Persoonlijk Profileren!

Persoonlijk Profileren!

Inleiding

Inleiding

 

Ik heb de naam Kirsten Karstje Harmien Hulshoff gekregen op 12 oktober 1992 in Groningen. Opgegroeid in Hoogkerk met mijn vader, moeder en twee zussen. Tegenwoordig woon ik in Haren met mijn vriend en onze planten. Ik vind het heerlijk om te koken, bakken en te braden voor mezelf en voor anderen. In mijn vrije tijd ga ik graag wandelen en foto's maken van de natuur. Ook tijd voor familie en vrienden vind ik erg belangrijk en daar gaan we dan ook geregeld mee eten, spellen mee spelen en koffie mee drinken. Ook spreek ik graag af met een schoonzus en haar dochtertje van drie jaar oud, dan gaan we samen naar monkey town of gaan we winkelen met zijn drieeen.  Of ze komt bij ons logeren wat dan natuurlijk een groot feest wordt. Tevens komen mijn neefje van drie jaar oud met zijn zusje van één jaar oud soms een dagje langs of ze komen te logeren. Ik ga een paar keer in de week sporten bij plaza sportiva, daar volg ik verscheidene groepslessen, sport ik zelfstandig en maak ik gebruik van het zwembad en de sauna.

Ik heb stage gelopen in Roden bij ouderenopvang het Roderhart. Hier komen mensen die de ziekte dementie hebben, psysche problemen of een dag structuur nodig hebben. Hier ging ik  heen op de donderdag en vrijdag van 1000 uur tot 1800 uur. Nu loop ik stage bij Cosis in Lewenborg. Hier wonen 54 mensen van 19 tot 80 jaar die ondersteuning nodig hebben in het leven. Ze hebben een verstandelijke beperking, het down syndroom, autisme, borderline of iets anders. Wij begeleiden ze bij het zelfstandig leven/wonen.

In deze wiki staat hoe ik mij heb ontwikkeld in het vak persoonlijk profileren. Hier staan werkprocessen in met compententies en daarin laat ik zien hoe ik het heb kunnen ontwikkelen.

 

D1-K1-W1: Onderzoekt zichzelf

De vier punten

 

1. Toont zich bewust van zijn gedrag. (positief. Kracht en valkuilen).

Kwaliteit   Valkuil
behulpzaam teveel van de kwaliteit = valkuil afwachtend
  kwaliteit en uitdaging zijn schijnbare tegenpolen  
betuttelend teveel van de uitdaging = allergie besluitvaardig
Allergie  

Uitdaging

Ik probeer altijd anderen te helpen en mij dienstbaar te stellen voor anderen. Dus dat een kwaliteit behulpzaam is verbaast mij niet, maar dan is inderdaad mijn valkuil afwachtend. Soms wacht ik net iets te lang tot ik actie onderneem, dit vind ik zelf ook lastig om ermee om te gaan. Zowel prive als in het werk ervaar ik dit. Dit zie je terug in dat ik alvast vooruit denk bij wat andere mensen nodig zouden kunnen hebben. Het afwachtende speelt dan weer mee doordat ik soms iets te lang wacht waardoor ik iemand anders niet meer hoef te helpen.

Kwaliteit   Valkuil
geduldig teveel van de kwaliteit = valkuil afwachtend
  kwaliteit en uitdaging zijn schijnbare tegenpolen  
afstandelijk teveel van de uitdaging = allergie besluitvaardig
Allergie   Uitdaging

 

Uitslag competenties test

Hieronder staan jouw sterkste competenties op een rijtje.

Je grootste competentie is : Luisteren (4 maal gekozen boven de overige competenties).

De toplijst van je competenties is:

  1. Luisteren
  2. Aanpassingsvermogen
  3. Loyaliteit
  4. Energie

Ik luister altijd graag naar andere mensen zo kan ik ze het beste helpen en weet ik waar ze mee zitten. Een nadeel kan hiervan zijn dat ik te overvraagd wordt. Aanpassingsvermogen bezit ik inderdaad ook, in een situatie probeer ik mij altijd aan te passen aan de situatie daar in plaats van mezelf te zijn en te blijven. Loyaal ben ik naar iedereen toe, ik hou mij altijd aan mijn woord. Energie heb ik genoeg, vaak is dit positief maar soms ook negatief. Ik probeer wel mijn energie over te dragen naar een ander. Hierin moet ik wel opletten dat ik niet over mijn eigen grenzen ga, en soms moet ik mezelf ook even terug fluiten. 

2. Toont zich in staat om vragen, standpunten en gedragingen vanuit een verschillend perspectief te nemen.

Is pedofilie een ziekte ja of nee. Deze vraag kwam tijdens de discussie in de klas. Ik koos hierop ja omdat ik het ziekelijk vindt dat je vieze gedachtes kan hebben over kinderen en die ook wilt uitvoeren. Dit doe je als persoon niet. Maar sommige in de klas hadden nee gekozen omdat je twee soorten pedofilie hebt, de ene kant die het weet en geholpen wilt worden en de andere kant die het weet maar niet geholpen wilt worden.

Na deze discussie en door informatie gelezen te hebben van het internet kan ik zeggen dat mijn standpunt veranderd is. Pedofilie is geen ziekte maar een geaardheid. Ik vind het nog steeds wel lastig om dit goed te keuren en ik blijf het verachtelijk vinden. Maar ik kan het nu wel beter accepteren.

Informatie die ik van het internet heb verkregen.

Bij de mannelijke bevolking heeft naar schatting 1 tot 10% pedofiele gevoelens. Pedofielen komen er vaak voor hun 18de levensjaar achter dat zij pedofiel zijn. Dit betekend dat er mogelijk duizenden tienerjongens in Nederland zijn die op dit moment worstelen met hun pedofiele gevoelens, zelfacceptatie en depressie. Ze durven hier niet voor uit te komen, doordat de maatschappij waarvan zij ook deel uitmaken ze uitkotst. Van ze walgt.. Dit zorgt voor een grote kloof tussen pedofielen en de rest van de maatschappij.

Uit onderzoek blijkt dat pedofilie een aangeboren geaardheid is. Het is niet alleen een seksuele oriëntatie, iemand identificeert zich ook als pedofiel. En voelt zich zowel seksueel als relationeel aangetrokken tot kinderen. Je kan pedofilie dus op dezelfde lijn zetten als homofilie, heterofilie en aseksualiteit. Onze seksuele geaardheid zit merendeels overal in onze hersenen, onderzoek waarbij hersenactiviteit elektrisch wordt gemeten toont dat aan. Maar het zit niet op één plek, het is een geaardheid, een identiteit. Het zit in onze totale persoon, we zijn ermee geboren. Net zoals je niet zomaar van een heterofiel een homofiel kunt maken, kun je een pedofiel ook niet veranderen. De oorzaak van de fascinatie voor kinderen bij pedofielen gezocht moet worden in de hersenontwikkeling in de baarmoeder en de vroege ontwikkeling na de geboorte.

 

3. Staat open voor en luistert actief naar nieuwe ideeën en kritiek.

Discussie over dat het koningshuis afgeschaft moet worden.

Opzich ben ik het daar niet mee eens, omdat ik het beeld van een koningklijk huis met een vast gezin mooier vindt dan van een president die steeds veranderd. Maar ik was wel benieuwd met welke punten mijn klasgenoten zouden komen. De punten die aan bod kwamen waren:

-  Erfopvolging is immoreel oftewel een koning of koningin hoeft nergens aan te voldoen omdat zijn of haar vader/moeder al koning/koningin was.
- Het koningshuis krijgt een voorkeursbehandeling en ons het Nederlandse volk niet, dit druist tegen de grondwet artikel 1 in.

- Het is niet meer van deze tijd. Het is mens onvriendelijk om het koninghuis geen beroep te laten kiezen die ze zelf willen.

Toen ik dit hoorde vond ik het toch wel een lastige discussie omdat het goede punten waren die aan bod kwamen. En met die punten ben ik het ook zeker eens, maar ik blijf bij mijn eigen standpunt. Maar ik zou nu zelf meer in het midden staan, omdat ik op dit moment niet weet wat juist is. Want een koningshuis heeft plus en min punten. Dus ja mijn mening is veranderd en ik sta nu veel meer in het midden.

 

 

4. Vormt zich een realistisch beeld van zijn kwaliteiten, talenten, drijfveren en voorkeuren.

Je hebt een creatieve leerstijl.
Dat wil zeggen, je leert het liefste door te observeren en je fantasie te gebruiken. Door goed naar de leerstof, andere mensen, of een probleem te kijken, kom je erachter hoe iets in elkaar steekt en in zijn werk gaat. Je gaat daarbij vooral op je gevoel af en geeft je fantasie de vrije loop. Je houdt ervan om te brainstormen over leerstof en oplossingen en bent heel creatief. Wél houd je van duidelijkheid: om iets te leren moet de leerstof voor jou concreet en helder zijn. Je leerstijl heeft grote voordelen. Doordat je zo goed observeert zie je veel verschillende aspecten van de leerstof of een probleem. Bovendien kom je vaak met hele originele ideeën waar anderen nooit aan hadden gedacht.

Jouw motto is:
Geef je fantasie de vrije loop!
Tip: Vertrouw je in álle situaties op de creatieve leerstijl dan kun je tegen jezelf aanlopen. Bijvoorbeeld in situaties waarin je met je handen moet werken of anderszins actief iets moet doen. Probeer in dat geval even goed te ontspannen. Wees niet te bang om fouten te maken en te improviseren. Je zult ontdekken dat 'doen' leuker is dan je denkt.

