Introductie
Kinderen spelenderwijs veel. Ze leren door te doen en te ontdekken. Veel leerstof zit verborgen in expressieve werkvormen, zoals boeken en drama. Drama activiteiten kun je inzetten voor het stimuleren van de taalontwikkeling en de sociaal emotionele ontwikkeling van de doelgroep, bijvoorbeeld kinderen, mensen met een verstandelijke beperking en ouderen. Je leert materiaal selecteren en maken dat aansluit bij de leeftijd, ontwikkelingsfase en belevingswereld van de doelgroep.
Omdat drama vooral geleerd wordt door het zelf te doen, zijn deze lessen sterk gericht op het oefenen van verschillende dramatische expressiemogelijkheden. Je gaat vooral zelf doen en ervaren, om van daaruit je kennis weer te kunnen overbrengen op de doelgroep.
Algemene informatie
Opleiding
Pedagogisch Werk en Maatschappelijke zorg
Onderwijsvorm
Voltijd
Inhoud
- Dramalessen
- Ontwikkeling en uitvoering van een kerstvoorstelling
Tijd
18 bijeenkomsten van 1.30 klokuur in de week
Docent
Sandra Bakker
Evaluatie, toetsvorm en weging
- Actieve participatie
- Ben je meer dan twee keer afwezig krijg je een extra verdiepende opdracht
- Draaiboek kerstvoorstelling
- Deelname kerstvoorstelling
- Logboek
Inleverdatum
Planning
|
Week
|
Lesinhoud
|
Doen!!!
|
|
Week 2
12-09
|
- Introductie vak drama
- Theorie: Wat is drama
- Introductie individueel voorlezen
- Introductie interactief voorlezen
|
- Kies een boek om uit voor te lezen
- Groepen maken interactief voorlezen
|
|
Week 3
19-09
|
- Voorlezen Studenten
- Theorie: Wat is het nut, de zin en effect van spel en dramatische activiteiten voor de doelgroep
- Voorbereiden uitvoering interactief voorlezen
|
|
|
Week 4
26-09
|
- Voorlezen Studenten
- Theorie: Voor welke doelgroep is drama geschikt
- Uitvoering interactief verhaal groep 1
- (Alicia, Sven, Naomi)
- (Jelle, Max, Nienke)
|
|
|
Week 5
03-10
|
- Voorlezen Studenten
- Wat zijn passende en stimulerende activiteiten die aansluiten bij de ontwikkeling, behoefte en wensen van de doelgroep?
- Uitvoering interactief verhaal groep 2
- (Jano, Ebaa, jeanevieve)
- (Danielle, Cheyenne, Anderson)
|
|
|
Week 6
10-10
|
- Voorlezen Studenten
- Hoe kun je drama inzetten in de communicatie met de doelgroep
- Uitvoering interactief verhaal groep 3
- (Claudia, Adrianne, Katinka)
- (Cassandra, Nick, Iria)
|
|
|
Week 7
17-10
|
- Introductie kerstverhaal
- Laatste keer voorlezen studenten
- Uitvoering interactief verhaal groep 4
- (Shannon, Raymon, Jordy)
- (Sibren, Myrisha, Mohammed)
|
- Opdrachten maken logboek
- Start draaiboek
|
|
Week 8
31-10
|
- Voorbereiding kerstverhaal
|
- Opdrachten maken logboek
- Werken aan draaiboek
|
|
Week 9
07-11
|
- Voorbereiding kerstverhaal
|
|
|
Week 10
|
|
|
|
Week 1
21-11
|
- Voorbereiding kerstverhaal
|
|
|
Week 2
29-11
|
- Voorbereiding kerstverhaal
|
- Verwerken feedback draaiboek
- Inleveren herkansing draaiboek
|
|
Week 3
08-12
|
- Voorbereiding kerstverhaal
|
|
|
Week 4
12-12
|
- Generale repetitie auditorium
|
|
|
Week 5
19-12
|
|
|
|
Week 6
09-01
|
- Evalueren samenwerking kerstverhaal aan de hand van kwaliteitenspel
