Oefenen met leesteksten

Oefenen met leesteksten

Welkom!

Welkom op de oefensite voor leesteksten!

 

 

Je kunt hier de uitleg van de lessen, leesstrategieën, oefeningen voor alle niveau's en leuke filmpjes vinden.

 

Maak de formatieve toets en je weet waar je staat. De oprachten sluiten zo beter aan op jou indiviudele niveau.
Als je er klaar voor bent kan je de eindtoets maken, deze resultaten krijg ik ook te zien! Neem deze dus serieus.

Uitleg

Welkom bij de uitleg. Het is de bedoeling dat je alle onderwerpen kent, en kan toepassen.
Wanneer je vragen hebt of ergens niet uit komt kan je hier altijd terug komen.
 

Er is geen vaste volgorde, maar besteed vooral aandacht aan de onderwerpen waar je tijdens je huiswerk problemen mee had.

Tekstsoorten

Er zijn vier tekstsoorten die we onderscheiden, leer deze ook, de functie van de tekst is dan makkelijker te bepalen.

  1. Informatieve teksten
    Deze soort tekst bestaat uit voornamelijk feiten. De tekst is daarom ook objectief, er komen geen meningen in voor. Het doel van deze tekst in informatie geven.
    → voorbeelden: krantenartiekel, instructie, gebruiksaanwijzing, recepten, nieuwsbericht
  2. Beschouwende teksten
    Een opiniërende tekst gaat juist om een mening. Een onderwerp wordt besproken, uitgelegd of blootgesteld. Het doel van deze tekst is dat je aan het einde je eigen mening kan vormen, of bent aangespoord om erover na te denken.
    → voorbeelden: recentie, beoordeling, facebookbericht, discussiestuk, beschouwing
  3. Overtuigende teksten
    Overtuigende teksten lijken op beschouwende teksten, er is echter een groot verschil; het doel. Je wilt de lezer overtuigen om actie te ondernemen. Deze tekst is dus ook subjectief.

    → voorbeelden: productadvetenties, folder van een bedrijf, betoog, colum

  4. Amuserende teksten
    Amuserende teksten zijn er voor het plezier van een lezer. Het vertelt een verhaal, kort of lang. Het belangrijkste is dat het verhaal dat verteld wordt leuk is.
    → blog, reisverslag, roman, sprookje, gedicht, lied

Strategieën

Er zijn een aantal soorten strategieën die je moet kennen. Hieronder staan ze allemaal op een rijtje voor je. Deze stragtegieën kunnen je helpen om vragen te beantwoorden.

 

  • Betekenis van onbekende woorden uit de context opmaken.
    → lees een aantal zinnen ervoor en erna, wat zou er moeten staan volgens jou?
  • Afbeeldingen en grafische elementen bekijken.
    → kijk naar plaatjes, vetgedrukte kopjes, aanvullende informatie kaders.
  • Voorkennis of achtergrondkennis gebruiken
    → wat weet ik al over dit onderwerp, en kan ik hier gebruik van maken?
  • Tekstsoorten herkennen
    → bekijk het kopje tekstsoorten en leer deze.
  • Woorden vertalen
    → gebruik bijvoorbeeld je woordenboek of uitmuntend.

 


 

Stappenplannen

Hier kan je de stappenplannen vinden voor het beantwoorden van veel voorkomende vragen op toetsen. De signaalwoorden die je uit je hoofd moet leren kan je vinden bij het kopje stampen!

Hieronder is een lijst van de meest voorkomende soorten leesvragen, en een stappenplan hoe je de antwoorden het beste kunt vinden in de tekst. (Let op! dit zijn ze dus niet allemaal..)

 

Scanvragen

Bij scanvragen wordt er gericht gevraag naar bepaalde concrete informatie, denk hierbij aan jaartijden, w-vragen, auteursnaam, etc.. Je hoeft hiervoor niet de hele tekst te lezen, maar scant de tekst op bepaalde woorden totdat je de alinea gevonden hebt waarin je denkt het antwoord te kunnen vinden.

     Stappenplan Scanvragen

  1. Lees de vraag.
  2. Bedenk waar je het antwoord zou kunnen vinden.
  3. Scan de tekst op deze informatie.
  4. Lees de uitgekozen alinea nauwkeurig.
  5. Beantwoord de vraag.

 

Gatentekst

In een gatentekst is een woord weggelaten. Het ontbrekende woord moet je invullen.

     Stappenplan gatentekst

  1. Lees de tekst vóór en na het gat nauwkeurig.
  2. Lees de antwoorden nog niet.
  3. Bepaal de functie van het woord.
  4. Bepaal de woordsoort die ingevuld moet worden (zelfstandig naamwoord, bijvoegelijk naamwoord, etc.).
  5. Bepaal wat het verband is tussen het deel vóór en na het gat.
  6. Verzin zelf een invulling.
  7. Kies het juiste antwoord en vul dat op de plek van het gat in de zin in om te kijken of het qua betekenis en woordvolgorde past.

 

 

Meerkeuzevragen

Om meerkeuzevragen goed te kunnen beantwoorden, zoek je naar aanwijzingen in de tekst waarop de vraag betrekking heeft. Soms leiden aanwijzingen niet direct naar het juiste antwoord. Vaak lijken meerdere antwoorden juist. In dat geval moet je de afstreepmethode gebruiken.