Beroep of studie:
Bij deze leerstijl past elke studie en/of beroep waarin je creatief bezig kunt zijn met ideeën en oplossingen. Denk bijvoorbeeld aan beroepen zoals schilder of schrijver, het ontwerpen van kleding of tuinen, of het werken op reclame-bureau.

 

Je uitslag

Op basis van je antwoorden is bepaald in hoeverre elke van de negen teamrollen aansluit bij je persoonlijkheid. De mate waarin een teamrol bij je past staat weergegeven met een aantal punten.

De negen rollen zijn de "Bedrijfsman", "Brononderzoeker", "Plant", "Monitor", "Vormer", "Voorzitter", "Zorgdrager", "Groepswerker" en de "Specialist".

In totaal heb je 100 punten verdeeld. Een groepsrol kan maximaal 25 punten hebben. Hieronder staan eerst de twee groepsrollen die je de meeste punten gaf en daaronder de rol die je het minst aantal punten gaf.

De meeste punten gaf je aan de rol: Brononderzoeker (18 punten)

De brononderzoeker is over het algemeen een extravert persoon. Hij of zij is veelal hartelijk en joviaal. De brononderzoeker heeft vaak een brede belangstelling en is nieuwsgierig. De brononderzoeker treedt graag op de voorgrond en praat makkelijk. Met improviseren of presenteren heeft de brononderzoeker over het algemeen minder problemen.

Ik ben 100% nieuwschrierig dus dat verbaast mij totaal niet. Dit gaat dan samen met de belangstelling die ik heb voor een persoon. Dit merk je aan de vragen die ik stel aan iemand, hierin ligt nieuwschrierigheid voor wat iemand doet in zijn leven en hoe iemand daar mee omgaat. Geen idee of ik joviaal ben, misschien bij de een meer dan bij de ander. Maar ik ben mij er niet bewust van.

Daarna gaf je de meeste punten aan: Zorgdrager (18 punten)

De zorgdrager is vrij nauwgezet en houdt van duidelijke afspraken. De zorgdrager is daarentegen ook snel bezorgd en heeft een groot verantwoordelijkheidsgevoel. Dit maakt hem of haar enigszins tobberig. De zorgdrager heeft dan ook vaak de neiging de 'boel' te willen controleren. Hierdoor kan de zorgdrager op de anderen als een controlefreak overkomen terwijl hij of zij daar de beste bedoelingen bij heeft. De zorgdrager is belangrijk voor de voortgang al kan hij of zij soms de neiging hebben te veel volgens het boekje te willen werken.

Ik heb een gruwelijke hekel aan te laat komen of mensen die te laat komen. Ik vreet mezelf op als dat gebeurt, dus ja ik ben van de duidelijke afspraken. Hierin ligt ook een verantwoordelijkheidsgevoel naar mezelf maar ook naar een ander. Dit zorgt wel eens voor confrontaties met andere die vinden dat het niet erg is vijf minuten later ergens te komen of weg te gaan, op zon moment vreet ik mezelf op.

Het minst aantal punten gaf je voor: Voorzitter (3 punten)

De voorzitter is iemand die een sterk coördinerende rol heeft. Aan de ene kant is de voorzitter procedureel. Aan de andere kant weet de voorzitter juist door deze nadruk op de procedure een onafhankelijke positie in te nemen waardoor hij of zij makkelijker iedereen bij het team kan betrekken. De voorzitter heeft een sterke neiging te zoeken naar consensus. Hij of zij in niet snel bevooroordeeld en weet de meningen en opvattingen van anderen goed te verwoorden.

Nee totaal niet, ik doe vaak mijn eigen zin met of zonder goede punten. Hierin kan ik erg vasthoudend zijn. Maar dan trek ik niemand erin mee. 

D1-K1-W2: Verkent de ontwikkelingen in de wereld waar hij deel van uitmaakt en zoekt daarin zijn mogelijkheden

De drie punten

1. Onderneemt proactief actie om trends en ontwikkelingen in zijn vakgebied en de maatschappij te volgen.

Steeds meer mensen zijn of raken verslaafd aan verscheidene middelen om zo hun behoeftes aan te vullen of een leegte op te vullen. Hierdoor kom je als persoonlijk begeleider in opleiding steeds meer mensen tegen die een verslaving hebben. Je hebt verscheidene verslavingen hieronder noem ik een paar.

- Alcohol - Drugs - Nicotine - Gokken - Gamen - Internetten - Medicatie - Eten - Niet eten - Het kopen van kleding en ga zo maar door. Maar wat is een verslaving eigenlijk? Je hebt verschillende soorten verslavingen. Middelenverslaving is een verslaving die in stand gehouden wordt door het continu gebruik van een middel of substantie, die op zichzelf verslavend is doordat het een directe werking in de hersenen heeft. Medicijnverslaving gaat vaak onopgemerkt doordat het voor een deel om legale middelen betreft. Zoals angstdempers, slaapmiddelen en pijnstillers. Lichamelijke en geestelijke verslaving houdt in dat het menselijke lichaam gewend is geraakt aan de stof die intensief gebruikt wordt en zich heeft aangepast aan die stof. Bij geestelijke verslaving kan iemand zodanig naar een stof verlangen dat alle gedachten draaien om het gebruiken en verkrijgen van die stof. En andere verslavingen daarin valt gokverslaving, gameverslaving, seksverslaving, werkervaring en koopverslaving. Dit zijn gedragsproblemen die je leven ernstig kan verstoren.

Aantal verslaafden/misbruikers in Nederland en aantal in behandeling:

Stof Aantal verslaafden/misbruikers Aantal in behandeling
Alcohol 477.000 29.374
Tabak 539.000 809
Cannabis 70.000 10.816
Snuifcocaïne 26.857 3.866
Crack 11.200 3.429
Heroïne 14.000 9.093
Gokken 79.000 2.186
Speed (amf) 6.700 1.794
XTC 420 122
GHB 3.160 837
Medicijnen (voornml benzo’s) 600.000 839
Internet gamen 16.000 537
Overig 1.121 1.119
Totaal 1.785.758 64.821

 

Persoonlijk profileren gastles verslavingszorg 28 januari 2019

Dhr. is begonnen op zijn 16de levensjaar begonnen met blowen, drank, cocaïne en lsd. Heeft een eigen bedrijf gerund voor ongeveer 12 jaar. Rond de leeftijd van 38 tot zijn 50ste. Terwijl hij verslaafd was. Kinderen gekregen. Met 28 jaar naar een afkickkliniek gegaan. Maar na 2 jaar weer begonnen. Blowt nog steeds af en toe, vindt het moeilijk om daarvan af te blijven. Vindt het een valkuil van hem zelf. Dhr. is een gevoelsmens en wil doen waar die zin aan heeft, voelt die trek. Volgt pschycho therapie om dingen op te lossen. En de zelfhulpgroep gaat die heen. 3 jaar clean.

Mevr. is alcoholverslaafd zo noemt ze het nu nog. Heeft dertig jaar bij de krant gewerkt en door de stress verslaafd geraakt. 8 jaar geleden gestopt met drinken, maar blijft het moeilijk vinden. Heeft ook een eetverslaving. Ze durft geen alcohol meer te nemen. Dwangmatig gedrag. 16/18 jaar met zelfhulpgroepen. Kan ervan af blijven doordat ze voorbeelden ziet van mensen die dood zijn gegaan.  Al 18 jaar clean. Stuurde haar kinderen naar de slijterij voor haar drank.

Je leeft in een eigen wereld, je eigen bubbel. Schaamte, lopen pleasen bij mensen, geen eigen waarde en je leeft in een cirkel van schulden, balanceren en terugval.

Wat is verslaving? Het is een gedrag dit gedrag moet je doorbreken in therapie, dwangmatig gedrag en controle over je leven kwijtraken.  

Endorfine, dopamine.

Het leren uitstellen van de roes, de toevoer van endorfine/dopamine. Leren reguleren van de behoefte van de dopamine/endorfine.  

Behandeling:

  • Ambulant

  • Therapeutische gemeenschap

  • Zelfhulp groepen  

  • Eigen regie

Leren om weer te voelen, structuur, met zijn allen op een kleine oppervlakte en dan vroeg opstaan, werken vroeg naar bed.  

12 stappen mimosa model

Half jaar opname en daarna een beetje therapie en dat is het, dan moet je maar clean zien te blijven.  

Terugval hoort bij het proces

Autonomie vindt dhr. erg belangrijk dat gaat over wat zou je willen en wat heb je nodig. Eigen regie, zelfstandig zijn.  

Opname is altijd vrijwillig. Familieberaad en familienetwerk wordt gestimuleerd.

Verslaving staat relaties in de weg, mevr. haar huwelijk is stuk gelopen en dhr. had meerdere relaties.

Je bent verslaafd als je afhankelijk ervan wordt en het een routine wordt.  

Behandelen is loslaten zonder dat je iemand iets opdraagt. Naar degene luister zonder iemand de les de te lezen.

Dhr. Heeft de familie weggestoten doordat hij niet wou laten zien hoe slecht het ging. Het is nu goed het contact.  

Mevr. Woonde al ver weg van familie, de familie wist het ook niet totdat ze werd opgenomen. Er is wel steun geweest voor mevr. en het contact is goed.

Nazorg

Afscheid nemen van vroegere vrienden die gebruiken.

