Een volk bestaat uit mensen met dezelfde godsdienst, taal, kleding, tradities en andere zaken.
Je zegt dan: een volk heeft dezelfde cultuur.
De wereld wordt onderverdeeld in acht cultuurgebieden.
Een van die cultuurgebieden is het westers cultuurgebied.
Nederland hoort bij dit cultuurgebied.
Maar ook binnen Nederland zijn er verschillen.
Bijvoorbeeld tussen Limburgers en Achterhoekers.
Er is dus niet één algehele Nederlandse identiteit.
In de plaats of regio waar jij woont zijn vast wel gerechten, activiteiten of
gewoontes, die typerend zijn voor jouw streek.
Op de afbeelding zie je een gebaksoort uit een streek in Nederland.
Weet je uit welke streek? Hoe heet dit gebak?
Wat kan ik straks?
Aan het eind van deze opdracht kun je:
het begrip cultuur beschrijven en minimaal vier zaken noemen die tot de cultuur worden gerekend.
het begrip cultuurgebied omschrijven en minimaal vijf cultuurgebieden noemen en van deze cultuurgebieden een land noemen dat in dat cultuurgebied ligt.
met behulp van voorbeelden uitleggen waarom culturen en cultuurgebieden steeds veranderen.
een voorbeeld geven van regionale identiteit, waaronder in je eigen omgeving.
Wat ga ik doen?
Activiteiten
De activiteiten in deze opdracht dragen bij tot het volgende leerdoel:
Je verklaart de spreiding van cultuurgebieden op de wereld.
Aan de slag
Stap
Activiteit
Stap 1
Je leest over het begrip cultuur en bekijkt een video. Je bestudeert een pagina uit de Kennisbank.
Daarna bekijk je een kaart met acht cultuurgebieden. In de opdracht combineer je een aantal landen met het juiste cultuurgebied.
Stap 2
en
Je leest in de Kennisbank hoe culturen en cultuurgebieden steeds veranderen. Je beantwoordt vragen over het westers cultuurgebied.
Stap 3
Je bekijkt afbeeldingen waarop mensen verschillende kleding dragen. Je gaat op internet informatie zoeken over de kleding en tot welke cultuur, geloof of groep deze kleding hoort.
Stap 4
Je bestudeert de kennisbankpagina over regionale identiteit. Daarna beantwoordt je samen met een klasgenoot vragen die gaan over de identiteit van je eigen regio.
Afronding
Onderdeel
Activiteit
Begrippen
De begrippenlijst bevat begrippen over cultuur en cultuurgebieden.
Eindopdracht A
Kies je voor eindopdracht A; dan maak je de toets 'Cultuur'..
Eindopdracht B
Kies je voor eindopdracht B: dan ga je samen met een klasgenoot een kwartetspel maken over cultuurgebieden. Je probeert het kwartetspel ook uit.
Terugkijken
Terugkijken op de opdracht
Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer 1 à 2 lesuur nodig.
De benodigde tijd hangt af van de keuze van het eindproduct.
Aan de slag
Stap 1: Wat is cultuur?
Een groep mensen met dezelfde cultuur spreekt dezelfde taal, heeft dezelfde godsdienst, houdt van dezelfde muziek en ga zo maar door.
Maar dat betekent niet dat iedereen binnen een cultuur hetzelfde gelooft, hetzelfde praat of dezelfde ideeën heeft. Binnen een cultuur kunnen er allerlei verschillen zijn.
Bekijk de volgende video over de veelzijdigheid van cultuur.
Verschillen tussen landen
Het verschil tussen Nederlanders en Belgen is minder groot dan tussen Nederlanders en Brazilianen.
Brazilianen lijken weer meer op mensen uit Peru.
En zo kun je nog wel even doorgaan.
Net zolang tot je de wereld in verschillende cultuurgebieden hebt onderverdeeld.
Bestudeer de pagina 'Cultuurgebieden' uit de Kennisbank.
Een cultuurgebied is een gebied waarin de bewoners dezelfde cultuur met elkaar delen.
Op het kaartje zie je een indeling van de wereld in acht verschillende cultuurgebieden.
In de opdracht over de acht cultuurgebieden staan een aantal landen.
Deel deze in in het juiste cultuurgebied.
Stap 2: Westers cultuurgebied
Steeds meer mensen emigreren en nemen hun eigen cultuur mee.
Cultuurgebieden veranderen voortdurend en de grenzen tussen cultuurgebieden vervagen.
Bestudeer in de Kennisbank de pagina 'Westers cultuurgebied'.
Lees waarom culturen en cultuurgebieden veranderen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Iedere cultuur heeft zijn eigen kenmerken.
Een van de meest in het oog springende is kleding.
Op de afbeelding zie je vier afbeeldingen van personen met opvallende kleding.
Werk samen met een klasgenoot.
Kies allebei één afbeelding uit.
Probeer wat informatie te vinden over de kleding die de persoon op de afbeelding draagt.
Vertel elkaar tot welke cultuur, groep of geloof iemand behoort die deze kleding draagt.
Stap 4: Regionale identiteit
Tot een regionale identiteit behoren taal, economische activiteiten, feesten, religie en ook de streekproducten die specifiek voor de regio zijn.
Natuurlijke elementen, zoals een zee, oceaan, rivier, woestijn of gebergte vormen de scheidslijn tussen gebieden.
