Leeslogboek havo 4 - 2018/2019 (Meriam Khalil)

Leeslogboek havo 4 - 2018/2019 (Meriam Khalil)

Startpositie

De meeste boeken die ik lees zijn literatuur boeken. Het verschil tussen lectur en litratuur is dat lecture minder diepgangd is en nogal voorspelbaar.

Ik heb vorig jaar een boek gelezen genaamd Het gouden ei. Ik vind dit boek zo leuk omdat het mijn eerste boek is met een slecht einde. Het einde verbaasde mij zo erg dat ik na 1 week nog steeds er mee zat. Het gouden ei heeft veel spanning en is zeker niet voorspelbaar, hierdoor is dit boek zeker een aanrader.

Boek 1 - Een verhaal uit de stad Damsko - Auteur: Hassan Bahara

Opdracht: Brief van de uitgever

Uitgeverij Noordhoff

Winschoterdiep 70a

9723 AB Groningen

Tel. 050 522 6922

Uitgeverijnoordhoff@hotmail.nl

 

Berghem, 12 november 2018

 

H. Bahara

Jorislaan 189
3534 AC Utrecht

Tel. 040403740

barhara@hotmail.com

 

Betreft: Het boek een verhaal uit de stad Damsko uitgeven

 

Geachte heer Bahara,

Mijn naam is Meriam Khalil van uitgeverij Noordhoff. Ik heb u boek Een verhaal over de stad Damsko gelezen. Ik ben er heel erg enthousiast over, maar zie ook ruimte voor verbeteringen.

Ik vind het boek heel erg goed geschreven, omdat veel jongeren zich kunnen verplaatsen in de karakters in het boek. De woordenschat was ook niet te moeilijk, maar het enige nadeel was dat er veel gebruik werd gemaakt van grof woordenschat op momenten dat het niet nodig was. Het beste van het boek vind ik dat er straattaal wordt gebruikt, veel jongeren in deze tijd gebruiken deze taal en het zal vooral hun aanspreken om het boek te lezen. Het is ook een sterk verhaal dat zomaar echt gebeurd zou kunnen zijn. Tijdens het lezen van het boek begon mij gedachten te veranderen over paar karakters in het boek. Bij het begin vond ik Kader maar arrogant, maar later in het verhaal begin ik medelijden met hem te krijgen.

Ik wil momenteel het boek nog niet uitgeven. Er zijn 3 elementen die ik graag zou willen veranderen. Persoonlijk vind ik dat er minder grof woordenschat in gebruikt mag worden, omdat het op sommige gedeeltes onnodig is. Ik denk dat het boek meer mensen zou aanspreken als het verhaal zich meer richtte op de andere karakters, ik wilde persoonlijk meer over Ricky weten en zijn oma. Ik wil ook graag meer details over Kader en zijn familie weten.

Ik zou sommige woorden verwijderen en of verplaatsen door minder grove woorden. U zou sommige gesprekken tussen Ricky en Kader iets langer kunnen laten lopen, zodat we meer te weten komen over Ricky. Ik vroeg me af wat er met Ricky is gebeurd om op eindelijk een dealer te worden, wat er nou met zijn familie was gebeurd en waarom hij schulden heeft bij zijn baas. Het zou ook fijner zijn om meer details over Kader en zijn familie te weten. Ik was bijvoorbeeld heel erg nieuwsgierig hoe zijn vader naar Nederland is gekomen en waarom zijn moeder geen Nederlands kan. Wat er eigenlijk aan de hand is met de moeder van Kader en waarom zei zo vaak naar de huisarts moet gaan vroeg ik me ook de hele tijd af.

Als u deze elementen heeft aangepast zou ik graag het boek opnieuw willen lezen en misschien kan ik het uitgeven. Als u nog vragen heeft of u wilt het boek naar me opsturen kunt u mij bereiken op 06-040504302 en u zou me een mail kunnen sturen via uitgeverijnoordhoff@hotmail.nl.

 

Met vriendelijk groet,

Meriam Khalil

Boek 2 - Lieveling - auteur: Kim van Kooten

Opdracht: Brief aan de uitgeverij

Meriam Khalil

Landbouwlaan 189
3534 MA Berghem

Tel. 040403740

khalilmeriam@gmail.nl

 

Berghem, 12 november 2018

 

Uitgeverij Noordhoff

Winschoterdiep 70a

9723 AB Groningen

Tel. 050 522 6922

Uitgeverijnoordhoff@hotmail.nl

 

Betreft: Uitgeven van het boek Lieveling  

 

Geachte directie van Uitgeverij Noordhoff,

Lieveling is een spannend verhaal (230 pagina’s) dat zich afspeelt in Zwijndrecht in Rotterdam. Ik ben Meriam Khalil en heb het boek lieveling geschreven. Ik zoek nog naar een uitgever die mijn boek kan uibrengen. Ik hoop dat u iets voor mij kunt betekenen.

Het boek lieveling gaat over een meisje genaamd Puck die wordt mishandel door haar stiefvader. De titel gaat over Puck en dat ze de  lieveling is van haar stiefvader. Het thema van het verhaal is misbruik,er is een relatie tussen de stiefvader en Puck. De stiefvader ziet Puck liever dan haar moeder met wie hij getrouwd is, hierdoor is Puck de lieveling. Hij misbruikt Puck en wordt boos als zij zich van hem los probeert te maken. In de ogen van de stiefvader is er sprake van liefde. In de ogen van Puck is het misbruik. Je leest het boek vanuit het perspectief van Puck, hierdoor kan je zien dat haar gedachtegang veranderd als ze ouder wordt. . Het einde van het boek is een echte draai in de realiteit. Eenmaal toen Puck en haar moeder verhuisde en de man verlieten lukte het hum niet om overeind te blijven en moesten ze weer terug naar hum oude huis waar de man woonde. Hierdoor besef je dat de moeder en Puck afhankelijk zijn geworden van de man.

Dit boek is vooral gericht op jongeren tussen 15 en 18 jaar. Het is niet moeilijk te lezen en je kan je makkelijk inleven met de hoofdpersonen. Het is een niveau 2 boek, want het kost niet veel moeite om het boek te lezen en het verhaallijn zorgt ervoor dat je het boek snel uitleest.

In de bijlage staat het hele boek. Heeft u nog vraag of wilt u nog wijzigingen aan brengen kunt u mij bereiken op 06-0405043 en u zou me een mail kunnen sturen via khalilmeriam@gmail.nl.

 

Met vriendelijk groet,

Meriam Khalil

Boek 3 - Rafael- auteur: Christine Otten

Opdracht: Recensieopdracht

Rafaël is een waargebeurd verhaal. Een verhaal dat vertelt over de kracht van liefde, doorzettingsvermogen en overwinning. Twee geliefdes die kosten wat kost bij elkaar willen zijn.

Het begin van het verhaal vond ik heel erg mooi, omdat het was geschreven in het perspectief van Rafeäl en het werd ook zo mooi verteld. Wat er allemaal met hem gebeurt en hoe hij alles ziet. Deze flash forword zet een hele goede toon voor de verhaallijn.

“Ik zit op papa's schouders. We lopen langs de weg, op het smalle stukje asfalt tussen de rijbaan en de woestijn. Met zijn grote handen houdt hij mijn benen vast. Mama's sigaretten zijn op en bij de benzinepomp kunnen we nieuwe kopen”. – Rafeäl

Langzamer in het verhaal begon ik me te vervelen. Helemaal bij het stukje toen hij in Tunesië was met Wendy. De schrijfster Ottens vertelt het verhaal vanuit twee perspectieven de Nederlandse Winny wordt afgewisseld door de Tunesische Nizar. Ik vond hoe de schijfster de 2 perspectieven heeft opgeschreven niet zo mooi. Langzaam in het boek begonnen de perspectieve door elkaar te komen en het begon zelfs onduidelijk te worden wie wat zei. Maar toen eenmaal Wendy naar Nederland ging en Nazir vast zat in Tunesië werd alles weer duidelijk en begreep ik weer wie wat zei. Ik zou liever gewild hebben dat ik het verhaal van één kant hoorde. Want ik kon niet echt in het verhaal komen door de verschillende perspectieven.

Het spannendste gedeelte vond ik toen Wendy eenmaal naar Nederland ging en hoe Nazir de gevaarlijk tocht heeft moeten doorstaan. Je merkt bij dat gedeelte pas echt hoe erg Nazir van Wenndy houdt. Het jammer van het verhaal is dat het verhaal nogal voorspelbaar was.

Ik kon heel erg goed meeleven met Nazir omdat de schrijfster hem gevoel heel goed had beschreven. Je voelde zijn angst en ook zijn liefde naar Wendy. Ik kon mij ook goed meeleven met Wendy vooral bij de gedeelte dat ze bang was dat er iets met Nazir was gebeurt en dat hij mischien niet terug kan komen.

Conclusie het boek is geen aanrader. Je zal het boek helemaal leuk vinden als je van liefdesverhaal houdt. Als je aan het boek begint moet je wel weten dat het soms langdradig kan zijn, maar als je het vol houdt met lezen wordt het vanzelf weer spannend en romantisch. Maar opeindelijk was het boek niks voor mij er was te weinig spanning in en het was nogal voorspelbaar.

 

Boek 4 - Het gouden ei - auteur: Tim Krabbe

Opdracht: Standaardverslag

- Samenvatting

Rex Hofman en Saskia Ehlvest, een stelletje, zijn onderweg naar een vakantiehuisje in de heuvels boven de Middellandse Zee bij Hyères. Omdat de kilometerteller al een tijdje kapot is, moet de kilometerstand met de hand bijgehouden worden, zodat Saskia en Rex weten wanneer ze moeten tanken, dit om te voorkomen dat ze ergens langs de weg zonder benzine komen te staan. Ook deze reis is dit weer het geval, en na de kilometerstand een tijdje bijgehouden te hebben vindt Saskia het tijd om weer te gaan tanken. Ze wil het tenslotte niet nog een keer meemaken om alleen zonder benzine langs de kant te staan, terwijl Rex lopend naar een ver benzinestation moet.

Als ze bij een TOTAL-benzinestation zijn, gaan ze tanken en daarna vindt Saskia het tijd om te ontspannen. Daarom gaat ze wat drankjes halen en besluit om haar angst daarna te overwinnen: zij gaat de rest van de rit rijden zodat Rex wat kan rusten. Nadat ze haar rijbewijs heeft gehaald heeft ze nooit meer gereden, dus ze vindt het eng om te gaan rijden.