|
|
|
Week 7
16-01
|
|
|
|
Week 8
23-01
|
- Werken aan logboek + STARRT verslag
|
|
|
Week 9
30-01
|
- Drama oefeningen
- Evalueren onderwijsprogramma en afronden
|
|
|
Week 10
06-02
|
|
- Inleveren herkansing logboek
|
Criteria
|
Criteria Drama
|
|
Logboek
Individueel
|
|
|
Onvoldoende
|
Voldoende
|
Goed
|
Toelichting
|
|
Lay- out
Het logboek ziet er verzorgd uit en bevat de volgende onderdelen:
- Voorblad
- Inhoudsopgave
- Inleiding
- Paginanummering
|
|
|
|
|
|
Alle opdrachten zijn opgenomen in het logboek
|
|
|
|
|
|
Grammatica/spelling/taalgebruik
|
|
|
|
|
|
Draaiboek
Groep
|
|
Lay- out
Het draaiboek ziet er verzorgd uit en bevat de volgende onderdelen:
- Voorblad
- Inhoudsopgave
- Inleiding
- Paginanummering
|
|
|
|
|
|
Het draaiboek is uitgewerkt volgens het format
|
|
|
|
|
|
Eindresultaat
|
|
|
Presentatie
link naar de presentatie
Individueel voorlezen
Introductie voorlezen
Kinderen worden vaak voorgelezen. Ze houden van de rust van het moment, van het verhaal op zich, van het geluid van de stem van degene die voorleest en van de afbeeldingen in het boek. Een verhaal is echter meer dan alleen vermaak. Kinderen leren erg veel van voorgelezen worden. Zo bevat een verhaal vaak een schat aan informatie, bijvoorbeeld op het gebied van rekenen of verhoudingen. Voorlezen is dus erg belangrijk voor de opvoeding van kinderen. Als een verhaal goed wordt voorgelezen wordt het voor het kind nog leuke om naar te luisteren. De volgende opdrachten en oefeningen gaan daarover.
Doelstellingen:
- Je kunt een geschikt prentenboek kiezen voor de doelgroep
- Je kunt een verhaal interactief voorlezen
Planning voorlezen
|
Datum
|
Groep 1
|
Groep 2
|
|
19 september
Lesweek 3
|
|
|
|
26 september
Lesweek 4
|
|
|
|
3 oktober
Lesweek 5
|
|
|
|
10 oktober
Lesweek 6
|
|
|
|
17 oktober
Lesweek 7
|
|
|
Interactief voorlezen
Introductie interactief voorlezen
Voorlezen kan op verschillende manieren.
Wat wordt er nu bedoeld met interactief voorlezen?
Interactief voorlezen houdt in dat je een verhaal iet alleen voorleest, maar dat je ook aandacht besteedt aan de plaatjes, dat je stilstaat bij de voorkant van het boek of dat je inspeelt op wat het kind spontaan zegt of vraagt. Het verhaal wordt onderbroken voor het stellen van vragen aan het kind of door het bekijken en bespreken van de illustraties. Door het verhaal te vertalen naar de beleving van de kinderen en hun eigen ervaringen, sluit het nog beter aan bij de ervaringswereld van de kinderen. Het ontwikkelingseffect wordt hiermee sterk vergroot.
Tips voor interactief voorlezen:
- Lees het verhaal goed voordat je gaat voorlezen
- Je kunt gebruik maken van aanvullende materialen, knuffels of andere attributen die in het verhaal voorkomen
- Lees niet te lang voor, jongen kinderen kunnen zich niet lang concentreren
- Alle kinderen moeten de plaatjes goed kunnen zien
- Begin met de kaft van het boek, praat over de titel van het boek, de tekst, de plaatjes etc, Laat de kinderen iets vertellen en stel ze vragen, bijvoorbeeld waar gaat het boek over? wat zie je etc.