Nieuwe netwerk bouwen zonder gebruikers.

Zinvol bezig gaan.

Maatschappelijk bezig gaan.

Zich weer ontwikkelen.

Regelmaat weer krijgen.

Gewoon weer dingen doen.
Op tijd naar bed, eten en de structuur weer terugkrijgen.

Heel bijzonder om twee mensen te horen die verslaafd zijn/waren. Ze hebben allebij een totaal andere indruk en kijk erop. Ik begrijp als mens zijnde heel goed dat je verslaafd kan raken, er zijn zoveel obstakels in het leven die je als mens aan moet kunnen. En soms gaat dat gewoon niet meer of je bent opgegroeid met verslaafde ouders. Ik persoonlijk vind het goed als je ermee kan stoppen maar het is wel van belang dat iemand dan een doel heeft in zijn leven. Anders kan je zo makkelijk weer verslaafd worden. Een echte oplossing heb ik hier niet echt voor. Maar ik merk persoonlijk dat ik een verslaving bij iemand lasting vindt om mee om te gaan omdat ze voor mijn idee zo moeilijk te peilen zijn en ik dan niet weet wat echt is en wat niet.

 

2. Heeft een onderzoekende houding bij het inschatten van de toepasbaarheid van zijn expertise in breed. (maatschappelijk perspectief, ziet zijn leefomgeving als een leeromgeving). Feedback van mijn zus Jacolien Hulshoff vond ik zeer passend.

  • Beschrijf 5 kwaliteiten/talenten met onderbouwing.
  1. Gedreven: Kirsten denkt actief na over haar toekomst. Zij formuleert hierbij doelen en streeft ernaar deze doelen te behalen. Hierbij is zij realistisch; Kirsten weet wat zij aankan en waarmee zij het eventueel lastiger mee zal hebben. Hierop anticipeert zij door realistische doelen te stellen. Als er eenmaal een concreet doel is geformuleerd dan heeft Kirsten een actieve houding om het doel te behalen. Vaak lukt dit, dankzij het feit dat het doel realistisch is.
  2. Moedig: Het is knap van Kirsten dat zij zichzelf actief ontwikkelt, mede door doelen na te streven zoals hierboven beschreven. Dankzij een wat moeizame (maar ook heel fijne!) jeugd waarbij er niet altijd evenveel aandacht naar Kirsten uitging, heeft Kirsten op eigen kracht ontdekt hoe zij haar leven wilde invullen, en welke toekomstdoelen hieraan bijdragen. Het is moedig om dergelijke stappen te zetten op eigen kracht, zeker als er niet/weinig stimulans op het gebied van intellectuele en persoonlijke ontwikkeling in haar omgeving te vinden is.
  3. Bescheiden: De hierboven beschreven kwaliteiten zal geen beschrijving zijn die Kirsten zelf zal geven. Kirsten is heel bescheiden, misschien zelfs een beetje onzeker. Kirsten zal niet snel zeggen dat zij ergens heel goed in is, of dat zij een resultaat heeft neergezet waarop zij trots is. Deze bescheidenheid siert haar; het maakt haar tot wie ze is, ondanks dat ze af en toe best heel trots op zichzelf mag zijn.
  4. Zorgzaam: Een kwaliteit die iedereen, incluis Kirsten zelf, zal toeschrijven is zorgzaamheid. Kirsten is zeer toegewijd aan haar vriend en familie. Zij past graag op andermans kinderen en heeft het eten altijd ‘op tijd’ op tafel staan. Hierbij is zij onzelfzuchtig; zij hoeft er niet per se iets voor terug te hebben, alleen wat liefde. Zolang Kirsten liefde kan geven en hiervoor liefde terugkrijgt, is het goed.
  5. Sensitief: Kirsten is zeer sensitief. Zij voelt erg goed aan wanneer er iets niet helemaal in de haak zit, bijvoorbeeld als er onenigheid met vrienden, studiegenoten of familie is. Hier staat tegenover dat zij het ook goed aanvoelt wanneer alles koek en ei is; Kirsten vindt het dan ook het meest prettig wanneer iedereen blij is en alles goed gaat. Op deze momenten komt Kirsten dan ook het beste tot haar recht, ze is dan het meest vrolijk en zit dan het lekkerst in haar vel.
  • Beschrijf 2 kwaliteiten/talenten die:
    • Niet tot hun recht komen of nog tot ontwikkeling moeten komen.
    • Ingezet worden om te overleven of negatieve worden ingezet.
    • Kwaliteiten/talenten waarin ik doorschiet en mijn valkuil zijn geworden.
  1. Sensitiviteit: Sensitief zijn is vaak een zeer positieve eigenschap, maar net zoals altijd heeft iedere kwaliteit een valkuil. Dankzij Kirsten haar sensitiviteit gaat zij minder goed om met kritiek, het liefst sluit zij zichzelf hiervoor af en negeert het, omdat het negatief op haar overkomt en negativiteit is vervelend. Dit echter is niet nodig. Kritiek of feedback is vaak nuttig en bruikbaar als je er iets mee doet zonder emotioneel te reageren. Hiervoor moet de kritiek of feedback eerst rustig verwerkt worden, zodat de emotie en beladenheid ervan af gaat. Wanneer er later op een rustig moment weer naar de kritiek of feedback gekeken wordt, dan kan het worden omgezet in opbouwende kritiek, zodat je er sterker van wordt.
  2. Bescheidenheid: Zoals eerder beschreven; ook deze kwaliteit heeft een valkuil. Bescheidenheid kan voortkomen uit onzekerheid, en onzekerheid is niet altijd handig omdat het je minder daadkrachtig maakt. Kirsten mag best trots zijn op wie zij is en wat zij neerzet. Ook mag zij trots zijn op haar kwaliteiten. Ieder mens is anders, en Kirsten is haar eigen persoon. Net zoals iedereen is zij een persoon met ontwikkelpunten op werk/studiegebied, maar in de basis is Kirsten een fantastische persoonlijkheid. Hierover hoeft zij niet onzeker te zijn; zij mag er zijn, precies zoals ze is.

Competenties en vaardigheden

Competenties zijn kennis en vaardigheden. Competenties zijn niet aangeboren maar ontstaan door intensief en doelbewust oefenen. De Engelse taal leren is bijvoorbeeld een competentie, of een studie volgen, zoals een MBA behalen.

  • Beschrijf 5 competenties en vaardigheden met onderbouwing.
  1. Organisatievermogen: Kirsten organiseert en plant vaak uitjes met- en voor anderen. Denk hierbij aan een vrijgezellenfeestje of een verjaardagsfeest. Hierbij neemt zij graag de verantwoordelijkheid en weet bijvoorbeeld locaties uit te zoeken of goede ideeën op te doen.
  2. Analytisch: Kirsten is erg beschouwend. Zij kijkt bij iedere situatie eerst de kat uit de boom, om later pas een oordeel te vellen en te anticiperen op de situatie. Wanneer er bijvoorbeeld iets moet gebeuren, dan zal zij rustig alle mogelijkheden afwegen en op basis van de mogelijkheden tot een realistische keuze komen. Ook weet Kirsten dankzij dit beschouwend vermogen een eigen visie te ontwikkelen. Op basis van ervaringen in het verleden weet zij wat zij wel of niet kan, wat zij aankan, en wat zij wil.
  3. Resultaatgericht: Ondanks dat het soms lastig is om de eerste stap te zetten, is Kirsten erg resultaatgericht. Zij weet wat er moet gebeuren, en hoe zij dit moet organiseren. Dit heeft zij met vallen en opstaan geleerd, en nu is Kirsten hierin zeer gedreven en vasthoudend.
  4. Gedurfd: Daar waar Kirsten voorheen vaker onzeker was, acteert zij tegenwoordig meer gedurfd. Kirsten durft steeds meer stappen te zetten, ook als er enig risico aan verbonden zit. Denk hierbij aan het volgen van een opleiding of het stoppen met een baan.
  5. Zelfstandig: Kirsten is zeer zelfstandig, dit is tevens te concluderen uit de hiervoor beschreven vier competenties. Kirsten staat op eigen benen en maakt haar eigen keuzes.
  • Beschrijf 2 competenties en vaardigheden die nodig zijn:
    • Voor mijn persoonlijke ontwikkeling.
  1. Omgaan met kritiek/feedback: Zoals eerder beschreven vindt Kirsten het lastig om met kritiek of met vervelende situaties om te gaan. Dit is in het leven wel nodig, want soms is enige kritiek of feedback noodzakelijk om te geven aan een ander, bijvoorbeeld wanneer je ergens niet blij mee bent of wanneer iemand je niet netjes behandelt. Ook is het soms nodig om kritiek of feedback te ontvangen, bijvoorbeeld als iemand anders ergens niet blij mee is. Het is dan ook belangrijk om niet in de stress-modus terecht te komen, maar de kritiek of feedback rustig in ontvangst te nemen, ervoor te bedanken en er zelf rustig eens over na te denken zonder hierbij te stressen.
  2. Zelfkennis: Kirsten weet wat zij kan en waar zij minder goed in is. Toch is zij nog wat onzeker en bescheiden, terwijl dit niet nodig is. Je mag jezelf heus kennis én tegelijkertijd trots zijn op wie je bent, en blij zijn met wie je bent. Ook mag je aan anderen duidelijk maken wie je bent en waar je goed in bent, dit is op professioneel vlak bijvoorbeeld erg handig.
    • Voor mijn carrière.