Als ze drankjes gaat halen in het benzinestation komt ze niet meer terug. Rex gaat haar zoeken maar nergens in het benzinestation is ze te vinden. Daarom besluit hij om naar binnen te gaan en aan het personeel te vragen of ze haar gezien hebben.

Ze hebben haar wel gezien en ze is zelfs met drankjes uit het benzinestation gelopen, maar daarna hebben ze haar niet meer gezien. Rondom het benzinestation is Saskia ook niet te vinden en als Rex met de chef gepraat heeft en weer terug naar de auto gaat ziet hij iets opmerkelijks: de fietsen zijn van het dak van de auto weg.

Acht jaar later is Rex met Lieneke op vakantie, een vrouw die één jaar jonger is dan Saskia. Ze vinden elkaar wel leuk en praten veel over gevoelens en ook daar komt Saskia weer naar boven. Ze is nog steeds kwijt en niemand weet wat er met haar aan de hand is en waar Saskia op dat moment is.

Na een tijdje meldt iemand zich bij Rex thuis: een Frans sprekende man die beweert dat hij Raymond Lemorne heet. Hij vertelt aan Rex dat hij meer weet over de verdwijning van Saskia en hij vraagt of Rex mee wil gaan, zodat hij aan Rex uit kan leggen wat er is gebeurd. Dan krijgt Rex te horen dat Saskia dood is en dat hij de rest alleen te weten krijgt als hij hetzelfde ondergaat. Omdat Rex graag wil weten wat er is gebeurd, besluit hij om mee te gaan.

Bij het TOTAL-benzinestation blijkt dat Saskia daar in de auto is gegaan. Meer krijgt Rex niet te weten, want hij krijgt een slaapmiddel en wordt een tijd later ergens alleen wakker. Het blijkt dat hij ergens alleen onder de grond op een matras ligt. En dan beseft hij het zich: Saskia is levend begraven.

Lieneke hoort verder helemaal niks meer van Rex en voor iedereen zijn Rex en Saskia voor altijd verdwenen.

Uiteindelijk blijkt dat Lemorne de ontvoerder en moordenaar is. Hij probeerde al een tijdje vrouwen te kidnappen en heeft op allerlei manieren geprobeerd om vrouwen mee te krijgen. Op een dag kwam hij bij het TOTAL-tankstation en daar zag hij Saskia: een vrouw die hem aan zijn dochter deed denken. Nadat ze wat gepraat hadden over geld wisselen, zag Saskia zijn sleutelhanger van zijn autosleutels en ze vond deze zo mooi dat ze er ook eentje wilde hebben.

Lemorne beweerde dat hij handelde in zulke sleutelhangers en vroeg of ze mee naar zijn auto wilde om er eentje van hem over te nemen. Toen ze bij zijn auto was kreeg ze een klap waardoor ze op de achterbank viel en gelijk meegenomen kon worden.

Dit boekverslag gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen

Bron: https://www.scholieren.com/verslag/zekerwetengoed/het-gouden-ei-tim-krabbe

 

- Elementen van het verhaal

Personages

Rex

Rex is een vriendelijke man die veel voor anderen over heeft. Hij wilt bijvoorbeeld weten wat er met Saskia is gebeurd en dat moet hij zelf bekopen met de dood. Daarnaast is hij een doorzetter, hij laat zich niet snel iets vertellen en zet altijd door totdat hij zijn eindpunt bereikt heeft. Over het uiterlijk van Rex krijg je niks te weten in het verhaal.

 

Saskia

Saskia is een vriendelijke roodharige vrouw die een relatie met Rex heeft. Ze is ijdel en wil er altijd goed uit zien en vindt het fijn om haar zaakjes op orde te hebben.

 

Raymond Lemorne

Raymond Lemorne is een 41-jarige Franse man die als scheikundeleraar op een school werkt met middelbare scholieren. Hij heeft een vrouw en twee kinderen. Het is een gewelddadige man met aparte gedachten die daar apart mee om gaat. Hij denkt niet zo vaak aan anderen. Het liefste ziet hij mensen pijn hebben en hij vindt het dan ook niet erg om mensen pijn te doen.

 

Lieneke

Lieneke is een vriendin van Rex nadat Saskia ontvoerd is. Ze hebben het leuk als ze samen zijn, maar verder gebeurt er weinig tussen hen.

 

Thematiek

Het thema is de dood van een geliefde. Saskia en Rex zijn een stel op vakantie wanneer Saskia opeens verdwijnt. Lange tijd is ze vermist en weet Rex niet wat er aan de hand is. Dit komt pas later uit wanneer Rex met zijn nieuwe liefde op vakantie gaat. Als de dader zich bij Rex meldt blijkt hoeveel hij van Saskia houdt: hij komt er alleen achter wat er met Saskia is gebeurd als hij hetzelfde ondergaat en dat doet hij uiteindelijk. Dit moet Rex ook met de dood bekopen.

 

Motieven

Misdaad: de dader van Rex en Saskia, Raymond Lemorne, is zeer gewelddadig. Hij heeft zelfs een wapen gekocht waar hij eventueel iemand mee kan vermoorden. In de tijd dat hij bezig was heeft hij veel slachtoffers gemaakt."

Saskia is vermist en niemand weet wat er met haar is gebeurd. Hierdoor kan haar geliefde ook niet echt rouwen want misschien leeft ze nog wel. "

 

Titelverklaring

De titel ‘Gouden Ei’ slaat op een droom van Saskia. Toen ze klein was droomde ze dat ze opgesloten zat in een gouden ei, dat door het heelal vloog. Alles was zwart, er waren niet eens sterren, ze zou er altijd moeten zitten en ze kon niet doodgaan.

Dit slaat op de eenzaamheid die ze toen in haar droom voelde en ook het ‘opgesloten’ zitten in bepaalde gedachtes of gevoelens. In dit boek voelt Rex zich ook wel eens zo: als Saskia niet meer bij hem is voelt hij zich alleen en weet hij niet meer wat hij moet doen. Het liefste wil hij weten wat er met Saskia aan de hand is. In het verhaal wordt dan ook een aantal keer terug verwezen naar de droom over het gouden ei van Saskia.

 

Structuur & perspectief

Het verhaal is makkelijk geschreven en het is voor iedereen te begrijpen. Er wordt niks te veel gezegd en er is dan ook geen gebruik gemaakt van details. Als je aan het lezen bent, dan lees je alles zo weg.

Doordat er geen details zijn gebruikt wordt er ook geen gebruik gemaakt van verhaalvertragingen. Het verhaal is niet-chronologisch.

Er is veel gebruikt gemaakt van spanning. Vanaf hoofdstuk drie weten de lezers meer dan de personages uit het boek en dat maakt het spannend: je wil dat de personages in het verhaal het ook zo snel mogelijk weten.

Het verhaal begon toen de handelingen al begonnen waren. Er is dus gebruik gemaakt van de opening-in-handeling. De personages of de plaatsen werden niet eerst geïntroduceerd. Het boek heeft wel een gesloten einde: alles is duidelijk en het verhaal stopt niet waar het boek doorloopt.

Voor het verhaal is een auctoriale verteller gebruikt. Dit wordt ook wel een alwetende verteller genoemd. Niemand uit het verhaal vertelt het verhaal, maar iemand van bovenaf lijkt het verhaal te vertellen. Hierdoor weet je als lezer ook meer dan de personages uit het boek weten.

 

Bron: https://www.scholieren.com/verslag/zekerwetengoed/het-gouden-ei-tim-krabbe

 

- De auteur (Tim Krabbé)

Tim Krabbé Hans Maarten Timotheus (Tim) Krabbé (Amsterdam, 13 april 1943) is een Nederlands schrijver en schaker. Naast romans schreef hij verschillende boeken over zijn twee grootste passies: schaken en wielrennen.

 

Familieleden en opleiding

Krabbé stamt uit een creatieve familie. Zijn vader Maarten Krabbé en grootvader Hendrik Maarten Krabbé waren bekende kunstschilders. Zijn broer Jeroen Krabbé is acteur, regisseur en kunstschilder, zijn halfbroer Mirko Krabbé is multimediakunstenaar en ontwerper en zijn moeder, Margreet Reiss(1914-2002), was filmvertaalster en schrijfster.

Hij voltooide in 1960 de HBS-B aan het Spinoza Lyceum in Amsterdam en studeerde enige tijd psychologie aan de Universiteit van Amsterdam. Krabbé is getrouwd geweest met Liz Snoijink, met wie hij een zoon heeft. Naast schrijven en schaken heeft hij wat geacteerd (onder andere in het satirische VARA-programma Hadimassa).

Citaat: 'Iedereen heeft een leeftijd die hij zijn hele leven is. Toen we het daar in gezelschap eens over hadden, riep iemand tegen mij: "Jij bent dertien." Ik vond dat een ongelooflijk compliment. In m’n hart ben ik ook hoogstens dertien; dat moet wel duidelijk maken wat ik van m'n eigen karakter vind.'

 

Schrijver

Krabbé was aanvankelijk vooral actief als journalist (onder andere voor Vrij Nederland). Na enige inspanningen werd 'H.M.T.K.' redacteur van het studentenweekblad Propria Cures, waarvan hij ook al gastredacteur was geweest. Al snel werd hij schrijver van beroep. Sinds 1967 leeft hij van de pen. In dat jaar debuteerde hij met De werkelijke moord op Kitty Duisenberg. Het boek is nooit herdrukt.

In januari 1977 stapte hij op bij opinieweekblad De Tijd, nadat een column van hem over minister Dries van Agt en diens beleid inzake de filmkeuring geweigerd werd. In de column schreef hij onder meer: "Van Agt is een manke kraanvogel op zijn eerste dansles".[1]

Krabbé liet zich voor zijn literaire werk inspireren door Willem Frederik Hermans. In meerdere boeken komt de semi-journalistieke stijl van de nieuw-realisten terug. Anderzijds kan een deel van Krabbé's werk ook neoromantisch genoemd worden. Een voorbeeld hiervan is Kathy’s dochter. Zijn romans zijn in zestien talen vertaald. In totaal schreef hij 28 boeken. Vier boeken zijn verfilmd. Zijn grootste succes is Het Gouden Ei, dat gaat over de zoektocht van een man naar het lot van zijn vriendin nadat die spoorloos verdwijnt bij een Frans benzinestation. De verfilming door George Sluizer onder de titel Spoorloos won in 1988 het Gouden Kalf voor de beste Nederlandse film. De film wordt nog steeds vertoond in Amerika. In 1993 werd daar een remake gemaakt onder de titel The Vanishing.

De grot werd in 2001 verfilmd door Martin Koolhoven, die daarmee een Gouden Kalf won. Voor beide films schreef Krabbé zelf het scenario. Met zijn roman Vertraging won hij in 1995 de Gouden Strop. Toch wil Krabbé niet als misdaadauteur worden beschouwd. Bij de aanvaarding van de prijs maakte de schrijver duidelijk dat hij niets met misdaadromans te maken heeft of wil hebben, dat Vertraging geen misdaadboek is en dat hij de prijs alleen aanvaardde vanwege de spanning die het boek oproept.

 

Schaker

Van 1967 tot 1972 behoorde hij tot de beste twintig schakers van Nederland. Krabbé won onder meer de 30e editie van het Daniël Noteboom-toernooi in Leiden, in 1970. Hij heeft een aantal schaakproblemen geanalyseerd en studies daarover gepubliceerd.

 

Wielrenner

Krabbé had enige bekendheid als wielrenner. In de jaren zeventig reed hij wielerwedstrijden als amateur, zowel in Nederland als in Frankrijk. Hij was lid van de Weesper wielerclub GGMC. Hij werd geen toprenner, maar het leverde hem wel stof op voor verhalen en voor de roman De Renner.

 

Bron: https://nl.wikipedia.org/wiki/Tim_Krabbé

 

- Mijn menig

Mijn vriendin gaf wat voorbeelden van boeken dat je zou kunnen lezen. Toen zei dit boek uitlegde leek het me wel een spannend boek om te lezen. Ik ging ook naar de top honderdlijst van Nederlandse boeken en zag dat dit boek erin staat, dus ging ik op de website van Bibliotheek Oss en reserveerde dit boek. Persoonlijk vond ik de titel van het boek (Het gouden ei) heel erg apart. Ik dacht dat het over een boer ging die een gouden ei had gevonden. Ik las de eerste paar bladzijdes van het boek en toen werd mijn beslissing vast.

 

Mij verwachtingen waren uitgekomen. Ik had gehoopt dat het boek een spannende verhaallijn zou hebben en dat je zou moeten nadenken tijdens het lezen. De schrijver legde ook goed uit hoe de personage zich voelde. Het boek had wel een groot nadeel. Het verhaal was heel erg langdradig, bijvoorbeeld bij het begin duurde het vijf bladzijdes voordat Rex beseft dat hij op zoek moet gaan naar Saskia. Onlangs dat het boek weinig bladzijdes heeft, duurde mij het wel 1 week om het boek uit te lezen. Persoonlijk vond ik het einde van het boek het best. Het einde had een hele spannende twist, hierdoor is het boek zeker geen cliché. Het verhaal wordt vanuit het vertellersperspectief geschreven.

 

Ik kon goed meeleven met Rex. Rex geeft veel om zijn vrienden en is zeker geen opgever. Rex wilde per se weten wat er was gebeurd met Saskia. Ik kon echt niet mee leven met Lemorne (de moordenaar). Lemorne heeft twee kinderen en een vrouw en toch doet hij al die vreselijke dingen. Lemorne lijkt misschien heel aardig, maar diep van binnen is hij een ijskoude moordenaar. Persoonlijk had ik veel medelijden met Saskia ze wou alleen maar Lemorne helpen en toen werd ze ontvoerd.

 

De verhaallijn is goed, de woordenschat is niet te moeilijk en het boek is niet te dik, maar soms is het verhaal heel erg langdradig. Je zou het boek helemaal geweldig vinden als je van details houdt, kortom het boek is een aanraden.

Boek 5 - Latino king - auteur: Dumon Tak, Bibi Castel

Opdracht: Lezen voor de Lijst

Maak de opdrachten die op de site www.lezenvoordelijst.nl horen bij jouw boek. Als er bij jouw boek opdrachten horen op verschillende niveaus, kies dan de opdracht die het beste bij jou past. Neem bij de uitwerking van de opdracht telkens de opdracht over en het bijbehorende antwoord. Geef tot slot kort aan waarom je voor deze opdracht gekozen hebt.

Link van de opdracht: latino-king-opdracht-niveau-1-einde-van-het-verhaal.html


Opdracht 1
Concentreer je op het open einde van het boek en beantwoord de volgende vragen om een goed beeld te krijgen van de situatie. Castel is inmiddels al weer een tijdje terug in Nederland. Leg je antwoord uit bij iedere vraag.

Vraag 1
Nu Castel weer terug is in Nederland, begrijpt hij nog hoe hij ooit zo in de problemen is gekomen? Volgens mij weet hij wat hij fout heeft gedaan en dat hij ervan gaat leren.

Vraag 2
Begrijpt Castel wat zijn eigen verantwoordelijkheid is voor zijn toekomst? Maakt hij gerichte plannen? Hij heeft al een baan en ziet ook in dat de verleden een stukje van zijn toekomst is.

Vraag 3
Welke mensen zijn nu belangrijk voor Castel? Welke invloed zullen zij op hem hebben? Vooral zijn moeder en zijn zus die hem geholpen heeft bij het ontsnappen van de gevangenis. Ook de mensen die hij heeft ontmoet in de gevangenis blijven bij hem zoals, Kleiman en Cola. De moeder en zijn zus zullen hum best doen om hem op het goede weg te houden. 

Vraag 4
Denk je dat Castel zijn verhaal eerlijk verteld heeft of twijfel je aan zijn oprechtheid? Hij heeft zijn verhaal eerlijk verteld. Hij zegt wat hij fout heeft gedaan en beseft ook wat ervoor heeft gezorgd dat hij langer dan de rest vast zat.

Vraag 5
Vind je dat Castel veranderd is? Zoek een voorbeeld of passage aan het einde van het boek waarmee je jouw mening beargumenteert. Nee, volgens mij niet hij mist het geld die hij vroeger verdiende. Hij heeft op de laaste bladzijde gezegt wat hij nu in 1 maand verdiend vroeger in 1 week verdiende. Hierop wilde hij wijze dat er twijfels zijn. 


Vraag 6
Vind je dat zijn ervaring hem sterker gemaakt heeft als persoon? Zoek ook hierbij een voorbeeld of passage in het boek waarmee je dit aantoont. Nee, persoonlijk vind ik dat hij wanhopiger wordt. Dat kan je merken toen hij zijn paspoort gaf aan een man die hij niet kende en op eindelijk stond er nog steeds geen stempel in zijn paspoort.

Vraag 7
Welke problemen verwacht je voor Castel? Waarom? Dat hij wordt verleid om weer terug te gaan naar de oude leven. Hij verdient niet meer zoveel en hij behoudt zijn oude vrienden hierdoor kan hij verleid worden om weer terug te gaan.

B
Je gaat nu voor jezelf bepalen of Castel volgens jou op het rechte pad blijft. Bekijk de volgende stellingen en bepaal of je het met deze stellingen eens bent en waarom wel of niet.


Vraag 1
Castel praat zijn eigen fouten goed en geeft iedereen behalve zichzelf de schuld. Het is een kwestie van tijd dat hij weer in de problemen raakt.

Eens, want hij zei op het einde dat hij nog bevriend is met Fadje waardoor hij verleid kan worden om weer terug te gaan naar zijn oude leven.  

Vraag 2
Castel is naïef, wil snel en makkelijk rijk worden en zal nooit veranderen.

Oneens, hij heeft veel te veel problemen mee gemaakt hij is sowieso veranderd. Maar hij wil nogsteeds makkelijk geld maken onlangs dat hij daarvoor vast zat. 


Vraag 3
Castel is ongeloofwaardig en gelooft in zijn eigen leugens.

Oneens, tijdens het lezen had ik medelijden met hem en hij was heel geloofwaardig.


Vraag 4
Castel is kwetsbaar en hij moet beter beschermd worden voor en door zijn omgeving.

Oneens, hij is juist sterker geworden door alles wat hij heeft mee gemaakt.


Vraag 5
Castel is een held. Het is knap van hem hoe hij de gevangenis overleefd heeft en hoe hij een nieuwe toekomst probeert op te bouwen.

Oneens, wat hij heeft gedaan is dom en hij beseft niet dat het zijn schuld is.

C
Optie 1
Schrijf een gesloten einde van maximaal 200 woorden waarin jij beschrijft hoe het Castel vergaat. Je mag dit vanuit het perspectief van Castel schrijven, maar je mag er ook voor kiezen om vanuit jezelf te schrijven.

 

Ik ben de hele dag aan het werk. Ik word er moe van. Het besef dat ik nu een maand moet werken voor een inkomen dat ik twee jaar terug in 1 dag zou kunnen maken eet mij op. Als ik met Fadje spreek dan besef ik me de hele tijd hoeveel geld hij per dag maakt in vergelijking met mij. Op een dag kwam Fadje naar mij toe en vroeg of ik weer terugging naar het oude leven. Ik zei met mij domme hoofd ja, want mij moeder zit in de schulden door al het geld dat ze aan mij moest geven om uit de gevangenis te ontsnappen. Fadje zei dat ik een klein ding moest doen. Hij had mij op zakenreis gestuurd. Ik moest iets voor hem ophalen in Duitsland. Ik mocht niet te veel vragen stellen dus deed ik het ook niet. Maar eenmaal aangekomen in Duitsland op de juiste locatie besefte ik dat er van alles mis kan gaan. Eenmaal aangekomen werd er een pakket in mijn handen gestopt en zeiden ze dat ik weer terug mocht rijden naar Nederland. Toen ik begon te rijden werd ik stopgezet door de politie omdat ik te hard ree. De politie keek mij heel erg scheef aan toen ze mij rugzak zagen en wouden kijken wat erin zat. Toen ze het open deden vonden ze er drugs in en arresteerde ze mij. Ik kreeg geen slecht gevoel dat ik werd opgepakt. Ik had juist het gevoel dat het karma was en dat ik het verdiende. Ik krijg 1 jaar in de cel!

 

Waarom heb ik deze opdracht gekozen?

