelfde over ‘verzorgd uiterlijk’ en ‘gepaste kleding”? Zijn er overeenkomsten en/of verschillen? Vul het lijstje eventueel aan.

o Vette haren

o Schone kleren

o Koptelefoon

o Trainingspak

o Neuspiercing

o Gymschoenen

o Make-up

o Spijkerbroek met scheuren

o Schone handen

o Tatoeages

o Korte broek

o Gewassen lichaam

o Naveltruitje

o Ongekamde haren

o Vieze nagels

o Teenslippers

o Hoofddoek

o Pet

o Onfrisse adem

o Deodorant gebruiken

o Sexy kleding

o Ongeschoren

o Zonnebril

o Je telefoon op tafel leggen

o Kauwgom eten

o ………

Opdracht 3: Interview

Wat? In tweetallen elkaar interviewen en een kort verslag maken
Hoe? Elkaar om de beurt vragen stellen over ‘verzorgd uiterlijk’ en ‘gepaste kleding’
Met wie? De docent kiest tweetallen
Hulp? Stel vragen aan elkaar of aan medeleerlingen. Daarna pas hulp vragen aan docent
Tijd? 15 minuten (interview 5 minuten, verslag 10 minuten)
Resultaat? Bespreek jullie interview met een ander tweetal. Daarna worden de bijzonderheden klassikaal besproken
Klaar? Als jullie binnen de afgesproken tijd klaar zijn, kunnen jullie de volgende opdracht samen maken:

 

Opdracht 3: Interview

Wanneer je gaat solliciteren, is het belangrijk dat je er verzorgd uitziet en gepaste kleding draagt. Wat is dat, ‘er verzorgd uitzien’ en ‘gepaste kleding’? Jullie gaan elkaar interviewen. Maak daarna een kort verslag van jullie interview.

Stel elkaar de volgende vragen:

1. Wat betekent een ‘verzorgd uiterlijk’ voor jou?

2. Wat betekent ‘gepaste kleding’ voor jou?

3. Pas jij je kleding en uiterlijk aan in bepaalde situaties? Draag je thuis bijvoorbeeld andere kleding dan op school of als je naar een feestje gaat?

4. Wat voor kleding zou jij dragen tijdens een sollicitatiegesprek?

5. Heb je misschien nog tips en tops voor mij?

Extra opdracht (3):

Maak een collage met het thema ‘verzorgd/onverzorgd’. Op de tafel liggen viltstiften, tijdschriften, lijm, scharen en grote vellen papier. Verdeel een vel papier in twee kolommen: verzorgd en onverzorgd. Knip en plak plaatjes uit tijdschriften of schrijf kernwoorden in de juiste kolom.

Opdracht 4: Cover ontwerpen
Wat? Bespreek jouw kwaliteiten, motivatie, droombaan en netwerk met een medeleerling en maak daarna een cover van jezelf.
Hoe? Bedenk jouw kwaliteiten, motivatie, droombaan en namen van jouw netwerk. Schrijf ze op en bespreek deze met een medeleerling. Maak daarna een cover van jezelf in een word-document op de laptop/computer. Zoek op internet naar plaatjes en teksten.
Met wie? De docent kiest eerst tweetallen, daarna individueel cover maken
Hulp? Stel vragen aan elkaar. Daarna pas hulp vragen aan de docent
Tijd? 60 minuten (bespreken 10 minuten, cover ontwerpen 50 minuten)
Resultaat? Laat je cover zien aan je medeleerling, vraag tips en tops en lever je cover als het klaar is in bij de docent
Klaar? Als je binnen de afgesproken tijd klaar bent, kun je de extra opdracht maken

 

Opdracht 4: Cover ontwerpen

Zet jezelf in de schijnwerpers! Bedenk, noteer en bespreek jouw kwaliteiten, motivatie, droombaan en netwerk met een medeleerling. Maak vervolgens een cover (= voorzijde van een tijdschrift of magazine) van jezelf:

* Zet je naam bovenaan de cover

* Kies een leuke foto van jezelf en plak deze in het midden

* Kies eventueel plaatjes of teksten (bijvoorbeeld op internet) die het beste bij jou passen

* Zet de volgende vier zinnen op de cover:

1. Ik ben goed in ….. (jouw kwaliteiten)

2. Ik ga ervoor, omdat ….. (jouw motivatie)

3. Ik zie mijzelf later als ….. (jouw ‘droombaan’)

4. Ik vraag hulp aan ….. (namen van jouw netwerk; de mensen die je kunnen helpen)

Extra opdracht (4):

Je hebt jezelf in de schijnwerpers gezet met het maken van een cover. Hoe vond je het om dit te doen? Geef je cover een cijfer: 1-2-3-4-5-6-7-8-9-10

Week 6: Documenten verzamelen (Krista)

Documenten verzamelen

 

Lesdoel week 6: (totaal 2 lesuren = 100 minuten)

De leerling kan aangeven welke documenten nodig kunnen zijn voor een sollicitatiegesprek

 

Opdracht 1: Theorie

Wat?

Lees de theorie over ‘benodigde documenten’
Hoe? De theorie en de voorbeelden staan in de wikiwijs. Lees deze tekst individueel
Met wie? Individueel
Hulp? Stel eerst vragen aan je medeleerlingen. Daarna pas hulp vragen aan de docent
Tijd? 15 minuten
Resultaat? Zet eventuele vragen op papier en geef dit door aan degene die rechts naast je zit
Klaar? Als je binnen de afgesproken tijd klaar bent, kun je de extra opdracht maken

 

Opdracht 1: Theorie

Lees de theorie over benodigde documenten (identiteitsbewijs, VOG en stageovereenkomst) en bekijk de voorbeelden van een VOG en een stageovereenkomst.