Zie bovenstaande: Omgaan met kritiek/feedback en zelfkennis. Tevens toepasbaar in carrière.

Communicatie

Goed kunnen communiceren is de basis van iedere relatie, zowel zakelijk als privé.

  • Noem 2 sterke kanten van mijn communicatie met anderen.
  1. Positiviteit: Je bent vaak positief over anderen
  2. Terughoudend: Je wilt anderen liever niet teleurstellen
  • Noem 2 punten waarin ik mijn communicatie kan verbeteren.
  1. Je mag best kritisch zijn naar anderen en anderen ook kritiek of feedback leveren wanneer dit nodig is. Hier wordt jijzelf maar ook de ander alleen maar beter van.
  2. Wees ook kritisch naar jezelf, ook op een positieve manier. Als je iets goed doet of als je ergens goed in bent, dan mag dit best benoemd worden.

Blinde vlekken

Iedereen heeft één of meerdere blinde vlekken die zelf niet zichtbaar zijn voor hemzelf, maar wel voor een ander.

  • Wat zijn mijn blinde vlekken?
  1. Soms heb je volgens mij het idee dat als je iets niet benoemd, het er dan ook niet is. Dit is een duidelijke blinde vlek. Ook vervelende dingen die je niet benoemt zijn nog steeds vervelende dingen, zoals kritiek.
  • Wat kan ik doen om deze blinde vlekken kleiner te maken?
  1. Zie alle bovenstaande tips over kritiek en feedback.

 

dit heeft mijn zus Jacolien voor en over mij geschreven, ze kent mij als de beste en daardoor leek mij dit het beste om aan haar te vragen of ze dit wel wou doen. Ik vind het heel fijn om haar antwoorden terug te lezen en hiermee kan ik dan ook wat mee. Het geeft mij een gevoel van trots dat ze zo over mij spreekt en ook de aandachtspunten zijn herkenbaar voor mij en heb ik zeker wat aan in het leven.

3. Laat anderen zien een duidelijke visie te hebben op de toekomst vanuit een breed (multidisciplinair) perspectief en stimuleert anderen (door eigen gedrag) om ook mee te denken.

Hiervoor ga ik een verslag schrijven over mijn visie op de toekomst. Dit doe ik vanuit mijn persoonlijke visie maar ook vanuit een multidisciplinair perspectief.

'Als we ons blindstaren op het verleden, lopen we het risico te worden ingehaald door de toekomst' Cibenko.

Allereerst begin je met het samenstellen van mensen, dat kan je op deze manier gaan doen.

- Draagvlak, betrek mensen die kunnen helpen de visie succesvol uit te voeren
- Innovatief, zorg dat je vindingrijke mensen aan boord hebt
-Tijd, zorg dat je team tijd heeft om de visie te ontwikkelen en om te zetten in de praktijk
- Tegendraads, betrek onafhankelijke denkers
-Enthousiasme, zorg dat het visietraject niet gezien wordt als last, maar als een kans
-Ambitie, neem energieke mensen op die de schouders onder verandering durven zetten
-Multidisciplinair, kies niet alleen controllers of alleen strategen maar verenig meerdere achtergronden en inzichten

Mijn missie/koers is een eigen kleinschalige zorgboerderij te starten om zo de beste zorg te leveren aan mensen met dementie.

Mijn verkenningen op het gebied ervan:

Je moet je eigen kennen en kunnen in kaart brengen, de volgende punten zijn daarvoor belangrijk:
- Wat heb ik al?
- Wat wil ik?
- Wat kan ik al?

Daarnaast kijk je naar je kansen en omgeving
- Wat zijn de invloeden van de omgeving?
- Waar liggen de kansen of knelpunten?
- Wat kan de zorgboederij voor risico dragen?

Hierdoor is het van belang om een bedrijfsscan te gaan doen, die is gericht om in beeld te krijgen waar het bedrijf voor staat. Maar ook een omgevingsscan is van belang en erop gericht om duidelijk in beeld te brengen wat de beperkingen of kansen vanuit de omgeving zijn.

Ook zijn diverse vergunningen noodzakelijk. Een gesprek met de gemeente zal veel duidelijkheid geven. De vergunningen die je aanvraagt zijn afhankelijk van de plannen die je hebt. Mocht de boerderij verbouwd moeten worden dan heb je een bouwvergunning nodig. Maar ook een bestemmingsplan van de gemeente is handig om in te zien zodat je kan bekijken welke bestemming de gemeente heeft voor jouw stukje grond.

Voor het opstarten van een zorgboerderij is op dit moment nog geen specifieke opleiding nodig. Bedrijfshulpverlening en/of een EHBO diploma zijn de enige vereisten voor gecertificeerde zorgboerderijen. Er worden op verschillende scholen opleidingen aangeboden die betrekking hebben met plan om je eigen zorgboerderij te starten. Zie het lijstje hieronder die ik gevonden heb op het internet:
HBO
- Diermanagement, major Dieren in de Zorg op Hogeschool Van Hall Larenstein

Ook kunnen de opleidingen Verpleegkunde of Sociaal Pedagogisch Hulpverlening gevolgd worden.

MBO
- Werkbegeleider zorgbedrijf op AOC de Groene Welle
- Zorg en Leefomgeving op AOC Oost
- Maatschappelijke Zorg Natuur en Welzijn op Citaverde College
- Maatschappelijke zorg en dier op AOC Helicon
- Mens, natuur en gezondheid op Wellant College
- Mens, paard en gezondheid op Wellant College
- Zorg, natuur en gezondheid op Prinsentuin College
- Werkbegeleider zorgbedrijf dier op Edudelta College
- MBO zorg en leefomgeving op AOC Friesland
- MBO zorgbedrijf dierenhouderij op Clusius College
- Zorgboer op Warmonderhof

Ook kunnen de opleidingen Verpleegkundige/verzorgende, SPW gevolgd worden.

De financiering is een belangrijk onderdeel en dit heb ik gevonden op het internet:

De voorgenomen veranderingen in de financiering van de zorg zijn ingrijpend. Het persoongebonden budget wordt ingeperkt en de functie extramural begeleiding wordt van de AWBZ (Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten) overgeheveld naar de WMO (Wet Maatschappelijke Ondersteuning).

Een AWBZ Toelating
Nu de PGB op losse schroeven staat, lijkt het aanvragen van een AWBZ toelating een goed oplossing. Met een AWBZ erkenning kan er ZIN worden aangeboden op de zorgboerderij. Een aantal overkoepelende provinciale zorgboerderijen organisaties hebben een AWBZ erkenning.

De wettelijke basis voor een AWBZ toelating is de Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi). Een instelling die voldoet aan de eisen van de WTZi kan bij ministerie van VWS deze AWBZ toelating aanvragen. De eisen die de WTZi stelt gaan ondere andere over de organisatie en het financieel beleid. Vervolgens kan men in aanmerking komen voor productieafspraken met een zorgkantoor en de opent een deur om de aangeboden zorg via ZIN te gaan financieren.

Overheveling extramurale zorg naar WMO
In het bestuursakkoord (afspraken tussen het Rijk en de gemeenten over de overheveling van diverse (zorg) functies) is afgesproken dat de functie extramurale begeleiding per 2013 (voor nieuwe cliënten) en 2014 (voor alle cliënten) overgaat naar de gemeenten. De functie extramurale begeleiding gaat uit de AWBZ en wordt ondergebracht bij de WMO. De criteria van de gemeenten om WMO gefinancierde begeleiding te mogen bieden, zijn nog niet duidelijk. Daarmee is het onzeker of de AWBZ toelating de juiste oplossing is voor zorgaanbieders die extramurale begeleiding bieden aan clienten met een PGB.

Zorgkantoor
De zorgkantoren houden zich bezig met de uitvoering van de AWBZ. Per 2013 zullen de zorgverzekeraars dit zelf gaan regelen voor hun eigen verzekerden. 2012 zal een overgangsjaar worden. Wanneer de uitvoering over wordt gelaten aan de zorgverzekeraars is er geen sprake meer van contractplicht. Ook hebben zorgverzekeraars meer vrijheid om contracten af te sluiten met aanbieders.

Daarnaast speelt marketing een grote rol om het te starten:

Marktpositie
Het is verstandig te kijken welke collega-zorgboerderijen in de omgeving van de te starten zorgboerderij actief zijn. Is het realistisch een zorgboerderij te starten terwijl er 10 km verder al een zorgboerderij actief is met dezelfde doelgroep? Het zou natuurlijk kunnen als de markt ervoor is, of als ik iets kan aanbieden wat mij onderscheid van de rest. Wat kan ik wel bieden wat die zorgboerderij niet te bieden hebben?

Marketing
Op welke manier denkt u clienten binnen te halen? Als mensen of zorginstellingen gericht zoeken naar een zorgboerderij in de buurt, waar zullen ze dan zoeken? Adverteren in de lokale krant, de gemeentegids of andere media behoort in veel gevallen tot de standaard om naamsbekendheid op te bouwen. Veel uitgeverijen kunnen een advertentie combineren met een redactioneel stuk, wat een perfecte mogelijkheid is om uw zorgboerderij in de schijnwerpers te zetten. Verder is het belangrijk te beschikken over een professionele website waarin mensen online kunnen kennismaken met uw zorgboerderij. Zowel zorginstellingen als potientiële cliënten/deelnemers zullen zich oriënteren op internet. Het is dus belangrijk dat ze een goede indruk krijgen van het zorgpakket wat u aanbiedt. Daarnaast kunnen ze de accommodatie bekijken. Een professionele website geeft vertrouwen en verhoogt de kans dat mensen via de website contact met u opnemen.