Kunstmatige grens
Er zijn ook grenzen die je niet kunt zien of die niet natuurlijk zijn. Zo'n grens is er omdat de mens hem gemaakt heeft.
Politieke grens
Een denkbeeldige lijn die twee gebieden van elkaar scheidt. Dit kan gaan om landen, maar ook om gebieden, zoals gemeenten en provincies.
Volk
Een groep mensen die al eeuwenlang samenwoont met een overeenkomstige cultuur.
Staat
Een gebied dat door landsgrenzen is afgebakend. Een staat onderscheidt zich van een andere staat doordat het een eigen bestuur heeft.
Grensconflict
Een geschil over een grens (afbakening tussen landen of gebieden).
Etnische minderheid
Een kleine groep met een andere cultuur dan de dominante cultuur in een land en die daar in de minderheid is.
Godsdienst
Geloof in een of meerdere goden en alle gewoonten en rituelen die daar bij horen.
Cultuur(gebied)
Aangeleerde zaken zoals taal, gewoonten, tradities, etc. In een cultuurgebied vinden we veel gelijkenissen wat betreft cultuur.
Taal(gebied)
Manier om te communiceren door klanken, letters, woorden en zinnen. Een gebied waarin de bewoners overwegend dezelfde taal spreken, noemen we een taalgebied.
Allochtonen - Nederlander met een migratieachtergrond
Een persoon van wie een of beide ouders in het buitenland geboren zijn. Het betekent letterlijk: 'van een ander land'.
De WRR en het CBS schrappen vanaf november 2016 de woorden allochtoon en autochtoon. Zij zetten daarmee een nieuwe norm voor de overheid. De begrippen zijn niet meer precies genoeg en stigmatiserend. Vanaf nu wordt 'Nederlander met een migratie achtergrond' gebruikt.
Taalgrens
Een afscheiding tussen twee taalgebieden.
Regionale identiteit
De manier waarop de cultuur van een bepaald gebied zich onderscheidt van andere gebieden.
Migratiemotief
Reden waarom een persoon verhuist.
Streekproduct
Een product dat kenmerkend is voor een bepaalde streek.
Vluchteling
Mensen die vanwege economische, politieke, etnische of religieuze redenen uit hun eigen land moeten vertrekken.
Eindopdracht A: Toets
In deze stap maak je de toets 'Cultuur'.
De toets bestaat uit een aantal gesloten vragen, waarbij je het juiste antwoord moet kiezen.
Als je alle vragen beantwoord hebt, zie je je score.
En dan kun je jouw antwoorden met de goede antwoorden vergelijken.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Je sluit deze opdracht af door samen een kwartetspel te maken.
Het kwartetspel gaat over de verschillende cultuurgebieden.
Aan de slag
Kies één cultuurgebied uit.
Maak vier kwartetkaarten over dit cultuurgebied.
Je kunt:
- een belangrijk land noemen uit het cultuurgebied.
- aangeven welke taal in het cultuurgebied veel gesproken wordt.
- aangeven welk eten veel gegeten wordt.
- een afbeelding op de kwartetkaart maken (foto/tekening/plaatje).
Zijn jullie klaar met het eerste cultuurgebied, kies dan het volgende cultuurgebied.
Ga door tot je van alle cultuurgebieden vier kaarten hebt.
Speel het kwartet met een aantal klasgenoten.
Vinden je klasgenoten dat de kaartjes passen bij het cultuurgebied?
Klaar?
Bekijk of je kwartetspel voldoet aan de beoordelingscriteria in de gereedschapskist.
Lever het kwartetspel in bij je docent.
De docent zal het kwartet beoordelen op inhoud en uitvoering.
Een kwartetspel is een creatieve manier om informatie te presenteren.
Terugkijken
Intro
Lees de intro van deze opdracht nog eens door.
Vind je het een goede intro om de opdracht mee te beginnen?
Wist je het antwoord op de vraag over het streekgerecht?
Kan ik wat ik moet kunnen?
Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
Kun je uitleggen waarom cultuurgebieden steeds veranderen?
Hoe ging het?
Eindopdracht B
Vond je het leuk om een kwartetspel te maken?
Is het gelukt de cultuurgebieden en trefwoorden op de kaartjes te verwerken?
Heb je prettig samengewerkt met je klasgenoot?
Het arrangement Opdracht: Cultuur - vmbo12 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze opdracht hoort bij het thema 'Grenzen en Identiteit' en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor vmbo12.In deze opdracht wordt helder uitgelegd wat er wordt bedoeld met cultuur, en worden de acht belangrijkste cultuurgebieden in de wereld besproken, waarbij de westerse cultuur uitvoeriger wordt behandeld. Je leert dat cultuur en cultuurgebieden steeds veranderen en het verschil tussen cultuur en regionale identiteit wordt uitgelegd.
Je sluit deze opdracht af met het maken van een toets en/of een kwartetspel. Veel succes!
Deze opdracht hoort bij het thema 'Grenzen en Identiteit' en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor vmbo12.In deze opdracht wordt helder uitgelegd wat er wordt bedoeld met cultuur, en worden de acht belangrijkste cultuurgebieden in de wereld besproken, waarbij de westerse cultuur uitvoeriger wordt behandeld. Je leert dat cultuur en cultuurgebieden steeds veranderen en het verschil tussen cultuur en regionale identiteit wordt uitgelegd.
Je sluit deze opdracht af met het maken van een toets en/of een kwartetspel. Veel succes!
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Westers cultuurgebied
Cultuur
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.