Het is waarschijnlijk het meest besproken onderwerp: Het weer.
Weer en klimaat spelen een belangrijke rol in ons dagelijks leven.
Het weer kan bepalen:
Wat we eten en drinken.
Welke kleding we aan doen.
Hoe veilig het is als we moeten reizen (verkeersveiligheid).
Hoe we op pad gaan; met de fiets of met de bus?
Wat voor een activiteiten we gaan ondernemen.
Iedereen heeft dus te maken met het weer.
Maar wat is dat eigenlijk, het weer? Wat is het verschil tussen weer en klimaat?
En waarom is het weer zo grillig en lastig te voorspellen?
Hoe kun je zelf een weersverwachting maken?
Dat ga je in deze opdracht allemaal ontdekken.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
aangeven met welk meetinstrument de temperatuur gemeten wordt en welke meeteenheid wordt gebruikt.
het begrip luchtdruk omschrijven en aangeven waarmee je de luchtdruk kunt meten en welke meeteenheid wordt gebruikt.
aangeven met welk meetinstrument je de windsnelheid meet en welke eenheid voor de windsnelheid wordt gebruikt.
de relatie tussen luchtdruk en wind omschrijven.
aan de hand van twee voorbeelden uitleggen waarom het weer voor mensen een belangrijke rol speelt in het dagelijkse leven.
Wat ga ik doen?
Activiteiten
De activiteiten in deze opdracht dragen bij tot het volgende leerdoel:
Je onderzoekt de rol van het weer in het dagelijks leven.
Aan de slag
Stap
Activiteit
Stap 1
Je bestudeert de Kennisbank over de vier factoren die het weer bepalen. Je leert ook met welke vijf kenmerken meteorologen rekening houden bij het bepalen van het weer. Je beantwoordt vragen daarover.
Stap 2
Je leert door het maken van een oefening welke meetinstrumenten worden gebruikt bij de weersvoorspelling.
Stap 3
en
Je leest een weerbericht en bespreekt het met een klasgenoot.
Afronding
Onderdeel
Activiteit
Begrippen
De begrippen gaan over het weer.
Eindopdracht A
Kies je voor opdracht A: dan maak je de toets.
Eindopdracht B
Kies je voor opdracht B: dan maak je op basis van weerkaarten en een tabel een weersverwachting voor Nederland.
Terugkijken
Terugkijken op de opdracht.
Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer 2 uur nodig.
Aan de slag
Stap 1: Wat is het weer?
Waar we het meest over praten is: het weer.
Maar wat is het weer eigenlijk?
Vier factoren die het weer bepalen zijn: temperatuur, neerslag, luchtdruk en wind.
Bestudeer in de Kennisbank de volgende pagina's:
Het weer: temperatuur
Het weer: neerslag
Soorten neerslag
Het weer: luchtdruk
Het weer: luchtdruk en wind
Bekijk ook de video's in de Kennisbank over mist en wind.
Weerkundigen gaan na hoeveel bewolking er is. Ze kijken ook hoe de bewolking er uitziet en of de bewolking af- of toeneemt.
2. Neerslag
Neerslag is er in soorten: regen, motregen, hagel, sneeuw, motsneeuw, dauw, rijp, mist, ijzel en ijsregen.
Weerkundigen houden bij hoe lang achtereen er neerslag valt. Wat voor neerslag er valt.
Of de neerslag van soort verandert (bijvoorbeeld van sneeuw via ijzel naar regen).
En hoeveel neerslag er valt in een bepaalde periode (bijvoorbeeld in de afgelopen 24 uur).
3. Wind
Weerkundigen houden bij hoe hard het waait. Of de wind aanwakkert dan wel afzwakt.
Uit welke richting de wind waait. En of de windrichting verandert of niet.
4. Temperatuur
De temperatuur wordt meerdere malen per dag gemeten in graden Celsius.
Zo wordt duidelijk wanneer het warmer of kouder wordt.
5. Luchtdruk
Meestal uitgedrukt in millibar.
De luchtdruk wordt meermalen per dag gemeten om stijging of daling vast te stellen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Weerkundigen letten op een aantal kenmerken, zoals je hebt gelezen in stap 1.
Weerkundigen gebruiken verschillende meetinstrumenten om het weer te meten.
Maak de volgende oefening om het juiste instrument naar de juiste meting te slepen.
Waarom het weer meten?
Leg hieronder aan de hand van twee voorbeelden uit, waarom het weer voor mensen een belangrijke rol speelt in het dagelijkse leven.
Stap 3: Weersverwachting
Lees het volgende weerbericht.
Bespreek het weerbericht met een klasgenoot.
Kom je alle vijf de kenmerken die in stap 1 zijn genoemd tegen in het weerbericht?
Er zijn nog perioden met zon, maar in de loop van de middag komt er steeds meer bewolking en komen er vanuit het zuiden enkele buien.