Dan maak je een ondernemingsplan, online kan je die gemakkelijk en gratis invullen maar doordat ik dit nog niet wil doorvoeren heb ik dit niet gedaan.

Wat is een ondernemingsplan?
In een ondernemingsplan zet u uw plannen voor een zorgboerderij op papier. U beantwoordt als: Wat wil ik precies gaan doen? Waar ga ik me vestigen? Welke rechtsvorm kies ik? Is er een markt voor mijn product en hoe kom ik aan klanten? Hoeveel geld heb ik nodig om mijn plannen van de grond te krijgen? Denk ook aan de vragen die bij een zorgboerderij starten en orientatie worden genoemd.

Waarom een ondernemingsplan opstellen?
Een ondernemingsplan wordt geschreven om duidelijk te maken wat precies de ideeen zijn. Daarnaast kan een ondernemingsplan een mogelijkheid zijn bij het aanvragen van een lening bij de bank.

Wat staat er in een ondernemingsplan?
Een ondernemingsplan heeft onder andere de volgende onderdelen:

  • Persoonlijke gegevens
  • Bedrijfsidee
  • Markt
  • Organisatie
  • Financiering

Dit is mijn visie en misie die ik ooit hoop op te zetten, ik heb veel informatie van het internet omdat ik van te voren al deze informatie niet wist. Wie weet lukt het mij om dit op te zetten en zo niet dan heb ik vast en zeker een nieuw doel in het leven.

 

 

 

D1-K1-W3: Levert een bijdrage aan de wereld en zijn directe leefomgeving.

Punten waar je aan moet voldoen en hoe je dit kan doen

1. Gaat makkelijker om met mensen (van verschillende echelons) in zijn directe omgeving.

10 september 2019 als vrijwilliger mee wandelen met meerdere vrijwilligers en oudere mensen in een rolstoel.

De wandel vier daagse werd gehouden in Ten Boer, dit was in samenwerking met vele vrijwilligers. De organisatie kwam uit de zorginstantie Zorggroep Groningen. De oudere mensen wonen in de bloemhof in Ten Boer. Er wonen mensen die een lichamelijke en of geestelijke beperking hebben. Dit kunnen verschillende oorzaken hebben. Tijdens het wandelen ging ik om met de vrijwilligers die ook mee liepen en met de mevrouw die ik voort duwde in de rolstoel. Deze mevrouw in de rolstoel heeft dementie, waardoor ik af en toe even moest zeggen wat we aan het doen waren. Tijdens het wandelen zorgde ik ervoor dat ik rekening hield met een gepaste afstand met de mensen die voor mij aan het wandelen waren. Ook liet ik de mevrouw in de rolstoel alle mooie dingen die Ten Boer te bieden heeft, zoals mooie gekleurde bloemen, kerken en oudere woningen. Dit ervoer mevrouw als prettig doordat ze hierbij glimlachte en/of spontaan erop terug reageerde. Tijdens de pauze zorgde ik ervoor dat mevrouw wat te drinken en te eten kreeg. Tevens maakte ik met andere mensen een praatje, dit deed mevrouw die in de rolstoel zat ook. Het was een ontspannen wandeling met mooie gesprekken. Naderhand bracht ik mevrouw terug naar de dagopvang, ik vertelde aan de medewerker daar dat mevrouw had genoten en hoe het was gegaan.

 

 

 

2. Is vriendelijk en gastvrij in zijn omgang met anderen.

 

Gastles 17 september 2019

Werkzaam bij Lentis, projectleider/teamleider met een herstel gedachte over te brengen en als ervaringsdeskundige.

Stukje over de psychiatrie:

Psychiatrie was voorheen voor iemand die anders deed, andere opvattingen had of gehandicapt was, deze mensen werden toen weg gestopt. Wat niet passend was bij de normen en waarden in die tijd werd opgenomen. Er werd voorheen geen onderscheid gemaakt tussen de stoornissen, beperkingen en andere opvattingen van een mens. Ze deden of ze niet bestonden.

Tegenwoordig zijn we meer bezig met herstel. Van daaruit wordt meer gedacht aan de client/naaste, wat wil iemand, wat voelt iemand, wat kan iemand en wat kan iemand al? Hoe kan iemand functioneren in de samenleving en met de samenleving?

Het herstel model:

Je hebt een kwetsbaarheid (Denk aan een verslaving, depressie, psychose), wat heb je nodig in je leven om toch kwaliteit van leven te krijgen. En wat kan je naaste omgeving doen om je hierbij te helpen?

Wat voelen ze?

Last van schaamtegevoel, er is iets mis met mij, zolang mogelijk proberen mee te doen in de samenleving, buitengesloten worden door de samenleving, aanpassen aan de omgeving waar iemand zit om zo normaal mogelijk te lijken, angstgevoelens.

Ze willen niet meer hun ziekte zijn maar ze willen een mens zijn en hebben een kwetsbaarheid waar ze mee kunnen leven.

Naar de krachten kijken van iemand en niet alleen naar hun ziekte/kwetsbaarheid.

Ze zoeken naar een manier om met hun stress om te gaan. Als dat te lang doorgaat dan wordt het mechanisme ook extremer waardoor de ziekte/kwetsbaarheid extremer wordt.

Vier fases

Fase 1: Totaal ontredderd, ze zitten in hun ziekte/kwetsbaarheid.
Fase 2: Worstelen met hun ziekte/kwetsbaarheid, hoe kan ik leven met deze aandoening. Klopt de diagnose, wat houdt de diagnose in? Helpt mij dit, werken de medicatie?
Fase 3: Ik weet wat er is, wat wil ik bereiken? Hoe ga ik dit doen? Opleiding/werk/sociale leven. Ik heb een kwetsbaarheid/ziekte maar ik kan weer wat.
Fase 4: Verder gaat met het leven. Kwetsbaarheid/ziekte speelt nog wel een rol in het leven maar je weet hoe je ermee omgaat en hoe je het zo minimaal kan houden.

Stukje over haarzelf

Het begon op de middelbare school toen ze 13 jaar was, ze wist niet hoe ze zich moest gedragen in de samenleving. Ze werd dwangmatig in haar doen en laten. Bang voor de mensen, op school ging ze in de pauze op het toilet zitten om zo mensen te vermijden. Ging wel naar de les maar rende zodra ze vrij was naar huis. Op den duur kreeg ze wanen, ze dacht dat ze de beste ballet danseres was. Thuis werd daar geen aandacht aangegeven omdat ouders bang waren dat het erger werd. Doordat ze dacht dat ze ballet danseres was en die heel dun zijn, ontwikkelde ze anorexia. Dit wist heel lang niemand doordat ze grote truien droeg. Heeft zich opgegeven voor een opleiding op de ballet academie, hier werd ze afgewezen omdat ze niet kon dansen. Waardoor ze aan zichzelf twijfelde door de afwijzing. Hierdoor werd ze voor de eerste keer opgenomen. Daar kreeg ze medicatie, maar er werd niet besproken waarom ze dacht dat ze ballet danseres was. Dus haar psychose/wanen werden alleen aangepakt met medicatie. Een psychiater vroeg alleen aan haar: Of ze nog genoeg at, of de medicatie werkten, of ze voldoende slaapt en hoe het gaat.

Na meerdere opnames deed ze een zelfmoordpoging en werd toen opgenomen op de gesloten afdeling.

Ze had geen eigen regie meer, ze hoefde niks meer te beslissen.

Rond haar 25ste kwam haar broer langs met de vraag of ze de voogd wou worden van zijn kind. Ze dacht dat haar broer gek was geworden om dit bij haar die vol zat met pillen en opgenomen was te vragen. Maar na een half jaar ontdekte ze dat dit haar kracht gaf om ergens voor te leven. Het gaf haar vertrouwen. Haar broer gaf haar een rol als tante zonder enige verwachtingen te hebben. Hij zij je bent mijn zus en ik weet dat je het kan. Ze werd toen als mens gezien en niet als patiënt. Dit was haar begin van haar herstel.

 

Jongerenwerker voor de les geregeld gezamenlijk met Chantal

Wij hebben een jongerenwerker geregeld en mijn motivatie hier achter was om meer te weten te komen wat een jongerenwerker doet. En deze expertise die hij heeft in de jaren dat hij dit doet met ons wil delen. Een jongerenwerker legt contacten met jongeren, je begeleidt hen in hun ontwikkeling. Je bespreekt met de jongeren en collega's wat er aan de hand is, wat de wensen, ideeen en dromen van de jongeren zijn. Je bedenkt welke acties een positieve ontwikkeling in gang kunnen zetten. Van daaruit stel je afwisselende programma's op met allerlei activiteiten.

Jongerenwerker gastles (samen met Chantal geregeld) 29-01-2019

Spelletjes om het ijs te breken om in groepen tezamen te werken, onbekende groepen die je nog niet goed kent. Dan moeten ze al samen werken en overleggen voordat ze elkaar leren kennen. Dit vindt hij leuk om mee te beginnen bij zijn werk.  

Heeft een eigen bedrijf in jongerenwerk,  

Talentontwikkeling, muziek, theater, kunst om mensen te bereiken. Daarin kan je meer bereiken dan in een hokje te praten.  

Een andere weg in te slaan dan te praten, dansend, zingend of rappend.

