Leerlingmateriaal
QR-code wikiwijs
Introductie
Welkom bij het project Housewarming!
Vorige week hebben we al in de HVX ruimte gewerkt, maar zoals je hebt gemerkt moeten er nog een aantal dingen afgemaakt worden in de ruimte. De lampen worden nog opgehangen, er komen nog meubels bij en we gaan deze week ook zelf het een en ander klussen.
Daarnaast zijn we ook bezig om onze draai te vinden bij HVX. In dit project leren we daarom ook hoe we goed kunnen omgaan met de ruimte en hoe we ons prettig kunnen voelen in de groep.
Flowvraag
De flowvraag van dit project is:
"WANNEER VOEL IK MIJ ERGENS THUIS?"
Je ergens thuis voelen heeft niet zozeer te maken met de vier muren waar je nu tussen woont. Het gaat over je eigen plek innemen en over het ervaren of creëren van ruimte om jezelf te zijn. Hoe geven andere mensen dat vorm en wat betekent dat voor mij?
Je ergens thuis voelen is voor veel mensen helaas niet vanzelfsprekend. Je huis kan helemaal niet als 'thuis' voelen, als je er verdrietig bent. Als er thuis veel ruzie is of stress, is het geen plek waar je kunt ontspannen of even onderuit kunt zakken. Ook in onze groep kan het zijn dat 'thuis' even niet als 'thuis' voelt.
Deelvragen
Bij dit project horen de volgende deelvragen:
- Wat ervaar ik zelf als 'thuis' en hoe is dat voor de andere leerlingen in mijn coachgroep
- Wat zijn voorwaarden om je thuis te voelen?
- Wat heb ik nog nodig om me thuis te kunnen voelen bij HVX?
Dit project bestaat uit zes dagdelen met verschillende activiteiten. Bij de kopjes van de verschillende deelvragen vind je welke activiteiten er bij elke deelvraag horen.
Eindproducten
De eindproducten van dit project zijn:
- een zelf geschilderde kastenwand;
- zelf gemaakte kussentjes aan de muur;
- een zelf gemaakte lamp voor in de genius room.
Aan het einde van dit project heb je ook de antwoorden op de drie deelvragen uitgewerkt en vastgelegd in jouw projectenmap.
Beoordeling
De opdrachten (interviewopdracht en bronnenopdracht) bespreek je allebei met een klasgenoot. Jullie controleren elkaars werk aan de hand van de volgende vragen:
- Is de opdracht volledig?
- Is de tekst duidelijk?
- Zijn er geen taal- of spelfouten in de tekst te ontdekken?
Daarnaast kijkt je coach ook naar het werk dat je hebt ingeleverd en geeft hij of zij feedback op het werk.
Planning
Dagdeel |
Activiteit |
Deelvraag |
Maandagochtend |
Interviewopdracht |
1 |
|
Kijkopdracht met mevrouw Van Kampen |
2 |
Maandagmiddag |
Caroussel met opdrachten (bouwen met bamboe, workshop 'jezelf presenteren', spellen met thema 'thuis') |
1 |
Dinsdagochtend |
Bronnenopdracht |
2 |
Donderdagmiddag |
Workshops schilderen, naaien en lamp maken |
- |
Vrijdag |
Schilderen en lamp maken |
- |
Vrijdagmiddag |
Afronden |
flow |
Deelvraag 1
Wat ervaar ik als 'thuis' en hoe is dat voor
andere leerlingen in mijn coachgroep?
Om deze deelvraag te beantwoorden doen we op maandagochtend een interviewopdracht. Je hebt de huiswerkopdracht gekregen om een voorwerp (bijvoorbeeld een foto, een beeldje, een kledingstuk, knuffel etc.) mee te nemen dat jou doet denken aan 'thuis'.
Interviewopdracht
In de eerste activiteit van dit project interview je twee klasgenoten over het voorwerp dat zij hebben meegenomen.
Stap 1: Bedenk 5 interviewvragen die je aan je klasgenoot kunt stellen over het voorwerp dat hij of zij heeft meegenomen en schrijf deze vragen op.
