Katern 'Je verandert' Relaties en Seksualiteit

Katern 'Je verandert' Relaties en Seksualiteit

Inleiding Puberteit en Voortplanting

Weet je nog het moment dat je voor het eerst opmerkte dat je lichaam aan het veranderen was? En nu is je lichaam nog aan het veranderen. Al deze veranderingen zullen nog een tijdje doorgaan. Tot het moment dat je volwassen bent. Lichamelijk en geestelijk wordt je zo voorbereid op je toekomst. Zoals ongemerkt al deze veranderingen zijn begonnen, zo zullen ze ook stoppen. Wat een wonder! God heeft ons geschapen naar Zijn beeld, volmaakt. Wat is het verschrikkelijk dat we door eigen schuld dit beeld zijn kwijt geraakt. Maar nog steeds zijn en blijven we schepsels uit Gods Hand.  Iedere jongen of meisje met zijn of haar eigen uiterlijk en gevoelens. Vandaar ook dat we met respect over het onderwerp lichamelijke ontwikkeling en voortplanting behoren te praten.

Online 'vrienden'

Hoe vaak horen we dat er respectloos over seksualiteit wordt gesproken. Meer dan je lief is.  Hoe vaak horen we dat er schuttingtaal wordt gebruikt, schuine moppen worden verteld, seksfoto’s en video’s worden gedeeld.  Gods werk verdient respect! Als christen kun je dit laten horen en zien in je wat je zegt en wat je doet. God heeft daarvoor richtlijnen gegeven in Zijn Woord zodat je weet hoe je respectvol, veilig en tot eer van Hem mag leven. In deze katern gaan we met de Bijbel als basis samenwerken en nadenken over het mooiste wat God na de zondeval aan ons mensen heeft overgelaten. Ook leren wij daarbij over de grootheid en wijsheid van Zijn schepping.

 

 

Seksualiteit een gave

Hormonen en ontwikkeling

Geslachtsrijpheid wordt veroorzaakt door hormonen. Hormonen zorgen ervoor dat je ook gaat denken over seksualiteit en verliefdheid wat heel normaal is. Verliefd zijn en verkering krijgen hoort bij deze periode en daarbij is kennis over jezelf en de ander heel belangrijk. Want jij hebt je grenzen, maar ook je jongen of meisje op wie je verliefd bent bezit eigen grenzen.

Je bent van twee cellen, één van je vader en één van je moeder, uitgegroeid via de ontwikkelingsfasen van embryo en foetus tot een individu: een baby. Op die manier ben je een door God geschapen en uniek mens. Jij doorliep de fase van baby, peuter, kleuter, schoolkind en je bent nu puber geworden. Daar hebben we het al even over gehad. Je groeit via de adolescentie naar de volwassenheid. In de periode van volwassenheid ben je zelfstandig in je denken en kun je zorgen voor je eigen onderhoud.

Opdracht Hormonen en ontwikkeling

Je gaat met een andere leerling een video ontwikkelen over de 7 levensfasen van een mens.

 

Je hebt bij elke levensfase de volgende items verwerkt:

  • De leeftijdsperiode die hoort bij elke levensfase
  • De geestelijke ontwikkeling die hoort bij elke levensfase
  • De lichamelijke ontwikkeling die hoort bij elke levensfase

De criteria waaraan jullie video precies aan moet voldoen vind je  in de bijlage. Je kunt het ook  afdrukken: Rubric Video Levensfasen

 

Lichamelijke ontwikkeling en verantwoordelijkheid

De manier waarop jongens en meisjes seksualiteit ervaren, is anders. Als je van deze verschillen weet, lukt het beter om elkaar te begrijpen en rekening met elkaar te houden.

De jongen

Vanzelf In de puberteit ontstaan in een jongen de seksuele gevoelens vanzelf. Hij beleeft een erectie veel heftiger en krijgt vanzelf zijn eerste zaadlozing. Dit overvalt hem, maar voelt heel prettig!

Zien De meeste jongens reageren sterk op wat ze zien. Een uitdagend gekleed meisje of naaktfoto's maken allerlei seksuele gevoelens in hem los. Dat is een normale, lichamelijke reactie.

Loskoppelen Jongens kunnen hun seksuele beleving makkelijk loskoppelen van de realtie. Het maakt voor hem niet zoveel uit hoe de relatie is, hoe zijn humeur is of wat er verder gebeurt.

Feitje

Het hormoon testosteron zorgt er bij een jongen voor dat hij makkelijk opgewonden raakt en geprikkeld wordt door wat hij ziet.

Tip voor jongens 1 Petrus 3:7 - Jongens: meisjes zijn gevoelig en kwetsbaar. Wees voorzichtig met wat je zegt en hoe je haar behandelt.

 

Het meisje

Slapend De seksuele gevoelens komen in de puberteit bij een jongen vanzelf, maar bij een meisje niet. Ze zijn er wel, maar ze 'slapen'nog. Ze staan stand-by. dit blijft zo totdat ze 'wakker' gemaakt worden. Meisjes worden ongesteld. Dat geeft geen seksuele gevoelens, het betekent alleen dat haar lichaam in staat is om zwanger te worden.

Gevoel Seksualiteit ontwaakt bij een meisje als haar gevoel wordt aangesproken. Een arm om haar heen, een complimentje, lieve woordjes of een knuffel kunnen seksuele gevoelens bij haar los maken. Meisjes hebben soms allerlei romantische dromen en verhalen in hun hoofd. Seksuele verhalen en beelden prikkelen haar fantasie, wat seksuele dromen en daarmee ook gevoelens wakker kunnen maken.

Eén geheel Bij een meisje is seksualiteit dus verweven met de relatie en met wie ze is. Een relatie waarin ze zich veilig en geborgen voelt, is voor haar belangrijk. Zonder dat is het voor moeilijk zichzelf seksueel aan de ander toe te vertrouwen.

Feitje

Het hormoon oestrogeen zorgt er bij meisjes voor dat hun in seksualiteit  gedurende de menstruatiecyclus wisselt.

 

Tip voor meisjes 1 Petrus 3:3

Meisjes: speel niet met de gevoelens van jongens door je kleding, je houding en je foto's online. Echte schoonheid zit vanbinnen.

Deze normen en waarden zijn voor iedereen belangrijk, maar voor ons als christenen geven ze een extra verantwoordelijkheid tegenover God.

Opdracht Lichamelijke verandering en verantwoordelijkheid

Verdieping Lichamelijke veranderingen

In de eerste tien tot twaalf levensjaren van een kind groeien de primaire geslachtskenmerken gewoon met het lichaam mee. De geslachtsorganen zijn in deze levensfase nog niet ontwikkeld om een kind te verwekken of te dragen. De secundaire geslachtskenmerken volgen in de puberteit.

Tussen het tiende en twaalfde levensjaar, in de regel de starttijd van de puberteit, neemt in korte tijd de productie van twee hormonen toe. Dat zijn FSH (follikelstimulerend hormoon) en LH (luteïniserend hormoon). Ze worden geproduceerd door de hypofyse, een kleine hormoonklier die een onderdeel van de hersenen vormt zoals hierboven beschreven.

FSH en LH hebben invloed op de vorming van drie andere hormonen: oestrogeen en progesteron bij de vrouw en testosteron bij de man. We noemen deze hormonen geslachtshormonen, omdat ze in de geslachtsorganen worden gevormd. Bij de vrouw worden oestrogeen en progesteron door bepaalde cellen in de eierstokken gemaakt. Bij de man maken bepaalde cellen in de teelballen het testosteron. De geslachtshormonen stimuleren de groei en ontwikkeling van de geslachtsorganen. Bij vrouwen hebben FSH en LH een belangrijke rol bij de menstruatiecyclus.

We maken wel verschil tussen mannelijke en vrouwelijke geslachtshormonen, maar alle drie de hormonen worden zowel bij meisjes/vrouwen als bij jongens/mannen geproduceerd. Ze zijn bij beide geslachten nodig voor de ontwikkeling, groei en werking van de geslachtsorganen. Door een toename van deze hoeveelheid hormonen, ontstaat er vaak een vervelende bijwerking: je kunt er acne van krijgen. Omdat jongens meer testosteron produceren, hebben zij daarom vaker last van acne.

De hypofyse maakt achtereenvolgens hormonen aan. De receptoren in de teelballen en in de eierstokken reageren daarop door geslachtshormonen aan te maken. De geslachtshormonen zijn zojuist genoemd: testosteron, oestrogeen en progesteron. Als gevolg van deze hormonen worden bij de man zaadcellen ontwikkeld. De hormonen zorgen er bij de vrouw voor dat er vier wekelijks een eicel tot rijping komt en bij de ovulatie of eisprong beschikbaar is om samen te smelten met een zaadcel. Een ander woord voor samensmelten is bevruchting, waarbij de zaadcel door geslachtsgemeenschap via zaadlozing, door de baarmoeder in de eileider één wordt met de eicel.

Rond haar 50ste levensjaar komt een vrouw in de overgang. In deze periode neemt de vruchtbaarheid van een vrouw af. De productie van oestrogeen in de eierstokken daalt geleidelijk. De menstruatie wordt onregelmatig en er vindt niet altijd meer een eisprong plaats. Van de naar schatting 400.000 eicellen die in de puberteit in de eierstokken aanwezig waren, zijn er na ongeveer 36 jaar niet veel meer over. Dagelijks neemt het aantal eicellen af als gevolg van een natuurlijk afbraakproces. De eicel die bij een ovulatie verdwijnt, telt in verhouding maar weinig mee.  Na de overgang treedt de menopauze op. Er vindt dan geen ovulatie meer plaats. Een duidelijke menopauze treedt niet op bij de man. Wel daalt het testosterongehalte in het bloed rond het 50ste levensjaar. De productie van zaadcellen gaat nog tientallen jaren door.

Geestelijke ontwikkeling

Ook geestelijk verschillen jongens en meisjes veel van elkaar. Juist dit geestelijk verschil is zo belangrijk om van elkaar te weten.  Vandaar dat we eerst verkering met elkaar hebben om elkaar te leren kennen en daarna samen te trouwen. In de Bijbel lezen we vaak het woord ‘bekennen’. Het woord ‘bekennen’ wordt hier vaak bedoeld als geslachtsgemeenschap hebben, zoals bijvoorbeeld in Genesis  4:1: “En Adam bekende Heva, zijn huisvrouw, en zij werd zwanger”. Het woord ‘bekennen’ is afgeleid van het Hebreeuwse woord ‘yada’ wat ‘intiem kennen’ betekent. Dus niet alleen het kennen met het verstand, maar van hart tot hart. Dit houdt in: Alles samen delen binnen het huwelijk, wat door God is ingesteld. Seksualiteit is het enige mooie dat na de zondeval door God aan ons overgelaten is. Maar wij misbruiken dit dikwijls. Heb jij al nagedacht over hoe jij zou willen omgaan met seksualiteit?