Als je mensen middelen geeft die hun interesseren dan help je ze bij zelfexpressie en hun eigen identiteit te ontwikkelen. Nadruk ligt op de positieve en eigen kracht. Wat je aandacht geeft groei je.

Zelf opgegroeid bij een alcoholistische vader. Nooit mensen geweest die het gezin konden helpen. Daardoor veel meegemaakt maar uiteindelijk goed gekomen.  

Kwam in contact met jongerenwerkers doordat hij op straat opviel door hun met breakdancen, die boden hem een plek om zich verder te ontwikkelen. Dat heeft hem gered, daar ontdekte hij dat hij de kennis wou overdragen aan jongeren. In contact met serosa en die begeleiden jongeren in de scholing en het werk, dat heeft hij gedaan. In twee jaar heeft die dat volgebracht, en heeft zijn niveau 4 toen behaald. Kreeg een baan aangeboden waar hij eerst werd opgevangen.  

Deeltijd HB0 gedaan na een paar jaar. SPH.

Heeft gewerkt bij jongeren met PGB tijdens de studie. Heeft een burn-out gekregen doordat er misbruikt werd gemaakt van hem, cliënten en collega's. Kon toen niks meer, zelfs geen boodschappen doen. Is toen er weggegaan.  

Sinds kort begonnen met ayahuasca, dit komt uit zuid Amerika. Enthiogene middelen, brengt jou in contact met het goddelijke. Dit zijn lianen planten, dan drink je een thee waar je van onder de invloed raakt. DMT is de werkzame stof. Lichaam, geest en ziel. Geboorte en dood. Dit werkt heel goed met trauma therapieën. Trauma's die zijn weggestopt door de jaren heen en door dit te drinken herbeleef je de trauma’s zodat je het kan verwerken. Als je bewust door een trauma heen gaat dan kan het geheeld worden.  

Proces werk en innerlijke reis

Van de eerste gastles kregen we een ervaringsdeskundige langs, ze heeft verscheidene psychoses gehad en kon dus vanuit haarzelf praten. Ze wist hierdoor precies waar de punt zat wat er mis was in de zorg van toen en nu. Namelijk dat ze niet meer naar de mens kijken maar naar de ziekte. Dit is voor mijn idee best kort door de bocht, maar zo ervaarde ze dat. Ik vond het een interessante gastles.

 

Van de tweede gastles kwam er een jongerenwerker. Ik wou altijd al weten wat een jongerenwerker doet en dat weet ik nu. Ze begeleiden hen in het leven, zelfexpertise te ontwikkelen en hun eigen identiteit te laten ontdekken. Dit vond ik erg leerzaam en goed om het van iemand te weten. 

3. Kan goed samenwerken met projectleden, collega’s en/of andere betrokkenen.

Het hebben van een slechthorend/doof kind zorgt voor veel nieuwe informatie. Echter is er weinig globale informatie te vinden over slechthorende/dove kinderen en wat je kunt doen wanneer zoiets voorkomt in jouw gezin. De organisatie Kentalis is gespecialiseerd in mensen die slechthorend, doof of doofblind zijn. Ouders van de kinderen die wonen bij Kentalis vinden het zelf soms best lastig om te communiceren met hun zoon of dochter. Wij gaan daarom samen met Kentalis en een consultatiebureau (GGD) in Groningen in overleg om een poster te maken voor deze ouders. In deze poster komt globale informatie over de stappen die je kunt gaan maken wanneer je te horen krijgt dat je kind slechthorend of doof is. Zo hebben ouders sneller informatie bij elkaar en kan het helpen om het proces geleidelijke(r) te laten verlopen.

Ons voorstel :
Ons voorstel is een informatieve poster voor ouders die een doof kindje krijgen. Omdat pas na 5 weken het gehoor van het kindje word getest is er veel onduidelijkheid en onwetendheid bij ouders, door een leuke, trekkende en informatieve poster op te hangen in bijvoorbeeld een consultatiebureau kunnen ouders eerder opmerken dat er misschien iets met het gehoor hun kindje aan de hand is en hier zich zelf over informeren. Door een poster word het de ouder makkelijker gemaakt om op kenmerken te letten en informatie tot zich te nemen, omdat de stap kleiner word gemaakt door een poster, omdat de ouder op deze manier niet alles zelf hoeft uit te zoeken.

Organisatie – Kentalis :
Binnen Kentalis hebben we gesproken met een contact persoon die meer weet over de bekendheid van Kentalis. Welke informatie, folders/flyers en posters er al zijn en waar nog behoefte aan is. Uit dit gesprek bleek behoeft te zijn aan posters, met daarop een kleine hoeveelheid relevante informatie om zo gebarentaal en doofheid meer onder de aandacht te brengen. Wij hebben hier zelf de invulling aangegeven om deze poster te maken voor (nieuwe) ouders met een doof geboren kind en deze in bijvoorbeeld consultatiebureaus te verspreiden.

Voorbeelden van informatie voor op de poster :

Wij betrekken Kentalis hierbij omdat deze organisatie ons veel informatie kan geven. Ook zullen zij deze problemen vast vaker tegenkomen. Uit ervaring van stageplekken hebben wij ervaren dat er te weinig kennis is onder nieuwe ouders met nieuwgeboren dove kinderen. Echter is er ook weinig informatie over te vinden bij een consultatiebureau. Wij zullen navraag doen bij de personeelsleden van Kentalis en de consultatiebureaus.

 

GEBARENTAAL
Gebarentaal is geen universele taal. Soms verschillen gebaren zelfs per regio. De gebarentaal die we in Nederland gebruiken, noemen we Nederlandse Gebarentaal (NGT). Deze gebarentaal heeft een eigen grammatica en woordenschat.

NEDERLANDSE GEBARENTAAL LEREN
Wil je de Nederlandse Gebarentaal leren, omdat je slechthorend of doof bent? Of omdat je kind, kleinkind, vriendin of collega slechthorend of doof is? Volg een cursus Nederlandse Gebarentaal (NGT) voor beginners of gevorderden. Je leert handige, alledaagse gebaren en kunt na onze cursus voor beginners een eenvoudig gesprek voeren. Ook maak je kennis met de Dovencultuur.

CURSUS NEDERLANDS ONDERSTEUND MET GEBAREN
Je kunt bij ons ook een cursus Nederlands ondersteund met Gebaren (NmG) volgen. Je leert dan hoe je losse gebaren uit de Nederlandse Gebarentaal (NGT) kunt gebruiken tijdens het praten.

VERGOEDING DOOR JE ZORGVERZEKERAAR?
Wil je een cursus gebarentaal volgen omdat je slechthorend of doof bent of omdat je kind of een familielid slechthorend of doof is? Dan kom je mogelijk in aanmerking voor een vergoeding door je zorgverzekeraar. Neem voor meer informatie contact met ons op. We vertellen je dan meer over de criteria.

 

HOE HERKEN IK SLECHTHORENDHEID?
Soms is het lastig om slechthorendheid te herkennen. Een slechthorend kind wil niet opvallen en het kan lijken alsof het kind ongehoorzaam of verlegen is. Lees hier hoe je slechthorendheid kunt herkennen.

SIGNALEN VAN SLECHTHORENDHEID
Het kind is erg druk of stil.
Het kind vraagt vaak om herhaling.
Het kind reageert niet, vooral als er geen oogcontact is.
Het kind zet de televisie of muziek hard.
Het kind heeft een vertraagde taal- of spraakontwikkeling.
Het kind reageert net iets later (kijkt eerst naar de anderen).
Het kind mist meer informatie als het druk is.
Het kind begrijpt niet goed wat je zegt of doet iets anders dan je vraagt.
Het kind is vaak verkouden of moe of heeft hoofdpijn.

EEN DOVE BABY:
reageert niet of nauwelijks op harde geluiden of stemmen;
schrikt niet van harde geluiden;
loopt achter qua taalontwikkeling (eerste klanken en woordjes).

ALS SLECHTHORENDHEID LAAT ONTDEKT WORDT
Het is belangrijk dat een slechthorend kind snel goede ondersteuning krijgt. Wordt slechthorendheid niet of laat ontdekt, dan heeft dit grote gevolgen voor de taal- en spraakontwikkeling en sociaal-emotionele ontwikkeling. Het kind krijgt niet alles mee op school en kan erg onzeker worden.

 

TIPS VOOR OUDERS
Als je te horen krijgt dat je kind slechthorend of doof is, roept dat veel vragen op. Je krijgt bij ons informatie, hulp en advies. Ook hebben we alvast praktische tips voor je op een rij gezet. Lees bijvoorbeeld hoe je in contact komt met andere ouders.

PRAKTISCHE TIPS
Lees onze praktische tips, bijvoorbeeld over het stimuleren van de taal- en spraakontwikkeling en handige boeken en hulpmiddelen. Heb je zelf een tip voor andere ouders? Laat het ons weten.
Link : https://www.kentalis.nl/tips

LEREN LEZEN
Kinderen horen overal gesprekken: thuis, in de supermarkt, op de televisie. Zo leren ze hun moedertaal. Omdat slechthorende en dove kinderen niet goed horen, missen ze veel informatie en is het leren van taal vaak lastig. Daarom is het belangrijk om de communicatieve en taalontwikkeling al op jonge leeftijd te stimuleren. Dit is vaak onderdeel van onze behandeling. Kijk ook eens op www.kentalisleeshuis.nl  voor tips en filmpjes.