Stap 2: Vorm een drietal. In drie rondes van 7 minuten wisselen jullie de volgende rollen af: : een bekende HVX'er (hij of zij wordt geïnterviewd), een journalist (hij of zij stelt de vragen) en een notulist (hij of zij maakt het verslag).
Stap 3: Tijdens een ronde stelt de journalist zijn of haar vragen aan de bekende HVX'er. Stel je vragen en probeer tijdens het gesprek door te vragen. Hoe je kunt doorvragen hebben we bij de instructie voorgedaan!
De notulist maakt een verslag van het gesprek tussen de journalist en de bekende HVX'er. Zet de namen en rollen boven je verslag en schrijf op welke vragen er zijn gesteld en welke antwoorden er zijn gegeven.
Stap 4: Neem na de drie rondes kort de tijd om je eigen verslag af te maken. Je kunt hiervoor de app notities of pages gebruiken. Let bij het schrijven van je verslag op de taal: gebruik duidelijk Nederlands en probeer het op de goede manier te spellen. Lees de twee andere verslagen van je drietal. Klopt het wat je groepsgenoot heeft opgeschreven? Heeft hij of zij duidelijk Nederlands gebruikt en geen taalfouten gemaakt? Help elkaar om de verslagen helemaal in orde te maken.
Stap 5: Lever je verslag in via de bijbehorende opdracht in Peppels. En beantwoord de vragen die bij deze opdracht in Peppels staan.
Op maandagmiddag doen we met de coachgroepen drie opdrachten:
1. Je speelt een aantal spellen die te maken hebben met het thema 'thuis'
2. Je volgt een workshop 'presenteer jezelf'
3. Je bouwt met je coachgroep een 'huis' van bamboestokken en postelastieken.
De dingen die je tijdens deze opdrachten leert, kun je ook gebruiken om de eerste deelvraag mee te beantwoorden.
Deelvraag 2
Wat zijn voorwaarden om je thuis te voelen?
Om deze deelvraag te beantwoorden doen we twee activiteiten. Op maandag maak je een opdracht bij een foto die mevrouw Van Kampen heeft gemaakt. Op dinsdagochtend maak je een bronnenopdracht. Je gaat twee bronnen onderzoeken en je maakt daarbij een paar vragen.
Deze deelvraag gaat over voorwaarden om je ergens thuis te voelen. Een voorwaarde is best een moeilijk woord. Als je het woord 'voorwaarde' in het woordenboek opzoekt, krijg je de betekenis 'voorafgaande beperking'. Een voorwaarde is iets dat éérst moet gebeuren, voordat je het volgende kunt doen. In de volgende zin staat een voorbeeld van een voorwaarde:
- Om een deelvraag goed te kunnen beantwoorden, moet je de vraag eerst goed begrijpen.
Het begrijpen van de deelvraag is daarom een voorwaarde om de vraag te kunnen beantwoorden.
- Je moet een kaartje kopen om de film in de bioscoop te bekijken.
Het kopen van een kaartje is een voorwaarde om naar de film te gaan.
Aan het einde van de volgende twee activiteiten beantwoord je de vraag welke dingen dus eerst moeten gebeuren, voordat mensen zich ergens thuis kunnen voelen. Met andere woorden: wat hebben mensen nodig om zich ergens thuis te kunnen voelen?
Kijkopdracht met mevrouw Van Kampen
De uitleg voor deze opdracht krijg je maandagochtend.
Bronnenopdracht
Deze opdracht maak je op dinsdagmorgen.
Iedereen maakt de opdracht bij bron 1. Je mag kiezen of je ook nog de opdracht bij bron 2 of bron 3 wil maken. Als je er helemaal zin in hebt, kun je alledrie de opdrachten doen. Bron 2 is voor alle leerlingen geschikt, bron 3 is 'extra pittig'. Het is een moeilijke bron, want het is een lang artikel en er staan moeilijke woorden in. Als je de uitdaging aan wilt gaan, kun je bron 3 kiezen.