Theorie:

Identiteitsbewijs

Een identiteitsbewijs heb je nodig om je te kunnen identificeren, dus 'laten zien dat jij het echt bent.' Zorg dat je altijd een identiteitsbewijs bij je hebt, ook als je gaat solliciteren. Een identiteitsbewijs kan je paspoort of identiteitskaart zijn. Je kunt je niet identificeren met je OV-kaart, bromfietscertificaat of pinpas. Een voorbeeld van een identiteitsbewijs:

Afbeeldingsresultaat voor identiteitsbewijs

VOG

Soms moet je voor je werk of je stage een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) aanvragen. Dit is een verklaring waaruit blijkt dat jouw gedrag in het verleden geen bezwaar vormt voor het uitvoeren van een bepaalde taak of functie, zoals bijvoorbeeld een stage- of werkplek. Er zijn verschillende manieren om een VOG aan te vragen, bijvoorbeeld via jouw gemeente of digitaal. Justis beslist of iemand wel of geen VOG krijgt. (https://www.justis.nl/producten/vog/vog-en-jongeren/index.aspx). Een voorbeeld van een VOG:

VOG voorbeeld

Stageovereenkomst

Als je stage gaat lopen bij een werkgever, is het belangrijk dat je een stageovereenkomst ondertekent. In een stageovereenkomst staan allerlei afspraken, rechten en plichten. Maar ook  praktische zaken, zoals je stagevergoeding en je werktijden, staan hierin vermeld. Misschien heeft het stagebedrijf een stageovereenkomst en anders kun je een stageovereenkomst krijgen bij je docent op school. Neem dit document mee naar je stagebedrijf voordat je begint met je stage.

In de stageovereenkomst staat het volgende vermeld:

* Begin- en einddatum van je stage

* Aantal uren per week dat je werkt

* Hoogte van de stagevergoeding

* Begeleider op je stageplek

* Onkosten- en reiskostenvergoeding (deze krijg je niet op iedere stageplek)

* Aansprakelijkheid

* Aantal vakantiedagen

* Regeling bij ziekte of ongelukken op het werk

In een stageovereenkomst staan alle praktische zaken op je stageplek. Je taken en leerdoelen staan hier dus niet vermeld. Deze staan in je BPV-boek. In je BPV-boek beschrijf je wat het doel is van je stage, wat je taken zijn en hoe de begeleiding is geregeld met school en op je stageplek. Als je stage is afgelopen, eindigt ook de stageovereenkomst. Je kunt dus niet eerder stoppen met je stage, tenzij je hier een goede reden voor hebt. (www.fnvjong.nl)

Extra opdracht 1:

Zoek op internet naar voorbeelden van stageovereenkomsten

Stageovereenkomst voorbeeld

Opdracht 2: Filmpje kijken en bespreken

Wat?

In tweetallen een filmpje over VOG kijken, aantekeningen maken en bespreken
Hoe? Tijdens filmpje noteren wat je opvalt. Pak pen en papier en maak aantekeningen
Met wie? De docent kiest tweetallen
Hulp? Stel eerst vragen aan elkaar of aan medeleerlingen. Daarna pas hulp vragen aan docent
Tijd? 15 minuten (filmpje kijken 5 minuten, bespreken 10 minuten)
Resultaat? Bespreek de aantekeningen die je hebt gemaakt met je medeleerling. Daarna worden de bijzonderheden klassikaal besproken.
Klaar? Als jullie binnen de afgesproken tijd klaar zijn, kunnen jullie de extra opdracht samen maken

 

Opdracht 2: Filmpje kijken en bespreken

Bekijk het onderstaande filmpje in tweetallen, maak aantekeningen en bespreek daarna wat je is opgevallen. https://www.youtube.com/watch?v=CXwfvmSMCsc

Extra opdracht 2:

Kijk op https://watdevog.nl/ voor meer informatie over het aanvragen van een VOG.

Opdracht 3: Mindmap maken en presenteren

Wat?

In groepjes van vier een mindmap ‘voorbereiding stage’ maken van de afgelopen lessen en presenteren
Hoe? Maak op een groot vel papier een mindmap ‘voorbereiding stage’ van de afgelopen lessen en presenteer deze aan je klas
Met wie? De docent kiest groepjes van ongeveer vier personen
Hulp? Stel eerst vragen aan elkaar of aan medeleerlingen. Daarna pas hulp vragen aan docent
Tijd? 60 minuten (mindmap maken 30 minuten, presentaties 30 minuten)
Resultaat? Feedback klasgenoten en docent (=Feedbackmoment!)
Klaar? Als jullie binnen de afgesproken tijd klaar zijn, kunnen jullie de extra opdracht samen maken

 

Opdracht 3: Mindmap maken en presenteren

Maak een mindmap op een groot vel papier met het onderwerp 'voorbereiding stage' van de afgelopen lessen en presenteer deze aan de klas met je groepje. Wat hebben jullie geleerd? Kijk voor voorbeelden van verschillende mindmaps op Internet (zoek op 'mindmap maken').

Extra opdracht 3:

Oefen je handtekening!

Waarom is een eigen handtekening belangrijk? Je handtekening is belangrijk om je te identificeren. Als je een nieuwe handtekening hebt gemaakt, zorg dan dat je hem bij het tekenen van belangrijke documenten gebruikt. Als iemand je handtekening controleert moeten ze overeenkomen. Als je een vriendelijke, informele sfeer wilt uitstralen, gebruik dan je voornaam in je handtekening. Als je juist een zakelijke sfeer wilt uitstralen, gebruik dan je eerste letter van je voornaam en je hele achternaam.

Afsluiting

Afsluiting

De afgelopen zes weken stonden in het thema van de voorbereiding van je stage. Je weet nu:

- hoe je een sollicitatiebrief moet schrijven

- hoe je een Curriculum Vitae moet maken

- hoe je een telefoongesprek kunt voeren

- hoe je een sollicitatiegesprek kunt voeren voor je stage

- hoe je jezelf moet presenteren

- welke documenten je nodig kunt hebben

We willen je heel graag bedanken voor je deelname aan deze Wikiwijs. We hopen dat je nu goed voorbereid kunt beginnen aan je stage. Heel veel succes!

Informatiebronnen

Informatiebronnen

Week 1 & 2

Online woordenboek: https://www.vandale.nl/opzoeken  

Week 1 'Sollicitatiebrief schrijven': http://www.stagetips.nl/tips/voorbeeld-sollicitatiebrief/

Week 2 'Curriculum Vitae schrijven':http://www.stagetips.nl/het-cv/inhoud-cv-vorm/
 

Week 3 & 4

Stage zoeken: https://www.stagemarkt.nl/Zoeken

Week 3 'Telefoongesprek voeren': https://www.youtube.com/watch?v=MwP-RIhKPIw

Week 4 'Sollicitatiegesprek voeren': https://www.youtube.com/watch?v=3tUPwKJEKrk

 

Week 5 & 6

Week 5 'Jezelf presenteren': https://www.youtube.com/watch?time_continue=2&v=Ta0Nvsk6UbE

Week 6 'Documenten verzamelen': https://www.youtube.com/watch?v=CXwfvmSMCsc

Verklaring Omtrent Gedrag: https://watdevog.nl/

 

Beoordeling

Beoordeling

De afgelopen zes weken heb je een aantal opdrachten gemaakt en ingeleverd.