ERVARINGEN DELEN?
Wil je ervaringen uitwisselen met andere ouders? Er zijn verschillende mogelijkheden:
Krijgt je kind behandeling bij Kentalis? Dan nodigen we je uit voor informatiebijeenkomsten. Je ontmoet andere ouders van kinderen die slechthorend of doof zijn.
FODOK zet zich in voor de belangen van dove kinderen en hun ouders.
De FOSS zet zich in voor de belangen van slechthorende kinderen en hun ouders en brengt ouders en kinderen met elkaar in contact.
Gaat je kind naar een groep of school van Kentalis? Dan ontmoet hij of zij daar kinderen of jongeren die slechthorend of doof zijn.
SH-jong is een organisatie voor en door slechthorende jongeren.

 

WANNEER HEB JE GEHOORVERLIES?
Je hebt gehoorverlies als je slechthorend of doof bent. Gehoorverlies kan verschillende oorzaken hebben. Het wordt meestal uitgedrukt in decibel (dB) en ingedeeld in verschillende categorieën. We helpen kinderen, jongeren en volwassenen die slechthorend of doof zijn.

CATEGORIEËN VAN GEHOORVERLIES:
0-20 decibel: normaal gehoor
Verlies van 20-40 decibel: licht gehoorverlies
Verlies van 40-60 decibel: matig gehoorverlies
Verlies van 60-90 decibel: ernstig gehoorverlies
Verlies van > 90 decibel: zeer ernstig gehoorverlies/doofheid

OORZAAK VAN GEHOORVERLIES
Slechthorendheid of doofheid kan veel oorzaken hebben. Gehoorverlies is soms erfelijk, maar kan ook komen door gehoorschade, het gebruik van medicijnen, een ziekte of syndroom, een geleidingsprobleem of ouderdom. Soms is de oorzaak niet te achterhalen.

SLECHTHOREND OF DOOF OP LATERE LEEFTIJD
Sommige mensen worden slechthorend of doof geboren, maar je gehoor kan ook afnemen op latere leeftijd.

Maak je je zorgen over je gehoor of denk je dat je kind slechthorend of doof is? Lees meer over ons gehooronderzoek.
Link : https://www.kentalis.nl/gehooronderzoek

bron : www.kentalis.nl

Samenwerking met: Domina Niemeijer-Zwier en Mirte Oldenziel verliep voorspoedig. We vullen elkaar goed aan. Als Mirte even geen zin had en wij druk bezig waren dan stopten wij even zodat Mirte daarna ook weer verder kon. Dus ja ze leidde ons af maar dat hebben Domina en ik ook af en toe nodig, want wij gaan gewoon door en door. En Mirte zorgt dan voor een pauze. We verdeelden de taken onderling maar we helpen/hielpen elkaar wel. 

 

 

4. Maakt in het contact een krachtige, positieve, bevlogen indruk en weet zichzelf en zijn ideeën zo te presenteren dat het indruk maakt.

Je uitslag van de test over samenwerken

Op basis van je antwoorden is bepaald in hoeverre elke van de negen teamrollen aansluit bij je persoonlijkheid. De mate waarin een teamrol bij je past staat weergegeven met een aantal punten.

De negen rollen zijn de "Bedrijfsman", "Brononderzoeker", "Plant", "Monitor", "Vormer", "Voorzitter", "Zorgdrager", "Groepswerker" en de "Specialist".

In totaal heb je 100 punten verdeeld. Een groepsrol kan maximaal 25 punten hebben. Hieronder staan eerst de twee groepsrollen die je de meeste punten gaf en daaronder de rol die je het minst aantal punten gaf.

De meeste punten gaf je aan de rol: Bedrijfsman (21 punten)

De bedrijfsman wordt ook wel de 'organisator' of 'uitvoerder' genoemd. Vaak is het iemand die van aanpakken weet. De bedrijfsman is over het algemeen gedisciplineerd. Hij of zij pakt zaken systematisch aan en legt vaak een grote ijver aan de dag. De bedrijfsman heeft een praktische instelling en weet beleid in concrete acties te vertalen.

Ik weet inderdaad wel van aanpakken, ik heb geen zin om uren te wachten tot iemand iets verteld heeft. Laat mij het maar zelf onderzoeken en ik kom wel naar iemand toe voor eventuele hulp. Ik maak een lijstje met de dingen die ik gedaan moet hebben. En dat voer ik uit.

Daarna gaf je de meeste punten aan: Zorgdrager (21 punten)

De zorgdrager is vrij nauwgezet en houdt van duidelijke afspraken. De zorgdrager is daarentegen ook snel bezorgd en heeft een groot verantwoordelijkheidsgevoel. Dit maakt hem of haar enigszins tobberig. De zorgdrager heeft dan ook vaak de neiging de 'boel' te willen controleren. Hierdoor kan de zorgdrager op de anderen als een controlefreak overkomen terwijl hij of zij daar de beste bedoelingen bij heeft. De zorgdrager is belangrijk voor de voortgang al kan hij of zij soms de neiging hebben te veel volgens het boekje te willen werken.

 

Het minst aantal punten gaf je voor: Voorzitter (3 punten)

De voorzitter is iemand die een sterk coördinerende rol heeft. Aan de ene kant is de voorzitter procedureel. Aan de andere kant weet de voorzitter juist door deze nadruk op de procedure een onafhankelijke positie in te nemen waardoor hij of zij makkelijker iedereen bij het team kan betrekken. De voorzitter heeft een sterke neiging te zoeken naar consensus. Hij of zij in niet snel bevooroordeeld en weet de meningen en opvattingen van anderen goed te verwoorden.

5. Toont lef en durf (nek uitsteken) en een sterke mate van betrokkenheid bij wat er moet gebeuren.

 

 

onvoldoende

matig

voldoende

goed

uitstekend

Werkprestaties
  • Ervoer je betrokkenheid van mijn kant naar jou toe?

 

 

 

 

X
  • Ervoer je dat ik tijdens de betrokkenheid mijn stelling naar voren bracht?

 

 

 

X

 
  • Vakkennis voor, tijdens en na het samenwerken.

 

 

 

 

X
  • Heb ik inzicht in het samenwerken, weet ik waar iedereen mee bezig is?

 

 

 

X

 
  • Werkte ik productief tijdens de samenwerking?

 

 

 

 

X
  • Nam ik zelf genoeg initiatief tijdens het samenwerken?

 

 

 

 

X
  • Kwam mijn inzet tijdens het samenwerken genoeg naar voren?

 

 

 

 

X
  • Toon ik interesse naar andere toe tijdens het samenwerken?

 

 

 

 

X

 

 

Hoe ervoer je mijn betrokkenheid tijdens het samenwerken?

Ik vind het fijn om met je samenwerken, we hadden een goede planning, teamwork en genoeg kennis van wat we moesten doen en weten. Wel vind ik dat je best wat meer voor je eigen mening/stelling uit mag komen!

 

Domina

Ik kreeg dit van Domina als feedback. Leuk om te lezen dat ze de samenwerking tussen ons fijn vindt en het puntje van dat ik mijn eigen mening/stelling meer mag laten horen klopt wel. Ik luister en kijk vaak naar wat anderen zeggen en daarin ga ik makkelijk mee. Dit doe ik omdat ik geen zin heb om in een discussie terecht te komen. Maar ik ga het vaker uitproberen om mijn eigen mening/stelling naar voren te laten komen.

 

onvoldoende

matig

voldoende

goed

uitstekend

Werkprestaties
  • Ervoer je betrokkenheid van mijn kant naar jou toe?

 

 

 

 

x
  • Ervoer je dat ik tijdens de betrokkenheid mijn stelling naar voren bracht?

 

 

 

x

 
  • Vakkennis voor, tijdens en na het samenwerken.

 

 

 

x

 
  • Heb ik inzicht in het samenwerken, weet ik waar iedereen mee bezig is?

 

 

 

 

x
  • Werkte ik productief tijdens de samenwerking?

 

 

 

 

x
  • Nam ik zelf genoeg initiatief tijdens het samenwerken?

 

 

 

x

 
  • Kwam mijn inzet tijdens het samenwerken genoeg naar voren?

 

 

 

 

x
  • Toon ik interesse naar andere toe tijdens het samenwerken?

 

 

 

 

x

 

 

Hoe ervoer je mijn betrokkenheid tijdens het samenwerken?

Ik vond de samenwerking met Kirsten Hulshoff erg plezant. Ze liet haar kwaliteiten goed naar voren komen en dit was positief in de samenwerking binnen het groepje.

 

Mirte


Ik heb de samenwerking met Mirte als positief ervaren, en deze feedback bevestigd wat ik van de samenwerking vond. Het doet mij goed om te lezen dat Mirte vindt dat mijn kwaliteiten naar voren komen. En dat daardoor de samenwerking in de groep als positief werd ervaren.