Learning power
Let bij het maken van deze opdrachten niet alleen op de inhoud: op de teksten en de vragen die je moet beantwoorden. Let ook goed op de manier waarop je werkt. Heb je een prettige plek waar je je goed kunt concentreren? Hoe zorg je ervoor dat je je een uur lang kunt focussen? Hoe kun jij je klasgenoten helpen en hoe kunnen zij jou helpen? Denk eens na over zulke vragen voor je aan de opdracht start.
Je kunt je thuisvoelen in de cel (radiofragment)
Bron 1 - VOOR IEDEREEN - radiofragment - je thuis voelen in de cel
Je gaat luisteren naar een radiointerview. Tijdens het fragment vier je drie personen: Thijs van den Brink, de radiopresentator, Reinout Meijer, een verslaggever, ex-gevangene Brian en Kiran Shriemisier, van de organisatie Young in Prison.
Stap 1: klik op de link boven dit stukje tekst en beluister het radiofragment 2 keer. De eerste keer luister je globaal (je onthoudt waar het fragment over gaat en wat er met wie is gebeurd).
De tweede keer luister je intensief (je maakt aantekeningen en zorgt ervoor dat je het fragment in je eigen woorden kunt samenvatten.
Stap 2: Pak er een schrift bij of open de app notities/pages/onenote op je iPad. Je mag zelf kiezen of je liever op papier of digitaal werkt.
Stap 3: Beantwoord de volgende vragen die horen bij het radiofragment:
1. Hoe zorgde Brian ervoor dat hij zich zoveel mogelijk thuis kon voelen in zijn cel?
2. Brian zegt dat hij niet echt wist wat een thuis-gevoel is. Wat is er volgens Kiran van Young in Prison nodig om je thuis te voelen?
3. Wat was er voor Brian moelijk toen hij weer vrij kwam?
Stap 4: Ga naar Peppels en open bij 'Projecten' de opdracht 'Bronnenopdracht'.
Stap 5: Maak een foto van je schrift en upload die bij de opdracht in Peppels OF kopieer jouw antwoorden op de vragen die je in notities/pages/onenote en plak die in het tekstvak in Peppels.
Bron 2 - KEUZE - reisverslag - Wonen op de vuilnisbelt in Shanghai
De tekst van deze bron is geschreven door Joan Veldkamp, een Nederlandse journalist. De bron is een verslag van haar reis naar Shanghai en haar bezoek aan een vuilnisbelt buiten de stad en aan de mensen die daar wonen.
Stap 1: Lees de tekst 2 keer door. De eerste keer lees je globaal. Neem maximaal 10 minuten de tijd om de tekst snel door te lezen. Probeer erachter te komen waar de tekst over gaat.
De tweede keer lees je intensief. Zoek nu de woorden op die je niet begrijpt en lees de tekst zo, dat je die uit je hoofd kunt samenvatten.
Stap 2: Leg de tekst weg en pak je schrift (gebruik het schrift dat je ook voor Nederlands gebruikt) erbij of de app notities/pages/onenote. Schrijft een samenvatting van 10 zinnen over deze tekst.
Stap 3: Beantwoord de volgende vragen over de tekst:
1. De mensen die op de vuilnisbelt wonen zijn migranten. Wat zijn migranten? Je mag de betekenis van dit woord ook opzoeken.
2. Waar komen de migranten oorspronkelijk vandaan?
3. Hoe maken de mensen die op de vuilnisbelt wonen van hun huis een thuis? Noem twee voorbeelden uit de tekst.
4. Denk je dat de mensen zich thuis voelen in hun huizen op de vuilnisbelt? Waarom wel of niet? Gebruik in je antwoord een voorbeeld uit de tekst en gebruik je eigen mening in het antwoord.
Stap 4: Ga naar Peppels en open bij 'Projecten' de opdracht 'Bronnenopdracht'.
Stap 5: Maak een foto van je schrift en upload die bij de opdracht in Peppels OF kopieer jouw antwoorden op de vragen die je in notities/pages/onenote en plak die in het tekstvak in Peppels.