Je kan:

- een telefoongesprek voeren

- een sollicitatiegesprek voeren

Jullie hebben aan het einde van de les voor de klas een telefoongesprek en een sollicitatiegesprek gevoerd. Jullie hebben hier direct feedback op ontvangen.

Van de volgende opdrachten:

- een sollicitatiebrief schrijven

- een cover ontwerpen

- een mindmap maken

wordt de beoordeling over uiterlijk twee weken bekend gemaakt.

 

Verantwoording

Week 2.2 deelopdracht 1a: Definitie BPV

Leren op de Werkplek – deelopdracht 1a

Wat ga je doen?

Geef een definitie of omschrijving van het begrip “beroepspraktijkvorming”. De begrippen “Leren op de Werkplek”, “Werkplekleren” of “Stage” mogen ook worden gebruikt.

De theorie die op school wordt geleerd, wordt vervolgens in de praktijk geoefend. Dit gebeurt in een bedrijf of instelling.

Hoe moet je het aanpakken?

  • Verzamel minimaal drie bronnen over het begrip.

  • Vergelijk de bronnen kritisch met elkaar.

  • Verwerk de uitkomst in de verantwoording van jullie Wiki.

Bron 1:
onderricht in de praktijk van het beroep https://essay.utwente.nl/50924/1/scriptie_Hoogerwaard.pdf

Bron 2:

werkplekleren (Leren op de werkplek) = op (werk)ervaring gebaseerd leren, in reële arbeidssituaties als leeromgeving, met werkelijke problemen uit de arbeidspraktijk als leerobject (Onstenk, 1994, p.21; 2001, p.135) http://dspace.ou.nl/bitstream/1820/2149/1/Techtop_2juli2009.pdf

 

    Bron 3:

Periode van praktische voorbereiding op de beroepsuitoefening. In onderwijs betekent dit dat leerlingen en studenten tijdens hun (beroepsgerichte) opleiding gedurende een of meerdere periodes begeleide praktijkervaring opdoen in een bedrijf, school of openbare instelling.

 

 

 

We hebben drie bronnen gevonden. Alle drie de bronnen bevatten verschillende motieven. Bron 1  doet een onderzoek naar begeleidingsopvattingen. Bron 2 geeft voorlichting over virtuele praktijkconfrontaties. Bron 3 beschrijft Nederlandse begrippen in duidelijk Nederlandse taal.

Bron 1 en 2 bevat bronvermeldingen, bron 3 niet.

Actualiteit: Bron 1 is >10 jaar, bron 2 is <10 jaar ,bron 3 is onbekend.

Bij alle drie de bronnen is het niet duidelijk tot in hoeverre ze wetenschappelijk valide zijn.

Hulp?

  • Mediatheek (website)

  • Google Scholar

  • Literatuur in Wiki

Tijd?

Dit moet af zijn voor aanvang van bijeenkomst 2.4.

Resultaat?

Er is een omschrijving of definitie van het begrip, zoals het voor het beroepsproduct wordt gebruikt. Er wordt onderbouwt waarom deze definitie of omschrijving het meest geschikt wordt geacht.

De omschrijving voor BPV die wij gaan gebruiken is: Periode van praktische voorbereiding op de beroepsuitoefening. In onderwijs betekent dit dat leerlingen en studenten tijdens hun (beroepsgerichte) opleiding gedurende een of meerdere periodes begeleide praktijkervaring opdoen in een bedrijf, school of openbare instelling.

De reden waarom wij voor deze definitie hebben gekozen is vooral omdat onze doelgroep vmbo leerlingen zijn en we het belangrijk vinden dat het begrijpelijk is voor hen. De definitie beschrijft het begrip zoals ook in de andere bronnen beschreven is, maar dan op een manier dat ook de vmbo-leerlingen het zouden kunnen begrijpen.  

 

Klaar?

Als ook een analyse is gemaakt van de beleidsstukken (deelopdracht 1b) kunnen jullie verder met de ontwerpeisen. In de bijeenkomst van week 2.3 zullen we hierover “even gaan dromen”.

 

Week 2.2 deelopdracht 1b: Analyse stagebeleid

Verantwoording week 2.2 deelopdracht 1b: Analyse beleidstukken beroepspraktijkvorming

'Verzamel op verschillende scholen beleidstukken omtrent de beroepspraktijkvorming. Zoek uit wat landelijk beleid zegt over BPV op school. Analyseer de verschillende beleidstukken. Verwerk de uitkomst in de verantwoording van jullie Wiki.'

BELEIDSTUKKEN:

OdyZee College Kloetinge (vso):

  • In het eerste schooljaar krijgen de leerlingen SOVA training. Ook is er de mogelijkheid van psycho-educatie. Het doel daarvan is leerlingen bewust te maken van hun sterke- en ontwikkelpunten;
  • In het tweede schooljaar wordt loopbaanoriëntatie (LOB-lessen) aangeboden. In deze lessen wordt nagedacht over welke keuzes een leerling in en na het VMBO wil/kan maken;
  • Ook gaan de leerlingen in het tweede schooljaar ter oriëntatie op bedrijfsbezoek. Iedere klas bezoekt 2 stagebedrijven om inzicht te krijgen in een werkomgeving;
  • In de periode maart - april vanaf klas 2 wordt er door de mentor en de CVB gekeken welke leerlingen een reguliere of een intensieve stage zullen gaan lopen. Dit gebeurt op basis van een competentieprofiel gekoppeld aan het ontwikkelingsperspectief van de leerling. Er zal elk schooljaar gekeken worden of de gekozen vorm van stage nog steeds de best passende is;
  • In het 3e en 4e schooljaar lopen alle leerlingen stage. VMBO-B leerlingen lopen 1 tot 2 dagen stage in de week, VMBO-T een halve tot 1 dag per week. Elke leerling wordt begeleid door een stagebegeleider van school en een praktijkbegeleider op de werkvloer. Daarnaast onderhoudt de stagebegeleider het contact met de ouders/verzorgers over de stage;
  • Reguliere stage: stage waarbij leerlingen stage gaan lopen bij een extern bedrijf. Bij dit bedrijf worden er al bepaalde basisvaardigheden van de leerling verwacht;
  • Intensieve stage: stage waar de leerlingen zonder al teveel werkdruk zich rustiger kunnen ontwikkelen. De stageplekken vinden veelal plaats in non-profit organisaties. Bij alle vormen van stage krijgen de leerlingen persoonlijke leerdoelen mee zodat de leerlingen zich blijven ontwikkelen;
  • De stage is op oriënterende basis zodat de leerling inzicht kan krijgen in eigen interesses en (on)mogelijkheden op het gebied van vervolgopleiding, werk of dagbesteding;
  • Stagedoelen zijn gericht op het aanleren van arbeidsvaardigheden zoals: op tijd komen, afspraken nakomen, je staande houden in een nieuwe omgeving, omgaan met collega's en autoriteit, taken uitvoeren (https://www.odyzee.nl/odyzee-college/arbeidstoeleiding.htm).