Het leek me leuk om deze opdracht te doen, omdat er veel wordt gevraagd wat ik vind van het boek en het personage.

Mindmap

mindmap
mindmap

Boek 6 - De negen kamer - auteur: Peter- Paul Rauwerda

opdracht: Juryrapport

Eisen:

  • De titel moet perfect de strekking van het verhaal weergeven.
  • Het boek moet een verrassend einde hebben
  • Kunnen meeleven met het karakter.

Als je kan meeleven met het karakter wordt het boek van zelf beter en ga je het ook langer lezen.

  • Maakt je nieuwsgierig om meer te lezen van het boek.

Het boek moet een goede verhaallijn hebben die ervoor zorgt dat je door wilt lezen.

  • Het verhaal moet opbouwend zijn

Als een verhaal spanning opbouwde is het einde veel leuker om te lezen.

 

Vragen:

  • Is de titel met een perfect de strekking van het verhaal weergeven?

Ja, het geeft duidelijk aan waar het verhaal over gaat. Het boek gaat over 9 kamers en in het verhaal wordt daar vooral over gepraat. Hierdoor weet je gelijk in welke richting de schrijver in gaat.

 

  • Heeft het boek een verrassend einde?

Ja, het einde van het boek veraste mij wel. Je komt erachter dat Jonas niet in de 9dekamer gaat maar juiste via de ingang weer terug. Hierdoor spookt er allemaal vragen in je hooft wat er nou achter de deur van de 9dekamer zat.

 

  • Kunnen meeleven met het karakter?  

Ja, ik kon vooral meeleven met Anne. Op het einde kwam je erachter hoe alleen ze zich voelde in het huis en dat ze heel erg graag uit het huis wilde. Hierdoor leefde ik heel erg met haar mee.

 

  • Maakt het boek je nieuwsgierig om meer te lezen?

Bij het begin van het boek wilde ik graag door lezen en was het ook heel erg interessant.  Halverwege in het boek ongeveer bij kamer 3 raakte ik het verhaallijn kwijt. Het boek voelde ook heel erg langdradig aan. Op het einde van het boek rond kamer 7 begon het weer interessant te worden.

 

  • Is het verhaal opbouwend?

Nee, bij het begin is het verhaal opbouwend en krijg je ook zin om te weten wat in het huis zit, maar eenmaal toen we bij het gedeelte van het huis waren vond ik het boek minder opbouwend en zelfs langdradig. Het enige wat het verhaal nog interessant maakte is om erachter te komen of Jonas werkelijk ziek was. Het einde was heel erg spannend maar voor de rest was het boek heel erg langdradig.

 

Conclusie:

De titel van het boek was duidelijk en je weet ook gelijk waar het verhaal over gaat. Het einde van het boek was het beste. Je kon er heel erg over nadenken wat in de 9dekamer was en wat er zou gebeuren als Jonas en Anne daar toch naar binnen waren gegaan. De karakters in het boek werden ook duidelijk uitgebeeld en met Anne kon ik het meeste meeleven. Helemaal op het einde toen je erachter kwam hoe Anne zich echt voelde en wat ze allemaal heeft gedaan om jonas naar de 8stekamer te brengen. Bij het begin van het boek was ik heel erg nieuwsgierig wat er in het huis zat en wat er allemaal nog gaat gebeuren. Eenmaal in het huis begon het heel erg langdradig te worden en soms raakte ik de verhaallijn kwijt. Op het einde herpakte het verhaal zich wel weer op. En werd ik ook weer nieuwsgierig wat er gaat gebeuren. Het verhaal was bij het begin heel erg opbouwend en je kon ook zien waar het verhaal naar toe wilde gaan. Maar eenmaal in de kamers raakte ik een beetje verdwaald waar het verhaal naar toe wilde gaan. Zelfs het einde wist ik niet waar het verhaal naar toe wou gaan, maar als ik er nu over nadenk zorgde het wel voor een spannend effect en maakt het verhaal niet voorspelbaar. Eindconclusie De negen kamers is zeker niet het beste Nederlandstalig boek, maar als je van fantasie houdt en een verassend einde is dit boek wel een aanrader voor jou.  

Boek 7 - Sonny boy - auteur: Annejet van der Zijl

Opdracht: Standaardverslag

Sonny boy

Auteur: Annejet van der Zijl

 

Samenvatting

Rika woonde samen met haar man Willem totdat ze ging scheiden en een nieuwe man ontmoette. Via de zus van Rika kwam ze in contact met een Surinaamse jongen die haar dienstjongen wordt. Al snel lijken de Surinaamse jongen, Waldemar, en Rika elkaar leuk te vinden. Het gaat snel en ze beginnen een relatie tot grote afschuw van Willem. Hij was er namelijk heel lang van overtuigd dat Rika hem uiteindelijk terug wilde zodat ze samen voor de kinderen konden gaan zorgen.
Als blijkt dat Rika zwanger is van Waldemar, begint Willem de kinderen van Rika af te pakken. Als dit hem lukt lijkt Rika gek te worden: ze mag haar eigen kinderen niet meer opvoeden en ze mag ze niet eens meer zien. Gelukkig wil de oudste dochter Bertha nog wel contact met haar moeder, en door stiekem contact kan Rika toch nog op de hoogte gehouden worden van het groeien van haar kinderen.

In 1929 wordt de zoon van Waldemar en Rika geboren en ze noemen hem Waldy. Zijn bijnaam is Sonny Boy welke te danken is aan een film. Waldy heeft een donkere huid, krullen en blauwe ogen. Omdat Waldemar en Rika nauwelijks geld hebben worden ze het huis uitgezet en staan ze op straat samen met hun kleine kind Waldy. Uiteindelijk vinden ze een huis in Scheveningen en samen met Hilda, de zus van Waldemar, beginnen ze een pension. Hier kunnen mensen verblijven als ze in Scheveningen zijn.
Als Waldy acht jaar is besluiten Rika en Waldemar te gaan trouwen. Ondertussen is het contact met Bertha nog steeds goed en Rika mag zelfs nog een andere zoon van haar zien. Tot grote vreugde van Waldy, want Waldy ziet als zijn half broers- en zussen als grote voorbeelden.

Vervolgens breekt de oorlog uit en aangezien Rika en Waldemar nog steeds het pension in Scheveningen hebben, besluiten ze om daar joden onder te laten duiken. Wanneer de huizen in Scheveningen worden gesloopt krijgen ze een nieuw huis in Rijswijk. Omdat ze daar geen nieuw leven op kunnen bouwen besluiten ze om weer een nieuw huis in Scheveningen te zoeken. Hier beginnen ze weer met het pension en al snel duiken hier ook weer joden onder. Rika en Waldemar worden steeds armer en zien het gevaar van joden onder laten duiken niet. Na een tijdje gaan ze ook nog samenwerken met iemand, waardoor er veel joden bij hun kunnen blijven zodat de joden een vaste plek hebben.
In 1944 komen er mensen het huis binnenvallen en Rika en Waldemar moeten mee gaan. Ze komen in een cel waar ze een lange tijd apart van elkaar verblijven. De joden die ondergedoken zaten gaan naar Westerbork en na een tijdje worden ook Rika en Waldemar verplaatst.
Waldemar wordt uiteindelijk over geplaatst naar een kamp in Vught. Rika wordt veroordeeld en krijgt levenslang, en ook zij gaat naar Vught. Daar kunnen Rika en Waldemar elkaar nog af en toe zien tussen de hekken door. Ondertussen hebben ze ook zwak contact met het thuisfront en worden er spullen naar de kampen opgestuurd. Waldy verblijft ondertussen bij familie. Uiteindelijk worden Rika en Waldemar apart van elkaar overgeplaatst naar andere kampen in Duitsland.
In het kamp van Rika horen alle vrouwen voor het eerst van gaskamers. Hier moeten de zieke en zwakke vrouwen naartoe en worden ze vergast. Na een tijdje wordt Rika ook ziek nadat ze altijd veel kracht heeft gehad. Doordat ze ziek is moet ook zij naar de gaskamer en wordt ze vergast.
Bij Waldy thuis horen ze niks meer van Waldemar. Ze weten inmiddels wel al dat Rika is overleden en ze beginnen te vrezen dat ook Waldemar is overleden. Maanden na de Bevrijdingsdag komen ze er via een brief achter dat ook Waldemar is overleden. Hij is vanuit een boot gaan zwemmen en voor de kust is hij doodgeschoten door agenten.

Waldy is uiteindelijk weer terug gegaan naar Suriname en is daar bij zijn oom en tante gaan wonen. Daar gedraagt hij zich stil en schuchter en ook toen hij groter werd bleek hij veel last te hebben van zijn verleden. Hij heeft bij psychologen en psychiaters gelopen en daar bleek al snel dat hij het verleden onder ogen moet zien. Helaas heeft het allemaal niet geholpen en heeft hij altijd gerouwd om het verlies van zijn ouders.

 

Analyse

Thematiek

Liefdesrelatie: onbereikbare liefde
Waldemar en Rika ontmoeten elkaar eind jaren twintig. Rika is moeder van 4 kinderen en al 40, Waldemar amper twintig. Toch worden de twee op elkaar verliefd en dit zorgt voor een groot probleem. Rika is immers al getrouwd. Wanneer ze zwanger wordt van Waldemar, raakt ze haar andere kinderen kwijt en begint ze een nieuw leven met Waldemar terwijl de Tweede Wereldoorlog begint. Op de achtergrond van de oorlog speelt hun liefdesgeschiedenis zich af met als bekroning hun zoontje, Sonny Boy. Een soortgelijk boek over de Tweede Wereldoorlog is ‘Kinderjaren’ van Jona Oberski. Dit boek is ook een waar gebeurd verhaal en geeft een net zoals dit boek een realistische blik op de Tweede Wereldoorlog.

 

Motieven

Tweede wereldoorlog
Rika en Waldemar helpen Joden onder te duiken tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Discriminatie en racisme
Waldemar is Surinaams en zwart, Rika is Nederlands en blank. Het was in die tijd zeer ongepast dat die twee een relatie kregen. Wat het nog erger maakte was dat Rika al tegen de 40 liep en Waldemar rond de 20 was.

