Weerkundigen (dat zijn mensen die het weer bestuderen) letten op verschillende kenmerken van het weer.
Denk aan temperatuur, regen, wind en luchtdruk.
Om deze dingen goed te meten, gebruiken ze speciale meetinstrumenten.
Barometer (A)
Hiermee meet je de luchtdruk (dat helpt bij het voorspellen van weerveranderingen).
Thermometer (B)
Hiermee meet je de temperatuur (hoe warm of koud het is).
Windmeter (anemometer) (C)
Hiermee meet je de windsnelheid (hoe hard het waait).
Regenmeter (D)
Hiermee meet je hoeveel regen er is gevallen.
Maak de volgende oefening om het juiste instrument naar de juiste meting te slepen.