Opdracht Geestelijke ontwikkeling

Je leert hier hoe je een interview afneemt.

Leerdoelen

Aan het eind van deze opdracht kun je:

- een interivew voorbereiden

- op verschillende manieren vragen stellen in een interview,

- uitleggen hoe je je gesprekspartner op de juiste manier kunt benaderen,

- zelf een interview houden en het verwerken in een verslag.

 

Eindprocuct

Als eindproduct van deze les interview je een gehuwde man of vrouw. Je werkt de antwoorden uit tot een verslag.

 

Beoordeling

Je verslag wordt beoordeeld door je docent.

Je docent let daarbij op de volgende punten:

  • de inhoud: heb je een duidelijk doel met het interview?
  • de inhoud: zijn de antwoorden terug te vinden in het verslag?
  • de inhoud: heb je antwoord gekregen op al je vragen?
  • de vorm: is het interview goed uitgewerkt?

Activiteiten

Stap

Groepsgrootte

Activiteit

Stap 1                               

Alleen + samen                       

Bestudeer het Kennisbankitem 'Interview' en beantwoord de vragen.

Stap 2

Alleen + samen

Hoe bereid je, je voor op een interview.

Stap 3

Alleen + samen

Maak goede afspraken vooraf.

Stap 4

Alleen + samen

Hou het interview en noteer de antwoorden.

Stap 5

Alleen

Schrijf een verslag van het interview.

Stap 6

Alleen

Maak je verslag af en lever het in.


Benodigdheden

Tijd
Voor deze opdracht heb je twee lesuren nodig en tijd (buiten schooltijd) om het interview af te nemen.

 

Stap 1

Vragen
Bestudeer eerst het onderstaande item uit de Kennisbank Nederlands:

KB: Vaardigheden: Interview

Bron:https://wattedoenalssecretaresse.weebly.com/interview.html

Beantwoord daarna de volgende vragen.

En noteer de antwoorden op je werkblad

  1. Wat is het eerste wat je doet als je een interview wilt houden?
    1. een geschikt persoon zoeken voor je interview.
    2. De juiste vragen opstellen.
    3. Het doel opschrijven waarvoor het interview dient.
  2. Waarom is het handig om een interview op te nemen?
    1. Dan hoef je geen aantekeningen te maken bij het gesprek.
    2. Dan kun je je beter concentreren op het gesprek.
    3. Dan kun je achteraf terugzoeken wat er precies is gezegd.
  3. Hoe kun je de geïnterviewde geruststellen dat er geen rare dingen worden gedaan met de antwoorden.
    1. Door voor het verschijnen inzage te geven in de tekst.
    2. Door na het verschijnen een exemplaar op te sturen.
    3. Door een vriendelijke en beleefde houding aan te nemen.

Bespreek de antwoorden met een klasgenoot.

 

Stap 2

 

Voorbereiding
Je gaat een gehuwde man of vrouw interviewen.
Het doel van je interview is dat je te weten komt hoe de man en vrouw elkaar hebben leren kennen. Probeer duidelijk te krijgen of en hoe lang ze verkering hebben gehad. Laat ze eens uitleggen of verliefdheid en houden van hetzelfde is.

  • Met open vragen laat je de geïnterviewde persoon veel vrijheid om te vertellen wat hij/zij zelf wil.
  • Met gesloten vragen stuur je het antwoord meer in een bepaalde richting, die jij wilt.

Wat is nu precies het verschil? Bestudeer daarvoor eerst deze uitleg over
Open vragen en gesloten vragen voor je verder gaat.

Stel nu zelf een aantal vragen op voor je interview.
Maak een goede mix van open en gesloten vragen.
Schrijf de vragen op je werkblad in de juiste kolom.

 

Stap 3

 

Klaar voor het interview!
Vragen klaar?
Maak dan een afspraak met degene die je wilt interviewen.
Tijd en plaats kun je snel genoeg afspreken.
Vraag of hij/zij het handig vindt om de vragen van tevoren te zien.
De geïnterviewde kan zich dan voorbereiden.
En jij hebt meer zekerheid dat je bruikbare antwoorden krijgt!

Maar: kun je ook redenen bedenken waarom je de vragen liever NIET van tevoren opgeeft?
Bespreek dit met een klasgenoot.
Vul voor- en nadelen in op je werkblad.

 

Stap 4

Het gesprek zelf - antwoorden opschrijven
Het is handig om het interview ook op te nemen. Gebruik bijvoorbeeld je mobiele telefoon. Je kunt dan altijd terugluisteren wat er precies is gezegd.
Toch is het misschien NIET handig om ALLEEN maar op te nemen.
Kun je bedenken waarom? Bespreek ook dit met je klasgenoot en noteer jullie antwoord weer op je werkblad.

Ten slotte: heb je soms het gevoel dat de geïnterviewde niet wil antwoorden? Ga dan niet te snel verder met de volgende vraag, maar: vraag door!

Hoe?

  • Stel de vraag nogmaals, maar met andere woorden.
  • Stel een vervolgvraag, waarin je dieper op de zaak ingaat. Laat je niet afschepen!

Natuurlijk probeer je de sfeer gezellig te houden. Humor is belangrijk.
Als iemand zich op zijn gemak voelt, laat hij meer los!

 

Stap 5

Verslag
Als het gesprek is afgelopen, begint het laatste onderdeel van je interview:
het verslag. Werk dit uit op je werkblad.

Een verslag kun je maken in twee vormen:

  1. Directe vorm
    Je schrijft de vragen op en de antwoorden ertussen.
    De antwoorden hoef je niet letterlijk over te nemen; je kunt ze samenvatten.
  2. Indirecte vorm
    Je maakt van de vragen en antwoorden een aaneengesloten verhaal.
    Hierbij kun je zelf meer keuzes maken. Je kunt het verhaal wat sturen in de richting van je interviewdoel.
    Je kunt overslaan wat niet belangrijk is, of niet interessant genoeg.

Maak zelf je keuze en schrijf een goed verslag.

 

Stap 6

Afronden
Maak je verslag af.
Plaats een of twee foto's van de geïnterviewde bij het verslag.

Vergeet niet je verslag door de geïnterviewde te laten lezen.
Wacht zijn/haar reactie af voordat je het inlevert bij je docent.

Klaar?

Vul op je werkblad de vragen bij afronden en terugkijken in.
Laat je interview beoordelen door je docent.
Kijk onder het kopje Eindproduct-Beoordeling om te zien waar je docent je verslag op beoordeelt.

 

 

Test: Stappen voor mijninterview zet ik zo

Start

Geslachtskenmerken

Jongens en meisjes verschillen veel van elkaar. Wat opvalt zijn de lichamelijke verschillen die direct bij de geboorte zichtbaar zijn. Deze verschillen noemen we primaire kenmerken. Voor jongens zijn dat de penis en balzak die uiterlijk zichtbaar zijn en voor de meisjes zijn dat de schaamlippen. In de puberteit komen meerdere kenmerken tot ontwikkeling waarvan er een aantal zichtbaar zijn, maar ook onzichtbaar. Deze kenmerken noemen we secundaire kenmerken.  Voor jongens en meisjes zijn bepaalde secundaire kenmerken hetzelfde, zoals het krijgen van okselhaar en schaamhaar, meer zweet en talgklieren, groei van geslachtsorganen, lagere stem en een groeispurt. Sommige secundaire kenmerken horen echt bij meisjes, zoals ongesteld worden en ontwikkeling van borsten, meer vet onder de huid en bredere heupen. Voor jongens geldt hetzelfde. Ook zij hebben kenmerken die alleen jongens krijgen, zoals het maken van zaadcellen en bredere schouders, de ontwikkeling van meer spiermassa en meer beharing op de borst en benen. Al deze verschillen tussen jongens en meisjes noemen wij geslachtskenmerken.

Hormoonwerking

Je zult je afvragen hoe die groei veroorzaakt wordt. Die groei en ontwikkeling wordt veroorzaakt door ee

Hormoonwerking: elke receptor is gevoelig voor
een specifiek hormoon

n orgaantje die verstopt zit in je hersenen. Dat orgaantje is een hormoonklier die hormonen maakt: de hypofyse. De hypofyse heeft een grootte van een erwt. Deze klier maakt hormonen, die ook wel regelstoffen worden genoemd. Ze moeten namelijk regelen dat je lichamelijk en geestelijk ontwikkelt tot een geslachtsrijpe-  en zelfstandige man of vrouw.

Maar hoe weten de cellen van je lichaam dan van die hormonen wanneer ze ‘aan de slag’ moeten? Deze cellen hebben herkenningspunten op de cel die receptoren heten. De receptoren kunnen signalen van buiten of binnen de cel doorgeven. Deze receptoren zijn gebouwd uit moleculen die we eiwitten noemen. Ons lichaam kan verschillende hormonen maken. Omdat niet alle cellen hetzelfde zijn, hebben ze ook niet allemaal dezelfde receptoren. Je raadt het al: een cel reageert alleen op een hormoon die past op de receptor van de cel. Botcellen reageren bijvoorbeeld op het groeihormoon die hypofyse aanmaakt tijdens de puberteit. Je kraakbeencellen gaan aan het werk en ‘weten’ hoe ze nieuwe botcellen moeten  maken, waarna de cellen uitgroeien tot volwaardige botcellen en je botten beetje bij beetje groter worden. Door deze ontwikkeling verdwijnt de kraakbeenschijf die een kind heeft tussen de botten.  Het maken van botten gebeurt door het kopiëren van botcellen wat we celdeling noemen. Daarna groeien deze cellen uit wat we dus celgroei noemen

Celdeling en celgroei

en.

 

Opdracht Sexting

Wat is sexting?  

Sexting is het versturen van seksuele berichtjes, vooral foto’s of filmpjes via een mobiele telefoon….

De term sexting is een combinatie van de Engelse woorden ‘sex’ (seks) en ‘texting’ (‘sms’jes verzenden).

 

Het zal je maar gebeuren

Meisje van 14:

“Ik  vond hem erg leuk en stoer, ik hoopte dat hij mij ook leuk vond.  We hadden veel contact met elkaar. Hij vroeg om een naaktfoto van mij, dat wilde ik liever niet.  Maar toen bedreigde hij me omdat ik geen naaktfoto wilde sturen. Ik heb het toch maar gedaan, alleen van mijn borsten. Nu hoorde ik dat hij deze foto in zijn vriendengroep doorgestuurd heeft via whatsapp. Ik voel me zo vies en gebruikt. Wie heeft die foto van mij allemaal gezien of op zijn/haar telefoon staan? Had ik het maar nooit gedaan. Wat moet ik nu doen?”

Stel dat bovenstaande jou, of iemand die je kent, overkomt. Welk advies zou jij geven?