- Speel in op reacties en vraag door
- varieer met intonatie; wissel van volume en temp om het aantrekkelijk te maken om naar te luisteren
- Vergeet je lichaamshouding niet. Maak gebaren, geluid of trek een bepaald gezicht tijdens het lezen
- Maak geen gebruik van verschillende stemmetjes, laat dit over aan de verbeelding van het kind.
- Laat stiltes vallen na het omslaan van iedere bladzijde, zodat kinderen voldoende tijd krijgen om te reageren
- een spannend moment in het verhaal is een geschikt moment om het kind te vragen hoe het verder zal gaan
- Heb je het verhaal uitgelezen, praat dan nog even na over het boek. Vat het verhaal samen, laat het kind vertellen waar het over ging en leg een link naar het dagelijks leven
- Variatie: zoek leuke muziek erbij, maak gebruik van instrumenten, zing liedjes samen etc.
Week 2
Opdrachten
Opdracht 1
Er zijn veel verschillende boeken in de omloop. Hoe kies je nou een goed boek om voor te lezen? Waarop let je dan en waar kijk je naar?
Je kiest een prentenboek dat jij geschikt vindt voor een 3-jarige om voor te lezen. Beschrijf de volgende punten:
- Wat spreekt je aan in het uiterlijk van het boek (omslag, formaat, uitstraling)?
- Wat trekt je aan in de gebruikte illustraties, wat voegen ze toe?
- Wat vind je van de inhoud van het verhaal?
- Wat vind je van de schrijfstijl?
Maak hiervan een verslag voor in je logboek. Trek daarbij de conclusie waaraan volgens jou een goed boek moet voldoen.
Opdracht 2: Reflectie
- Hoe heb je je voorbereid op het voorlezen?
- Hoe vond je het om voor te lezen?
- Hoe werd er naar je geluisterd?
- Welke feedback heb je gekregen?
- Wat vond je moeilijk om te doen? en wat makkelijk?
Beschrijf het proces en jouw bevindingen in je logboek
Week 3
Uh-oh! De kleine uil is uit zijn nest gevallen. Waar is mama nu? Eekhoorn zal 'm wel even helpen, maar dan moet kleine Uil wel de juiste aanwijzingen geven... Uiteindelijk komt het gelukkig allemaal goed, met een lekker koekje toe!
Jullie gaan aam de slag met dit leuke prenten dat uitgeroepen is tot prentenboek van het jaar in 2012!
Opdracht 1
- Maak groepjes van 3 á 4 personen en lees om de beurt het boek aan elkaar voor
- Kijk zowel naar het uiterlijk van het boek en het verhaal als naar de mogelijkheden om het verhaal interactief over te brengen
- Ieder lid van de groep schrijft individueel de woorden uit de tekst op een vel papier waarvan hij/zij denkt dat het interactief voorgelezen kan worden
- Vervolgens schrijf je bij ieder woord dat je hebt opgeschreven op hoe je dat geluid kunt produceren
- Doe dat daarna voor gebaren, gebruik actief lichaamstaal
- Ga daarna met elkaar in gesprek welke materialen en attributen je kunt gebruiken om het verhaal tot leven te brengen
- Je hebt de geluiden, bewegingen en attributen gekozen. Spreek nu met elkaar af wie welke rol vervult.
