Elasticiteit

Elasticiteit

Elasticiteit

Easticiteit in de economie

De vraagfunctie geeft het verband weer tussen de prijs van een product en de gevraagde hoeveelheid van dat product.
Met elasticiteiten beschrijf je relatieve veranderingen van de gevraagde hoeveelheid als gevolg van een verandering van de:

  • De prijs van het product: prijselasticiteit van de gevraagde hoeveelheid
  • De prijs van andere producten: kruislingse prijselasticiteit
  • Het inkomen van de consument: inkomenselasticiteit

Prijselasticiteit van de vraag

De prijselasticiteit van de vraag (Ev) geeft aan hoe sterk de gevraagde hoeveelheid van een product reageert op een prijsverandering.

De definitie van de prijselasticiteit van de vraag is:

Ev\(\frac{\text{procentuele verandering van de gevraagde hoeveelheid}}{\text{procentuele verandering van de prijs}}\)

Voorbeeld
De prijs van een appel stijgt van € \(\small{0,50}\) naar € \(\small{0,55}\).
Het gevolg is dat de gevraagde hoeveelheid daalt van \(\small{2000}\) naar \(\small{1500}\).
Bereken Ev.

Procentuele verandering van de gevraagde hoeveelheid is \(\small{- 25}\)%
\(\frac{1500-2000}{2000}\small{ = -0,25 = -25}\)
%

Procentuele verandering van de prijs is \(\small{10}\)%
\(\frac{0,55 - 0,50}{0,50}\small{ = -0,1 = 10}\)%


Ev\(\frac{-25\text{%}}{10\text{%}}\small{ = -2,5}\)

Prijselasticiteit van de vraag

De prijselasticiteit van de vraag zegt iets over de prijsgevoeligheid van de gevraagde hoeveelheid.

Als Ev < \(\small{-1}\), dan spreek je van een elastische vraag.
De procentuele verandering van de gevraagde hoeveelheid is groter dan de procentuele prijsverandering. Dat betekent dat consumenten sterk reageren op een prijsverandering.
Voorbeelden: vakantiereizen, taxiritten, restaurantbezoek.

Als \(\small{-1}\) < Ev < \(\small{0}\), dan spreek je van een inelastische vraag.
De procentuele verandering van de gevraagde hoeveelheid is kleiner dan de procentuele prijsverandering. Dat betekent dat consumenten niet sterk reageren op een prijsverandering.
Voorbeelden: brood, benzine, tabak.

Als Ev = \(\small{0}\), dan spreek je van een volkomen inelastische vraag.
De gevraagde hoeveelheid blijft gelijk bij een prijsverandering. Voorbeeld: medicijnen, zoals insuline.

Kruislingse elasticiteit

De kruislingse elasticiteit (Ek) geeft aan hoe de gevraagde hoeveelheid verandert door een verandering van de prijs van een ander product.

De definitie van de kruislingse elasticiteit van de vraag is:

Ek = \(\frac{\text{procentuele verandering van de gevraagde hoeveelheid naar goed B}}{\text{procentuele verandering van de prijs van goed A}}\)

Voorbeeld
De prijs van een appel stijgt van € \(\small{0,50}\) naar € \(\small{0,55}\).
Het gevolg is dat de vraag naar sinaasappelen stijgt van \(\small{2000}\) naar \(\small{2100}\).
Bereken Ek.

Procentuele verandering van de gevraagde hoeveelheid sinaasappelen is \(\small{5}\)%

Procentuele verandering van de prijs van appels is \(\small{10}\)%

Ek \(\small{=} \frac{5\text{%}}{10\text{%}} \small{= 0,5}\)

Kruislingse elasticiteit

Voor substitutiegoederen geldt dat de kruislingse prijselasticiteit positief is, dus Ek > \(\small{0}\).
Immers een stijging van de prijs van appels heeft een stijging van de vraag naar sinaasappels tot gevolg.

Voor complementaire goederen geldt dat de kruislingse prijselasticiteit negatief is, dus Ek < \(\small{0}\). Een prijsstijging van koffie heeft bijvoorbeeld een daling van de vraag naar koffiemelk tot gevolg.

Inkomenselasticiteit

De inkomenselasticiteit (El) geeft aan hoe de vraag naar een product verandert als het inkomen verandert.

De definitie van de inkomenselasticiteit van de vraag is:

El  \(\small{=} \frac{\text{procentuele verandering van de gevraagde hoeveelheid}}{\text{procentuele verandering van het inkomen}}\)

Voorbeeld
Het jaarinkomen van een gezin stijgt van €\(\small{40.000}\),- naar €\(\small{42.000}\),-.
De jaarlijkse uitgaven aan restaurant bezoek stijgen van €\(\small{1000}\),- naar €\(\small{1100}\),-.
Bereken El.

Procentuele verandering van de gevraagde hoeveelheid is \(\small{10\text{%}}\)

Procentuele verandering van het inkomen is \(\small{5\text{%}}\)

El \(\small{=} \frac{10\text{%}}{5\text{%}} \small{= 2}\)

Inkomenselasticiteit

De grootte van de inkomenselasticiteit van de vraag zegt iets over het soort goed.

Als El < \(​\small{0}\), dan spreek je van een inferieur goed.
Een stijging van het inkomen heeft tot gevolg dat er minder van het product gekocht wordt.
Voorbeeld: merkloze kleding.

Als El = \(​\small{0}\), dan is het product volkomen inkomensinelastisch of indifferent.
Een stijging van het inkomen heeft geen gevolg voor de vraag naar het product.
Voorbeelden: keukenzout, medicijnen.

Als \(​\small{0}\) < El < \(​\small{1}\), dan is het goed een primair of noodzakelijk goed.
De procentuele verandering van de gevraagde hoeveelheid is kleiner dan de inkomensverandering.
Voorbeelden: brood, kleding.

Als El > \(​\small{1}\), dan is het goed een luxegoed.
De gevraagde hoeveelheid reageert sterk op de inkomensverandering.
Voorbeeld: restaurantbezoek, vakantiereizen.

  • Het arrangement Elasticiteit is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2021-02-05 14:35:46
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    De Kennisbanken bevatten de theorie bij de opdrachten.
    Leerinhoud en doelen
    Economie;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content - Kennisbanken. (z.d.).

    Template - Markt

    https://maken.wikiwijs.nl/130826/Template___Markt