     Stappenplan meerkeuzevragen

  1. Bekijk de tekst (globaal lezen) om een idee te krijgen waar de tekst over gaat.
  2. Ga na wat je al weet over het onderwerp.
  3. Lees de meerkeuze vraag (alleen de vraag, dus niet de antwoorden!).
  4. Bepaal in welk tekstdeel je het antwoord moet zoeken.
  5. Lees dat stuk door en probeer zelf in gedachten een antwoord te formuleren.
  6. Lees nu pas de meerkeuzeantwoorden door. Stel van elk antwoord vast of het goed zou kunnen zijn of onzin is. Streep foute antwoorden weg.
  7. Zoek in de tekst naar aanwijzingen die belangrijk kunnen zijn voor je keuze en onderstreep deze woorden.
  8. Meestal kun je nu het antwoord al kiezen. Lukt dat niet, streep dan de minst waarschijnlijke antwoorden weg.

 

Stampen

Om je te helpen kan je ook op quizlet even oefenen!

Deze signaalwoorden kunnen je helpen de tekstsoort te achterhalen. Leer ze dus goed!

 

Verband

Signaalwoorden

Betekenis

Opsomming

- auch

- nicht nur … sondern auch

- und

- außerdem

- schließlich

- erstens, zweitens …

- zuerst … dann/danach

- oder

- , (komma)

- ook

- niet alleen … maar ook

- en

- bovendien

- ten slotte

- ten eerste, ten tweede …

- eerst … dan/daarna

- of

- ,

Tegenstelling

- aber

- doch

- einerseits, andererseits

- im Gegensatz zu

- obwohl

- statt

- trotzdem

- maar, echter

- toch, echter

- enerzijds, anderzijds

- in tegenstelling tot

- hoewel

- in plaats van

- toch, desondanks

Oorzaak-gevolg

- also-

- dadurch

- sodass

- weil

- dus

- daardoor

- zodat

- omdat

Toelichting (voorbeeld)

- zum Beispiel (z. B.)

- zumal

- und zwar

- : (dubbele punt)

- bijvoorbeeld

- met name

- en wel

- :

Voorwaarde

- falls

- wenn

- in het geval dat

- indien/als

Vergelijking

- als ob

- wie

- ebenso/genauso … wie

- mehr/besser … als

- alsof

- zoals

- net zo … als

- meer/beter … dan

Reden (argument)

- darum

- denn

- weil

- deswegen

- der Grund dafür

- da

- : (dubbele punt)

daarom

want

omdat

daarom

de reden daarvoor

omdat

Doel-middel

- um zu

- damit

om te

opdat

Samenvatting

- alles in allem

- kurz

- zusammenfassend

al met al

kortom

samenvattend

Conclusie

- also

- folglich

- daraus kann man schließen

- kurz

- schließlich

- : (dubbele punt)

- dus

- dus

- daaruit kun je concluderen

- kortom

- ten slotte

- :

 

Tips

Deze tips helpen je bij elke toets en SO, neem ze serieus!

Tip 1.
Bij elke tekstsoort hoort een bepaalde leesstrategie, namelijk: voorspellen, skimmen, scannen en gedetailleerd lezen. Door snel de tekstsoort en de bijbehorende leesstrategie te bepalen, kun je tijd besparen op je toetsen.

Tip 2.
Gebruik het woordenboek alleen als het noodzakelijk is, het kost namelijk veel tijd. Bedenk of er een Nederlands of Engels woord lijkt op het Duitse woord, die je op de juiste betekenis kan brengen.

Tip 3.
Leer de signaalwoorden en veel voorkomende woorden uit je hoofd, zodat je ze niet meer op hoeft te zoeken.

Kennisclip

Writing Tips Explainer (copy) on Biteable.

Formatieve toets

Fijn dat je bij de formatieve toets bent aangekomen. Aan de hand van deze resultaten kan je inschatten welke opdrachten bij jou passen. Voor het gemak zullen hier de niveaus worden aangegeven met punten.

 

 

Extra hulp: < 7
Regulier: 12-7
Uitdagende oefeningen:12-17

Na het mee doen graag even het bewijs van deelname mailen naar mijn email.
Anders volgende les uitgeprint meenemen.

Zo kan ik ook zien hoe het is gegaan ;)

Oefeningen

Extra oefenen

Na je formatieve toets is gebleken dat je nog een zetje in de rug nodig hebt. Geen probleem!
Lees de uitleg nog eens na, stamp de strategieën, bekijk de filmpjes en oefen.
Als je je best doet komt het helemaal goed!

 

Tip: op internet zijn er veel goede sites waarop je verder kan leren. Gebruik bijvoorbeeld oude examens!

Zodat je zeker weet dat je alles hebt geleerd is hier een checklist, van vaardigheden die je moet kunnen:

  • Singnaal woorden herkennen en kunnen benoemen.
  • Leesstrategieën herkennen en toepassen.
  • Het stappenplan van beantwoorden van vragen uit je hoofd leren en toepassen
  • Duitse teksten leren lezen (oefenen, oefenen, oefenen!)

Reguliere oefeningen

Je bent goed op weg, blijf door oefenen en je haalt je toets met gemak!

Wil je veder oefenen? Op internet zijn ontzettend veel oefensites te vinden. Kijk bijvoorbeeld naar oude examens!

Uitdagende oefeningen

Je bent er helemaal klaar voor! Wil je toch veder leren? Dan vind je hier extra uitdagende oefeningen.

Eindtoets

Klaar?

Een beetje klaar met leren? Hier wat leuke filmpjes voor je pauze!

 

  • Het arrangement Oefenen met leesteksten is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    celestine lederer Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2020-05-16 14:29:53
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    De leukste site om mee te leren!
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld