Opdracht 1 Schaapskudde
Bekijk het filmpje over een schaapskudde en beantwoord daarna de vragen.
Opdracht 3
Opdracht 2 Mensen in groepen
Mensen in groepen zijn meestal minder voorspelbaar in hun gedrag dan schapen.
Maar als er een sterke leider is, ontstaat er soms een eenheid.
Kijk maar eens naar het volgende filmpje van een festival:
In veel situaties is er geen duidelijke leider in een groep mensen.
Gedragen mensen zich dan toch volgens bepaalde patronen?
Hebben mensen bepaalde ‘regels’?
Je bekijkt een aantal voorbeelden.
Voorbeeld 1
In een wachtruimte staan vier banken met ieder twee zitplaatsen.
Kort achter elkaar komen vier mensen binnen die elkaar niet kennen.
xx
Oefening: Voorbeeld 2
0%
Ook sociale dieren hebben behoefte aan een persoonlijke ruimte om zich heen.
Hoe groot die is, hangt af van het soort contact.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Opdracht 3 Sturen van grote groepen
Bij grote evenementen of op drukke plaatsen is het belangrijk om het gedrag van mensen te kunnen voorspellen en eventueel te kunnen sturen.
Wetenschappers maken daar modellen voor.
Bekijk het volgende filmpje.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
In sociale groepen gaan dieren op een bepaalde manier met elkaar om. Voor een deel is dat gedrag aangeboren, voor een deel leren de jongen het gedrag van hun ouders.
Ook in mensengroepen is dat zo.
Lees in de kennisbank Normen en waarden en Rolpatronen.
Bespreek in je groepje 10 voorbeelden van normen en waarden die je hier vindt.
Beantwoord samen de volgende vragen:
Zijn er normen die voor jullie niet herkenbaar zijn?
Is dat voor iedereen hetzelfde?
Zijn er verschillen?
Hoe komt dat?
Leef je altijd volgens deze normen?
Waarom wel of niet?
In verschillende culturen kunnen de normen en waarden heel anders worden uitgelegd. Hier vind je een aantal voorbeelden.
Zijn er verschillen die jullie herkennen?
Welke gevolgen heeft dat?
Hoe zou je dat oplossen?
Maak een kort verslag (ongeveer 250 woorden) van deze groepsactiviteit en lever je verslag in.
• Stap 3 Gedrag beinvloeden
Beïnvloeden van gedrag
In de andere leertaken ging het om gedrag van sociale dieren.
Veel daarvan geldt ook voor mensen.
Mensen zijn immers ook sociale dieren.
Ook zij hebben te maken met leiders en macht.
Macht betekent dat je het gedrag van mensen kunt beïnvloeden.
De leider stuurt het gedrag van de groep.
Maar je gedrag kan ook worden gestuurd zonder dat je het in de gaten hebt!
Opdracht 2
Opdracht 5 Wat beïnvloedt jouw gedrag?
In drie- of viertallen.
Uitwendige prikkels zoals temperatuur en geuren hebben invloed op jouw gedrag. In deze opdracht kijk je vooral naar factoren vanuit de maatschappij. Hoe wordt ons gedrag gestuurd?
Om je op weg te helpen staan hieronder een aantal linkjes naar teksten en filmpjes.
Verdeel de teksten en filmpjes over de groepsleden en lees de teksten en bekijk de filmpjes.
Leg aan elkaar uit op welke manier het gedrag wordt gestuurd.
Zoek eventueel nog andere voorbeelden erbij.
Bespreek met elkaar de volgende vragen:
Welke manieren hebben het meest effect op jullie? Of zouden effect op jullie kunnen hebben? Hoe komt dat?
En welke manieren het minst? Hoe komt dat? Is dat voor jullie allemaal hetzelfde?
Geef elke prikkel een score van 1 t/m 10. Geef een 10 aan een prikkel waarvoor jullie heel gevoelig zijn. Geef een 0 aan een prikkel waar je niet op zou reageren.
Verzamel de scores van de hele klas. Welke staat bovenaan? Welke onderaan?
Soms zou je graag willen dat iedereen een bepaald gedrag vertoont omdat het voor veel mensen beter zou zijn. Bijvoorbeeld afval in de prullenbak gooien.
Mensen een klein zetje in de goede richting geven noem je nudging.
In het filmpje zie je twee experimenten om mensen te bewegen de trap te nemen in plaats van de lift.
Kunnen jullie na het bekijken van dit filmpje nog een oplossing bedenken die in deze bibliotheek effect zou kunnen hebben?
Opdracht: Ontwerp een nudge
Om dit thema af te ronden ontwerp je zelf een ‘nudge’.
Dit doe je samen een of meerdere klasgenoten.
Gebruik het werkblad ‘Nudge’ bij elke stap van deze opdracht.
Maak eerst een plan van aanpak.
Bedenk welk gedrag van mensen in je omgeving (school, buurt, vereniging) jij zou willen beïnvloeden en waarom.
Niet elk gedrag is makkelijk te sturen. De meest geschikte situatie om nudging toe te passen is als er sprake is van een gedrag dat mensen eigenlijk wel willen, maar nét niet doen, zoals bij de prullenbak op de foto.
Op welke manier zou je dat kunnen doen? Hoe ga je de doelgroep bereiken en beïnvloeden? Welke prikkel gebruik je? Ga je bijvoorbeeld werken met straffen en belonen? Kijk ook goed naar je lijstje uit opdracht 1 van deze stap!
Ontwerp je nudge. Zoek eventueel eerst enkele voorbeelden van bestaande nudges die je zou kunnen gebruiken of aanpassen. Maak een foto of filmpje van je nudge.
Meet of je nudge effect heeft.
Doe een meting vóór het toepassen van je nudge en erna. Je kunt bijvoorbeeld het gedrag filmen. Een andere manier is een bepaalde periode tellen hoe vaak het gewenste en het ongewenste gedrag voorkomt.
Bespreek het plan van aanpak met je docent.
Overleg òf en eventueel wanneer je het plan gaat uitvoeren.
Het arrangement Menselijk gedrag is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Auteur Kunskapsskolan
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2021-12-06 08:51:45
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Voorbeeld 2
Sturen van grote groepen
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.