Met name in het oosten en zuidoosten kunnen later vanmiddag en vanavond enkele onweersbuien ontstaan, mogelijk met hagel en (zware) windstoten.
De maxima lopen uiteen van 19-22 graden op de Wadden tot 28 graden in het oosten. De wind draait overal naar westelijke richtingen en is meest matig.
Komende nacht valt er in het oosten nog af en toe regen, maar van het westen uit wordt het op steeds meer plaatsen droog.
In een opklaring kan een mistbank ontstaan en de minima komen uit rond 14 graden. De zwakke wind is overwegend westelijk.
Temperatuur
Geeft aan hoe warm of koud het is. Temperatuur wordt gemeten in °C.
Neerslag
Water kan in vaste vorm (sneeuw en hagel) of vloeibare vorm (regen) op aarde terecht komen.
Wind
De verplaatsing van lucht over het aardoppervlak veroorzaakt door verschillen in luchtdruk.
Windkracht
De kracht van de wind bepaald door het verschil in luchtdruk tussen twee gebieden.
Windrichting
De verplaatsing van lucht over het aardoppervlak in een bepaalde richting. Wind waait van een gebied met een hoge luchtdruk naar een gebied met een lage luchtdruk.
Luchtdruk
Het gewicht van de luchtdeeltjes in de atmosfeer op het aardoppervlak. Gemeten met een barometer.
Hogedrukgebied
Gebied waar de luchtdruk hoog is ten opzichte van de omgeving, gemeten op zeeniveau.
Lagedrukgebied
Gebied waar de luchtdruk laag is ten opzichte van de omgeving, gemeten op zeeniveau. Gebieden met lage luchtdruk noem je depressies.
Eindopdracht A: Toets
In deze stap maak je de toets 'Het weer'.
De toets bestaat uit een aantal gesloten vragen, waarbij je het juiste antwoord moet kiezen.
Als je alle vragen beantwoord hebt, zie je je score.
Je krijgt van de vragen die je fout hebt, het goede antwoord te zien.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Hieronder vind je een aantal kaarten en een tabel over het weer.
De informatie is van woensdag 11 juni of van donderdag 12 juni 2014.
Bestudeer de informatie, zodat je er een weersbericht van kunt maken.
Gebruik de kaarten en de tabel om een weersverwachting te maken.
Neem in je weersverwachting informatie op over de vijf kenmerken uit stap 1:
bewolking
neerslag
wind
temperatuur
luchtdruk
Zorg dat de weersverwachting goed te begrijpen is.
Zorg dat er geen taalfouten in de weersverwachting zitten.
Klaar?
Laat je weersverwachting beoordelen door jullie docent.
Misschien kun je in overleg met hem je weerbericht presenteren in de klas.
Terugkijken
Intro
Lees de intro van deze opdracht nog eens door.
Vind je het een goede intro om de opdracht mee te beginnen?
Herkende je de weersiconen?
Kan ik wat ik moet kunnen?
Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
Kun je de vier factoren noemen die het weer bepalen?
Hoe ging het?
Eindopdracht B
Wat vond je van de eindopdracht?
Heb je samen met een klasgenoot een weersverwachting gemaakt?
Vond je het lastig of juist leuk om te doen?
Het arrangement Opdrachten: Het weer - vmbo12 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze opdracht hoort bij het thema "Aarde, weer en klimaat", en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor vmbo12. Tijdens deze opdracht ontdek je de essentiële aspecten van het weer en klimaat. Je leert vier factoren die het weer bepalen te identificeren en benoemen. Verder begrijp je hoe temperatuur gemeten wordt met het juiste meetinstrument en bijbehorende eenheid. Het begrip luchtdruk wordt verklaard, inclusief de meetmethode en meeteenheid. Ook krijg je inzicht in het meten van windsnelheid en de bijbehorende eenheid en ga je aan de hand van twee voorbeelden begrijpen waarom het weer een belangrijke rol speelt in het dagelijkse leven van mensen.
De opdracht wordt afgesloten met een toets of met het maken van een weersverwachting. Veel succes!
Deze opdracht hoort bij het thema "Aarde, weer en klimaat", en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor vmbo12. Tijdens deze opdracht ontdek je de essentiële aspecten van het weer en klimaat. Je leert vier factoren die het weer bepalen te identificeren en benoemen. Verder begrijp je hoe temperatuur gemeten wordt met het juiste meetinstrument en bijbehorende eenheid. Het begrip luchtdruk wordt verklaard, inclusief de meetmethode en meeteenheid. Ook krijg je inzicht in het meten van windsnelheid en de bijbehorende eenheid en ga je aan de hand van twee voorbeelden begrijpen waarom het weer een belangrijke rol speelt in het dagelijkse leven van mensen.
De opdracht wordt afgesloten met een toets of met het maken van een weersverwachting. Veel succes!
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Weerpictogrammen
Het weer
Het weer
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.