Carmel College Salland (praktijkonderwijs):

  • Al vanaf klas 1 van het PRO wordt er gesproken over stage. Het vak Sociale Vaardigheden (SOVA) wordt gegeven in alle klassen met als doel zicht krijgen op persoonlijke groeimogelijkheden én vaardigheden leren die nodig zijn voor de stage. Tijdens de modules basisvaardigheden wordt er ook gekeken naar werkhoudingaspecten door leerlingen en leerkracht;
  • Vanaf klas 2 wordt begonnen met de arbeidsoriëntatie door middel van de volgende methoden (in de leerlijn Praktijk en Loopbaan wordt aangegeven op welke wijze vorm wordt geven aan arbeidsoriëntatie);
  • In klas 3, 4 en 5 wordt er specifieker ingegaan op wat er allemaal komt kijken bij stagelopen, door middel van de methoden en klassengesprekken. Voordat de leerling 15 jaar wordt, doet hij mee aan het assessment en eventueel aanvullende testen zoals een affiniteiten onderzoek. Arbeidssimulatie krijgt een plek en er wordt gewerkt met modulen;
  • Het doel van de stage is de leerlingen door middel van een op hen toegesneden programma voorbereiden op de met name regionale arbeidsmarkt of verdere scholing binnen het MBO. Naast het volgen van een programma voor basisvorming in de beginjaren, waarin naast de theorie de werkhouding benadrukt wordt, vormen zelfstandigheidtraining en sociale vaardigheidstraining een belangrijk onderdeel van deze voorbereiding;
  • Stagedoelen zijn gericht op het aanleren van arbeidsvaardigheden, zoals:  leiding accepteren in een werksituatie, open staan voor advies, ontwikkelen verantwoordelijkheidsgevoel, eigen en juiste initiatieven tonen, zo zelfstandig mogelijk werken, zo nauwkeurig mogelijk werken, zo geconcentreerd mogelijk werken, doorzetten, in een redelijk tempo werken, op tijd komen, zo min mogelijk verzuimen, opdrachten vervullen en volbrengen, voor zichzelf opkomen, leren samenwerken, eigen mogelijkheden leren kennen, op juiste manier vragen stellen, problemen leren bespreken, ontwikkelen sociale vaardigheden (https://www.carmelcollegesalland.nl/Portals/0/stage%20beleidsplan%20versie%20september2012.pdf).

Pontes Pieter Zeeman (vmbo)

  • De leerlingen lopen stage in het derde en/of vierde leerjaar. Binnen de leerwegen-B/K/G biedt de school verschillende soorten stages aan. Hoe de stage in de praktijk wordt ingevuld, verschilt per opleiding;
  • Het doel van de stage is kennis en ervaring opdoen in de beroepspraktijk;
  • De school maakt onderscheid tussen een snuffelstage, een arbeidsoriënterende stage en een beroepsvoorbereidende stage. Daarnaast biedt de school leerlingen van de basisberoepsgerichte leerweg in het vierde jaar de mogelijkheid een leerwegtraject te volgen. Dit houdt in dat de leerling minder vakken krijgt op school en een deel van het onderwijsprogramma bij een bedrijf volgt;
  • In het derde jaar wordt 3 aangesloten weken stage gelopen. LOB is verweven in de leerstof;
  • Ook in het vierde jaar is LOB verweven in de leerstof (https://www.pieterzeeman.nl/de-school/maatschappelijke-stages-vmbo).

Kop van Noord-Holland (ROC):

  • Er zijn veel verschillende soorten stages. De inhoud van iedere stage afzonderlijk verschilt per opleiding, per leerjaar en per niveau. Het is daarom ondoenlijk hier een algemene beschrijving te geven van de inhoud van een stage. Voor aanvang van iedere stageperiode wordt door de onderwijsafdeling vastgesteld aan welke opdrachten en competenties de leerlingen van een bepaalde opleiding gaan werken en hoe de beoordeling plaats zal vinden. De exacte inhoud van de stages wordt vastgesteld in overleg met het werkveld. Vervolgens bespreekt iedere leerling afzonderlijk met zijn of haar coach aan welke opdrachten hij of zij tijdens de stage zal werken. Uiteraard gelden er wel een aantal algemene uitgangspunten;
  • Het doel van de stage is vooral gericht op het aanleren van competenties;
  • Stage is in eerste instantie de verantwoordelijkheid van de leerling zelf. Er is wel begeleiding vanuit school;
  • Voor alle stages geldt dat het belangrijk is dat er sprake is van een krachtige leeromgeving. Dit is een omgeving waarin de stagiair:
  1. kan werken vanuit heldere leerdoelen
  2. werk kan doen dat aansluit bij het opleidingsniveau
  3. wordt gestimuleerd na te denken en te spreken over werkervaringen
  4. een goede en duidelijke uitleg krijgt over het werk dat moet worden verricht
  5. hulp krijgt als dat nodig is
  6. de ruimte krijgt om ook eens wat nieuws te leren
  7. fouten mag maken om daarvan te leren
  8. achtergrondinformatie over het werk krijgt aangereikt
  9. eerlijk te horen krijgt wat goed, of juist niet zo goed gaat
  10. de gelegenheid krijgt zelfstandig te handelen
  11. bepaalde verantwoordelijkheden krijgt
    (https://www.rockopnh.nl/wp-content/uploads/2017/11/Stagehandleiding2017-2018bbl.pdf).