Hoofd, hart en handen

Casus

 

 

In de avond zat ik in het diensten centrum gezamenlijk met twee cliënten. Buiten op het terras zaten nog een stuk of zeven cliënten. Op den duur kwam een cliënt van buiten naar binnen, ze had de activiteiten planner voor de maand september in haar hand. Deze legde ze neer op het aanrecht. Ik schonk er eerst geen aandacht aan tot dat een cliënt van buiten naar binnen liep om cola te kopen. Ik schonk het voor haar in en ze betaalde het. Ze liep weer naar buiten, toen kwam een andere cliënt cola kopen. Dit schonk ik in en hij betaalde het. Ondertussen had ik de activiteiten planner gezien die de cliënt neer had gelegd en zag dat er dingen opgeschreven was. Ik begon dit te lezen en ik wist even niet wat ik moest doen. Omdat er dingen op stonden wat haar mening was over de activiteiten, onder andere het volgende stond er op ‘klein klein kleutertje kom naar het dc’. (In de middag was er boosheid ontstaan bij de cliënten doordat wij teveel wraps hadden gemaakt, toen hadden we voorgesteld aan de cliënten die binnen zaten of het een idee was om dit te bewaren voor in de avond. Ze vonden dit toen goed, hierop deden mijn collega en ik de wraps in de koelkast. Blijkbaar was het toch niet goed, want een cliënt van binnen had het verteld aan de cliënten die buiten zaten en die reageerden ontzettend boos. Hierop volgde een aantal boze reacties en besloten we om de wraps  dan maar weer op de tafel te zetten. De rust was toen enigszins wedergekeerd.) Ik dacht er even over na, vanwege het voorval die middag en dacht dat ze nu een reactie van mij/ons aan het uitlokken waren. Ik liep naar een collega die bezig was om de mannen wc schoon te maken. Dit deed ik om te overleggen wat ik/we moesten gaan doen. Ik vertelde haar wat ik had gelezen en vroeg toen aan haar wat we ermee moesten doen. (achteraf hoorde ik dat de cliënten die buiten zaten deze actie hadden gezien van mij en daar meteen al boos van werden. Ze vonden dat ik naar hun toe had moeten gaan om uitleg te vragen waarom ze die dingen had neergeschreven, ik zelf heb dit niet gedaan doordat ik het fijner vond om eerst met collega’s erover te praten.) Mijn collega die bezig was in de wc wou eerst haar werk gedaan hebben, hierop ben ik naar kantoor gegaan met de vraag wat moet ik hiermee. Ondertussen waren de cliënten die buiten zaten enorm boos geworden. (Ze waren boos geworden door een opeenstapeling van incidenten. Waaronder de volgende incidenten:  de wraps die uitgedeeld hadden moeten worden in de middag in plaats van in de avond, het eten was ook weer niet goed genoeg (harde boontjes/zachte gebakken aardappels en dat medewerkers gratis mee mogen eten en de cliënten  moeten betalen.  Ook was er tijdens het  middag moment dat ik buiten ging zitten bij de cliënten en te horen kreeg dat ik daar niet mocht gaan zitten omdat iemand anders er al zat. Mijn antwoord daarop was er zit nu niemand en daarom ga ik er nu zitten. En daar kwam dit  ook nog bij dat ik met de activiteiten planner naar collega’s ging in plaats van naar hun toe). Er waren twee collega’s buiten in gesprek met de cliënten en daarop besloot ik om binnen te gaan zitten bij de andere twee cliënten. Dit deed ik om de cliënten die binnen zaten gerust te stellen en hun af te leiden van het tumult van buiten. Uiteindelijk besloot ik toch om naar kantoor te gaan omdat het uit de hand ging lopen, dit kon komen doordat ze mij nog steeds zagen (dit kan boosheid oproepen doordat ik in hun ogen iets verkeerds had gedaan en als ik er dan steeds bij blijf dan blijft de boosheid). Uiteindelijk werd er besloten om de deuren dicht te doen en op slot te doen  van het dienst centrum en de boze twee cliënten buiten te sluiten en de politie te bellen. Dit werd besloten omdat beide cliënten niet meer rustig werden en alleen maar bozer. Ze begonnen te schelden, ze bedreigden ons, ze scholden ons uit en ze begonnen met de stoelen en tafels te gooien. De politie arriveerde met sirenes en twee auto’s, dit zorgde voor grote angst van verschillende cliënten die nog binnen zaten in het dienstcentrum. We probeerden hun gerust te stellen dat de politie niet kwam voor hun maar om de cliënten buiten naar huis te sturen.  We lieten één  paar politie binnen en de andere bleef in de buurt rond rijden voor het geval dat, dit gebeurde omdat de cliënten die binnen zaten enorm geschrokken waren van de situatie. We zagen ondertussen één cliënt wegrennen via het fietsenhok naar de andere kant van de flat en de andere bleef zitten. Een collega rende achter haar aan en ik vertelde dit aan een andere collega. Dit vertelde ik omdat deze cliënt zo boos was geworden dat ze handelingen kon doen die gevaarlijk kunnen zijn en dat onze collega niet alleen moest zijn met haar. De politie begon met de cliënt te praten die er nog zat en de andere politie agent begon met ons te praten. Ondertussen was de rust wedergekeerd en de cliënt die nog buiten zat is naar huis vertrokken. De cliënt die was weggerend had haar moeder gebeld omdat ze zeer angstig was geworden. Een collega heeft met hun erover gepraat.

Hoofd

 

Mijn eigen grenzen

Mijn grenzen heb ik kunnen bewaken door met collega’s te overleggen hoe ik moest handelen tijdens het moment dat ik de activiteiten planner achter de balie pakte en las. Ik bewaakte mijn eigen grenzen door niet meteen naar de cliënten buiten te lopen, maar om eerst te overleggen met collega’s.

Mijn eigen grenzen heb ik kunnen bewaken doordat ik op een stoel zat terwijl een cliënt zei dat iemand anders daar al zat en ik er niet mocht gaan zitten. Ik bleef zitten en ik zei er zit nu niemand dus dan kan ik er zitten.

Mijn eigen grenzen heb ik kunnen bewaken doordat ik aan de tafel zat met twee cliënten tijdens de escalatie voor hun veiligheid. Maar op den duur besloot ik weg te gaan doordat ik het idee kreeg dat ze buiten mij nog steeds zagen en dat voor prikkels zorgde. Hierdoor voelde ik mij niet veilig genoeg om er te blijven zitten en ging ik weg om zo mijn grens te bewaren.

 

Hart

Hoe ben ik omgegaan met mijn gevoelens

Mijn eigen gevoelens jegens de situatie onder controle houden, doordat je veel dingen tegelijk doet en moet doen is het van belang te weten waar je staat met je gevoelens en hoe je handelt met de gevoelens in een situatie als dit.

Tijdens de situatie merkte ik wel enige onzekerheid bij mij, dit kwam doordat ik nog niet eerder in zo soort situatie ben terechtgekomen. Maar ik voelde ook dat ik de andere cliënten die niet buiten waren moest veilig houden en gerust stellen door bij ze te blijven. Wel merkte ik dat ik mij veilig voelde met mijn collega’s. Ik merkte ook dat ik een rust in mij vond om de situatie goed te observeren en om nog wel te handelen. Ook na de situatie voelde ik mij zeker en gesteund door mijn collega’s. Ik heb er  geen nare ervaring door gehad.

Handen

Mijn taak in de situatie

De cliënten beschermen en in veiligheid nemen doordat ze angsten ervoeren. Ze ervoeren angsten doordat er een ruzie gaande was en omdat de politie kwam. Sommige hebben namelijk traumatische ervaringen gehad met ruzie, sirenes en/of de politie. En een ruzie is natuurlijk nooit leuk om aan te horen en zo mee te maken.

De situatie overzien en inschatten hoe te handelen. Ondertussen nagaan waarom ik op deze manier ging handelen en later nadenken over hoe ik het eventueel anders had kunnen doen en waarom ik het eventueel anders zou doen.

Met collega’s overleggen hoe te handelen en wie wat gaat doen. Tevens signaleer en rapporteer ik naar mijn collega’s over wat ik zie en hoor.

Mijn eigen grenzen bewaken en die van de cliënten.  Mijn eigen grens was onder andere dat ik niet naar de groep zelf heen liep, dit deed ik omdat ik mij daar nog te onzeker over voel en dat voelen ze aan. Daarom liet ik mijn collega’s met hun praten. En sommige cliënten kunnen hun grenzen in een situatie als dit moeilijker aangeven en hebben hierbij onze hulp nodig.

Mijn eigen gevoelens jegens de situatie onder controle houden, doordat je veel dingen tegelijk doet en moet doen is het van belang te weten waar je staat met je gevoelens en hoe je handelt met de gevoelens in een situatie als dit.

Korte beschrijving van mijn handelen

Ik hield mij aan mijn grenzen door aan te geven dat ik op een stoel zat terwijl een cliënt zei dat iemand anders daar al zat en ik er niet mocht gaan zitten.

Ik vond het voor mijn gevoel niet veilig genoeg  voor mij om de cliënten buiten te vragen waarom ze op de activiteiten planner hadden geschreven. Omdat de sfeer al grimmig was heb ik toen de conclusie getrokken om te vragen aan mijn collega’s wat ik moest gaan doen.

Ik heb ervoor gekozen toen twee collega’s buiten met de cliënten aan het praten waren om in het dienstcentrum te gaan zitten voor de andere twee cliënten. Dit deed ik om hun een veilige plek te bieden en eventuele angsten weg proberen te nemen. Uiteindelijk ben ik wel naar kantoor gegaan omdat de situatie buiten heftiger werd en ik dacht als ze mij de hele tijd zien dan ben ik een trigger voor hun om door te gaan met hun woede.

Ik communiceerde met mijn collega’s over wat er speelde, voor de situatie, tijdens de situatie en na de situatie. Om zo te weten waar ik zelf aan toe was maar ook waar mijn collega’s aan toe waren.

  • Het arrangement Persoonlijk Profileren! is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Kirsten Hulshoff
    Laatst gewijzigd
    2019-11-11 19:48:56
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    4 uur 0 minuten

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.

  • Gebruik
    Weergave
  • Wikiwijs is een dienst van