Weetjes:

  • Zo’n 60 procent van de jongeren heeft weleens een naaktfoto of een pikant tekstbericht ontvangen.
  • En 25 procent van de ondervraagde scholieren heeft weleens een blootfoto of een naaktfilmpje gemaakt.
  • Ruim 60 procent van de jongeren onder de 16 heeft weleens te maken gehad met grooming (digitaal kinderlokken).
  • Een op de drie jongeren krijgt te maken met het verzoek naaktfoto’s of -video’s te sturen.

Beantwoord de volgende vragen:

 

 

Opdracht Voorlichtingsvideo SEXTING maken

Maak met een groepje een voorlichtingsvideo over sexting van maximaal 30 seconden. Bedenk van te voren wat jullie boodschap is. Verzin zelf iets of kies uit:

  • Naaktfoto in een groep verspreid? Zeg er wat van!
  • Maak of verstuur nooit een foto van jezelf die je niet aan je oma kan laten zien.
  • Het is niet oké om een naaktfoto door te sturen.

Zorg ervoor dat de boodschap van de voorlichtingsvideo glashelder is!

Opdracht Soorten relaties

Opdracht Soorten Relaties

Stelling: Je mag 'homo' als scheldwoord gebruiken op school  eens/oneens

Ik ben een paar keer verliefd geweest op een meisje, maar ik heb de laatste maanden het gevoel dat ik ook op jongens val. Ik worstel erg met de vraag of ik echt biseksueel ben en zo ja, hoe ik daar dan mee om moet gaan met betrekking tot het geloof.

Het moet heel verwarrend voor je zijn om verliefd te worden op een jongen, zeker omdat je ook verliefd bent geweest op meisjes. De normale patronen liggen ineens op hun kop. Als dingen anders gaan in je leven, moet dat een plaats krijgen. Vooralsnog twijfel je: Is het echt zo? Blijft dit of gaat het voorbij? Stel dat het niet voorbijgaat, dan moet je verwerken dat jij anders bent dan anderen. Dat is nooit gemakkelijk, maar zeker niet als er om je heen negatief wordt aangekeken tegen homo- en biseksualiteit. Dat maakt het extra moeilijk om eerlijk voor je gevoelens uit te komen.

Dat je nadenkt over biseksualiteit en geloof betekent dat het geloof voor jou belangrijk is. Waardevol is dat! Want in de eerste plaats kun je met je vragen naar God toegaan. Hij weet wie jij bent, waar je mee zit, hoe jij je voelt en hoe Hij je kan helpen. Hij is de Schepper van seksualiteit. In Zijn wijsheid heeft Hij bedacht dat uitsluitend man en vrouw in het huwelijk een seksuele relatie mogen hebben. Wat betekent dit? Dat je mag vragen om liefde voor een vrouw. Maar stel dat je weer verliefd wordt op een jongen? Dan mag dit niet uitgroeien tot een seksuele liefdesrelatie. Dit kan een enorme worsteling zijn omdat je verlangt naar een intieme relatie. Jij kíést niet voor homoseksuele gevoelens, want dan had je het wel anders gedaan.

Hoe hiermee om te gaan? Luister naar Gods aanwijzingen voor jou. Hij wil jou helemaal gelukkig maken. Hij wil jouw hart. Ga met je biseksuele gevoelens naar Hem, als die niet voorbij gaan. Hij wil dat je leeft met Hem. Houd daarnaast voor ogen dat jij veel meer bent dan jouw seksualiteit. Je hebt nog zo veel andere kanten. Accepteer wie jij bent. Je bent niet fout, al heb je wel een bijzondere opgave omdat je andere gevoelens hebt. Aanvaard ze, want dat opent de weg om ermee leren om te gaan.

Seksuele gevoelens raken ons diep vanbinnen en hebben te maken met ons toekomstperspectief. Ieder mens heeft van nature verlangen naar genegenheid, liefde en warmte als antwoord op eenzaamheid. Ik hoop dat je vrienden en familie hebt die jou kennen, om je geven en met wie je kunt delen wat je bezighoudt. Want leven met een geheim is moeilijk, ook al omdat anderen je niet kunnen steunen. Het ‘uit de kast komen’zal een schok voor je omgeving betekenen. Houd er rekening mee dat anderen tijd nodig hebben om dit aangrijpende bericht te verwerken. Ook voor hen moet het een plekje krijgen.

Jij staat niet alleen met vragen rond je seksuele identiteit. Graag verwijs ik je naar de sites van Stichting Different, RefoAnders en Onze Weg om je verder te helpen in je meningsvorming

 

Messiaanse Jood spreekt vrijuit over homoseksualiteit

Tzachi Dahad, een Messiaanse Jood uit Israël, die in 2003 tot geloof kwam, behoort tot de nieuwe generatie leiders binnen de Messiaans-Joodse gemeenschap in het land. Wij interviewden hem over zijn homoseksuele gevoelens.

Wordt iemand geboren als homoseksueel?

Het argument dat er mensen zijn die nu eenmaal 'zo' geboren worden is mijns inziens niets anders dan een poging om geen verantwoordelijkheid te nemen voor ons eigen gedrag. Of om God de schuld te geven van de gevoelde schaamte en angst. Toen ik opgroeide had ik het verlangen om met meisjes samen te zijn, maar dat verlangen werd overschaduwd door toenemende verwarring die ontstond door de reactie van mensen om mij heen. Ik hield bijvoorbeeld van gymnastiek en dansen, maar dat werd gezien als iets voor meisjes; men vond het 'niet normaal' dat ik als jongen interesse had voor deze dingen. De te kritische omgeving verwarde mij. Ik ging geloven dat er iets mis was met mij; dat ik anders was. De sociale controle bracht mij ertoe te gaan twijfelen aan mijn mannelijke identiteit, wat uiteindelijk resulteert in een perverse kijk op mijzelf.

Toen ik tot geloof kwam en mij voor het eerst tot God richtte in gebed, begon ik te begrijpen dat ik niet 'zo' geschapen was, en dat dit niet Gods bedoeling voor mij was. Natuurlijk zijn er mensen die van jongs af aan verwarring ervaren over hun geslacht, net zoals er mensen zijn die met bepaalde beperkingen geboren worden.

 

Pijlers voor een goed huwelijk

Is het je wel eens opgevallen dat het via de media lijkt alsof iedereen seks heeft?  Dat het allemaal maar normaal gevonden wordt dat je met iemand naar bed gaat? Is dat ook zo? De vraag is dan ook: Wat doet media ons geloven over seksualiteit?

Als mens zijn we vatbaar voor het zien van beelden van buitenaf. In de pubertijd ben je extra vatbaar voor groepsdruk en beeldvorming. Wanneer je anderen iets ziet doen, wordt je daardoor beïnvloed. Vaak ben je dan onzeker, want je wilt liever niet buiten de groep vallen.

De reclame van wereld en media maken hier graag gebruik van om je te beïnvloeden. Wat betreft seksualiteit: je krijgt een bepaald beeld dat alles mag en kan op seksueel gebied. Ze proberen je vooral voor te houden dat iedereen “het doet”. Dit kan je het gevoel geven dat je er niet bij hoort of dat je achterloopt en preuts bent. Misschien heb je de gedachte dat niets mag, omdat je als christen andere keuzes wilt maken.  

Wat is de bedoeling van seksualiteit?

God heeft de mens na de zondeval als blijk van zijn trouw liefde gegeven. Liefde voor elkaar als man en vrouw, ouders voor de kinderen, kinderen voor de ouders en in bredere kring familie en vrienden.

Binnen het huwelijk werkt de liefde het seksueel contact tussen man en vrouw als een gift van God.

Moeten we dan met deze gift niet uiterst zorgvuldig omgaan? Of zou het Gods bedoeling zijn dat we zijn giften op een verkeerde manier gebruiken?

Wat staat er eigenlijk van in de Bijbel? We lezen in Genesis het volgende: Daarom zal de man zijn vader en zijn moeder verlaten en zijn vrouw aankleven, en zij zullen tot één vlees zijn. (Genesis 2:24) Let op; de Heere spreekt hier over seksualiteit binnen het huwelijk en niet voor of buiten het huwelijk.

God vraagt van ons om te leven tot zijn eer. Dit moet bij alles wat we doen tot uiting komen, ook in de beleving van seksualiteit. In 1 Korinthe 10 : 31 staat het volgende: ‘Hetzij dan dat gijlieden eet, hetzij dat gij drinkt, hetzij dat gij iets anders doet, doet het al ter ere Gods’. In de bovenstaande tekst zie je dat Gods Woord haaks staat op de beleving en uitleving van de niet-christen.

Seksualiteit heeft een plaats binnen de relatie van twee mensen, man en vrouw, die elkaar liefde en trouw hebben beloofd. Het doel van seksualiteit is intimiteit te delen. Ook dat is geen doel op zich, maar staat in het kader van een groeiende liefdesverhouding tussen beiden. Het doel van een christelijk huwelijk is immers een afspiegeling te vormen van de relatie tussen Christus en zijn kinderen (Ef. 5: 32).

Wanneer dit kader duidelijk is, is het ook mogelijk een mening te vormen over allerhande praktische vragen. De Bijbel geeft op heel veel vragen geen direct antwoord. ‘Alles tot eer van God’ betekent: zoals God het wil en bedoelt. Dat biedt een duidelijk kader om in elk geval bepaald seksueel gedrag –zoals seks voor of buiten het huwelijk, of met mensen van gelijk geslacht – af te wijzen. Dat is niet zoals God het wil en dus niet tot Zijn eer.

Scheiding:.. en een weg terug!?

In deze indrukwekkende opname zie je een echtpaar die elkaar bijna helemaal kwijt zijn geraakt. En een scheiding onvermijdelijk leek. Bekijk het aandachtig en doorloop daarna de opdracht.

Als de liefde de leiding heeft..

Opdracht liefde en huwelijk

Door alle tijden heen schrijven mensen over liefde. Liefde kun je niet maken en het valt ook niet samen te vatten in woorden. Maar liefde verbindt.

God spreekt ons ook over liefde. In Zijn Woord, de Bijbel laat God Zijn liefde tot Zijn volk Israël en in hen tot alle gelovigen blijken. En noemt Zijn liefde een  huwelijk en spreekt over de gelovige als Zijn bruid die hier op aarde leeft: dat is de jongen, het meisje, de man, de vrouw de bejaarde die in Jezus gelooft als zijn of haar Koning!

Opdracht: Hieronder lees je een aantal bronnen en daarbij een aantal vragen die probeert te beantwoorden.

Psalm 45 is een bruiloftslied. Wie is de koning? Het gaat hier in de eerste plaats om de sterfelijke koning. Koning Salomo. Maar het gaat hier ook over de belofte van de eeuwige koning: de beloofde Messias Jezus Christus.