Landelijk beleid stage:

  • Vmbo-scholen bepalen zelf de stageomvang binnen de (beroepsgerichte) programma’s. In alle leerwegen kan stage deel uitmaken van het onderwijsprogramma;
  • Voor leerwerktrajecten en de entreeopleiding in het vmbo gelden landelijke eisen voor de omvang van de buitenschoolse praktijk:
  • Leerwerktraject: het buitenschoolse praktijkgedeelte omvat minimaal 640 klokuren in 80 dagen en maximaal 1280 klokuren in 160 dagen van de gezamenlijke onderwijstijd in leerjaar 3 en 4;
  • Entreeopleiding in het vmbo: de beroepspraktijkvorming (bpv) omvat voor de beroepsopleidende leerweg (bol) minimaal 20 procent en maximaal 60 procent van de onderwijstijd; voor de beroepsbegeleidende leerweg (bbl) minimaal 60 procent;
  • Stage telt als onderwijstijd als aan de criteria wordt voldaan;
  • Stage wordt in het vmbo gezien als een didactische werkvorm, niet als doel
  • Stage wordt in het vmbo gezien als een didactische werkvorm waarin leerlingen onderwijsinhouden kunnen leren en/of op school geleerde inhouden toe kunnen passen. De stage vindt plaats op basis van een stageovereenkomst tussen school en de stagebiedende organisatie;
  • Bedrijven waar vmbo-leerlingen stage lopen hoeven geen door SBB erkende leerbedrijven te zijn. Aan stage is geen minimum- of maximum aantal uren gebonden. Onderdelen van het onderwijsprogramma mogen tijdens de stage worden afgerond, bijv. in de vorm van een proeve van bekwaamheid, als dat onder verantwoordelijkheid van de school gebeurt en vastgelegd is in het PTA van de leerling.

Schoolbeleid:

Analyse:

Op het OdyZee College en het Carmel College Salland wordt aandacht besteed aan de voorbereiding op de BPV door middel van SOVA-training en LOB. Ook wordt op beide scholen eerst een oriënterende stage aangeboden. Op de Pontes Pieter Zeeman worden LOB-lessen gegeven in het derde en vierde schooljaar. De begeleiding vanuit deze drie scholen is intensief. School is verantwoordelijk voor de stage. Kop van Noord-Holland besteedt geen aandacht aan LOB of SOVA-training. Stage is in eerste instantie de verantwoordelijkheid van de leerling zelf. Er is in mindere mate sprake van begeleiding vanuit school. Volgens het landelijk beleid mogen scholen zelf de omvang en het moment van de stage bepalen. Voor het leerwerktraject en de entreeopleiding gelden landelijke eisen.

Tijdens onze stage en in ons werk merkten wij dat er in de praktijk heel veel onduidelijkheid bestaat over de voorbereiding van de BPV/LOB en de stage bij leerlingen en collega's. Na het voeren van een aantal gesprekken met docenten en leerlingen van de Pontes Pieter Zeeman in Zierikzee en het IJsselcollege in Capelle aan den IJssel, konden wij concluderen dat er behoefte is aan meer duidelijkheid en structuur. Zo wordt de les 'het schrijven van een sollicitatiebrief/Curriculum Vitae' bijvoorbeeld nog gegeven tijdens het vak Nederlands, terwijl dit eigenlijk een belangrijk onderdeel is van de LOB/BPV. Dit is erg verwarrend voor zowel leerlingen als docenten.

 

Door: Krista Verkaart (0940295)

Week 2.4 deelopdracht 2: Ontwerpeisen

Verantwoording week 2.4 deelopdracht 2: Ontwerpeisen

Context

Interventies

Mechanismen

outcome

Het probleem is dat leerlingen beheersen de vaardigheden van het schrijven van een sollicitatiebrief onvoldoende.

 

Als we dit doen Leerlingen laten oefenen met het schrijven van een sollicitatiebrief en CV.

Leerlingen elkaars CV en brieven laten beoordelen.

 

 

 

Omdat

Bij deze vaardigheden gaat het onder andere om begrijpen en onthouden. Door de leerlingen elkaar te laten nakijken stimuleer je dit Ebbens & Ettekoven (2016)

 

Gebeurt er Leerlingen schrijven een nette sollicitatiebrief en CV.

Het probleem is dat Leerlingen de gespreksvaardigheden rondom een telefoongesprek en sollicitatiegesprek niet genoeg beheersen.

Als we dit doen

Rollenspellen voeren.

Iedere leerling krijgt een nummer. Elk nummer staat voor een rol. 1. Sollicitant 2. Manager 3. Feedbackgever.

Aan de hand van de theorie beoordelen ze elkaar.

 

Omdat

Op deze manier kan je leerlingen individueel aanspreken. Versterkt het samenwerken.

Deze samenwerkingsstructuur is vooral gericht op beheersing van de theorie - Ebbens & Ettekoven (2016)

Gebeurt er Leerlingen kunnen individueel beoordeeld worden. Ze kunnen op een correcte manier een telefoongesprek voeren. Ze kunnen op een correcte manier een sollicitatiegesprek voeren.

Het probleem is dat

Leerlingen moeite hebben met hoe ze zichzelf moeten presenteren tijdens een sollicitatiegesprek.

 

Leerlingen hebben moeite met het verzamelen van de benodigde documenten voor hun BPV.

Als we dit doen

Leerlingen theorie laten lezen over het onderwerp.

Het geven van voorbeelden van hoe je wel en niet representatief verschijnt op je stageadres doormiddel van filmmateriaal.

Leerlingen met elkaar in gesprek laten gaan hierover.

Omdat

Denken-delen-uitwisselen is geschikt voor het oproepen van leeractiviteiten en het begrijpen, integreren en uitwisselen van meningen - Ebbens& Ettekoven (2016). Dit is zeker handig bij het jezelf presenteren voor een gesprek.

Gebeurt er

Leerlingen weten hoe ze zichzelf moeten presenteren en welke documenten er nodig zijn voor hun stage

Week 2.5 deelopdracht 3: Storyboard

Storyboard
Storyboard

Les week 1 & 2

Verantwoording week 1 en week 2

 

In de eerste twee weken van de cursus: voorbereiding op de beroepspraktijk vorming is de aandacht gevestigd op de schriftelijke vaardigheden. Daaronder valt het schrijven van een sollicitatiebrief en een Curriculum Vitae, deze twee vaardigheden staan in de eerste twee weken centraal.

