Scan deze QR-code met de app i-nigma en zet het webadres in je favorieten. Je hebt deze website de hele week nodig.
Introductie
Deze week gaan we ons bezig houden met de vraag wat er op het HVC leeft. Om de vraag te kunnen beantwoorden gaan we op onderzoek in en rondom de school; de sloot, de tuinen, het schoolplein en allerlei plekken waar van alles leeft.
Flowvraag
'Wat leeft er op het HVC?'
Dat is de vraag die centraal staat deze week. We gaan op onderzoek uit binnen en buiten de school om erachter te komen wat er allemaal leeft (of heeft geleefd) op het HVC. Dit is een introductie in de biologie. Je leert kennis maken met de volgende biologische begrippen:
- levend, dood en levenloos
- een organisme
- de microscoop
- de tekenregels
- biodiversiteit
Deelvraag 1
Wat is levend, dood en levenloos?
Meneer Jongejan zet drie tafels tegen de muur onder een woord, er staat een tafel onder het woord levend, een onder dood en een onder levenloos.
Maak duo's
Overleg kort wat de woorden zouden kunnen betekenen.
Ga het HVC terrein (zie onderstaande kaart) op en zoek materialen die horen bij deze drie woorden. Je mag een emmer, een slootnet, een schaar of een insectenpotje meenemen.
Leg deze vervolgens bij de juiste tafel.
Vraag 1. Lever in peppels een foto in waar iets op staat wat levend is, iets wat dood is en iets wat levenloos is.
Vraag 2. Noteer hier zo goed en volledig mogelijk de betekenis van 'levend'. Wat op jouw foto leeft?
Vraag 3. Noteer hier zo goed en volledig mogelijk de betekenis van 'dood'. Wat op jouw foto is dood?
Vraag 4. Noteer hier zo goed en volledig mogelijk de betekenis van 'levenloos'. Wat op jouw foto is levenloos?
Deelvraag 2
Hoe kan ik een biologische tekening op de juiste manier maken?
Er liggen in het lokaal allerlei voorwerpen onder de drie woorden levend, dood en levenloos. Daarnaast krijg je je tekendoos en drie vellen A5 papier.
Teken van elke tafel één voorwerp op een A5 papier. Je maakt drie tekeningen op drie losse vellen papier.
Als je tekening klaar is pak je de tekenregels voor een biologische tekening erbij en ga je hiermee je eigen tekening verbeteren of opnieuw maken. Voor regel 7 loop je naar het bord met kaartjes om te kijken wat je nodig hebt.
Als je tekening helemaal klaar is zet je er een foto van in peppels. Controleer voordat je dit doet of je alle tekenregels hebt toegepast.
Vraag een medeleerling van een andere coachgroep om je tekeningen te controleren met behulp van de rubric tekenregels. Vraag je medeleerling of jij een foto van de feedback mag uploaden in jouw peppels account.
Verwerk je feedback in de tekening en upload de foto's zo nodig opnieuw naar peppels.
Deelvraag 3
Wat is een organisme?
Vraag 1. Zoek op internet op wat een organisme is.
Vraag 2. Geef tenminste 20 voorbeelden van organismen. Kun je ze ook ordenen?
Vraag 3. Heb je organismen getekend? Zo ja, welke?
Deelvraag 4
Wat zijn organen, weefsels en cellen?
Alle organismen hebben verschillende onderdelen, deze onderdelen bestaan weer uit kleinere onderdelen, enzovoort. Dit zijn de orgaanstelsels, organen, de weefsels en de cellen. kijk naar de platen hieronder. Dit zijn verschillende orgaanstelsels bij de mens.
Vraag 1. Maak een mindmap waarin je deze orgaanstelsels zet, zoek bij elk orgaanstelsel minimaal 10 organen op die hier bij horen.
Vraag 2. Zoek op internet op welke organen er in jouw levende organisme zitten.
Vraag 3. Zoek op internet op welke organen er in jouw dode organisme zitten.
Vraag 4. Probeer de verschillende organen van jouw levende organismen erbij te tekenen en benoem ze. Doe dit volgens de tekenregels. Zet daarna opnieuw een foto van je tekening in peppels.
Vraag 5. Doe hetzelfde als vraafg 4 voor je dode organisme.
Deelvraag 5
Welke vier rijken zijn er in de biologie?
Alle organismes op de hele wereld kan je terug brengen tot 4 grote groepen. Deze vier groepen noemen we Rijken. Op de muur hangen de namen van deze vier rijken.
Vraag 1. Welke vier rijken zijn er in de biologie?
Vraag 2. Noteer per rijk tenminste drie kenmerken van organismes in deze rijken.