- Oefen het verhaal met elkaar
- Prenteer klassikaal jullie verhaal
Verwerk in je logboek hoe de taakverdeling is verlopen, Hoe zag het eindresultaat eruit, welke feedback kreeg je van de klas, ben je tevreden en wat zou je volgende keer anders doen
Opdracht 2: Reflectie
Beschrijf hoe de samenwerking is verlopen aan de hand van de volgende punten;
- Hoe vond je de samenwerking gaan
- Wat was jouw aandeel in de groep
- Welke kwaliteiten heb je laten zien
- Wat zou je een andere keer graag anders willen doen en hoe ga je dat aanpakken
Week 4
Uitvoering interactief verhaal
Vandaag starten we met de presentaties van de groepen
Uitvoering:
- lees om de beurt het verhaal interactief voor
- Na afloop van ieder verhaal schrijven de luisteraars op wat ze goed vonden aan de manier van voorlezen en schrijven één tip op te verbetering
- Jullie wisselen de complimenten en tips met elkaar uit.
Opdracht 1: reflectie
- Hoe was het om het verhaal interactief over te brengen?
- Hoe vond je het om naar de anderen te luisteren?
- Hoe verging het je om de anderen een tip en een compliment te geven?
- Benoem wat je van de gegeven feedback vindt, kon je je erin vinden?
Toehoorder
- Wat vond je van het interactieve verhaal?
- Welke feedback heb je gegegeven?
- Hoe vond je het om feedback te geven?
- Wat heb je geleerd?
Leg je ervaringen vast in je logboek
Opdracht 2
- Maak tweetallen
- Elk tweetal kiest een doelgroep
- De tweetallen schrijven een pleidooi van 1 minuut waarom drama wel of juist niet een goede werkvorm is voor hun doelgroep
- De tweetallen delen hun pleidooi met de klas
- De toehoorders stemmen via mentimeter of ze het wel of niet eens zijn met het pleidooi
- Klassikale nabespreking na elk pleidooi
Verwerk het pleidooi in je logboek!
Week 5
Uitvoering interactief verhaal
Vandaag gaan we verder met de presentaties van de groepen
Uitvoering:
- lees om de beurt het verhaal interactief voor
- Na afloop van ieder verhaal schrijven de luisteraars op wat ze goed vonden aan de manier van voorlezen en schrijven één tip op te verbetering
- Jullie wisselen de complimenten en tips met elkaar uit.
Opdracht 1: reflectie
- Hoe was het om het verhaal interactief over te brengen?
- Hoe vond je het om naar de anderen te luisteren?
- Hoe verging het je om de anderen een tip en een compliment te geven?
- Benoem wat je van de gegeven feedback vindt, kon je je erin vinden?
Toehoorder
- Wat vond je van het interactieve verhaal?
- Welke feedback heb je gegegeven?
- Hoe vond je het om feedback te geven?
- Wat heb je geleerd?
Leg je ervaringen vast in je logboek
Opdracht 2
Vorige week hebben we besproken voor welke doelgroepen drama activiteiten geschikt zijn.
Maak tweetallen, kies een doelgroep en benoem drie activiteiten die je kunt inzetten, beschrijf de problematiek en benoem hoe de activiteit bijdraagt de ontwikkeling van de client/groep
Verwerk de gegevens in je logboek
Werken aan de opdrachten
Het schrijven van goede verslagen is een belangrijk onderdeel van je studie. Vandaag krijg je de tijd om aan de opdrachten van de voorgaande weken te werken. Waar moet een goed verslag aan voldoen? Kijk goed naar de gestelde criteria!
Week 6
Vandaag gaan we verder met de presentaties van de groepen
Uitvoering:
- lees om de beurt het verhaal interactief voor
- Na afloop van ieder verhaal schrijven de luisteraars op wat ze goed vonden aan de manier van voorlezen en schrijven één tip op te verbetering
- Jullie wisselen de complimenten en tips met elkaar uit.
Opdracht 1: reflectie
Verteller
- Hoe was het om het verhaal interactief over te brengen?
- Hoe vond je het om naar de anderen te luisteren?
- Hoe verging het je om de anderen een tip en een compliment te geven?
- Benoem wat je van de gegeven feedback vindt, kon je je erin vinden?
Toehoorder
- Wat vond je van het interactieve verhaal?
- Welke feedback heb je gegegeven?
