Opdracht: Neerslag - vmbo12

Opdracht: Neerslag - vmbo12

Neerslag

Intro

Weet jij hoe regen ontstaat?
En hoe het kan dat er soms sneeuw of hagel uit de lucht komt?
Of waarom er soms een regenboog verschijnt na een bui?

In deze opdracht ga je dat allemaal uitzoeken.

 

Wat kan ik straks?

Leerdoelen
Aan het eind van deze opdracht kan ik:

  • beschrijven hoe neerslag ontstaat.
  • benoemen welke verschillende vormen van neerslag er zijn: regen, sneeuw, dauw, mist, hagel.
  • omschrijven wat het verschil tussen stijgingsregens, stuwingsregen en frontale regens is.

Wat ga ik doen?

Activiteiten
Je onderzoekt de rol van het weer in het dagelijks leven.

Aan de slag
Stap Activiteit
Stap 1

Je leest de Kennisbank.

Zo leer je hoe neerslag ontstaat en in welke vorm neerslag valt.

Je maakt een oefening waarin je eerst filmpjes bekijkt en daarna vragen beantwoordt over neerslag.

Stap 2 Je leest een tekst over de neerslaghoeveelheid in Nederland en beantwoordt er vragen over.
Afronding
Onderdeel Activiteit
Begrippen De begrippen gaan over allerlei vormen van neerslag.
Eindopdracht A Kies je voor eindopdracht A: dan maak je de toets.
Eindopdracht B Kies je voor eindopdracht B: dan ga je samen met een klasgenoot aan de hand van een video een regenmeter maken. Je downloadt ook een werkblad.
Terugkijken Terugkijken op de opdracht.


Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer 2 uur nodig.

Aan de slag

Stap 1: Neerslag

Neerslag, zoals regen, ontstaat als water in de lucht afkoelt.
De waterdamp verandert dan in kleine waterdruppels of ijskristallen.
Als er te veel druppels of ijskristallen zijn, worden ze te zwaar.
Ze vallen dan naar beneden als regen, sneeuw of hagel.

Bekijk het filmpje over hoe neerslag, zoals regen, sneeuw, hagel en dauw ontstaat.

Lees in de Kennisbank het onderdeel Het weer - neerslag.

Stap 2: Neerslaghoeveelheid

Er zijn drie manieren waarop regen kan ontstaan:

1. Stijgingsregen
Als het warm is, stijgt warme lucht op. Bovenin is het kouder, dus de lucht koelt af.
De waterdamp verandert in waterdruppels en het gaat regenen.

2. Stuwingsregen
Als lucht tegen een berg of heuvel aan komt, wordt de lucht omhoog geduwd.
Daarboven is het kouder, dus de lucht koelt af. De waterdamp wordt dan regen.

3. Frontale regen
Als warme lucht en koude lucht tegen elkaar botsen, gaat de warme lucht omhoog.
Daar koelt het af en ontstaat er regen.

Lees in de Kennisbank het onderdeel Soorten neerslag.

Afronding

Begrippen

Neerslag
Water dat uit de lucht komt. Dat kan regen, sneeuw, ijzel, hagel, dauw of mist zijn.
Stuwingsregen
Regen die ontstaat als lucht tegen een berg omhoog wordt geduwd en afkoelt.
Stijgingsregen
Regen die ontstaat in warme gebieden, zoals bij de evenaar, waar warme lucht omhoog gaat en afkoelt.
Front
De plek waar warme en koude lucht elkaar tegenkomen..
Wolk
Een wolk is een groep hele kleine waterdruppeltjes of ijskristallen die in de lucht zweven.
Hagel
Hagel is regen die bevroren is. De ijsbolletjes noem je hagelstenen.
Sneeuw
Sneeuw is bevroren neerslag. Het bestaat uit kleine ijsvlokjes.
IJzel
IJzel is regen die meteen bevriest als het de grond raakt.
Mist
Mist is een soort wolk die laag bij de grond hangt. Het bestaat uit hele kleine waterdruppeltjes in de lucht.
Dauw

Dauw zijn kleine waterdruppeltjes die je ’s ochtends of ’s avonds op gras of auto’s ziet.

Eindopdracht A: Toets

Test je kennis over neerslag.
Als je alle vragen beantwoord hebt, zie je jouw score.

Eindopdracht B: Maak een wolk

Maak je eigen wolk in een potje

Je maakt zelf een kleine wolk en ziet hoe waterdamp verandert in neerslag!
Overleg eerst met je docent of je deze opdracht mag maken.

Let op!: Werk rustig en veilig. Vraag hulp bij het hete water of de lucifer.


Wat heb je nodig? (per groepje)

  • 1 glazen pot met deksel
  • Heet water (vraag je docent!)
  • IJsklontjes
  • Haarspray of lucifer
  • Keukenpapier

Stappenplan

  1. Doe heet water in de pot (ongeveer 1/3 vol).

  2. Droog de binnenkant van het deksel met keukenpapier.

  3. Leg 3–5 ijsklontjes op het deksel (bovenop).

  4. Wacht 1 minuut.

  5. Haal het deksel er kort af en spuit 1x haarspray in de pot (of laat de docent een lucifer uitblazen en in de pot houden)

  6. Doe het deksel snel terug op de pot (met de ijsklontjes erop).

  7. Kijk goed! Wat zie je gebeuren in de pot?


Vragen om te beantwoorden (in je schrift):

  1. Wat stelde het hete water voor?

  2. Wat deed de waterdamp toen het het koude deksel raakte?

  3. Wat gebeurde er daarna?

  4. Wat laat dit experiment zien over neerslag?


 

 

Terugkijken

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • beschrijven hoe neerslag ontstaat.
  • benoemen welke verschillende vormen van neerslag er zijn: regen, sneeuw, dauw, mist, hagel.
  • omschrijven wat het verschil tussen stijgingsregens, stuwingsregen en frontale regens is.

Hoe ging het?

Eindopdracht A

  • Kon je de meeste vragen goed beantwoorden?
  • Of zijn er nog dingen die je lastig vond?

Eindopdracht B

  • Wat vond je van de eindopdracht?
  • Is het jullie gelukt een wolk in een potje te maken?
  • Hoe verliep de samenwerking met je klasgenoot?
  • Het arrangement Opdracht: Neerslag - vmbo12 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2025-08-17 12:41:04
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze opdracht hoort bij het thema "Aarde, weer en klimaat", en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor vmbo12. Tijdens deze opdracht verdiep je je in het ontstaan van neerslag. Je leert het proces van neerslagvorming te beschrijven en benoemt ten minste vier verschillende vormen van neerslag. Daarnaast begrijp je het verschil tussen verschillende soorten neerslag, zoals stijgingsregens, stuwingsregen en frontale regens. Je sluit de opdracht af met het maken van een toets en een regenmeter. Veel succes!
    Leerniveau
    VMBO gemengde leerweg, 2; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 1; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 2; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 1; VMBO theoretische leerweg, 1; VMBO gemengde leerweg, 1; VMBO theoretische leerweg, 2; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 2;
    Leerinhoud en doelen
    Weer; Systeem aarde; Aardrijkskunde; Klimaat;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    2 uur 0 minuten
    Trefwoorden
    aarde weer en klimaat, aardrijkskunde, arrangeerbaar, frontale regens, mist, neerslag, stercollectie, stijgingsregen, stuwingsregen, vmbo-12
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    Neerslag

    Neerslaghoeveelheid

    Neerslag

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.