Bron 3 - KEUZE - artikel in tijdschrift - Hier ben ik thuis - EXTRA SPICY
Stap 1: Lees de tekst 2 keer door. De eerste keer lees je globaal. Neem maximaal 10 minuten de tijd om de tekst snel door te lezen. Probeer erachter te komen waar de tekst over gaat.
De tweede keer lees je intensief. Zoek nu de woorden op die je niet begrijpt en lees de tekst zo, dat je uit je hoofd zou kunnen vertellen waar de tekst over gaat.
Stap 2: De tekst bevat verschillende tussenkopjes. Geef per paragraaf van de tekst (de alinea's die bij de introductie en verschillende tussenkopjes horen) een samenvatting ongeveer 5 zinnen. Schrijf deze samenvattingen op in je schrift voor Nederlands of typ ze in de app notities/pages/onenote.
Stap 3: Aan het einde van het artikel noemt de schrijver drie voorwaarden om je thuis te voelen: vertrouwdheid, veiligheid en zelfverwerkelijking.
1. Leg deze begrippen in je eigen woorden uit.
2. Geef bij elk begrip een voorbeeld uit de tekst van het artikel.
3. Denk jij zelf dat deze drie voorwaarden voldoende zijn om je ergens thuis te voelen? Zo ja: waarom? Zo nee: welke voorwaarden zou je nog willen toevoegen?
Stap 4: Ga naar Peppels en open bij 'Projecten' de opdracht 'Bronnenopdracht'.
Stap 5: Maak een foto van je schrift en upload die bij de opdracht in Peppels OF kopieer jouw antwoorden bij stap 2 en 3 die je in notities/pages/onenote en plak die in het tekstvak in Peppels.
Deelvraag 3
Wat heb ik nog nodig om me thuis te voelen bij HVX?
Op donderdagmiddag en vrijdagmiddag gaan we klussen in de HVX ruimte!
We maken onder andere een lamp, kussen en we geven alle kasten dezelfde rode kleur. Donderdagmiddag heb je zelf een keuze kunnen maken voor een klus en daar heb je vrijdag aan verder gewerkt.
Met deze klussen draag je zelf bij aan de ruimte van HVX. Je zorgt ervoor dat de ruimte af komt en dat de ruimte er mooi uit ziet. Misschien kun je je hierdoor al een beetje meer thuis voelen.
Deelvragen beantwoorden in Peppels
Je hebt de afgelopen dagen verschillende opdrachten gemaakt. Alle opdrachten die je hebt gedaan horen bij een van de deelvragen. Onder het kopje 'introductie' vind je de planning van dit project. In de planning staat welke opdracht bij welke deelvraag hoort.
Ga naar Peppels en open de opdracht 'Antwoord op deelvragen'. Beantwoord in deze opdracht de deelvragen van dit project. Gebruik in je antwoord zoveel mogelijk voorbeelden uit de opdrachten en ervaringen die je tijdens dit project hebt gedaan. Elk antwoord op een deelvraag bestaat daarom uit minstens 100 woorden.
Afronding
Wanneer voel ik mij ergens thuis?
Als je alle opdrachten hebt gemaakt en alle deelvragen hebt beantwoord, is het tijd om dit project af te ronden.
De afronding is een belangrijke stap van een project. Je controleert dan namelijk of je alles hebt gedaan en gemaakt. Je vraagt je af of je tevreden bent over wat je hebt gedaan. Je beantwoordt de flowvraag van het project en je blikt terug op de manier waarop je tijdens dit project gewerkt hebt.