- Hoe vond je het om feedback te geven?
- Wat heb je geleerd?
Leg je ervaringen vast in je logboek
Week 7
Vandaag gaan we verder met de presentaties van de groepen
Uitvoering:
- lees om de beurt het verhaal interactief voor
- Na afloop van ieder verhaal schrijven de luisteraars op wat ze goed vonden aan de manier van voorlezen en schrijven één tip op te verbetering
- Jullie wisselen de complimenten en tips met elkaar uit.
Opdracht 1: reflectie
- Hoe was het om het verhaal interactief over te brengen?
- Hoe vond je het om naar de anderen te luisteren?
- Hoe verging het je om de anderen een tip en een compliment te geven?
- Benoem wat je van de gegeven feedback vindt, kon je je erin vinden?
Toehoorder
- Wat vond je van het interactieve verhaal?
- Welke feedback heb je gegegeven?
- Hoe vond je het om feedback te geven?
- Wat heb je geleerd?
Leg je ervaringen vast in je logboek
Week 8
Opdracht 1:
Vorige week is er voor het laatst voorgelezen! Hoe heb jij het voorlezen ervaren? wellicht vond je het enorm spannend om te doen en heb je het als een enorme uitdaging ervaren of was het voor jou feestje om voor te lezen?
Beschrijf in je logboek hoe je de individuele voorleesopdracht hebt ervaren, welke feedback heb je gekregen, wat heb je geleerd en waar wil je nog aan werken?
Kerstopdracht
De komende weken gaan jullie met elkaar aan de slag met de voorbereidingen van de kerstvoorstelling. Start elke bijeenkomst met een vergadering waarin jullie duidelijk bespreken wat er al gedaan is, wat er nog moet gebeuren en wie wat gaat doen. Verwerk alle gegevens in het draaiboek, een goede taakverdeling is het halve werk. Elke week heeft iemand de rol van voorzitter en notulist om de vergadering gestructureerd te laten verlopen.
Draaiboek
Een goed draaiboek is onmisbaar bij deze activiteit, zowel bij de voorbereiding als de uitvoering.
Het draaiboek dwingt jullie grondig na te denken over de wijze waarop de kerstvoorstelling van minuut tot minuut moet verlopen. Door tijdig te beginnen met het opstellen van het draaiboek, krijgen jullie een helder inzicht in de voortgang van de organisatie. Het schept duidelijkheid in wat er nog moet gebeuren. Het draaiboek is gereed als alles klopt en alle organisatorische aspecten goed op elkaar aansluiten.
Onderdelen van het draaiboek
Een draaiboek is een plan van aanpak waarin een aantal aspecten terugkomen;
- Wat moet er gebeuren?
- Welke taken zijn er en hoe deel je dat in?
- Wie doet wat? (verantwoordelijk draaiboek : deeltaken breng je onder in werkgroepen).
- Wie vervangt in het geval er iemand uitvalt?
- Wanneer moeten de verschillende taken uitgevoerd zijn? Vaak zet je de uit te voeren taken in een tijdsplan.
- Bijzonderheden / afspraken.
- Planning vergaderingen; verdeling voorzitter en notulist
- Coordinator(en) draaiboek
- beschrijving doelgroep
- Gegevens opdrachtgever; naam contactpersoon, groepsgrootte, adresgegevens
- Flyer voor de basisschool
- reserveren auditorium
- Ophalen en terugbrengen van de kinderen
- Uitwerking kerstverhaal
- benodigheden
- etc.
Taken verdelen en plannen
Plaats de taken logisch bij elkaar in de twee draaiboeken (voorbereiding en uitvoering). Vervolgens plaats je de taken in een tijdsplanning en de start van een draaiboek is klaar. Stel een coördinator aan die verantwoordelijk is voor het draaiboek. Hij overziet het hele draaiboek en kan checken of alles goed en op tijd gedaan wordt.
Format draaiboek