Vers 1:  Mijn hart, vervuld met heilbespiegelingen,
Zal 't schoonste lied van enen Koning zingen;
Terwijl de Geest mijn gladde tonge drijft;
Is z' als de pen van een, die vaardig schrijft.
Beminlijk Vorst, uw schoonheid hoog te loven,
Gaat al het schoon der mensen ver te boven;
Ge is op uw lippen uitgestort,
Dies G' eeuwiglijk van God gezegend wordt.

En vers 7:  Straks leidt men haar in statie, uit haar woning,
In kleding, rijk gestikt, tot haren Koning;
Zo treedt zij voort met al den maagdenstoet,
Die haar verzelt, U vrolijk tegemoet.
Zij zullen blij, geleid met lofgezangen,
De vreugde voên, die afstraalt van haar wangen,
Tot zij, daar elk gewaagt van haren lof,
Ter bruiloft treên in 't koninklijke hof.

 

En dit gedicht van Herman Gorter:

Zie je ik hou van je,
ik vin je zo lief en zo licht -
je ogen zijn zo vol licht,
ik hou van je, ik hou van je.

En je neus en je mond en je haar
en je ogen en je hals waar
je kraagje zit en je oor
met je haar er voor.

Zie je ik wou graag zijn
jou, maar het kan niet zijn,
het licht is om je, je bent
nu toch wat je eenmaal bent.

O ja, ik hou van je,
ik hou zo vrees'lijk van je,
ik wou het helemaal zeggen -
Maar ik kan het toch niet zeggen.

En,

Kun je dan niet zien

als je heel goed naar me kijkt

dat er iets in m'n ogen

op alles uit jouw dromen lijkt?

 

Of deze van Hans Andreus

https://www.youtube.com/watch?v=bw-Way73kOA

Opdracht Gods plan voor een goed huwelijk

Gods plan voor een goed huwelijk

Lezen Genesis 2

God geeft aan Adam en Eva onderwijs over het huwelijk. Zijn onderwijs is wijs, mooi en goed. God heeft het beste met ons voor. Ook wij kunnen leren van wat er staat in Genesis 2.

Wacht jij met geslachtsgemeenschap totdat je getrouwd bent? Hoe houd je het vol? Tja, wat zeg je dan? Het kan soms moeilijk zijn om uit te leggen waarom je dat doet. En misschien ben je er zelf ook niet zo zeker van of je dat wel wilt.

 

Het huwelijk overbodig?

Het huwelijk is door God gegeven als een verbond tussen één man en één vrouw voor het leven. Het is niet slechts een teken van liefde voor elkaar, maar het is God zelf die het huwelijk verbindt (Markus 10:6-12). Dit was al zo voor de zondeval en na de zondeval bleef het huwelijk bestaan om mensen op te laten bloeien en hen een veilige omgeving te bieden voor liefde, seksualiteit en kinderen.

Het huwelijk is dus niet iets overbodigs. Juist niet! Vooral niet in deze tijd van chaos en gebrokenheid op het gebied van seksualiteit en relaties. Een tijd waarin je als kind niet zeker weet of papa en mama wel bij elkaar zullen blijven en er geen stabiel en veilig gezinsleven is. Met name in deze tijd is het zo belangrijk dat we laten zien wat een Bijbels huwelijk is: liefde, trouw, geborgenheid en veiligheid.

 

Seksualiteit alleen maar lichamelijk?

Er zijn mensen die denken dat seksualiteit alleen maar iets lichamelijks is. Wat maakt het uit met wie je seksualiteit hebt? Eigenlijk zeg je dan: wat maakt het uit wat ik met mijn lichaam doe? Alsof je lichaam niet iets is om zuinig op te zijn! Alles wat je om je heen tegenkomt in de maatschappij wat gaat over het plezier van losse seksuliteit, zijn leugens! Onze God hecht veel waarde aan het lichaam. Je lichaam is onderdeel van wie je bent. God vraagt ons dus om ons lichaam binnen en buiten het huwelijk rein te bewaren.

 

Veilige liefde versus SOA

Alleen de heteroseksuele relatie, de relatie tussen man en vrouw, is volgens Gods Woord de enige geoorloofde relatie. Deze relatie biedt veiligheid voor beide geslachten. Bovendien zijn beide geslachten exact passend en biedt dit de mogelijkheid om van elkaar te genieten en zich voort te planten.

Een heteroseksuele relatie is heel waardevol als de vriendschapsrelatie overgaat naar een meer intieme relatie. In een intieme relatie worden gevoelens, meningen en gedachten uitgewisseld. Door deze uitwisseling komen beide personen steeds dichter bij elkaar en is lichamelijk contact een gezond gevolg. Vóór het huwelijk is het verstandig om je grenzen aan te geven en het zoenen of andere vormen van aanraking niet over te laten gaan in geslachtsgemeenschap. De Heere God heeft die vorm van liefde een plaats gegeven binnen de ruime grenzen van het huwelijk.

Als een man en vrouw geslachtsgemeenschap hebben is de penis van de man stijf en de eikel op de top van de penis zorgt voor het fijne gevoel bij het contact met de vagina. De vagina wordt tussen de schaamlippen aangeraakt waar de clitoris zit. Dat is het gevoeligste deel van het vrouwelijke geslacht. Als de eikel en clitoris intens geprikkeld worden door dit contact kan het uitmonden in een orgasme. Dit klaarkomen of  deze genotsbeleving kan voor beide contacten op deze manier bereikt worden. Bij de man zal dat samengaan met de zaadlozing in de vagina bij de vrouw. Dit moment kan ook bereikt worden door jezelf te strelen. Een ander woord voor zelfbevrediging is masturbatie.

Buiten het huwelijk dreigen op seksuele relaties allerlei geestelijke en lichamelijke gevolgen die verstrekkende gevolgen kunnen hebben. Een SOA is bijvoorbeeld een Seksueel Overdraagbare Aandoening. Sperma, vocht uit de vagina, bloed en contact uit de slijmvliezen in en rondom de geslachtsorganen zijn mogelijke besmettingsbronnen bij seksuele contacten. Wisselende seksuele contacten zijn vrijwel altijd de oorzaak van soa’s. Voorkomen is daarom beter dan genezen. Heb daarom alleen geslachtsgemeenschap met dezelfde persoon! Dit is naar de opvatting van de Nederlandse maatschappij heel erg ouderwets en saai. In ons land is ook wat de seksuele beleving betreft de trouw ver te zoeken en mag ieder ook op dit gebied zijn hart volgen. Met helaas alle gevolgen van dien.

In deze alinea geven we je een beeld welke vormen van soa’s er bestaan bij onveilig vrijen. Een condoom is een nauw plastic voorwerp die uitgerold wordt over de stijve penis. Het condoom vangt het sperma op en is voorzien van een zaaddodend middel. Het hiv-virus waar je aids van kunt krijgen, kan ook via het bloed besmetting veroorzaken, maar ook hepatitus B en syfillis. Dit zijn ook de soa’s die bij de geboorte van moeder op kind overgedragen kunnen worden.

Een soa kan nooit overgedragen worden via een handdruk of deurkruk. Kleine parasieten zoals schaamluis of genitale wratten kunnen wel besmetting veroorzaken door bijvoorbeeld een handdoek.

Kortom: Voorkomen is beter dan genezen: de Bijbel leert dat een man en vrouw trouw aan elkaar moeten zijn. Ga daarom geen seksuele relatie aan voordat je een trouwe partner hebt gevonden en daarmee getrouwd bent. Dan vrij je veilig en heb je weinig kans op een soa.  Als je toch eerder geslachtsgemeenschap hebt gehad en je hebt jeuk aan je geslachtsorgaan, of er komt een afscheiding uit je penis of vagina, of je voelt wratten, blaasjes of zweertjes: zoek dan contact met je huisarts. Wacht er niet mee.

Opdracht Veilige liefde

Bekijk eerst een deel van deze video over exclusieve liefde

Exclusieve liefde

Save-Sex: Hoe ver is te ver? Save Sex!

Talloze jongeren krijgen (jong) verkering en gaan vroeg of laat te ver in de seksualiteit, ook al was je dat van tevoren misschien helemaal niet van plan.

 

Hoe ver mag ik dan wel gaan?

De Bijbel geeft  duidelijk aan wat te ver is. Maar hoe kun je er dan kan voor zorgen dat je niet te ver gaat? Geslachtsgemeenschap is 'te ver gaan'. Maar betekent dit dat de rest zomaar mag…?

We moeten Gods grenzen serieus nemen. Hij heeft ons geschapen en weet daarom ook wat goed voor ons is. Hoe ga jij met de grenzen en regels uit de Bijbel om?

 

Zoek niet de uiterste grens, maar een veilige grens!

Verkering en verloving kunnen uitgaan. Je moet op zo'n manier met elkaar omgaan dat je, als het uitgaat, op een reine manier een andere relatie kan aangaan.

Verdieping Hersenen en rijping

We schreven je dat ook je gedachten veranderen. We noemden dat de geestelijke ontwikkeling. De verzameling hersenen wordt ook wel het geheugenpaleis genoemd. Die verzameling bestaat uit grote hersenen, kleine hersenen en een hersenstam. Je hersenstam zorgt ervoor dat je ademhaling en bloedcirculatie worden uitgevoerd. Je grote hersenen zorgen voor de verwerking van signalen die binnenkomen van onder andere je zintuigen: licht, geluid, smaak en geur. Ook je gedrag wordt hier gereguleerd en georganiseerd. De kleine hersenen zorgen ervoor dat alle bewegingen van je lijf worden gereguleerd en georganiseerd. Je begrijpt dat deze organisatie feilloos moet verlopen en de verschillende organen intensief contact met elkaar moeten hebben. Dat kan doordat onze Schepper zenuwen heeft geschapen. Elke zenuwcel raakt de andere zenuwcel waardoor er een heel netwerk ontstaat: je hersenen. We weten dat sommige zenuwcellen en hersencentra al vroeg in de menselijke ontwikkeling, in de buik, functioneren.

Johannes sprong op in de buik van Elizabeth na de groet van Maria aan haar. Ook is bewezen dat huiselijke geluiden en de gemoedstoestand van de moeder van invloed zijn op de ontwikkeling van het ongeboren kind. Zo rijpt de frontale hersenkwab, onderdeel van de grote hersenen, zich in de puberteit. Deze kwab is verantwoordelijk

Hersencentrum voor beweging is actief

voor het plannen en organiseren van dagen, activiteiten en ook je huiswerk. Daarom is plannen misschien ook voor jou nog lastig. We noemden het begrip hersencentrum, omdat elk deel van de hersenen, die gebouwd zijn uit vele zenuwen, samen verantwoordelijk zijn voor een taak. We kennen de volgende: gezichtscentrum, gehoorcentrum, zintuiglijke waarneming, beweging, spraak en het limbisch (gevoels) centrum. Dit laatste gebied is sterk in ontwikkeling tijdens jouw levensfase. Het is verantwoordelijk voor het verwerken van emoties. Aangezien je al kritisch bent over je lijf en de relaties die je hebt, is dit ook nog in ontwikkeling. Dat is ook de reden dat je zoekt naar voorbeelden, naar idolen in je omgeving om na te volgen.