Vraag 3. Hang je tekeningen bij het goede rijk. Bij welk rijk horen het dode en levende organisme wat jij getekend hebt. Leg bij elk organisme uit waarom jij dat denkt.
Deelvraag 6
Hoe maak je een preparaat?
Voor deze deelvraag gaan we naar lokaal T310. Daar gaan we preparaten maken volgens de volgende stappen:
Deelvraag 7
Hoe werk je met een microscoop?
We gaan het zelfgemaakte preparaat onder de microscoop bekijken. Voor instructie kijken we naar het volgende filmpje.
en nog even een herhaling:
Vraag 1. Lever een foto in van hetgeen je onder de microscoop ziet.
Deelvraag 8
Hoe kan ik de naam van een organisme vinden?
Weet jij al wat je getekend hebt, wat is precies de naam van je organisme? Geen idee?
Er liggen zoekkaarten op tafel, hiermee kan je een organisme determineren (uitzoeken wat de naam van een organisme is, aan de hand van een aantal vragen).
Zoek voor jou tekeningen uit wat de organismen zijn. Als eerste zoek je de zoekkaart waar jouw tekening het meest op lijkt. Daarna begin je bij start en beantwoord je de vragen die je tegenkomt. Aan het eind staat zeer waarschijnlijk jouw organisme. Je kan je tekening dus nu de juiste titel geven.
Deelvraag 9
Hoe kunnen we de biodiversiteit van één van de rijken uit de biologie vergroten op het HVC?
Wat moet er volgens jou gaan leven op het HVC? Werk een idee uit waardoor er meer verschillende organismen in één van de rijken uit de biologie op het HVC terrein komen. kijk naar de filmpjes over biodiversiteit om inspiratie op te doen.
Moet er een 'blikvanger' komen? Een bloementuin? Of een bijenkast? Of moeten we dieren gaan houden zoals kippen, konijnen of toch iets heel anders?
Opdracht:
Wat moet er volgens jou gaan leven op het HVC? Werk een idee uit waardoor er meer verschillende organismen in één van de rijken uit de biologie op het HVC terrein komen.
Ga in een duo brainstormen en werk jullie idee uit tot een filmpje. Dit filmpje maak je op de plek waar jouw idee uitgewerkt moet worden.
Let op! Je idee moet de bio-diversiteit vergroten!
Dit presenteer je vrijdag aan je coachgroep. De beste drie worden voorgedragen om tot uitvoering te brengen.
Vraag 1. Lever in peppels het filmpje in van je uitgewerkte idee.
Eindproduct
Na dit project heb je een gevulde projectmap met onder andere diverse tekeningen, schema's en een conclusie over wat er leeft op het HVC. Je weet wat de volgende termen inhouden:
Levend
Dood
Levenloos
Microscoop
Preparaat
Ordening
Determineren
Organen
Organisme
Weefsels
Cellen
Daarnaast heb je biologische tekeningen gemaakt volgens tekenregels.
Ook is er een collage van een product wat mogelijk de biodiversiteit vergroot op het HVC.
Beoordeling
Bij elke deelvraag staat wat je in kan leveren. Let bij het inleveren op de volgende onderdelen:
Heb je hele zinnen gemaakt?
Klopt de spelling?
Heb je de opdracht op 'ter beoordeling' gezet?
De tekening bespreek je met een klasgenoot. Aan de hand van een rubric geven we elkaar feedback.
De docent biologie of je coach geeft feedback op het werk.
Weekplanning
Docentenmateriaal
Wat leeft er op het HVC?
Flowvraag
Doormiddel van deze vraag stimuleren we de leerlingen om zelf op onderzoek uit te gaan in en rondom de school. De sloot, de tuinen, het schoolplein allerlei plekken waar van alles leeft. Door regelmatige 'terugkommomenten' kunnen we de leerlingen directe feedback geven in deze week.
Deelvragen
Wat is levend, dood of levenloos
Deze vraag wordt beantwoord aan de hand van het verzamelen van materialen die in het lokaal neergelegd worden. Er staan drie tafels tegen de muur onder een groot woord, 1 tafel met levend, 1 met dood en 1 met levenloos.
De materialen worden op het hvc terrein verzameld en op de juiste tafel gelegd. De leerlingen moeten dus bedenken wat waar neer gelegd moet worden.
De drie termen worden later met hun definitie in de projectmap genoteerd.
Heb ik een biologische tekening op de juiste manier getekend
Deze vraag wordt beantwoord door een formulier dat de leerlingen aangeboden krijgen waarop de tekenregels genoteerd staan. Aan de hand van deze regels worden de tekeningen beoordeeld en eventueel verbeterd
Wat is een organisme?
