1. Negatieve getallen
Uitleg
Positieve en Negatieve Getallen
Getallen boven de 0 heten
positieve getallen (+)
Getallen onder de 0 heten
negatieve getallen (-)
Het getal 0 is NIET positief en NIET negatief
dus NEUTRAAL.
Het beste om dit duidelijk te maken is bij een gewone thermometer.
Getallenlijn
Het getal wordt groter als je naar rechts gaat. (zie getallenlijn hieronder)
Hiernaast zie je dat alle getallen op de getallenlijn naar rechts groter worden en naar links kleiner worden.
Kleiner dan Groter dan
m
We kennen drie tekens om getallen te te vergelijken:
Kleiner dan
<
Gelijk aan
=
Groter dan
>
3 < 7
½ = 0,5
½ > 0
-12 < 2
¼ = 0,25
-3 > -7
0,36 < 1
¾ = 0,75
0,36 > 0,09
Oefenen
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
2. Optellen en aftrekken
Uitleg
Heksenpot
Je kunt de sommen berekenen met de ketel van de HEKS.
Hiernaast zie je de som:
2 + 3 = 5
rood is warm (+) blauw is koud (-)
Uitleg: Bij de 1e ketel gooit men 3 warm.
De eind temperatuur wordt dan 5
Hiernaast zie je de som:
5 + - 3 = 2
Uitleg: Bij de 1e ketel gooit men 3 koud.(3 lager)
De eindtemperatuur wordt dus 2
Hiernaast zie je de som:
2 - - 4 = 6
Uitleg: Uit de eerste ketel 4 koud. (4 hoger)
Daarom stijgt de temperatuur tot 6.
Blokjes erin/eruit (Erbij doen / Eraf halen)
n
Voorbeelden staan hier onder. ++ = + - - = + +-=- -+=-
Er bij warm = warmer
Er uit koud = warmer
Er uit warm = kouder
Er bij koud = kouder
+ + = ( +)
- - = (+)
- + = (-)
+ - = (-)
5 + +7 = 12
wordt dus
5 (+) 7 = 12
5 - - 7 = 12
wordt dus
5 + 7 = 12
5 - + 7 = -2
wordt dus
5 (-) 7 = -2
5 + - 7 = -2
wordt dus
5 (-) 7 = -2
LET OP:
Bij negatieve getallen moet er een (-) voor staan. ( voorbeeld: -3 of -132)
Bij positieve getallen mag er een (+) voor staan maar dat moet niet! (voorbeeld: 3 132 +3 + 132)
Oefenen
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
3. Vermenigvuldigen en delen
Uitleg
Onthoud het volgende:
positief × positief = positief
positief ÷ positief = positief
positief × negatief = negatief
positief ÷ negatief = negatief
negatief × positief = negatief
negatief ÷ positief = negatief
negatief × negatief = positief
negatief ÷ negatief = positief
Voorbeelden
5 ×
6 =
30
5 ×
–6 =
–30
–5 ×
6 =
–30
–5 ×
–6 =
30
20 ÷
4 =
5
20 ÷
–4 =
–5
–20 ÷
4 =
–5
–20 ÷
–4 =
5
Oefenen
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
4. Volgorde
Uitleg
Het maakt voor de oplossing veel uit of je begint met optellen of vermenigvuldigen.
Afgesproken is dat vermenigvuldigen en delen voor optellen en aftrekken gaan.
De voorrangsregel op een rij:
1. Tussen de haakjes;
2. Vermenigvuldigen of delen van links naar rechts;
3. Optellen of aftrekken van links naar rechts.
Schrijf alle tussenstappen onder elkaar op, onderstreep steeds de bewerking die voorrang heeft en zet het antwoord na het laatste '='-teken.
Voorbeeld 1
Bereken met behulp van tussenstappen (5 - 3) × 3 =
Stap 1
(5 - 3 ) × 3 =
Stap 2
2 × 3 = 6
Voorbeeld 2
Bereken met behulp van tussenstappen 6 × (3 + 4) : 2 - 8 =
Stap 1
6 × (3 + 4 ) : 2 - 8 =
Stap 2
6 × 7 : 2 - 8 =
(let op: haakjes vallen weg)
Stap 3
42 : 2 - 8 =
Stap 4
21 - 8 = 13
Oefenen
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
5. Afronding thema negatieve getallen
Themaopdrachten negatieve getallen
Oefentoets
Toets:Wat is negatief?
Start
Toets: Optellen met negatieve getallen
Toets:Optellen met negatieve getallen
Start
Toets: Aftrekken met negatieve getallen
Toets:Aftrekken met negatieve getallen
Start
Toets: Vermenigvuldigen met negatieve getallen
Toets:Vermenigvuldigen met negatieve getallen
Start
Toets:Voorrangsregels
Start
Herhalingsopgaven
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Eindtoets
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord
Controleer antwoord
Reset antwoord