 

Structuur & perspectief

Persoonlijk vond ik het verhaal soms lastig geschreven, wat waarschijnlijk door de vele geschiedenis feiten komt. Maar het is wel zo geschreven, dat het me bleef boeien en dat ik verder wilde lezen. Ook is het zo geschreven dat het voor de meesten wel te begrijpen is.

Het verhaal is in een auctoriaal perspectief geschreven, ook wel de alwetende verteller genoemd. Je leest de gedachtes en handelingen van meerdere personen je kijkt als het ware van bovenaf op het verhaal.

 

Informatie schijfster

Annejet van der Zijl is een van de bekendste en meest gelezen schrijvers van ons land. Ze schreef tot dusver zes non-fictieboeken en (samen met Jo Simons) één fictieboek, die allen bestsellers werden. Voor haar totale oeuvre ontving ze onder andere de Gouden Ganzenveer en de Amsterdamprijs voor de Kunst.

Annejet studeerde kunstgeschiedenis en massacommunicatie in Amsterdam en International Journalism in Londen. Daarna werkte ze een aantal jaren in de journalistiek, onder andere als misdaadverslaggeefster. In 1998 debuteerde ze met Jagtlust, een reconstructie van de gelijknamige, roemruchte kunstenaarskolonie in het Gooi. Vier jaar later volgde Anna, de biografie van Annie M.G. Schmidt, waarvan meer dan 100 000 exemplaren zijn verkocht.

Van de liefdesgeschiedenis Sonny Boy (2002) gingen meer dan 600.000 exemplaren over de toonbank en het werd tot nu in acht talen vertaald. Zowel Anna als Sonny Boy werden verfilmd en met diverse prijzen bekroond. Anna werd daarnaast bewerkt tot een musical, die de grote winnaar werd bij de Musical Awards 2018 en nog steeds in het theater te zien is.

In 2009 verscheen Bernhard, een verborgen geschiedenis over de Duitse achtergrond van onze voormalige prinsgemaal. Op dit boek promoveerde Annejet als historica. Ook werd het boek bekroond met de M.J.Brusse-prijs voor beste Journalistieke Boek. Drie jaar later publiceerde Annejet Gerard Heineken over de oprichter van het gelijknamige concern en in 2014 verscheen een selectie van haar misdaadverhalen onder de titel Moord in de Bloedstraat.

In 2015 verscheen De Amerikaanse prinses, over het veelbewogen leven van Allene Tew, de Amerikaanse peetmoeder van prinses Beatrix. Dit boek bezette wekenlang de eerste positie op de bestsellerlijsten. Inmiddels zijn er meer dan 200.000 exemplaren van verkocht. De filmrechten zijn gekocht door Joop van de Ende als basis voor een internationale televisieserie. Het boek is inmiddels vertaald in het Duits en in het Engels, dat laatste als An American Princess - the many lifes of Allene Tew.

In 2017 verscheen een heruitgave van het niet eerder apart gepubliceerde verhaal De Dageraad, waarin de geschiedenis wordt verteld van de voorouders van Sonny Boy. Het boek werd geillustreerd door Sylvia Weve. In 2018 publiceerde Annejet samen met Jo Simons haar eerste fictieboek De val van Annika S. Dit boek is geïnspireerd door haar ervaringen als misdaadjournalist en de eerste in een meerdelige serie.

Annejet woont met man en hond aan de Noord-Hollandse kust.

 

Eigen mening

Ik vond het boek bij de eerste twee hoofdstukken heel erg langdradig en een beetje overbodig. Omdat het alleen maar over de achtergrond ging van Rika en Waldmars. Terwijl ik het boek zat te lezen kreeg ik tegenstrijdige gevoelens. Bij het begin krijg je niet veel te weten over hoe de relatie van Waldmars en Rika tot stand is gekomen. Hierdoor kreeg ik een negatief gevoel van de relatie tussen Rika en Waldmars. Langzaam aan in het boek kom ik er achter dat Rika een hele sterke vrouw. Onlangs dat haar twee oudste niet met haar willen spreken blijft ze alsnog heel erg sterk in haar schoenen staan. Ze heeft ook een eigen bedrijf begonnen. Toen Rika en Waldmars Waldy kregen begon het verhaal echt mooi te worden. je zag dat de band van de 3 sterker werd en dat ook Rika steeds meer contact kreeg met haar kinderen. Toen de tweede wereldoorlog begon bracht het boek er een hele nieuwe draai aan. Het einde vond ik mooi en verdrietig tegelijk tijd. Je ziet hoe dapper ze zijn om joden te laten onderduiken in hum huis en dat vond ik zo een mooistukje om te lezen. Toen ze werden opgepakt door de Duitsers en in kampen werden opgesloten. Begon het boek heel spannend te worden. Toen Rika sterfte vond ik het zo zielig, maar het allerergste was dat ook Waldmars later ook dood is geschoten. Ik vond het zo zielig voor Waldy. Waldy heeft nu geen een van zijn ouders en dat zal altijd met hem mee gaan. Ik vind dit boek zeker een aanrader. Dit is waarschijnlijk een van de beste boeken die ik ooit heb gelezen. Dat boek neemt je mee in de details van alles wat er gebeurd en verteld ook een hele mooi verhaallijn.

boek 8 - hersenschimmen - auteur: Bernlef

Opdracht: Standaardverslag

Hersenschimmen

Auteur: Henk Jan Marsman


- samenvatting
Hersenschimmen vertelt het verhaal van iemand die langzaam maar zeker begint te dementeren en de gevolgen die dit voor hem en zijn omgeving heeft.

Maarten en Vera Klein wonen al jaren gelukkig in Gloucester, Massachusetts (Verenigde Staten). Langzaam maar zeker begint Maarten heden en verleden door elkaar te halen. Het begin heel klein, op het moment dat hij niet meer weet welke dag het is en op een zondag wacht tot de schoolbus langs zal komen of als hij steeds vaker in gedachten verzonken is. Langzaam maar zeker kan hij zich dingen niet meer herinneren en als hij zich iets herinnert, gaat hij volledig in die herinnering op. Zo denkt hij op een dag dat hij weer op de kleuterschool is en van de juf de potlodendoos mag halen. Hij loopt de gang door naar het materiaalhok en klimt op een stoel om de doos te gaan zoeken. Dan staat Vera plots achter hem en haalt hem uit de droom. Hij blijkt op de keukenstoel in hun washok te staan. Later geeft hij hele rare antwoorden op vragen, omdat hij net ergens anders met z’n gedachten was. Als Vera hem een keer vraagt wat hij zo lang in de keuken deed, antwoordt hij bijvoorbeeld vangstquota. Uiteindelijk gaat dit nog een stapje verder en breekt hij in bij een vakantiehuisje waar vroeger de vergaderingen van zijn bedrijf waren omdat hij denkt dat hij te laat op zijn vergadering komt. Ook vergeet hij dat mensen en dieren dood zijn en vraagt dus steeds naar hen als anderen langskomen. Een keer begint hij plotseling naar de snoepreepjes die zijn oma altijd voor hem achter in de buffetkast verstopte te zoeken.
Vera wordt steeds ongeruster en als Maarten weg begint te lopen van huis laat ze uiteindelijk een meisje, Phil Taylor, in huis wonen die op Maarten kan passen als zij weg is. Maarten vergeet echter steeds wie ze is. Eerst ziet hij haar aan voor een vriendin van zijn dochter, dan voor zijn vroegere piano juf en uiteindelijk voor zijn dochter. Ook van Vera vergeet hij soms wie ze is.

In het boek wordt ook de moeilijker wordende relatie tussen Vera en Maarten weergegeven. Een eerste beschrijving die Maarten van haar geeft (zie eerste quote, een stuk terug in dit verslag) is nog heel scherp, bij kennis. Meer op het einde heeft hij het echter over een oude vrouw, die er een beetje verfomfaaid uitziet met haar vochtig neerhangende slappe bruine krullen en haar gerimpelde hals (p. 134). Later herkent hij haar niet meer op foto’s en uiteindelijk weet hij helemaal niet meer wie ze is.

In het laatste deel van het boek weet Maarten zelf niet meer wie hij is. Eerst heeft hij het nog over “mijn spullen”, “ik kan ..” etc. Maar naarmate hij verder aftakelt begint hij in derde persoon over zichzelf te praten, om het uiteindelijk alleen nog maar over ‘het’ te hebben. Tegelijk met deze verandering in benoeming van zichzelf, trekt hij zich steeds meer in zijn hoofd terug. Hij communiceert bijna niet meer met de buitenwereld, maar denkt in onsamenhangende zinnen en fragmenten aan wat er om hem heen gebeurt. Een van de redenen hiervoor is dat hij ook steeds meer moeite met het Engels begint te hebben, en soms even de taal niet meer lijkt te verstaan. Op het laatst zijn Maartens gedachten zo onsamenhangend en fragmentarisch dat er bijna niet meer duidelijk is wat er nou met hem gebeurt. Wel weet hij op zijn sterfbed weer even wat er om hem heen gebeurt en zoekt en vindt hij Vera’s hand, al weet hij haar naam niet meer.

Bron:https://www.scholieren.com/verslag/zekerwetengoed/hersenschimmen-j-bernlef

 


- overzichtelijke analyse met de belangrijkste elementen uit de verhaalanalyse
Er komen een aantal symbolische motieven in de vorm van voorwerpen in het boek voor, winter en een boek: Een van de motieven in het boek is de sneeuw en de winter. Al vanaf het begin van het boek zegt maarten steeds dat hij zo van slag is omdat de winters in Gloucester zo lang en koud zijn. In de laatste alinea van het boek, als Maarten sterft (?) fluistert Vera dat de lente eindelijk is aangebroken. Dit duidt op de symbolische waarde van de overgang van winter en lente: Maarten, die dement is, gaat dood en het \\\'oude leven\\\' is dan voorbij. Lente duidt aan dat er een nieuw, zorgeloos leven weer aanbreekt voor de andere personages. Het tweede symbolische motief is het boek “Our Man in Havana?” van Graham Greene. Dit boek duikt op allerlei plekken in het verhaal op. Eerst ziet Maarten een ander boek van Greene liggen, en besluit in een antiquariaat de titel “Our Man in Havana?” te kopen. Even later weet hij niet meer dat het zijn boek is en denkt dat het van Vera is. Dit wel en niet herkennen herhaalt zich een paar keer, maar terwijl Maarten verder aftakelt komt het boek ook bij anderen terecht. Zo lezen o.a. Vera en Phil het uit, terwijl Maarten het nooit uit leest. Het boek is een symbolische verbeelding van de toestand van Maartens ziekte.