Aan de hand van een literatuurstudie of via google komen de leerlingen er achter wat een organisme is en welke kenmerken deze heeft
Wat zijn organen, weefsels en cellen en wat zijn de onderdelen
Doordat de leerlingen diverse organismen verzameld hebben, kunnen zij de organismen uit elkaar pluizen. Ze zullen zien dat de organismen uit verschillende onderdelen bestaan (de organen) als deze onder een loep of een microscoop gelegd worden zullen zij zien dat er cellen in de organen zitten. Daarnaast weten ze hoe de onderdelen van deze cellen heten
Welke vier rijken zijn er bij biologie
Aan de hand van een muurtekening zoeken de leerlingen de verschillende organismen bij elkaar en ordenen ze deze. Hierdoor merken ze dat er vier grote groepen organismen zijn. Deze zijn:
Bacteriën
Schimmels
Planten
Dieren.
Twee rijken zullen nauwelijks gevonden zijn. Deze gaan de leerlingen met de microscoop bekijken
Hoe gebruik in een microscoop
Hoe maak ik een preparaat
Hoe kan ik een organisme determineren
De leerlingen kunnen de namen van een organisme opzoeken en benoemen.
Hoe kunnen we de biodiversiteit van één van de rijken uit de biologie vergroten op het terrein van het HVC?
De leerlingen kunnen verduidelijken wat er voor hun belangrijk is op een leefbaar HVC
Verbinding met buitenwereld
Voor de hand liggend is dit wellicht een van de beste thema's voor verbinding met de buitenwereld. De simpele spullen die op school te vinden zijn geven we een plek en we geven de leerling een inzicht in hoe zij de natuur beïnvloeden en hoe de natuur hen beïnvloed.
Feedback
Doordat er verschillende tekeningen gemaakt worden, ontstaat er een feedback product waaraan gezien kan worden of de deelvragen beantwoord zijn. daarnaast is er een beoordelingsformulier dat ingevuld moet worden om te kijken of de tekeningen op de juiste manier gemaakt zijn.
Eindproduct
Een gevulde projectmap met onder andere diverse tekeningen, schema's en een conclusie over de invloed van de natuur op jezelf en jouw invloed op de natuur.
Daarnaast kan je aan het eind van het project een aantal basisbeginselen van de biologie benoemen. Je weet wat de volgende termen inhouden:
Levend
Dood
Levenloos
Microscoop
Preparaat
Ordening
Determineren
Organen
Organisme
Weefsels
Cellen
De leerling kan aan het eind van dit project een biologische tekening maken volgens de geldende tekenregels.
Ook is er een maquette of een collage van een product wat mogelijk op het HVC geplaatst kan worden.
Script
Dag
Wat zien we
Wat doen we
Resultaten
Benodigdheden
Maandag
Bij binnenkomst zien de leerlingen teksten op de muren staan. Er wordt hier niets over verteld. Er staan drie tafels onder de tekst: dood, levend, levenloos. Op een andere muur staat: Wat leeft er op het HVC?
Op een tafel liggen een aantal emmers, een slootnet, scharen en insectenpotjes
Na een korte introductie op de week, wodt er aan de leerlingen gevraagd om iets rondom het HVC mee naar binnen te nemen. de leerlingen gaan naar buiten/ buiten het lokaal om iets te zoeken. Bij terugkomst moet dit iets op een tafel neer gelegd worden. Daarna doen de leerlingen dit nog twee keer. Dit kunnen materialen zijn, maar ook foto’s. uiteindelijk moeten er op alle drie de tafels voorwerpen liggen. Om te weten wat waar moet komen, moeten de lln erachter komen wat de woorden betekenen. Dit kunnen ze opzoeken op hun ipad.
Het is de bedoeling dat de tafels zo vol komen te liggen dat iedereen 3 items neer gelegd heeft, op elke tafel 1 ding.
Hierna gaan de leerlingen drie voorwerpen, van elke tafel 1, tekenen. (a5 papier) Daarna aan de hand van de tekenregels gaan ze deze tekening verbeteren. Deze regels liggen op blaadjes in het lokaal, ze kunnen (een aantal regels kunnen ze nog niet toepassen, dit gebeurd later in de week)
Drie tafels vol met spullen die te maken hebben met dood, levend of levenloos
Drie tekeningen volgens de tekenregels getekend. (de tekeningen blijven op school voor de volgende dag)
Tafels
Muren voor teksten, kan op borden of op groot papier.
Stiften
A5 papier
Slootnet
Snoeischaar
Tekenmateriaal
Emmers
insectenpotjes
Dinsdag
De leerlingen zien de teksten nog op de muur staan. De tekenregels zijn er bij gekomen (deze hangen op muur 2) op deze muur hangen ook kreten van organen.