Opdracht Verdieping hersenen

Verdieping Hersenen en rijping      (mavo+ of havo)         

Doel van de opdracht: leren hoe onze hersenen werken en zijn opgebouwd.

Leerdoel:

  • Ik kan de werking van mijn hersenen uitleggen.
  • Ik kan de verschillende hersencentrums en de bijbehorende taak benoemen.
  • Het zichtbaar maken van onze hersenen met klei en de verschillende hersencentrums aangeven.

 

Verwerkingstijd opdracht ± 2 lesuren.

Materialen: computer met internet en koptelefoon, verschillende kleuren klei, materiaal om labels van te maken, schaar.

 

Toelichting bij deze opdracht: We schreven je dat in de pubertijd ook je gedachten veranderen. We noemden dat de geestelijke ontwikkeling. De verzameling hersenen wordt ook wel het geheugenpaleis genoemd. Die verzameling bestaat uit grote hersenen, kleine hersenen en een hersenstam. Je hersenstam zorgt ervoor dat je ademhaling en bloedcirculatie worden uitgevoerd. Je grote hersenen zorgen voor de verwerking van signalen die binnenkomen van onder andere je zintuigen: licht, geluid, smaak en geur. Ook je gedrag wordt hier gereguleerd en georganiseerd. De kleine hersenen zorgen ervoor dat alle bewegingen van je lijf worden gereguleerd en georganiseerd. Je begrijpt dat deze organisatie feilloos moet verlopen en de verschillende organen intensief contact met elkaar moeten hebben. Dat kan doordat onze Schepper zenuwen heeft geschapen. Elke zenuwcel raakt de andere zenuwcel waardoor er een heel netwerk ontstaat: je hersenen.

Doorloop de volgende stappen bij deze opdracht:

Stap 1:  Ga naar de website https://www.hersenstichting.nl/alles-over-hersenen/de-hersenen/gezonde-hersenen en zoek informatie over de werking van je hersenen.

Stap 2: http://www.activeerjehersenen.nl/index.php?id=register  de games waarmee je verschillende hersencentrums activeert en uitdaagt. Registreer je eerst met je schoolmail naam en wachtwoord.

Wanneer je informatie  hebt gezocht en je al je hersencentrums hebt geactiveerd wordt het tijd om je kennis in praktijk te brengen.

Stap 3: Vraag aan je docent verschillende kleuren klei en maak je hersenen na met daarin de hersencentrums in verschillende kleuren.  Wanneer je dit hebt gedaan, maak dan (een) digitale foto(‘s). Bewerk deze foto en label op de foto de hersencentrums en de bij behorende taak. Print de foto(‘s) uit en presenteer je gemaakte opdracht aan je klas.

Gebruik bij het maken van deze opdracht ook de informatie die je op verschillende websites hebt gevonden.

 

Wees creatief! Succes.

Hij schiep man en vrouw

Zowel het meisje als de jongen merkt tijdens de levensfase van de puberteit dat zij of hij vruchtbaar is. Verder wordt in deze animatie duidelijk gemaakt hoe lang de man en de vrouw vruchtbaar zijn in hun leven. En wanneer de vrouw kan weten wanneer ze uiterst vruchtbaar is door haar lichaam goed te kennen. Bekijk de animatie die de Nederlandse Patiëntenvereniging* heeft ontwikkeld: 

(*Bevat auteursrechtelijk beschermde content)

Het mannelijk geslacht

Het voortplantingsstelsel van de man heeft twee functies: (1) de productie van zaadcellen en (2) de zaadcellen vervolgens overbrengen naar het voortplantingsstelsel van de vrouw. Deze functies zijn bepalend geweest voor de bouw van de mannelijke geslachtsorganen.

In de balzak (scrotum) zitten twee teelballen (7) (testes): dat zijn de organen waarin de zaadcellen gemaakt worden. Het geslachtshormoon testosteron stimuleert de productie van zaadcellen. Rijpe zaadcellen worden tijdelijk opgeslagen in de bijbal(8). De bijbal is eigenlijk een sterk gekronkeld buisje dat aan één kant langs de teelbal ligt. De bijbal gaat bovenaan over in de zaadleider(1). Via de twee zaadleiders, die met een lange lus links- en rechtsom de blaas van de man heen liggen, worden de zaadcellen vervoerd in richting van de penis. Onderweg worden de zaadcellen met behulp van zaadvocht uit twee kliertjes, de zaadblaasjes(3), geactiveerd. Vlak daarna monden beide zaadleiders uit in de urinebuis, vlak onder de blaas. Rond dit deel van de urinebuis ligt een tweede klier: de prostaat(4). De prostaat voegt prostaatvocht aan de zaadcellen en het zaadvocht toe. Nu wordt dit mengsel sperma genoemd. Prostaatvocht bevat veel voedingsstoffen voor de zaadcellen, zodat ze na het verlaten van het lichaam van de man nog een tijdje in leven kunnen blijven.

Het sperma wordt nu door spierbewegingen in de wand van de urinebuis de penis ingestuwd. Speciaal vocht uit een klein kliertje naast de prostaat heeft de urinebuis alvast gereinigd van eventuele urineresten. Dit zogeheten voorvocht heeft daarnaast ook de eigenschap dat het een goed glijmiddel is tijdens de geslachtsgemeenschap.

Als de man seksueel opgewonden is, gaan de zwellichamen in de penis rond de urinebuis zich vullen met bloed. De penis zal hierdoor tijdelijk groeien, stijf worden en zich oprichten. Dit noemen we de erectie. Het orgaan is nu geschikt om de zaadcellen in het lichaam van de vrouw te brengen. Rondom de eikel zit de voorhuid. Dat is een ruime huidplooi die tijdens de erectie deels of geheel van de eikel afrolt. De voorhuid heeft een beschermende functie.

Het uiteinde van de penis wordt gevormd door de eikel: een verlenging van het bovenste zwellichaam. De overgang tussen het rechte deel van de penis en de eikel is te herkennen aan een richel. Talg uit talgkliertjes houdt de huid van de eikel soepel. Teveel talg is echter een feestmaal voor bacteriën. Het is dan ook erg belangrijk de eikel geregeld met water zonder zeep schoon te maken. De eikel is heel gevoelig. Bij seksuele prikkeling ervan worden de hersenen gestimuleerd om een zaadlozing (ofwel ejaculatie) te laten plaatsvinden. Hierbij stuwen de spiertjes in de urinebuiswand schoksgewijs het sperma met grote snelheid de penis uit. Het sterke gevoel van genot dat daarmee gepaard gaat, noemen we het orgasme. Vlak voor, tijdens en een korte tijd na de zaadlozing is een kleine sluitspier tussen de prostaat en de blaas gesloten, waardoor het sperma niet in de richting van de blaas gestuwd kan worden.

Geslacht jongen

Opdracht geslacht man

Het vrouwelijk geslacht

Eicel

Het vrouwelijk voortplatingsstelsel is erop gebouwd om drie functies uit te voeren: het produceren van eicellen, het ontvangen van de zaadcellen en het mogelijk maken van de zwangerschap en geboorte.

De eicellen van de vrouw liggen in het lichaam opgeborgen in de twee eierstokken (2) (ovaria). Lang voor de geboorte werden alle eicellen al gevormd en daar opgeslagen. Pas als er tijdens de puberteit een toename is van vrouwelijke geslachtshormonen zal er één voor één een eicel rijp worden en vrijkomen. Dat gebeurt gemiddeld om de vier weken. Dit is de eisprong en wordt ook wel ovulatie genoemd. De eicel wordt in de richting van het open einde van de eileider(3) gelanceerd. Eenmaal in de eileider wordt de eicel door kleine trilhaartjes in de wand van de eileider voortgestuwd in de richting van de baarmoeder(1).

Als de eicel niet bevrucht wordt, zal deze ongeveer 24 uur na de ovulatie in de eileider worden afgebroken en door de wand van de eileider worden opgenomen. Zonder bevruchting wordt anderhalve week na de eisprong het binnenste deel van de baarmoederwand afgestoten. Dit weefsel verlaat via de baarmoederhals en de vagina het lichaam. Het is de menstruatie (ongesteldheid) die gepaard gaat met een bloeding. De baarmoederhals (opening onderin de baarmoeder) staat in verbinding met de vagina. De vagina is een soort buis met drie functies: het maandelijks afvoeren van het afgestoten weefsel, het ontvangen van de penis tijdens geslachtsgemeenschap en het dienen als geboortekanaal tijdens de geboorte van het kind.

Vlakbij de baarmoederhals zitten kliertjes die vaginale afscheiding produceren. Deze afscheiding bevat voedingsstoffen voor de vaginale bacteriën. Deze bacteriën leven van nature in de vagina. Ze gebruiken de voedingsstoffen uit de vaginale afscheiding en maken afvalstoffen die een beetje zuur zijn. Deze zure stoffen zorgen ervoor dat ziekteverwekkende bacteriën niet overleven in de vagina. Zo beschermen de vaginale bacteriën de vrouw tegen bacteriële infecties via de vagina. Bij seksuele opwinding wordt er tijdelijk ook meer vaginale afscheiding geproduceerd, waardoor de geslachtsgemeenschap soepeler kan verlopen.

De vaginale opening is de verbinding tussen de vagina en de buitenwereld. Rond de opening zitten vier klieren die tijdens de geslachtsgemeenschap vloeistoffen produceren, waardoor het makkelijker wordt om de penis in de vagina te laten gaan.

De vaginale opening wordt van de zijkant bedekt door twee paar huidplooien. Dit zijn de schaamlippen. Het binnenste paar noemen we de binnenste schaamlippen, het buitenste paar de buitenste schaamlippen. Het is normaal dat de buitenste schaamlippen de binnenste niet volledig bedekken. De schaamlippen beschermen samen de vaginale opening. Door seksuele opwinding zullen de schaamlippen allemaal een beetje opzwellen, waardoor de vaginale opening makkelijker bereikbaar wordt.

Aan de binnenkant van de buitenste schaamlippen zitten talgproducerende kliertjes. De talg houdt de schaamlippen vochtig en soepel. Een ophoping van talg leidt tot een toename van huidbacteriën. Het is dan ook belangrijk de schaamlippen geregeld met water te wassen. Het gebruik van zeep is hierbij niet verstandig, omdat de schaamlippen hierdoor uitdrogen en geïnfecteerd kunnen raken.