Bron: https://www.scholieren.com/verslag/zekerwetengoed/hersenschimmen-j-bernlef


- informatie over de schrijver
Henk Jan Marsman is op 14 januari 1937 geboren in Sint –Pancras. Zijn pseudoniem is J. Bernlef. Zijn jeugd bracht hij door in Amsterdam-West, in 1949 verhuisde het gezin Marsman naar Haarlem. Terug in Amsterdam in 1954 kreeg de jonge Henk op de HBS Nederlands van de schrijver Rob Nieuwenhuys die hem en zijn vrienden Gerard Stigter en Gerard Bron (de latere K. Schippers en Gerard Brands) in contact bracht met het werk van schrijvers als Nescio. Na zijn eindexamen in 1955 studeerde hij zes maanden aan de faculteit voor politieke en sociale wetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam en werkte daarna bij een boekhandel en een uitgeverij. In het 1956, vlak voor de Hongaarse opstand, moest hij in dienst. In 1957 verbleef hij drie maanden in het militair hospitaal Austerlitz. In deze periode debuteerde hij met het onder zijn eigen naam geschreven verhaal 'Mijn zusje Olga' dat later verscheen in het blad 'Hoos'. Na zijn diensttijd trok hij in 1958 naar Zweden. Tot 1960 pendelde hij tussen Nederland en Zweden heen en weer. Toen hij terug in Amsterdam was werkte hij tot 1965, daarna besloot hij van schrijven zijn beroep te maken, bij een grote importeur van boeken. In 1977 was hij betrokken bij de heroprichting van 'Raster', een blad waarvan hij tijdje redacteur was. Als criticus schreef hij ook af en toe stukken voor kranten en tijdschriften, zoals 'De Groene Amsterdammer'. Hij heeft voor het pseudoniem Bernlef gekozen, een blinde Friese dichter uit de achtste eeuw, om verwarring te voorkomen met de in 1940 overleden H. Marsman. Hij vond de naam Bernlef alleen was pompeus dus plaatste hij de letter J. ervoor.

Bron:https://www.scholieren.com/verslag/biografie-nederlands-j-bernlef-32702


- eigen mening

Ik vond het boek heel erg mooi. Het was heel erg mooi geschreven en ook de perspectief vond ik perfect. Je kon echt goed mee leven met Robert karakter. En je zag ook zijn proces van het vergeten van kleine dingen naar steeds grotere dingen in zijn leven. Ook vond ik de schrijfstijl mooi omdat het uitgebreid was en alles was duidelijk opgeschreven op het einde werd het een beetje raar, maar dat was volgens mij de bedoeling van de schrijver om te laten zien wat er gebeurt is met Robert. Persoonlijk vond ik het einde het mooiste het gedeelte toen Vera onlangs dat Robert haar niet herinnerende nog steeds naast hem stond zelf in het laatste uur. dit boek is zeker een aanrader het is een boek waardoor je wilt blijven door lezen en ook hoe Robert gedeeltes van zijn leven vertelde hoe alles vroeger voor hem was en hoe zijn moeder en vader was. Ik zou dit boek nog een keer lezen omdat ik bij het begin van het boek het verhaal niet goed heb bijgehouden maar op het einde is het weer helemaal herpakt en vond ik het boek steeds leuker.

boek 9 - Harry Mulisch - De aanslag

Opdracht: Standaardverslag

De aanslag

Auteur: Harry Mulisch


- Samenvatting

Eerste episode: 1945
Het is januari 1945. In Haarlem zit het gezin Steenwijk (moeder, vader, Anton en Peter) in de eetkamer van hun villa. De jongens maken ruzie, het is koud en er wordt besloten tot een spelletje mens-erger-je-niet voor het slapengaan. De rust wordt echter ruw verstoord door harde knallen op straat en vol ontzetting ziet het gezin hoe de NSB’er Fake Ploeg wordt doodgeschoten en door de buren Korteweg voor huize Steenwijk wordt gelegd.

Peter wil naar buiten om het lichaam weg te halen, maar wordt tegengehouden door de ouders. Het duurt niet lang voor de Duitsers aankomen en Anton en zijn ouders meenemen. Peter is erin geslaagd te vluchten. Anton wordt in een auto opgesloten, ziet zijn ouders verdwijnen.

Hij wordt naar het politiebureau gebracht en moet in een cel slapen, waar hij een aardige vrouw ontmoet die hem gerust stelt. Een uur later wordt Anton uit zijn cel gehaald en per motorfiets naar de plaatselijke bevelhebber gebracht. Deze weet niet waar zijn ouders zijn, maar als Anton vertelt over zijn oom en tante in Amsterdam, wordt besloten dat hij daarheen gaat. De vrachtwagen die hem wegbrengt, wordt onderweg getroffen door een luchtaanval, maar Anton komt toch veilig in Amsterdam aan.

Tweede episode: 1952
Na de bevrijding, horen Anton en zijn oom en tante dat zijn ouders en broer Peter op de avond van de aanslag gedood zijn. Anton blijft bij zijn oom en tante wonen en gaat medicijnen studeren. Op twintigjarige leeftijd, in 1952, keert hij terug naar Haarlem – op uitnodiging van een studiegenoot.

Het feest wordt gehouden in de buurt van zijn oude straat, en als er foute grappen worden gemaakt over de Korea-oorlog in vergelijking met WO II, verlaat Anton het feest. Hij komt weer in zijn oude straat en wordt gezien en binnengevraagd door zijn oude buurvrouw Beumer, wier man dement is geworden.

Ze vertelt Anton dat zijn ouders werden vermoord omdat ze de Duitsers aanvielen, dat de buren Korteweg zijn verhuisd en dat er op de plek waar eerst Antons huis stond, een monument is opgericht voor oorlogsslachtoffers. Als Anton erheen gaat, ziet hij dat de namen van zijn ouders er wel op staan, maar die van Peter niet. Thuis vraagt hij zijn oom en tante waarom ze hem nooit verteld hebben over het monument. Ze zeggen dat ze dat wel hebben gedaan maar dat hij er niet heen wilde.

Derde episode: 1956
Tijdens zijn studie gaat Anton op kamers wonen, een eindje bij zijn oom en tante vandaan. Hij specialiseert zich in de anesthesie. Ondertussen neemt het communisme wereldwijd toe en ook in Nederland breken relletjes uit. Anton houdt zich er verre van, maar op een avond is hij getuige van een geweldpleging door politie en tot zijn grote verbazing bevindt Fake Ploeg junior zich in de menigte – de zoon van de vermoorde NSB’er, zoveel jaren geleden.

Anton vraagt hem binnen en ze praten over hun veranderde levens. Fake, die destijds bij Anton in de klas zat op het lyceum en gepest werd met zijn vader, werkt nu in een huishoudzaak en is ervan overtuigd dat de communisten de oorlog veroorzaakten. Na de dood van zijn vader raakten zijn moeder en hij aan de bedelstaf. Hij weigert te geloven dat zijn vader een slecht mens was. Uit frustratie, woede en verdriet gooit Fake een steen door de kamer en vertrekt, maar komt even later terug en bedankt Anton omdat hij het op school altijd voor Fake opnam.

Vierde episode: 1966
Jaren gaan voorbij. Anton wordt arts-assistent en trouwt met Saskia de Graaff, met wie hij een dochtertje krijgt, Sandra – zijn oom is dan al overleden. Saskia’s vader, meneer De Graaff, heeft in de oorlog gediend als verzetsstrijder. Als een goede vriend van hem overlijdt, breekt er in een café na de begrafenis een discussie los over de ware redders van de oorlog: de Amerikanen of de Russen.

Tot zijn verbazing ontmoet Anton hier een zekere Cor Takes, de moordenaar van Fake Ploeg. Buiten praten zij met elkaar, en Cor vertelt dat hij Fake doodde omdat het moest, ongeacht de gevolgen. Anton komt erachter dat de vrouw met wie hij die nacht in de cel zat, de vriendin van Cor was die ook meedeed aan de moord – Truus Coster, die ook vermoord werd door de Duitsers. Er blijft één brandende vraag over: waarom werd het lichaam van Ploeg door de buren Korteweg voor Antons huis neergelegd?

Anton gaat met Sandra en Saskia naar het strand, waar hij ligt te denken over Truus. Thuis gebeurt ditzelfde, en bij het zien van een foto van Saskia beseft Anton dat hij zich Saskia en Truus hetzelfde voorstelt. De volgende dag gaat Anton weer naar Takes toe.

Er is dan veel media-aandacht voor de vrijlating van een oud-officier van de SS, die veel mensen vermoord heeft. Ook Takes en Anton zijn hierdoor van streek. In het souterrain van Takes’ appartementgebouw praten ze over Truus, die Fake de laatste twee schoten gaf en door hem zelf neergeschoten werd. Op een foto van haar ziet Anton dat ze op Saskia lijkt. Takes heeft nog steeds haar pistool.

Laatste episode: 1981
De tijd verstrijkt en Anton wordt ouder. Hij scheidt van Saskia en hertrouwt met Liesbeth, met wie hij een zoon krijgt: Peter. Hij brengt zijn vakanties door in Toscane en krijgt af en toe last van paniekaanvallen als hij ineens een flashback heeft van 1945. Als zijn dochter Sandra zestien is, neemt hij haar mee naar zijn oude straat.

Ze mogen binnen in het huis dat nu op de plek van Antons ouderlijk huis staat en ineens ziet Anton op het monument ook de naam Takes, waarmee waarschijnlijk Takes’ broertje bedoeld wordt. Samen met Sandra bezoekt Anton Truus’ graf.

In 1981 zijn er demonstraties tegen atoomenergie waar Anton zich niets van aantrekt, maar hij wordt gedwongen mee te doen als hij last krijgt van kiespijn en zijn tandarts alleen wil helpen als hij mee gaat demonstreren. Op die demonstratie treft Anton niet alleen zijn inmiddels negentienjarige zwangere dochter Sandra en haar niet zo fatsoenlijke vriend, maar tot zijn verbazing ook zijn oude buurvrouw Karin Korteweg, degene die samen met haar vader het lijk van Fake Ploeg bij Anton voor de deur sleepte.