Om deze vaardigheden goed onder de knie te krijgen heb ik voor de leerlingen vier lesdoelen opgesteld:

Lesdoel week 1: (totaal 2 lesuren = 100 minuten)

1. De leerling kent het begrip ‘sollicitatiebrief’

2. De leerling kan een sollicitatiebrief schrijven

Lesdoelen: (totaal 2 lesuren = 100 minuten)

3. De leerling kent het concept ‘Curriculum Vitae’

4. De leerling kan een Curriculum Vitae maken

 

De lessen zijn verdeeld over 50 minuten per les, dit moet voldoende zijn om de leerlingen de schriftelijke vaardigheden aan te leren. Omdat deze cursus in het teken staat van samenwerking heb ik gebruik gemaakt van de samenwerkingsstructuur check-in-duo’s volgens Ebbens & Ettekoven (2016). Zij beschrijven bij deze samenwerkingsstructuur een stappenplan dat bestaat uit vier componenten, namelijk:

 

Individueel: De docent zorgt ervoor dat elke leerling eerst individueel aan de opdracht(en) werkt. Er vindt pas uitwisseling plaats als de twee leerlingen van de duo de opdracht(en) voor zichzelf afhebben.

Check in duo’s: Elke leerling vergelijkt zijn opbrengst met die van zijn partner. De opdracht is als regel het eens te worden over wat het (meest) juiste antwoord en/of de juiste wijze van oplossen is.

Double check: Optionele derde stap. De antwoorden van het duo kunnen indien nodig nog een keer vergeleken worden met die van een duo voor of achter, bijvoorbeeld wanneer het een gecompliceerde opdracht betreft.

Check-in-de-klas: De docent gaat na over welke opgave(n) in duo’s geen overeenstemming is bereikt en bespreekt deze met de klas. Eventueel volgen de juiste antwoorden, bijvoorbeeld geprojecteerd op het digibord.

Uit ervaring weet ik dat de eerste weken van een nieuwe cursus onrust kan veroorzaken. Dit kan verschillende factoren hebben (hier gaan we niet op in). Daarom is er een bewuste keuze gemaakt voor de samenwerkingsvorm check-in-duo’s. Ten eerste hoeft er vaak geen reorganisatie van de klasopstelling plaats te vinden, want de leerlingen zitten vaak al naast elkaar in duo’s. Dit zorgt voor tijdsbesparing. Ten tweede bevatten de opdrachten die in heb ontwikkeld eenduidige antwoorden waardoor het makkelijker wordt om dit in duo’s te controleren. Daarnaast vergroot dit ook de sociale vaardigheden van de leerlingen, door de opdrachten samen te maken worden ze gedwongen om met elkaar te communiceren. De meeste opdrachten in mijn lessenreeks worden eerst individueel gemaakt door de leerling en daarna gecontroleerd door een samenwerkingspartner als ze klaar zijn binnen de afgesproken tijd. De laatste stap van Ebbens & Ettekoven (2016) het check-in-de-klas heb ik vormgegeven door gebruik te maken van automatische oefeningen met een correctiemodel. Zodoende weten de leerlingen na het maken van de opdracht wat de juiste antwoorden zijn.

Het gaat in deze lessenreeks vooral om de beheersing van de stof, maar ook het toepassen van de geleerde stof is een belangrijk onderdeel om de schriftelijke vaardigheden onder de knie te krijgen. Daarom is het van belang dat de leerlingen elkaar controleren en eventueel elkaar aanvullen. In een van mijn opdrachten heb ik dan ook gebruik gemaakt van een beoordelingsformulier zodat ze elkaar kunnen corrigeren en aanvullen.

Het is de bedoeling dat de leerlingen direct aan de slag kunnen met de wikiwijs, daarom hebben we ervoor gekozen om de vragen die in van Ebbens & Ettekoven (2016) worden beschreven mee te nemen in onze vormgeving van de opdrachten. Het betreft de vragen als: 'Wat, hoe, met wie, hulp, tijd, resultaat, klaar?’. Door dit zo duidelijk mogelijk in te vullen creëren we voor de leerlingen een vorm van zelfstandig onderwijs waarbij de docent meer gaat fungureren als coach/begeleider.

Bronnenvermelding:

Di Giulio, N., Duyvestijn, M., Koops, I., Lecluse-Dielen, M. (2016). Bronnenboek Zorg en Welzijn. Meppel: Edu’Actief b.v.

Ebbens, S., & Ettekoven, S. (2016). Samenwerkend leren : Praktijkboek (Vierde druk ed.). Groningen: Noordhoff Uitgevers.

Van den Beemt, S. (2018, 4 mei). Sollicitatiecursus. Geraadpleegd op 10 februari 2019, van https://www.sollicitatiecursus.com/cv-voorbeelden/voorbeeld-cv-onderwijsassistent

Les week 3 & 4

Verantwoording week 3 en week 4

In week 3 en 4 wordt aandacht besteedt aan gespreksvaardigheden. Het gaat hier dan om het voeren van een telefoongesprek ter voorbereiding op de stage en het voeren van een sollicitatiegesprek voor een stage.

Om deze doelstellingen te behalen heb ik de volgende leerdoelen opgesteld: De leerling kan een telefoongesprek voeren om een afspraak te maken voor een kennismakingsgesprek. De leerling kan een sollicitatiegesprek voeren.

Ik heb gebruik gemaakt van het samenwerkingsstructuur ’’genummerde hoofden’’. Volgens het boek Samenwerend leren van Ebbens en Ettekoven (2016) past deze samenwerkingsstructuur bij een opdracht die langer dan 10 minuten duurt.

In deze lessen waar samenwerkend leren centraal staat heb ik de vijf kenmerken van samenwerkend leren zoals die besproken worden in Ebbens & Ettekoven (2016) terug laten komen in mijn les.

 

Binnen een groepje krijgt iedere leerling een nummer met een bepaalde rol. Volgens Ebbens & Ettekoven (2016) stuurt deze samenwerkingsstructuur sterk op de 1. individuele aanspreekbaarheid van de leerlingen binnen een groep. Iedere leerling krijgt een nummer met een bepaalde rol er kunnen dan bepaalde rollen op hun verantwoordelijkheid aangesproken worden.

De rol van sollicitante, bedrijfsmanager en feedbackgever zijn afhankelijk van elkaar om een goed gesprek te laten verlopen en feedback op elkaar te krijgen. Hierdoor ontstaat 2.wederzijdse afhankelijkheid.