Op de plek waar de binnenste schaamlippen bij elkaar komen, zit de clitoris. Van dit orgaantje zit het grootste deel binnenin het lichaam. Alleen een weefselbolletje, ongeveer zo groot als een erwt, is zichtbaar. De clitoris bevat, net als de penis, een zwellichaam dat bij seksuele opwinding opzwelt. En evenals de eikel is de clitoris erg gevoelig voor seksuele prikkeling en zo kan het ervoor zorgen dat de vrouw een orgasme beleeft. De clitoris bevindt zich een aantal centimeters boven de vagina. Vandaar dat bewegingen van de penis in de vagina zelden voor een orgasme zorgen. Het vrouwelijke orgasme zorgt voor een gevoel van genot en ook voor het schoksgewijs samentrekken van spieren in de onderbuik van de vrouw. Dit veroorzaakt een zuigende kracht in de richting van de baarmoeder. Hierdoor worden eventuele aanwezige zaadcellen in de vagina daarnaartoe gezogen. De kans op bevruchting wordt daardoor groter.

Geslacht meisje

Opdracht vrouwelijk geslacht

Maandelijkse menstruatiecyclus

De voortplantingscellen bij de vrouw, de eicellen, ontwikkelen zich in de eierstokken. Bij de geboorte zitten er duizenden eicellen in aanleg in de eierstokken van de vrouw. Van die eicellen zullen er een paar honderd tot rijping  komen. Een fractie van dit aantal zal ook daadwerkelijk samensmelten met een zaadcel.

Vanaf het begin van de puberteit wordt ongeveer elke vier weken één eicel rijp in de eierstok. Tijdens de rijping groeit er een vochtblaasje om de eicel heen. Dat blaasje heet de follikel. Na ongeveer 14 dagen barst de follikel open. Het vocht en de eicel stromen eruit. Dit is de eisprong (ovulatie). De vrijgekomen eicel wordt naar de eileider vervoerd. Door trilhaarcellen in de wand van de eileider en door de bewegingen van de eileider wordt de eicel verder gestuwd. In de 14 dagen dat de eicel rijp werd, is de weefsellaag aan de binnenkant van de baarmoeder dikker geworden. Deze weefsellaag noem je het baarmoederslijmvlies. Het is dikker en zachter geworden, doordat er extra slijmklieren en bloedvaten in zijn gegroeid.

Als de eicel bevrucht wordt, vindt dat plaats in de eileider. De bevruchte eicel, die al snel uitgroeit tot een klompje cellen, komt via de eileiders in de baarmoeder terecht. Daar vindt de innesteling in het verdikte baarmoederslijmvlies plaats. Wanneer de eicel niet bevrucht is, wordt de extra gevormde laag baarmoederslijmvlies veertien dagen na de ovulatie afgestoten. Deze is nu niet meer nodig. Cellen, slijm en bloed verlaten het lichaam via de vagina. Dat is de menstruatie. De eicel zelf wordt - als ze niet bevrucht wordt - in de eileider afgebroken en door de cellen in de wand van de eileider opgenomen.

 

Menstruatiecyclus in beeld

Elke vier weken begint het proces opnieuw, zolang de vrouw vruchtbaar is. Daarom spreek je van een maandelijkse cyclus, oftewel een menstruatiecyclus. Vaak is de menstruatiecyclus in het begin van de puberteit wat onregelmatig en wordt deze later regelmatig. Het sperma met daarin miljoenen zaadcellen komt bij een zaadlozing achterin de vagina terecht. De omgeving is daar een beetje zuur. Door dit zure milieu worden veel zaadcellen minder levenskrachtig. Zaadcellen kunnen twee tot vier dagen overleven in het lichaam van de vrouw. Ze hebben een reis van ongeveer 15 cm voor de boeg en doen daar 45 minuten tot 12 uur over. De actieve zaadcellen beginnen de lange zwemtocht. Met behulp van hun zweepstaart komen ze goed vooruit en ze hebben een voorraad van energierijke suikers bij zich. De beste zwemmers komen als eerste via de baarmoedermond in de baarmoeder terecht. Veel zaadcellen worden opgeruimd door cellen van het afweersysteem in het baarmoederslijmvlies van de vrouw. De helft van een groot aantal zaadcellen zwemt de eileider in waar zich geen eicel bevindt. De andere helft heeft wel de kans de eicel te ontmoeten. Onderweg moeten de zaadcellen allerlei hindernissen overwinnen. Het is dus duidelijk een afvalrace.

Ergens in de eileider vindt de ontmoeting met de eicel plaats. De eicel moet binnen 24 uur na de ovulatie bevrucht worden.

Opdracht Menstruatiecyclus

Zwangerschap en geboorte

In deze paragraaf bespreken we hoe de bevruchte eicel zich in negen maanden ontwikkelt tot een baby die geboren kan worden

Eicel vs zaadcel
Eicel versus zaadcel

.

Eén van de paar honderd zaadcellen die in de buurt van de eileider is aangekomen, dringt in de eicel naar binnen en versmelt met de kern van de eicel. Dit is het moment van bevruchting.[1] Op het moment dat er een zaadcel is binnengedrongen, wordt de buitenkant van de eicel ondoordringbaar voor andere zaadcellen. In de kern van de bevruchte eicel komen de chromosomen van de eicel en zaadcel samen, waardoor de erfelijke eigenschappen van de man en de vrouw worden gecombineerd.

 

Na de bevruchting gaat de bevruchte eicel (ook wel zygote genoemd) zich meteen delen. Al snel is het een bolletje van 16 tot 32 cellen. Dit bolletje lijkt een beetje op een braam. Je noemt het nu een embryo. Het embryo bestaat dus al uit een flink aantal cellen, maar is nog niet groter geworden. De cellen zijn wel gedeeld, maar niet gegroeid.


 

Do-it: The great sperm race- http://www.meneerspoor.nl/2_voortplanting.html

De delingen vinden plaats tijdens de reis door de eileider in de richting van de baarmoeder. Eenmaal in de baarmoeder aangekomen, verandert het embryo van vorm. Het bolletje cellen neemt vocht op en wordt blaasvormig, waarbij aan één kant een groot deel van de cellen bij elkaar blijven. Voor het embryo breekt nu een belangrijk moment aan. Het moet zich innestelen in het baarmoederslijmvlies. Dit gebeurt ongeveer 6 dagen na de bevruchting. Het embryo zakt helemaal weg in het baarmoederslijmvlies. Aan de buitenkant van het embryo groeien vlokken (uitstulpingen), die in het baarmoederslijmvlies naar binnen groeien. Via de vlokken neemt het embryo voedingsstoffen op uit het baarmoederslijmvlies dat veel bloedvaten van de moeder bevat. De bloedvaten voeren bloed met zuurstof en voedingsstoffen aan.

Veel beginnende zwangerschappen gaan mis bij de innesteling, omdat op dat moment twee verschillende organismen zich innig met elkaar moeten verbinden. Deze kortdurende zwangerschappen worden dan ook vaak niet door de vrouw opgemerkt.

Na een maand ontstaat een duidelijk zichtbare navelstreng, waarmee het embryo verbonden blijft met de wand van de baarmoeder. Deze navelstreng bevat nog geen bloedvaten, want het embryo heeft op dat moment nog geen volledig bloedvatenstelsel. Op de plaats waar de navelstreng met de baarmoeder is verbonden, ontwikkelt zich in twee maanden tijd de placenta. De placenta bestaat voor een deel uit weefsel van de moeder en voor een deel uit weefsel van het embryo. Deze weefsels zijn zodanig met elkaar vergroeid dat er veel stoffen kunnen worden uitgewisseld. Er gaan vooral zuurstof en voedingsstoffen uit het bloed van de moeder naar het bloed van het embryo. Koolstofdioxide en afvalstoffen worden in tegengestelde richting getransporteerd. Het bloed van het embryo verlaat de bloedvaten niet en kan dus niet mengen met het bloed van de moeder. Beiden houden hun eigen bloed en staan alleen bepaalde stoffen aan elkaar af.

 

Onder het kopje menstruatiecyclus heb je geleerd dat bij een vrouw die niet zwanger is het verdikte baarmoederslijmvlies ongeveer twee weken na de eisprong wordt afgestoten. Dat mag nu natuurlijk niet gebeuren. Om de zwangerschap in stand te houden, moet het baarmoederslijmvlies met het ingenestelde embryo behouden blijven. De vlokken aan de buitenkant van het blaasje, waarin het embryo zich ontwikkelt, vormen een speciaal zwangerschapshormoon dat de afbraak van het baarmoederslijmvlies tegengaat. Het embryo kan zich nu verder ontwikkelen.

In Psalm 139 wordt deze ontwikkeling zo diep en mooi omschreven waar Gods schepping zo duidelijk in naar voren komt.

Ps 139: 14- 16:

14 Ik loof U, omdat ik op een heel vreselijke wijze wonderbaarlijk gemaakt ben; wonderlijk zijn Uw werken; ook weet het mijn ziel zeer wel.

15 Mijn gebeente was voor U niet verholen, als ik in het verborgene gemaakt ben, en als een borduursel gewrocht ben in de nederste delen der aarde.

16 Uw ogen hebben mijn ongeformeerden klomp gezien; en al deze dingen waren in Uw boek geschreven, de dagen als zij geformeerd zouden worden, toen nog geen van die was.

Ongeveer 8 weken na de bevruchting zijn alle organen van het embryo aangelegd. We spreken nu niet meer van een embryo, maar van een foetus.

Door middel van echoscopisch onderzoek (de 'echo') krijg je een goede indruk van de groei en de ontwikkeling van het embryo en de foetus. Een echoscoop werkt met geluidsgolven die zo hoog zijn dat wij ze niet kunnen horen. Ze zijn uiteraard niet schadelijk voor de moeder en het ongeboren kind. De teruggekaatste geluidsgolven leveren een duidelijk beeld op van het embryo of de foetus. Er zijn veel details te zien: zo kun je zelfs al na 4 maanden zwangerschap zien of het een jongen of een meisje is. Naast de echo wordt ook de hartslag van de foetus gecontroleerd.

Al in een vroeg stadium van de zwangerschap is het kloppen van het hartje van de foetus te horen. In het begin is het hartje niet meer dan een spiertje met een holte erin. Na een aantal weken heeft het hartje zich ontwikkeld tot een echt hart met vier afdelingen (twee kamers en twee boezems).

De foetus krijgt zuurstof vanuit de placenta en niet vanuit de longen. Hierdoor wijkt de bloedsomloop van een foetus af van de bloedsomloop van een baby na de geboorte. Het bloed uit de placenta stroomt via de navelstrengader naar de foetus en bereikt via de lever en de onderste holle ader de rechterboezem. Daar wordt het zuurstofrijke bloed uit de placenta gemengd met het zuurstofarme bloed van de foetus.