Karin vertelt dat Peter die nacht bij hen naar binnen glipte, hen onder schot hield en even later doodgeschoten werd door een Duitser. Ook komt Anton erachter dat het lichaam van Ploeg bij hen op de stoep belandde omdat meneer Korteweg zijn geliefde hagedissenverzameling niet wilde opgeven.

Nadat Karin en haar vader zagen hoe Anton en zijn familie beschuldigd werden – na verhoor werden zijzelf vrijgelaten – kreeg haar vader een gigantisch schuldgevoel en vermoordde hij zijn hagedissen. Na de oorlog verhuisden ze, maar Karins vader pleegde in 1948 zelfmoord, uit angst dat Anton zich op hem zou komen wreken.

Tot slot vraagt Anton aan Karin waarom ze Fake juist voor zijn huis neerlegden en niet bij het bejaarde echtpaar Aarts. Karin antwoordt dat haar vader dat niet wilde omdat het echtpaar Aarts joden in huis had. Na deze ontdekking loopt Anton weg bij Karin en vervolgt samen met zijn zoon Peter de demonstratiestoet.

 

Bron: https://www.scholieren.com/verslag/zekerwetengoed/de-aanslag-harry-mulisch


- overzichtelijke analyse met de belangrijkste elementen uit de verhaalanalyse

Tweede wereldoorlog
Het belangrijkste thema van dit boek is de Tweede Wereldoorlog, omdat dit de setting van het verhaal is. Er wordt hierbij niet specifiek in gegaan op delen van de oorlog, maar het gaat meer in het algemeen over het leven tijdens de oorlog; van de gewone mens, van verzetsstrijders maar ook van slachtoffers en mensen die er zonder dat aanvankelijk te willen, zelf bij betrokken waren.

Coming of age
Dit is een belangrijk motief omdat het boek de levensloop van Anton volgt, hoe hij langzaam maar zeker volwassen wordt - voornamelijk gevormd door de gebeurtenissen uit zijn jeugd, en wat voor persoon hij door deze ontwikkelingen wordt.

Haat
Haat is een belangrijk motief in het boek omdat dit iets is waarmee Anton veel te maken heeft: haat jegens de personen die veel leed veroorzaakten tijdens de oorlog en haat jegens de oorlog zelf, haat die zijn persoonlijkheid vormt.

Dobbelsteen
Er zijn twee belangrijke momenten in het boek die Anton's leven iedere keer voor goed veranderen. In beide passages ligt er een dobbelsteen in de setting. De eerste keer dat de dobbelsteen naar voren komt is wanneer de aanslag op Fake Ploeg is gepleegd (p.11 t/m 13). Vanaf dit moment gaat Antons leven in het teken van de aanslag/de tweede wereldoorlog staan en de zoektocht naar schuld. Wanneer hij de dobbelsteen de tweede keer ziet in zijn huis in Toscane (p. 114 en 115) vallen alle puzzelstukjes van zijn leven op hun plaats en hierna ontdekt hij waarom de aanslag op Fake Ploeg is gepleegd in plaats van een ander huis in de straat. Hierna kan hij eindelijk de schuldvraag beantwoorden. Verder staat de dobbelsteen ook voor toeval. Dit komt omdat dobbelstenen op kans berusten en het toeval is op welke oog het valt als je hem gooit. Door een dobbelsteen als motief te gebruiken onderstreept Mulisch dat zulke gebeurtenissen per toeval gebeuren in het leven, hoe tragisch en levensveranderend ze ook zijn.

Bron: https://www.scholieren.com/verslag/zekerwetengoed/de-aanslag-harry-mulisch


- informatie over de schrijver

Harry Mulisch (1927-2010) groeide op als zoon van een Oostenrijks-Hongaarse vader die tijdens de Eerste Wereldoorlog officier was in het leger. Al voor de Tweede Wereldoorlog scheidden zijn ouders en verhuisde zijn moeder naar Amsterdam. Zijn moeder emigreerde naar Amerika, terwijl hij in Nederland achterbleef en zijn schrijversdebuut maakte. In 1946 schreef Mulisch zijn eerste verhaal, ‘De kamer', dat een jaar later in Elseviers Weekblad gepubliceerd werd. Pas na zijn eerste publicatie begon Mulisch zich in literatuur te verdiepen. Daarnaast liet hij zich inspireren door toneel.

In 1951 verscheen zijn debuutroman Archibald strohalm, waarvoor hij de Reina Prinsen Geerligs-prijs kreeg. Dit boek waarin de jongen Archibald jammerlijk faalt in het ontwerpen van een alomvattende filosofie, vormt het begin van een reeks romans, novellen en toneelstukken, die hun kracht ontlenen aan een superieur evenwicht tussen mythologische, magische en psychologische motieven. Na Het stenen bruidsbed (1959) trad een verandering op; de realiteit kwam meer op de voorgrond te staan. In 1961 verscheen Voer voor psychologen en niet lang daarna De zaak 40/61, over het proces in Jeruzalem tegen Eichmann.

De verteller verteld (1971) introduceerde een nieuwe periode: het boek bevat een fragmentatie van parodieën op stijlen en genres, aforismen en invallen. De roman Twee vrouwen (1975) en de novelle Oude lucht (1977) zijn voorbeelden van glasheldere verhalen waarachter zich echter een complex mythologisch gebeuren vol Mulisch-motieven afspeelt. In 1977 werd hij, op zijn vijftigste verjaardag, benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau en in 1992 tot Officier.

Bron: https://www.debezigebij.nl/auteurs/harry-mulisch/

 


- je eigen mening over het gelezen boek
ik vond dit een goed boek. bij het begin was het een beetje landraadig maar het werd op een gegeven moment wel spannend. Het is een moeilijk boek om te lezen en hierdoor vind ik het boek ook minder leuk om te lezen. het boek werd ook in een perspectief gezien, hierdoor vind ik het boek leuker je krijgt veel beter een gevoel dat je de persoon kent en wat er allemaal met hem gebeurt. dit boek iseen aanrader. 

 

boek 10 - Hanna Bervoets - alles wat er was

opdracht: Standaardverslag

Samenvatting

Voor deze bespreking is gebruikgemaakt van: Hanna Bervoets, Alles wat er was. Uitgeverij Atlas Contact, Amsterdam/Antwerpen, 2013.

Het dagboekverslag wordt fragmentarisch en niet-chronologisch gepresenteerd en is vanwege de toenemende mate van verwarring van de ik-verteller, Merel, niet altijd betrouwbaar. De samenvatting hieronder is chronologisch en bevat soms interpretaties.

Merel (28), tv-redactrice, is op een zondagmiddag met enkele leden van de crew in een schoolgebouw om opnames te maken voor een serie over talent. Dit keer is de hoofdrol voor Joerie (8), een slim jongetje met grote wiskundige aanleg. Behalve Merel bestaat de tv-ploeg uit Barry (redacteur), Leo (presentator) en Lotteke (cameravrouw). Joerie wordt gesteund door zijn moeder (Natalie) en onderwijzer (Kaspar). Ook is er nog een conciërge aanwezig, Kaylem.

De opnames zijn nog maar net begonnen of er klinkt buiten een enorme knal. Kort daarna wordt via de tv geïnstrueerd om ramen, deuren, luxaflex en gordijnen te sluiten, niet naar buiten te gaan of zelfs naar buiten te kijken en nadere mededelingen af te wachten.

Lotteke negeert de voorschriften: ze wil haar tweejarig zoontje niet aan de zorg van zijn vader toevertrouwen en besluit al een paar uur na de knal weg te gaan. Barry, die haar tot de deur begeleidt, vertelt de anderen dat hij buiten een ondoordringbare dikke mist heeft gezien.

De overigen schikken zich. Ze maken een rondgang door de school om voedsel te verzamelen. Omdat kinderen 's middags warm eten op school, valt de hoeveelheid niet tegen. Merel vindt in een van de laatjes een vrijwel lege agenda van Melissa uit groep 4 en besluit die te gebruiken als dagboek.

Er is elektriciteit, verwarming en water. Tv-ontvangst, internetverbinding en contact met de buitenwereld zijn niet mogelijk. In de bibliotheek zijn volop kinderboeken. Op initiatief van de praktische Kaspar wordt de voedselvoorraad gerantsoeneerd en worden de klaslokalen zo verdeeld dat ieder een eigen lokaal heeft. Ze besluiten de porties langzaam af te bouwen, zodat er voor negen weken te eten is.

Gaandeweg verandert de sfeer, onder andere door het soms uitvallen van elektriciteit en verwarming, en door honger, verveling, wantrouwen en spanningen: Merel trekt op met Barry én Leo, de homoseksuele Barry met Leo, Natalie met Kaspar. Als Natalie 's nachts bij Kaspar is, voelt Joerie zich 'verraden' door twee van zijn dierbaren. Daarom zoekt hij soms zijn toevlucht tot Merel, wat tot spanningen leidt als Natalie daar achter komt. Leo lijkt het meest constant in zijn gedrag, hij sport elke dag en bewaakt de routine.

Merel vindt op dag 21 in de vuilnisbak een leeg buisje 800 mg Halopax (antidepressivum). Ze beseft dat het moet zijn van iemand die onder grote psychische druk staat. Ze neemt Barry in vertrouwen, maar die zegt van niets te weten. Ze vragen zich af van wie de pillen kunnen zijn.

Vanaf dag 31 is er geen elektriciteit en verwarming meer. 's Nachts houden ze hun kleren aan. Merel masturbeert geregeld om zich seksueel te ontladen en het warm te krijgen.

Op dag 50 vindt er een vreselijk ongeluk plaats. Natalie heeft de nacht weer eens bij Kaspar doorgebracht en Joerie is naar Merel gegaan om zijn moeder jaloers te maken. Joerie vraagt of Merel wil meedoen met het 'mattenspel' (p. 133): met een mat van de trappen roetsjen. Merel weigert, vindt het te gevaarlijk, maar doordat ze de mat per ongeluk een extra zetje geeft terwijl Joerie die nog vastheeft, sjeest hij met een noodvaart de trappen af en raakt gewond. Zijn situatie blijkt ernstig. Zijn gebroken arm raakt ernstig geïnfecteerd en Kaspar besluit de arm te amputeren. Natalie geeft Merel de schuld van het ongeluk en trekt met Kaspar één front tegen de anderen. Als Merel enkele dagen daarna tevergeefs probeert een bloedvlek van de trap te verwijderen, vindt ze opnieuw een leeg medicijnkokertje. Ze laat het Barry zien en opnieuw vragen ze zich af van wie het afkomstig is.