Projecthandleiding
Naam van het project
|
Housewarming
|
Leerjaar en projectnummer
|
LJ 1 – P 2 10-15 september
|
Duur van het project in dagdelen
|
7
|
Namen van de ontwerpers
|
Sanne van Kampen en Anna Klerk
|
Domeinen (bijvoorbeeld aardrijkskunde, filosofie…)
|
Mens en maatschappij, Kunst
|
Leerdoelen van SLO die actief aan bod komen
|
39, 42, 49
|
Learning power doelen die actief aan bod komen
|
Interactie
Vindingrijkheid
|
Benodigdheden en aandachtspunten voor organisatie (materialen, ruimtes, e.d.)
|
Foto Sanne & kijkwijzer voor lln
Doosjes elastieken (bamboebouwen)
Grote ruimte, bv gymzaal (bamboebouwen)
A3 papier, tijdschriften, lijm, stiften (moodboards)
Lijmpistolen en verf? (eindproducten)
Techniek/bvlokaal vrijdag?
|
Algemene gegevens
De flow-vraag
De vraag die tijdens dit project centraal staat, is: 'Wanneer voel ik mij ergens thuis?'
Je ergens thuis voelen heeft niet zozeer te maken met de vier muren waar je nu tussen woont. Het gaat over je eigen plek innemen en over het ervaren of creëren van ruimte om jezelf te zijn. Hoe geven andere mensen dat vorm en wat betekent dat voor mij? In verschillende stappen krijgen we hier zicht op en maken we dit tastbaar.
Deelvragen en beantwoording
De volgende deelvragen zijn allen verplicht. Er zijn in dit project geen deelvragen die de leerlingen zelf opstellen.
- Wat ervaar ik zelf als 'thuis' en hoe is dat voor de andere leerlingen in mijn coachgroep?
Leerlingen beantwoorden deze deelvraag door elkaar te interviewen over een ding dat ze hebben meegenomen en dat voor hen 'thuis' symboliseert.
- Wat zijn voorwaarden om je thuis te voelen?
Leerlingen verkennen deze deelvraag door middel van de fotoserie die Sanne heeft gemaakt over hoe mensen die op straat leven hun thuis afbakenen. Vervolgens bekijken ze een documentaire of lezen ze een stuk tekst. De leerlingen vatten deze documentaire en/of tekst samen en stellen ze aan de hand daarvan een vragenlijst op die gaat over voorwaarden om je thuis te voelen. Deze vragenlijst leggen de leerlingen voor aan voor hen bekende en onbekende mensen.
- Wat heb ik nog nodig om mij thuis te voelen bij HVX?
Nadat de leerlingen de ruimte van HVX klaar hebben gemaakt voor de housewarming, vragen zij zich af op welke manier ze zich (misschien) al meer thuis zijn gaan voelen bij HVX en wat er nog nodig zou kunnen zijn om zich prettig en op hun gemak te voelen bij HVX.
Bronnen bij deelvraag 2
Hier ben ik thuis (artikel)
Ik voel mij nergens echt thuis (artikel)
Zich thuisvoelen is ook alleen kunnen zijn (Essay)
Thuisvoelen en detentie (artikel)
Partage (tijdschrift) - thema thuis
Hoe kan je je thuisvoelen in een wereld vol verschil (artikel)
Verbinding met de buitenwereld
In dit project leggen we verbinding met de buitenwereld door deze actief naar binnen te halen. Bij het beantwoorden van deelvraag 4 nodigen we Desirée Bastiaens uit om het concept en de ideeën achter de ruimte van HVX uit te leggen. Het is belangrijk om op een goede manier aan te sluiten bij wat er al is.
Bij het beantwoorden van deelvraag 2 maken we gebruik van de expertise van dramadocenten die de leerlingen op een spelende manier laten kennis maken met het thema ‘veiligheid’.
Aan het einde van het project vindt de housewarming plaats, waarvoor ouders en andere familieleden van de leerlingen worden uitgenodigd.
Eindproduct
De leerlingen werken aan drie opdrachten die door Desiree Bastiaens op donderdagmiddag 13 september worden geïntroduceerd. De opdrachten bevatten een sterk onderscheid tussen de vaste kaders van de opdracht en de ruimte die de leerlingen hebben om eigen keuzes te maken. Voor elke opdracht zijn 20 tickets beschikbaar.
Opdracht 1
Een deel van de groep leerlingen maakt een (flinke) start met de kastenwand die vanuit het theorielokaal doorloopt naar de grote ruimte. Het idee is om vast twee kasten te hebben, die we kunnen gebruiken voor deze wand. De volgende afbeelding geeft van een idee van de uitwerking.