Er zijn nog twee opmerkelijke verschillen tussen de bloedsomloop van een foetus en de bloedsomloop van een baby na de geboorte. Het bloed van de foetus kan namelijk op twee manieren in de aorta terechtkomen. Allereerst gaat het bloed zoals gebruikelijk vanuit de rechterboezem naar de rechterkamer en van daar naar de longslagaders. De longen werken nog niet. Daarom gaat het bloed via een speciale verbinding meteen vanuit de longslagaders naar de aorta. De tweede route is via een gaatje tussen de rechter- en linkerboezem naar de linkerkamer. Vanuit de linkerkamer gaat het bloed vervolgens naar de aorta. Die speciale verbinding en het gaatje komen alleen voor bij een foetus. Na de geboorte trekt de verbinding tussen longslagader en aorta samen en verschrompelt. Ook de opening tussen linker- en rechterboezem gaat dan dicht.

Om het embryo liggen twee vruchtvliezen. Daarbinnen bevindt zich vruchtwater. De foetus drijft dus in het vruchtwater en is daardoor goed beschermd tegen stoten, uitdrogen en sterke wisselingen van temperatuur. In de tweede helft van de zwangerschap neemt de foetus af en toe slokjes vruchtwater. Vervolgens wordt door de nieren, die al werkzaam zijn, urine geproduceerd. De urine bestaat grotendeels uit water, omdat de afvalstoffen vooral via de placenta uit het lichaam van de foetus worden verwijderd.

De foetus kan gemakkelijk bewegen in het vruchtwater. De zwangere vrouw voelt de bewegingen van de foetus steeds duidelijker. In het begin van de zwangerschap heeft de foetus veel bewegingsruimte, maar aan het eind van de zwangerschap is de baarmoeder helemaal gevuld. De foetus heeft dan een bepaalde ligging; meestal met het hoofd naar beneden.

Aan het eind van de zwangerschap ligt de baby dus meestal met het hoofd naar beneden. Dat noem je de hoofdligging. Deze ligging is het gunstigste voor de bevalling. Ook is de baby ingedaald. Indaling wil zeggen dat het hoofdje al ver naar beneden ligt. Soms heeft de baby een andere positie, bijvoorbeeld met de billen naar beneden (stuitligging) of dwars (dwarsligging). De arts of de verloskundige kan dan de foetus proberen te draaien door voorzichtig vanaf de buitenkant te duwen.

De bevalling begint met de ontsluitingsfase. In deze fase wordt de baarmoedermond langzaam maar zeker opgerekt. De vrouw voelt steeds vaker en heftiger weeën. Dit zijn sterke samentrekkingen van de spieren in de baarmoederwand. De weeën ontstaan, doordat de concentraties van bepaalde hormonen in het lichaam van de vrouw veranderen. Dit zijn voor een deel hormonen die ook een rol spelen bij de menstruatiecyclus. Een volgroeide foetus produceert zelf ook een hormoon dat de weeën versterkt. Als de weeën niet op gang komen, terwijl de baby geboren moet worden, kan een infuus met dat hormoon de bevalling in gang zetten.

De eerste weeën worden ontsluitingsweeën genoemd. Door deze weeën drukt het hoofdje van de foetus tegen de baarmoedermond. Langzamerhand wordt de baarmoedermond opgerekt. De ontsluitingsfase duurt bij de geboorte van het eerste kind gemiddeld 15 uur. Tegen het eind van de ontsluitingsfase, maar vaak ook al eerder, breken de vruchtvliezen en vloeit een deel van het vruchtwater weg.

 

Na de ontsluitingsfase volgt de uitdrijvingsfase. Het kind wordt via de baarmoedermond en de vagina naar buiten geduwd. De weeën worden steeds krachtiger en worden versterkt door het actief meepersen van de vrouw. Nadat de baby is geboren, wordt de navelstreng afgebonden en doorgeknipt. De uitdrijvingsfase duurt gemiddeld een half uur. Indien de uitdrijvingsfase te lang duurt, kan dat gevaar opleveren voor moeder en kind. De gynaecoloog kan dan besluiten om een keizersnede toe te passen. Hierbij komt het kind via een snede in de buikwand en de baarmoeder naar buiten.

Nadat de baby geboren is, moet ook de placenta uitgedreven worden. Dat noem je de nageboorte. De placenta laat los van de baarmoederwand en wordt vervolgens door de samentrekkingen van de baarmoeder naar buiten gedreven. De samentrekkingen zorgen er ook voor dat de baarmoeder meteen al een stuk kleiner wordt. Bovendien worden door de samentrekkingen de bloedvaten in de baarmoederwand dichtgeknepen, waardoor veel bloedverlies wordt voorkomen.

Het wonder van conceptie tot geboorte

Prenataal onderzoek

Onderzoek van het bloed van de moeder en onderzoek met een echoscoop na de eerste twee maanden van de zwangerschap behoren tot de standaardcontrole van de foetus. De resultaten van dit onderzoek kunnen aanleiding zijn tot meer prenataal onderzoek. Soms willen de toekomstige ouders dat hun ongeboren kindje wordt onderzocht op eventuele DNA-afwijkingen. Dat kan met een vlokkentest, een vruchtwaterpunctie of met een verdergaand onderzoek van het bloed van de moeder. In dit bloed zit ook een beetje DNA van de foetus. Zo’n bloedonderzoek kan aantonen dat een vervolgonderzoek met een vlokkentest of een vruchtwaterpunctie niet nodig is.

Vlokkentest
Vlokkentest

Bij een vlokkentest wordt via de buikwand of de vagina een beetje weefsel van de placenta opgezogen. Daar zitten cellen van de foetus in. Van deze cellen kan het DNA worden onderzocht. Aan het DNA is te zien of de foetus bepaalde afwijkingen heeft. Er is een kleine kans (0,5%) dat de vlokkentest een miskraam veroorzaakt. De uitslag van de vlokkentest kan dan leiden tot een keuze voor een abortus. Bij een abortus wordt in een vroeg stadiumde zwangerschap afgebroken met bepaalde injecties of door het verwijderen van het kleine embryo.

Bij de vruchtwaterpunctie wordt vruchtwater met een lange naald opgezogen. In dit vruchtwater zweven cellen van het embryo rond. De cellen moeten eerst gekweekt worden, zodat er voldoende zijn voor een goed onderzoek. Het duurt daardoor een paar weken voordat de uitslag bekend wordt. De kans dat deze methode een miskraam veroorzaakt, is iets kleiner dan bij de vlokkentest (0,33%).

Soms wil men in een vroeg stadium van de zwangerschap al een DNA-onderzoek. Dan kiest men, ondanks het iets grotere risico, toch voor een vlokkentest.

Per 2017 is het in Nederland mogelijk om de NIPT-test te laten doen: Niet Invasieve Prenatale Test. Hierbij wordt bloed van de zwangere vrouw afgenomen en onderzocht. In het bloed van de moeder is namelijk al DNA van de foetus aanwezig, afkomstig van de placenta. Met de NIPT-test kan dit foetale DNA worden onderzocht op een aantal erfelijke aandoeningen (o.a. downsyndroom).

Verdieping NIP-test

Bij de meeste mensen wordt er één kind per zwangerschap geboren. Maar soms is een vrouw in verwachting van een tweeling.

Een tweeling kan op twee manieren ontstaan. Het kan doordat bij de eisprong twee eicellen tegelijk zijn vrijgekomen. Als de eicellen elk door een zaadcel worden bevrucht, ontstaat er een twee-eiige tweeling.

 

Bij een eeneiige tweeling is er maar één eicel bevrucht. De bevruchte eicel heeft zich kort na de bevruchting in tweeën gesplitst en uit elk bolletje cellen heeft zich een embryo ontwikkeld. De embryo’s hebben dan hun eigen vruchtvliezen. Soms treedt de splitsing pas op als het embryo zich heeft ingenesteld in het baarmoederslijmvlies. De embryo’s zijn dan omgeven door gemeenschappelijke vruchtvliezen en vruchtwater.

Opdracht IVF Wie is de erfgenaam?

Begrippenlijst

Bron: Loesje

 

Begrippen

Betekenis

Adolescentie

De overgang in de ontwikkeling tussen de jeugd en volledige volwassenheid, dit is een periode waarin een persoon biologisch, maar niet emotioneel, volgroeid is.

Afweersysteem

Uitschakelen van zieketeverwekkers door witte bloedcellen

Baarmoeder

Orgaan in de buik van een vrouw, waarin een baby kan groeien

Baarmoederslijmvlies

Slijmvlies aan de binnenkant van de baarmoeder; tijdens de menstruatie wordt het verdikte baarmoederslijmvlies afgestoten

Baby

Jongste kind van een mens

Balzak

Hierin zitten de zaadballen en bijballen

Beeldvorming

Het beschrijven, verklaren, oriënteren of voorspellen van iets.

Bevruchte eicel

Eicel waarvan de kern versmolten is met de kern van een zaadcel

Bevruchting

Versmelten van de kern van de eicel met de kern van de zaadcel; vindt plaats in een eileider

Bijbal

Hierin worden zaadcellen opgeslagen

Binnenste schaamlippen

Uitwendige en kleine huidplooi bij het vrouwelijk geslachtsorgaan

Biseksueel

Iemand is zowel op een jongen als meisje verliefd kan worden

Buitenste schaamlippen

Uitwendige en grootste huidplooi bij het vrouwelijk geslachtsorgaan

Celdeling

Cellen splitsen zich in tweeën; bacteriën vermeerderen zich via celdeling

Celgroei

Groter worden van een pas gedeelde cel

Centrum voor Beweging

Gedeelte in de kleine hersenen  met speciale taak

voor beweging

Centrum voor Gevoel

Ligt in de frontaalkwab en regelt emotie zoals angst en blijdschap

Centrum voor Spraak

Twee gedeelten in de hersenschors(Broca voor grammatica en wernicke voor betekenis van woorden) die verantwoordelijk zijn voor je spraak

Centrum zintuigelijke waarneming

Gedeelte van de hersenschors wat waarneming van zintuigen coördineert

Clitoris

Gevoeligste vrouwelijk geslachtsdeel; tussen de beide kleine schaamlippen

Condoom

Voorbehoedmiddel; soort zakje dat zaadlozing en slijmvliescontact in vagina voorkomt

Dwarsligging

Ongeboren kind ligt met rug of buik voor de baarmoedermond

Eeneiige tweeling

Ontstaat uit één bevruchte eicel; de baby’s zijn altijd van hetzelfde geslacht

Eicellen

Voortplantingscellen van een vrouw

Eierstokken

Hierin rijpen eicellen

Eikel

Gevoeligste mannelijk geslachtsorgaan voorp de penis

Eileider

Vervoert de eicel van eierstok naar de baarmoeder; in eileider vindt bevruchting plaats

Ejaculatie

Er komt sperma uit de penis; sperma bestaat zaadcellen en zaadvocht

Embryo

Zo heet het bolletje cellen dat innestelt in het baarmoederslijmvlies; embryo heet het tot 12 weken zwangerschap

Erectie

Wanneer de penis stijf wordt en rechtop gaat staan nadat de zwellichamen zijn gevuld met bloed

Foetus

Zo heet het ongeboren kind na twaalf weken; alle organen zijn dan gevormd

Follikel

Blaasje om een (on)rijpe eicel in een eierstok

FSH

FSH is follikelstimulerend hormoon.