Vier dagen na het ongeluk meldt Kaspar dat hij met Natalie en Joerie zal vertrekken. Natalie verzoent zich uiteindelijk met Merel, nadat ze eerst onomwonden heeft gezegd hoe ze over haar, Barry en Leo denkt (p. 154-155). Bij hun vertrek ziet Leo dat Joerie dood is.

Merel zoekt steeds vaker het gezelschap van Leo en heeft seks met hem. Maar Leo heeft ook af en toe seks met Barry.

Intussen is de voedselvoorraad zo geslonken dat ze besluiten om niet alleen om de twee dagen één dag te vasten, maar ook het hele weekend niets meer te eten. Ze vermageren flink en hun krachten nemen steeds verder af.

Op 12 november, de 72ste dag, wordt Merel 29. Ze wordt verrast door Barry en Leo, die 'taart' voor haar hebben gemaakt van een hyacint in de lerarenkamer. Kaylem nodigt haar uit in zijn lokaal, die hij heeft volhangen met tientallen zelfgemaakte kettingen. Ze mag er als cadeau een uitzoeken. Hij vertelt haar over zijn verleden als vluchteling.

Merels menstruatie blijft uit en ze voelt een vreemde buikpijn die niet overgaat. Ze laat zich masseren door Barry. Die laat doorschemeren dat hij weet van haar nachtelijke seks met Leo en dat hij van Leo houdt, ook soms met hem vrijt, maar weet dat Leo niet van hem houdt. Uit frustratie masseert hij Merel zo hardhandig dat hij haar bijna keelt. Als hij doorheeft wat hij aan het doen is, stopt hij geschrokken en verontschuldigt zich.

Voor Barry is alles zinloos geworden. Hij eet en drinkt niets meer en schrijft Merel, die hem liefdevol verzorgt, een afscheidsbrief, waarin hij onder andere meedeelt dat hij niet degene is die de pillen slikt. Ze laat Leo de brief lezen en die zegt dat hij al eerder een brief van Barry heeft gekregen. Op uitdrukkelijk verzoek van Barry wil hij die niet aan Merel laten lezen. Maar ze weet hem die te ontfutselen en leest wat ze al weet: dat hij verliefd is op Leo en beseft dat Leo gekozen heeft voor Merel.

Dag 91. Merel beseft dat ze zwanger is van Leo en richt zich in haar dagboek nu rechtstreeks, in de tweede persoon, tot haar ongeboren kind. Ze vertelt over 'de oude situatie' (p. 236), onder andere over de zelfmoord van haar moeder en haar eigen zoektocht naar ware liefde.

Op dag 105 voelt Merel zich zo verward, dat ze twijfelt aan haar geheugen. Als een bezetene bladert ze terug in haar agenda, zo wild dat de blaadjes loslaten, omhoogschieten en als vaantjes aan het plafond blijven hangen.

Op dag 106 sterft Barry. Merel is er zo door van slag dat ze drie dagen achter elkaar slaapt. Als ze wakker wordt en Barry's lijk onder een laken inspecteert, ziet ze dat zijn benen ontbreken. Kaylem blijkt Barry's bloed te hebben afgetapt, zijn benen te hebben afgesneden en er met Leo een maaltijd van te hebben bereid.

Op een nacht verschijnt Kaylem in Merels lokaal, op zoek naar haar dagboek. Als hij het heeft gevonden, bladert hij er in, scheurt er blaadjes uit, 'zodat data kwijtraken' en schudt ze 'als pokerkaarten' (p. 263). Merel ziet Kaylem nu als 'de dader' (p. 264), de bron van alle ellende, en besluit wraak te nemen. Ze wurgt hem in zijn slaap met de ketting die ze van hem voor haar verjaardag had gekregen. Met Leo eet ze van zijn vlees.

Op dag 124 onthult Leo dat de pillen van hem zijn: hij is er tijdens een reis in het extreme North Dakota verslaafd aan geraakt: ze maakten hem evenwichtiger en zorgden ervoor dat hij elke lastige situatie aankon. Toen hij in de school aankwam, had hij vijf buisjes bij zich – er zijn er nog drie over.

Op dag 145 schrijft Merel dat Leo acht dagen geleden de school heeft verlaten: als hij niet zou gaan, zouden zij en haar baby het niet redden. Er zijn nu vijf lege kokers: zij heeft alle pillen in één keer doorgeslikt. Ze weet nu zeker dat ze lang en diep zal slapen. Ze droomt dat ze met haar kind North Dakota doorkruist, de auto parkeert en haar kind door de voorruit sterren aanwijst.

Bron: https://www.scholieren.com/verslag/boekverslag-nederlands-alles-wat-er-was-door-hanna-bervoets-119952

 

- overzichtelijke analyse met de belangrijkste elementen uit de verhaalanalyse

Setting

Het jaar waarin het verhaal zich afspeelt weten we niet. Het verhaal kan zich nu afspelen, maar ook over (vele) jaren. Het zou zich nu kunnen afspelen omdat er dingen worden genoemd die wij ook doen/gebruiken bijvoorbeeld social media en andere gewone gebruiken. Het verhaal speelt zich af in een school, de locatie van de school is onbekend.

Omstandigheden

Een tegenstander is het gebrek aan eten. Het tekort aan eten is onhandig als je wil overleven.

Verteltijd, vertelde tijd en historische tijd

De verteltijd van Alles wat er was is 256 pagina’s, de vertelde tijd is ongeveer honderd dagen en het speelt zich in het heden of in de toekomst af.

Chronologisch

Het boek is niet chronologisch, dit maakt het spannend. Soms lees je iets wat gaat gebeuren, je snapt de context dan nog niet dus wil je verder lezen. Ook lees je soms flashbacks, zo leer je het hoofdpersonage, Merel, beter kennen.

Leid- en verhaalmotieven

De twee leidmotieven zijn de pillen van Leo en de agenda van Melissa. Merel vind om de paar weken een leeg pillenkoker, ze vraag zich af van wie de pillen zijn en gaat op onderzoek uit. De agenda van Melissa is een verhaalmotief komt telkens terug, want elke avond schrijft ze een samenvatting van de dag op.

De twee verhaalmotieven zijn liefde en seksualiteit. Leo en Merel hebben regelmatig seks, maar Leo en Barry ook. De strijd om Leo is ook belangrijk, want het wordt Barry zijn dood.

Vertelinstantie

De vertelinstantie is de verhalende ik; “ik wist immers dat er geen auto’s meer rijden, geen bomen meer ruisen en geen vogels meer krijsen. Ik had het alleen nog niet gehoord. Het massieve niets. Stilte: het geluid van wat er niet meer is.” Hierdoor lijkt alles normaler, ook al wordt de ik-persoon langzaam gek.

Bro: https://www.scholieren.com/verslag/boekverslag-nederlands-alles-wat-er-was-door-hanna-bervoets-119952


- informatie over de schrijver

Bervoets volgde een bacheloropleiding Media en Cultuuraan de Universiteit van Amsterdam, met als specialisatie Televisie en Populaire Cultuur. In 2008 voltooide zij vervolgens een duale Master Journalistiek en Research, eveneens aan de Universiteit van Amsterdam.

Tijdens haar studie schreef Hanna Bervoets filmrecensies en korte columns over het Amsterdamse uitgaansleven voor stadsmagazine NL20. Sindsdien publiceert zij in verschillende media, waaronder Elsevier, NRC, de Volkskrant, De Correspondent en Das Magazin.

In 2009 verscheen Bervoets’ debuutroman Of Hoe Waarom (uitgeverij L.J. Veen), waarvoor ze in datzelfde jaar de ScriptPlus HvA Debutant van het Jaar-prijs won.

Tussen 2009 en 2015 had Bervoets een vaste column in Volkskrant Magazine. Haar columns werden gebundeld in de boeken Leuk zeg doei (2010), Opstaan, aankleden, niet doodgaan (2013) en En alweer bleven we ongedeerd (2015).

In 2010 schreef Hanna Bervoets in opdracht van de Haagse toneelgroep Firma MES haar eerste toneelstuk: Roes.

In 2011 publiceerde Bervoets haar tweede roman, Lieve Céline, waarvoor zij de Opzij Literatuurprijs ontving. Ook schreef zij dat jaar het scenario voor de televisiefilm Bowy is binnen.

Haar derde roman Alles Wat Er Was verscheen januari 2013 en werd genomineerd voor de Opzij Literatuurprijs 2013. In oktober 2014 verscheen haar vierde roman Efter. Efter werd genomineerd voor de BNG Bank Literatuurprijs2014 en behaalde de longlist voor de Libris Literatuur Prijs en de Gouden Boekenuil. In januari 2016 verscheen Ivanov[1], waarvoor Bervoets de BNG Bank Literatuurprijs won. Het jaar daarop verscheen haar zesde roman: Fuzzie[2].

Bervoets ontving in 2017 de Frans Kellendonk-prijs voor haar gehele oeuvre[3].

Bron: https://nl.wikipedia.org/wiki/Hanna_Bervoets


- mening

toen ik de achterkant las van dit boek vond ik het een heel interessant boek. Ee verhaal ovr dat mensen opgelosten zitten op een school. Eemaal toen ik het boek las was het heel verwarend. ik probeerde verder te leze nmaar krijg nog steeds niet mee wat ze bedoelde en vond het ook hierdoor moeilijk te lezen. Ook vond ik de open einde onzin. deze boek vond ik zeker geen aanrader en ik zou het niet lezen als je voor een lange tijd geconcentreedt kan blijven.

  • Het arrangement Leeslogboek havo 4 - 2018/2019 (Meriam Khalil) is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    meriam khalil Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2020-03-11 16:11:21
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Leerniveau
    HAVO 4;
    Leerinhoud en doelen
    Nederlands; Literatuur;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    20 uur en 0 minuten
    Trefwoorden
    havo4, havo5, leeslogboek, literatuur, nederlands

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    Musters, Marloes. (z.d.).

    Leeslogboek havo 4 - 2018/2019

    https://maken.wikiwijs.nl/127670/Leeslogboek_havo_4___2018_2019

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.