Individuele aanspreekbaarheid en wederzijdse afhankelijkheid zijn sleutel begrippen in het samenwerkend leren (Ebbens & Ettekoven, 2016)

Doordat er geoefend wordt met elkaar door middel van rollenspellen ontstaat er 3.directe interactie. Vooraf aan de les is er een heldere instructie gegeven over de inhoud van de les. Hierin is theorie omschreven over hoe je netjes een telefoon gesprek voert en een sollicitatiegesprek. Deze 4.sociale vaardigheden worden tijdens de rollenspellen geoefend.

Aan het einde van de les moeten de groepjes een telefoongesprek en sollicitatiegesprek voor doen voor de klas. Door vragen te stellen aan de leerlingen over hoe het is gegaan en hoe iedereen zijn rol binnen de les op zich heeft genomen wordt er aandacht besteedt aan het 5.groepsproces.

 

Om de opdracht helder te krijgen voor de leerlingen heb ik gebruik gemaakt van een heldere instructie. Volgens Ebbens & Ettekoven (2016) is een instructie helder als  de leerlingen uit de instructie de volgende zaken opmaken, namelijk: wat ze moeten doen, hoe ze het moeten doen, wat voor hulp ze krijgen, hoeveel tijd ze hebben, wat voor resultaat er verwacht wordt en wat ze moeten doen als ze klaar zijn. Mijn opdracht heb ik op deze manier voor de leerlingen uitgewerkt.

Gebruikte bronnen voor de vorming van mijn les:

Ebbens, S., & Ettekoven, S. (2016). Samenwerkend leren : Praktijkboek (Vierde druk ed.). Groningen: Noordhoff Uitgevers.

Bouman, A., Schuyt, L. (2007). Op weg naar stage en werk - sociale en communicatieve vaardigheden op de werkvloer. Handboek voor de begeleider. Apeldoorn: Garant Uitgevers N.V.

Les week 5 & 6

Verantwoording week 5 en week 6

In week 5 wordt aandacht besteed aan het onderwerp ‘jezelf presenteren’.
De duur van de les is 2 x 50 minuten. Het doel van de les is: ‘De leerling kan aangeven wat ‘verzorgd uiterlijk’ en ‘gepaste kleding’ voor een sollicitatiegesprek is.’

Het eerste deel van de les bestaat uit het lezen van de theorie in Wikiwijs. Dit is de eerste opdracht. Deze informatie heb ik gevonden op (https://www.stagemotor.nl/studenten/stagehandleiding.php?link=9).
Als de leerlingen eerder klaar zijn, kunnen ze een extra opdracht maken:
het beantwoorden van een aantal vragen.

Daarna bekijken de leerlingen een filmpje over een sollicitatiegesprek en jezelf presenteren. Dit is de tweede opdracht. Het filmpje heb ik gevonden op https://www.youtube.com/watch?time_continue=2&v=Ta0Nvsk6UbE. Tijdens het filmpje maken de leerlingen aantekeningen. Na afloop wordt het filmpje met een medeleerling besproken. Als de leerlingen eerder klaar zijn, kunnen ze een extra opdracht maken: het aankruisen van woorden die bij ‘verzorgd uiterlijk’ en ‘gepaste kleding’ horen.

Vervolgens mogen de leerlingen elkaar interviewen. Dit is de derde opdracht.
Na afloop maken ze een kort verslag van hun interview. Dit verslag wordt besproken met een ander tweetal. Daarna worden de bijzonderheden klassikaal besproken.
Als de leerlingen eerder klaar zijn, kunnen ze een extra opdracht maken:
een collage maken met het onderwerp ‘verzorgd/onverzorgd’.

De laatste opdracht is het ontwerpen van een cover. Eerst worden de kwaliteiten, motivatie, droombaan en netwerk met een andere leerling besproken en daarna mogen de leerlingen individueel een cover maken. De cover wordt eerst bekeken door een medeleerling. De leerling krijgt feedback van een medeleerling. Als de cover klaar is, levert de leerling de cover (digitaal) in bij de docent. Als de leerlingen eerder klaar zijn, kunnen ze een extra opdracht maken: het beoordelen van de cover en de opdracht.

In deze les werken de leerlingen individueel of in tweetallen. Volgens Ebbens & Ettekoven (2016) is de samenwerkingsstructuur ‘denken-delen-uitwisselen’ een manier die in vrijwel alle onderwijsleersituaties gebruikt kan worden. Zowel het individueel denken als het samen denken wordt gegarandeerd en gestimuleerd. Het zorgt voor een hoge actieve deelname. Leerlingen kunnen hun meningen en ervaringen uitwisselen en van elkaar leren.

Aan het begin van elke les staat een heldere instructie. Er wordt antwoord gegeven op de vragen ‘Wat, hoe, met wie, hulp, tijd, resultaat, klaar?’ Volgens Ebbens & Ettekoven (2016) weten leerlingen na een heldere instructie precies wat ze moeten doen, zodat ze zelfstandig aan het werk kunnen gaan.

Voor het maken van deze les heb ik gebruik gemaakt van de volgende bronnen:

Bronvermelding

Bouman, A., Schuyt, L. (2007). Op weg naar stage en werk - sociale en communicatieve vaardigheden op de werkvloer. Handboek voor de begeleider. Apeldoorn: Garant Uitgevers N.V.

Ebbens, S., & Ettekoven, S. (2016). Samenwerkend leren: Praktijkboek (Vierde druk ed.). Groningen: Noordhoff Uitgevers.

Koot, M., Wiebenga-Brouwer, C. (2015). LOB 3. LOB, leerjaar 3. Serie: loopbaanoriëntatie en -begeleiding (Eerste druk ed.). 's Hertogenbosch: Educatieve Uitgeversgroep B.V. (De Toerist/De Dienst).

Koot, M., Wiebenga-Brouwer, C. (2017). LOB 4. LOB, leerjaar 4. Serie: loopbaanoriëntatie en -begeleiding (Eerste druk ed.). 's Hertogenbosch: Educatieve Uitgeversgroep B.V. (De Toerist/De Dienst).

Stagehandleiding (z.d.). Geraadpleegd van

https://www.stagemotor.nl/studenten/stagehandleiding.php?link=9

Week 6

In week 6 wordt het thema ‘documenten verzamelen’ besproken. De duur van de les is 2 x 50 minuten. Het doel van de les is: ‘De leerling kan aangeven welke documenten nodig zijn voor een sollicitatiegesprek.’