Bij meisjes stimuleert FSH de eierstokken om oestrogeen en progesteron aan te maken. Daarnaast zorgt FSH voor rijping van de eicel.

Bij jongens stimuleert FSH de aanmaak en rijping van zaadcellen. Daarnaast stimuleert het de teelballen om testosteron aan te maken.

Geboorte

Baby en placenta worden na weeën uit de baarmoeder gedreven; dan spreken we van geboorte

Geestelijke verschillen

Groei en veranderingen van je verstandelijke vermogens tijdens de verschillende levensfasen

Gehoorcentrum

Centrum in grote hersenen met de taak om de impulsen van het gehoor te verwerken

Genitale wratten

Seksueel overdraagbare aandoening die veroorzaakt wordt door een virus, met als uiterlijk kenmerk wratjes rond en in de geslachtsorganen

Geslachtshormonen

Worden gemaakt in de eierstokken en teelballen en zijn verantwoordelijk voor het ontstaan van de secundaire geslachtskenmerken.

Geslachtsrijpheid

Wanneer een jongen of meisje vruchtbaar is

Gezichtscentrum

Centrum in grote hersenen met de taak om impulsen van het oog te verwerken

Gift

Iets wat je krijgt

Groeihormoon

Regelstof die de groei regelt; wordt gemaakt in de hypofyse

Groepsdruk

of sociale druk is de druk die een peergroup uitoefent op een bepaald persoon of kleinere groep om het gedrag te veranderen zodat het overeenkomt met het gedrag van die peergroup.

Grote hersenen

Naast grote hersenen zijn er ook kleine hersenen en een hersenstam in de schedel. De grote hersenen bestaat uit diverse centra met een bepaalde taak

Hepatitus

Seksueel overdraagbare ziekte veroorzaakt door het aidsvirus (hiv); het virus tast de witte bloedcellen aan, waardoor de afweer tegen ziekten minder wordt

Hersenstam

De hersenstam verbindt de grote hersenen en de tussenhersenen met de kleine hersenen en het ruggenmerg.

Hetereoseksueel

Seksuele relatie tussen een man en vrouw

Homoseksueel

Seksuele relatie tussen twee mensen van hetzelfde geslacht

Hoofdligging

Ongeboren kind die met het hoofd voor de baarmoedermond/uitdrijvingskanaal ligt

Hormonen

Regelstoffen die via het bloed verspreid worden en allerlei lichaamsprocessen regelen

Hormoonklier

Organen die hormonen maken; een hormoonklier geeft de hormonen die hij maakt aan het bloed af

Hypofyse

Belangrijke hormoonklier die onder aan de hersenen zit; maakt groeihormoon en hormoon dat het ontstaan van de secundaire geslachtskenmerken regelt

Indaling

Ongeboren kind daalt met het hoofd het uitdrijvingskanaal; positie van hoofd is tussen de bekken

Innesteling

Het bolletje cellen dat na de bevruchting is ontstaan, gaat vastzitten in het baarmoederslijmvlies

Intimiteit

Is een ervaring van verbondenheid

Karyogram

Het karyogram van een organisme is een afbeelding van de chromosomen, zoals deze tijdens een bepaald stadium (metafase) van de celdeling te zien zijn onder een microscoop.

Kleine hersenen

Deel van de hersenen wat o.a de coördinatie van beweging regelt

Kleuter

Kind tussen 3 en 6 jaar

Kraakbeencellen

Meest zachte botcellen(bindweefsel) van een mens of dier

Kraakbeenschijf

Schijf van zachte botcellen voor steun o.a in je wervelkolom

LH

LH is een geslachtshormoon.

Bij meisjes stimuleert LH de eierstokken om oestrogeen en progesteron aan te maken. Daarnaast zorgt LH voor de eisprong.

Lichamelijke verschillen

Veranderingen van je lichaam in uiterlijk en wat je kunt tijdens de levensfasen

Maandelijkse cyclus

Gebeurtenissen in het lichaam van een meisje/vrouw van de ene menstruatie tot de volgende

Menopauze

Is het stoppen van de menstruatie van een vrouw. Het treedt op wanneer de eierstokken geen vruchtbare eitjes meer over hebben. Hierdoor produceert het lichaam (bijna) geen oestrogenen en progestagenen meer, waardoor het voortplantingssysteem zijn functie verliest.

Menstruatie

Zie maandelijks cyclus

Menstruatiecyclus

Zie maandelijkse cyclus

Nageboorte

Laatste deel van de bevalling; een wee duwt de moederkoek met vruchtvliezen en de rest van de navelstreng naar buiten

Navelstreng

Hiermee is de foetus met de placenta verbonden; in de navelstreng lopen de bloedvaten, waardoor de uitwisseling van stoffen tussen moeder en foetus plaatsvindt

NIP-test

Niet Invasieve Prenatale Test; een bloedmonster wordt afgenomen waarin naast DNA ook DNA van het embryo via de placenta in zweeft. Dit wordt bij NIPT onderzocht om chromosoomafwijking

Normen

Regels voor je gedrag die horen bij een bepaalde waarde

Oestrogeen

Vrouwelijke hormonen die belangrijk zijn bij de ontwikkeling van vrouwelijke kenmerken en de menstruatiecyclus

Ontsluitingsfase

De baarmoedermond wordt week en opent zich waardoor met weeën er genoeg ruimte ontstaat voor de uitdrijving van de baby

Ontsluitingsweeën

De weeën die de baarmoedermond volledig openen; baarmoedermond is een sterk afsluitende spier

Orgasme

Hoogtepunt van het gevoel als de eikel of clitoris bij gemeenschap wordt aangeraakt door het andere geslacht;

Overgang

Is de levensfase waarbij je van een vruchtbare naar een onvruchtbare periode gaat.

Ovulatie

Vrijkomen van een eicel uit een eierstok; ander woord voor eisprong

Peuter

Kind in leeftijd van 2 a 3 jaar

Placenta

Of moederkoek; bestaat uit weesel met heel veel bloedvaten van de baby en de moeder

Primaire geslachtskenmerken

Zijn vanaf de geboorte zichtbaar; penis of schaamlippen

Progresteron

Vrouwelijk geslachtshormoon, gemaakt door de lege follikel na de ovulatie; zorgt ervoor dat het baarmoederslijmvlies dik en goed doorbloed blijft

Prostaat

Voegt zaadvocht toe aan de zaadcellen en knijpt de urinebuis dicht tijdens de zaadlozing

Psychisch leed

 

Puber

Kind tussen 10 en 16 jaar; in deze periode worden de verschillen tussen jongens en meisjes veel groter

Receptoren

Structuren met verschillende vormen op een celmembraan; op deze plaats kunnen hormonen of virussen zich hechten aan een cel

Samensmelten

Dat de chromosomen van het mannelijk en vrouwelijk geslacht samengevoegd worden tot 1 reeks van chormosomen

Schaamluis

Schaamluizen zijn kleine insecten van ongeveer 3 millimeter groot. Ze leven op de huid van bloed en te vinden op plaatsen met veel haar, warmte en vocht.

Schoolkind

Kind in de leeftijd van 7 tot 12 jaar

Secundaire geslachtskenmerken

Geslachtskenmerken die in de puberteit ontstaan, zoals baard of borsten

Sexting

Sexting is het verspreiden of delen van seksueel getinte foto's of berichten via mobiele telefoons of andere mobiele media.

SOA

Sexueel overdraagbare aandoening

Sperma

Zaadvocht met zaadcellen

Stuitligging

Verkeerde ligging van een baby in de baarmoeder

Syfillis

Bacterie infectie die zweertjes rond de geslachtsorganen veroorzaakt

Teelballen

Deel van het mannelijk geslachtsorgaan; hierin worden zaadcellen gemaakt

Testosteron

Mannelijk geslachtshormoon

Trilhaarcellen

Cellen die haarvormig zijn en zorgen voor voortbeweging

Trouw

Dat je in denken en doen je verbonden voelt met een persoon

Twee vruchtvliezen

Twee vliezen om het vruchtwater heen

Twee-eiige tweeling

Twee kinderen die zijn ontstaan uit twee eicellen en twee zaadcellen

Uitdrijvingsfase

Laatste fase van de bevalling; waardoor het kind wordt geboren

Vaginale afscheiding

Vocht wat uit de vagina komt

Vlokken

Cellen van de foetus uit de placenta

Vlokkentest

Een arts ziugt cellen van de foetus uit de placenta op; die cellen worden onderzocht op erfelijke aandoeningen

Volwassenheid

Geestelijk en lichamelijk in staat zijn om zelfstandig te handelen

Voorhuid

De huid die over het voorste deel van de penis; de eikel zit

Voorvocht

Vocht dat uit de penis komt voor de zaadlozing; hierin zitten ook zaadcellen

Vruchtwater

Vocht binnen de vruchtvliezen in de baarmoeder; beschermt het ongeboren kind tegen stoten

Vruchtwaterpunctie

Een arts zuigt een beetje vruchtwater met cellen van de foetus uit de baarmoeder; die chromosomen van de cellen worden onderzocht op erfelijke aandoeningen

Waarden

Geven aan wat je belangrijk vindt, bijvoorbeeld “trouw zijn”

Weeën

Samentrekken van de spieren in de baarmoederwand; de baarmoedermond gaat door de weeën open

Zaadblaasjes

Voegen zaadvocht toe aan de zaadcellen

Zaadcellen

Voortplantingscellen van een man

Zaadleider

Vervoeren zaadcellen vanuit de bijballen en zaadvocht vanuit de zaadblaasjes en prostaat naar de urinebuis

Zenuwcel

Cellen in de hersenen die via uitlopers berichten kunnen doorgeven

Zintuigen

Organen die een externe prikkel waarneemt en omzet in een impuls. Die vervolgens door het zenuwstelsel verwerkt wordt.

Zonde

Gedachte of handeling waarmee je God oneer aandoet.

Zwangerschap

De tijd dat de baby groeit in de baarmoeder de ongesteldheid is dan

gestopt

Zwangerschapshormoon

Hormoon dat gemaakt wordt als de vrouw zwanger is; HCG zorgt ervoor dat er geen nieuwe eicel rijpt

Hier maak je je kennis over 'relaties en seksualiteit' zichtbaar

Test: Wat weet jij vooraf al over seksualiteit?

Start

Toets: Formatieve toets Hormonen en ontwikkeling

Start

Toets: Formatieve toets Pijlers voor een goed huwelijk

Start

Toets: Formatieve toets Hij schiep man en vrouw

Start

Toets: Formatieve toets Zwangerschap en geboorte

Start

Toets: Summatieve toets over deze katern

Start

Opdracht; Hoe ga je om met pornografie?

Bekijk deze video die gaat over hoe je af kunt komen van pornografie

Pornografie: probleem en oplossing