De leerlingen gaan hun tekeningen verder verbeteren en verduidelijken. Ze gaan naar de juiste termen op de muur opzoek en schrijven deze op de juiste manier bij hun tekeningen
Drie tekeningen met verschillende onderdelen
De gemaakte tekeningen van maandag. tekenregels
Woensdag
Op muur drie hangt nu een boomstructuur. De vier rijken van biologie staan hier genoteerd.
De leerlingen gaan hun tekeningen ordenen. Waar hoort welke tekening te hangen.
De missende onderdelen worden uitgezocht. Dit wordt gedaan door microscopie. De lln kijken naar de twee filmpjes over microscoop en preparaat maken en gaan hiermee aan de slag.
Alle tekeningen hangen aan het eind van de dag aan de “boom”
De leerlingen hebben een nieuwe tekening gemaakt van hun bekeken preparaat (a5 formaat)
Tekenmateriaal
Microscopen
Prepareermateriaal
Organismen om te prepareren
Ipad om filmpjes te bekijken
Niet alle leerlingen kunnen tegelijkertijd de microscopen gebruiken. dit moet dus in verschillende fasen gaan. er zijn adapters om een foto te kunnen maken van het preparaat. zo kunnen de leerlingen ergens anders hun tekeningen maken.
Donderdag
Op een centrale tafel liggen zoekkaarten van verschillende organismen
De leerlingen zoeken uit welk organisme ze getekend hebben. Doormiddel van de verschillende zoekkaarten. Hierdoor krijgt de tekening een titel.
De gemaakte tekeningen krijgen een titel en worden weer op de juiste plaats in de boom gehangen.
Zoekkaarten
Gemaakte tekeningen
vrijdag
Op de muur staat: wat leeft er voor jou op het HVC?
De leerlingen gaan brainstormen in groepjes over wat zij graag willen met de omgeving op het HVC. Hierna maken zij een plan of een maquette o.i.d.
De ontwerpen en de maquette worden gepresenteerd en de beste worden voorgelegd aan de directie
Teksten op de muur.
papier, maquette materiaal.
bijlagen
bijlage 1: tekenregels
1: teken ALTIJD met potlood, op het gehele blad mag geen pen te zien zijn (dus ook geen titel met pen schrijven).
2: teken alleen wat je ziet, niet wat je denkt te zien (als je een vogel ziet, teken je niet een boom er bij waar hij in zou kunnen zitten).
3: teken maximaal 3 organismen op 1 pagina (teken ook hele organismen, je tekent dus niet aan de rand van het blad, waardoor er halve organismen op staan)
4: teken groot (probeer 2/3 van je blad te gebruiken voor de tekening. Let wel op dat je aan de rechterkant van de tekening er nog iets bij moet schrijven, zie nr 7 )
5: geef de tekening een titel, zet je naam onderaan het blad en noteer ook de datum dat je de tekening getekend hebt, op het blad ( het kan zijn dat je een ondertitel moet gebruiken. Hierdoor laat je zien of je tekening schematisch of natuurgetrouw is en welk aangezicht je hebt getekend)
6: een natuurgetrouwe tekening is heel lastig te tekenen. Er bestaan geen organismen die potloodstreepjes als vacht hebben. Het is dus slimmer om schematisch te tekenen.
7: benoem de verschillende onderdelen van het organisme. Deze namen staan altijd rechts van de tekening. De naam wijst naar het onderdeel doormiddel van een horizontale streep.
8: teken netjes! Kreukels, ezelsoren of scheuren horen niet in je tekening thuis. Ook koffievlekken, ander soortige vlekken of zwarte vegen horen niet op de tekening.
bijlage 2: controle van de tekenregels
Regel:
Niet goed gedaan
Weinig gedaan
Voldoende gedaan
Goed gedaan
1: teken ALTIJD met potlood, op het gehele blad mag geen pen te zien zijn
2: teken alleen wat je ziet, niet wat je denkt te zien
3: teken maximaal 3 organismen op 1 pagina
4: teken groot
5: geef de tekening een titel, zet je naam onderaan het blad en noteer ook de datum dat je de tekening getekend hebt, op het blad
6: een natuurgetrouwe tekening is heel lastig te tekenen. Het is dus slimmer om schematisch te tekenen.
7: benoem de verschillende onderdelen van het organisme. Deze namen staan altijd rechts van de tekening. De naam wijst naar het onderdeel doormiddel van een horizontale streep.
Het arrangement LJ1 P03 Wat leeft er op het HVC? is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.