De kleur en opstelling van de eerste kasten wordt door Desiree bepaald. De leerlingen hebben zeggenschap in de toe te voegen kasten en de functies daarvan. In deze opdracht ligt de nadruk op de afwerking.
Opdracht 2
Een tweede deel van de groep gaat aan de slag met de kussens in de ruimte. De hoezen van deze kunnens kunnen beschilderd worden. Een deel van de kussens zal aan de wand hangen, een ander deel zal in de ruimte opgestapeld worden. De kleuren waarmee de hoezen beschilderd worden, zijn vastgesteld. Het patroon en ontwerp wordt door de leerlingen (in samenwerking met een docent) uitgewerkt. In deze opdracht ligt de nadruk op het ontwerpen.
Opdracht 3
Het derde deel van de groep gaat aan de slag met een lamp voor in de afgesloten ruimte (het oude kantoor van de rector). De lamp zal bestaan uit een frame waar in eerste instantie foto’s aan worden bevestigd van plekken uit de huizen van de leerlingen. Plekken die bijzonder voor hen zijn of waar ze zich prettig voelen. In de loop van het jaar kunnen deze foto’s vervangen worden door andere, dan relevante, beelden. In deze opdracht ligt de nadruk op techniek. Het frame van de lampen kunnen we bijvoorbeeld solderen en de leerlingen zullen de lamp met fitting installeren.
Presentatie/tentoonstelling
De uitwerkingen van de drie opdrachten worden op vrijdagmiddag tijdens de ‘housewarming’ onthuld en gepresenteerd.
Script
Beschrijf hier per dag wat er gebeurt in het project. Zet er ook de voorbereiding en benodigdheden bij.
Dagdeel
|
Docent
|
Leerling
|
Benodigdheden
|
0
|
Geeft huiswerkopdracht
|
Leerlingen nemen op maandag een voorwerp mee dan voor hen thuis symboliseert.
|
|
1 maandagochtend
|
Geeft introductie op onderwerp en instructie voor interviewopdracht
|
Interviewt een medeleerling uit de coachkring over een voorwerp dat ze hebben meegenomen dat hen doet denken aan thuis. De leerling maakt een eigen uitwerking van de gesprekken en reflecteert daarop.
|
- Expliciete aandacht voor mogelijke moeilijke thuissituaties van leerlingen.
- Opdrachtje bij kunst uitwerking van Sanne.
|
2 maandagmiddag
|
Begeleid driedelige caroussel. Docent begeleid de leerlingen en observeert het proces.
|
Onderdeel 1:
Filosoferen over ‘thuis’: in debat aan de hand van stellingen.
Onderdeel 2: Het bouwen van een huis met bamboestokken.
Onderdeel 3: Dramaworkshop over ‘hoe presenteer ik mezelf?’
|
Nodig: uitwerking filosofieopdracht, bamboestokken en dramadocent.
|
3 dinsdagochtend
|
Docent begeleidt leerlingen bij het zelfstandig werken aan de opdracht
|
Leerling kiest drie teksten/docu’s/etc. van de vijf producten die wij aanbieden en maakt aan de hand daarvan een uitwerking over het thema ‘veiligheid’
|
Uitwerking in Peppels/wikiwijspagina
Overleg met bibliotheek over het leveren van bronnen.
|
4 donderdagmiddag
|
Desirée geeft uitleg over de ruimte van HVX
|
Leerlingen maken moodboards en op grond daarvan een indeling voor de slotopdracht
|
|
5 vrijdagochtend
|
Docent begeleidt samenwerkingsopdracht
|
Leerlingen gaan groepen aan de slag om een ontwerp voor een product te maken
|
Brainstormspullen
|
6 vrijdagmiddag
|
|
Leerlingen werken aan de uitwerking van hun product en ronden dit af. 16.30 uur housewarming
|
|
Evaluatie
Hier komt de evaluatie van het project en aanbevelingen voor de volgende keer.