Het eerste deel van de les bestaat uit het lezen van de theorie in de Wikiwijs. Dit is de eerste opdracht. Deze informatie heb ik gevonden op (https://www.justis.nl/producten/vog/vog-en-jongeren/index.aspx) en (https://fnvjong.nl/stageovereenkomst) Als de leerlingen eerder klaar zijn, kunnen ze een extra opdracht maken: op internet zoeken naar stageovereenkomsten.

Daarna bekijken de leerlingen in tweetallen een filmpje over Jongeren en de VOG-verklaring. Dit is de tweede opdracht. Het filmpje heb ik gevonden op https://www.youtube.com/watch?v=CXwfvmSMCsc. Tijdens het filmpje maken de leerlingen aantekeningen. Na afloop wordt het filmpje met een medeleerling besproken. Daarna worden de bijzonderheden klassikaal besproken. Als de leerlingen eerder klaar zijn, kunnen ze een extra opdracht maken: het bekijken van de website www.watdevog.nl.

De laatste opdracht bestaat uit het maken van een mindmap. Dit is de derde opdracht. Als de leerlingen eerder klaar zijn, kunnen ze een extra opdracht maken: oefen je handtekening!

In deze les werken de leerlingen individueel of in tweetallen. Volgens Ebbens & Ettekoven (2016) is de samenwerkingsstructuur ‘denken-delen-uitwisselen’ een manier die in vrijwel alle onderwijsleersituaties gebruikt kan worden. Zowel het individueel denken als het samen denken wordt gegarandeerd en gestimuleerd. Het zorgt voor een hoge actieve deelname. Leerlingen kunnen hun meningen en ervaringen uitwisselen en van elkaar leren.

Aan het begin van elke les staat een heldere instructie. Er wordt antwoord gegeven op de vragen ‘Wat, hoe, met wie, hulp, tijd, resultaat, klaar?’ Volgens Ebbens & Ettekoven (2016) weten leerlingen na een heldere instructie precies wat ze moeten doen, zodat ze zelfstandig aan het werk kunnen gaan.

Voor het maken van deze les heb ik gebruik gemaakt van de volgende bronnen:

Bronvermelding

Bouman, A., Schuyt, L. (2007). Op weg naar stage en werk - sociale en communicatieve vaardigheden op de werkvloer. Handboek voor de begeleider. Apeldoorn: Garant Uitgevers N.V.

Ebbens, S., & Ettekoven, S. (2016). Samenwerkend leren: Praktijkboek (Vierde druk ed.). Groningen: Noordhoff Uitgevers.

Koot, M., Wiebenga-Brouwer, C. (2015). LOB 3. LOB, leerjaar 3. Serie: loopbaanoriëntatie en -begeleiding (Eerste druk ed.). 's Hertogenbosch: Educatieve Uitgeversgroep B.V. (De Toerist/De Dienst).

Koot, M., Wiebenga-Brouwer, C. (2017). LOB 4. LOB, leerjaar 4. Serie: loopbaanoriëntatie en -begeleiding (Eerste druk ed.). 's Hertogenbosch: Educatieve Uitgeversgroep B.V. (De Toerist/De Dienst).

VOG en jongeren (z.d.) Geraadpleegd van https://www.justis.nl/producten/vog/vog-en-jongeren/index.aspx

Stageovereenkomst (z.d.). Geraadpleegd van https://fnvjong.nl/stageovereenkomst

 

Door: Krista Verkaart (0940295)

 

 

Bronnen

Bronnen

Week 1 & 2

Di Giulio, N., Duyvestijn, M., Koops, I., Lecluse-Dielen, M. (2016). Bronnenboek Zorg en Welzijn. Meppel: Edu’Actief b.v.

Ebbens, S., & Ettekoven, S. (2016). Samenwerkend leren : Praktijkboek (Vierde druk ed.). Groningen: Noordhoff Uitgevers.

Van den Beemt, S. (2018, 4 mei). Sollicitatiecursus. Geraadpleegd op 10 februari 2019, van https://www.sollicitatiecursus.com/cv-voorbeelden/voorbeeld-cv-onderwijsassistent
 

Week 3 & 4

Ebbens, S., & Ettekoven, S. (2016). Samenwerkend leren : Praktijkboek (Vierde druk ed.). Groningen: Noordhoff Uitgevers.

Bouman, A., Schuyt, L. (2007). Op weg naar stage en werk - sociale en communicatieve vaardigheden op de werkvloer. Handboek voor de begeleider. Apeldoorn: Garant Uitgevers N.V.

 

Week 5 & 6

Bouman, A., Schuyt, L. (2007). Op weg naar stage en werk - sociale en communicatieve vaardigheden op de werkvloer. Handboek voor de begeleider. Apeldoorn: Garant Uitgevers N.V.

Ebbens, S., & Ettekoven, S. (2016). Samenwerkend leren: Praktijkboek (Vierde druk ed.). Groningen: Noordhoff Uitgevers.

Koot, M., Wiebenga-Brouwer, C. (2015). LOB 3. LOB, leerjaar 3. Serie: loopbaanoriëntatie en -begeleiding (Eerste druk ed.). 's Hertogenbosch: Educatieve Uitgeversgroep B.V. (De Toerist/De Dienst).

Koot, M., Wiebenga-Brouwer, C. (2017). LOB 4. LOB, leerjaar 4. Serie: loopbaanoriëntatie en -begeleiding (Eerste druk ed.). 's Hertogenbosch: Educatieve Uitgeversgroep B.V. (De Toerist/De Dienst).

Stagehandleiding (z.d.). Geraadpleegd van

https://www.stagemotor.nl/studenten/stagehandleiding.php?link=9

VOG en jongeren (z.d.) Geraadpleegd van https://www.justis.nl/producten/vog/vog-en-jongeren/index.aspx

Stageovereenkomst (z.d.). Geraadpleegd van https://fnvjong.nl/stageovereenkomst

 

 

 

 

 

  • Het arrangement Voorbereiding Beroeps Praktijk Vorming is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Laatst gewijzigd
    2019-02-10 21:59:00
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Toelichting

    We hebben onderwijs ontworpen met betrekking tot BPV voor VMBO leerlingen. Dit is gedaan volgens de principes van Samenwerkend leren (Ebbens & Ettekoven, 2016).

     

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld

    Bronnen

    Bron Type
    Videofragment 1.3. door Janis Hardyal (0869408)
    https://youtu.be/T2PBKRdp5fM
    Video
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    Sollicitatie betekenis

    Waarom een sollicitatiebrief?

    Opdracht 1.6. CV

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.