Inleiding
Als persoonlijk begeleider specifieke doelgroepen kun je verschillende psychische problemen tegenkomen en uiteenlopende problematieken, denk aan eetstoornissen. Ook kun je te maken krijgen met mensen die problemen hebben met seksualiteit. Dit is een zeer intiem onderwerp, waar cliënten niet altijd openlijk over durven te spreken. Het is belangrijk dat jij als professional kennis hebt van verschillende seksuele problemen. De komende 14 lesweken leer je meer over stoornissen in de relatie tussen lichaam en geest en stoornissen in de bewustzijnstoestand. Deze kunnen een grote invloed op het dagelijkse en maatschappelijke functioneren hebben van een cliënt. Dit vak helpt je om het gedrag van cliënten bespreekbaar te maken, te verklaren, te begrijpen en ermee om te gaan. Na deze lessenreeks kun jij jouw eigen visie en grondhouding beter formuleren.
Planning
Datum
|
Onderwerp
|
''Persoonlijk begeleider specifieke doelgroepen''
|
Lesweek 1
|
Paradigma’s en introductie
|
Thema 9.1
|
Lesweek 2
|
Somatische-symptoomstoornis
|
Thema 9.2
|
Lesweek 3
|
Ziekteangststoornis/functioneel neurologische symptoomstoornis
|
Thema 9.3/9.4
|
Lesweek 4
|
Münchausen by proxy
|
PowerPoint
|
Lesweek 5
|
Dissociatieve identiteitsstoornis/geheugenverlies
|
Thema 9.6/9.8 en Powerpoint
|
Lesweek 6
|
Depersonalisatie/derealisatie
|
Thema 9.5
|
Lesweek 7
|
Seksuele dysfuncties
|
Thema 10.2
|
Lesweek 8
|
Genderdysforie
|
Thema 10.4
|
Lesweek 9
|
Parafilie
|
Thema 10.3
|
Bufferweek
|
Bufferweek
|
Bufferweek
|
Lesweek 1
|
Stoornissen in de geslachtsontwikkeling
|
Thema 10.5
|
Lesweek 2
|
Eetstoornissen
|
Thema 11.1
|
Lesweek 3
|
Slaapstoornissen
|
Thema 11.2
|
Lesweek 4
|
Mindful eten
|
Thema 11.3
|
Beoordeling
Eindopdracht intensief begeleiden
Thema’s:
- 9.2/9.3 somatische symptoomstoornis en ziekteangststoornis
- 9.4 Functioneel neurologische symptoomstoornis
- 9.5 Depersonalisatie/derealisatiestoornis
- 9.6/9.7/9.8 Dissociatief geheugenverlies/ identiteit stoornis
- 10.2 seksuele dysfuncties
- 10.3 parafilie
- 10.4 genderdysforie
- 11.1 eetstoornissen
- 11.2 slaapstoornissen
Deze opdracht doe je individueel. Je kiest zelf een van de bovenstaande onderwerpen uit. Bij voorkeur kies je een onderwerp waar je nog niet zo veel van af weet, of waar je mee te maken kan krijgen op je stage.
Je schrijft een verslag met de volgende punten:
- Schrijf eerst een stuk theorie over deze stoornis
- Zoek een praktijkvoorbeeld (dit mag een kranten artikel zijn, casus, link naar een filmpje etc.)
- Je legt aan de hand van de theorie die je hebt opgeschreven een link met jouw gekozen praktijkvoorbeeld. Denk een symptomen, gedrag etc.
- Vervolgens schrijf jij een visie stuk waarin je jouw eigen normen en waarden benoemt en vervolgens beschrijft wat jouw visie is op dit ziektebeeld.
- Daarnaast beschrijf je jouw visie op de behandeling van dit ziektebeeld. Je mag hierbij theorie gebruiken. Zorg er wel voor dat je duidelijk onderscheidt maakt tussen jouw eigen visie en de theorie.
- Tot slot schrijf je een conclusie over het volledige verslag.
Wanneer je andere bronnen gebruikt dan het boek ‘’persoonlijk begeleider specifieke doelgroepen’’. Vermeldt je dit in je verslag.
Je wordt op de volgende punten beoordeelt:
- Inhoud en diepgang van het verslag per onderdeel
- Omvang van het verslag (minimaal 5 pagina’s exclusief voorblad etc.)
- Taalgebruik en bronvermelding
- Een duidelijke visie gebaseerd op jouw eigen normen en waarden in combinatie met jijzelf als hulpverlener
- Een duidelijke conclusie van je verslag
- Een duidelijk gestructureerd verslag van de bovenstaande punten
- Een goede lay-out
Lesprogramma
Lesweek 1 thema 9.1
Uitleg vak en planning.
Behandel in de les de theorie uit hoofdstuk 9.1
Maak in groepjes een tijdlijn over een bepaald onderwerp en presenteer deze kort aan de klas, gebruik daarbij deze link https://www.canonsociaalwerk.eu/index.php
Lesweek 2 thema 9.2
Docent behandeld theorie 9.2 somatische symptoomstoornis
Lesweek 3 thema 9.3 en 9.4
Behandelen van thema 9.3 en 9.4 ziekteangstoornis en neurologische symptoomstoornis
Zie powerpoint
Lesweek 4 Münchausen by proxy
Lesweek 5 thema 9.6/9.8
Lesweek 6 depersonalisatie en derealisatie thema 9.5
Lesweek 7 seksuele dysfuncties
Lesweek 8 genderdysforie thema 10.2
Zie Powerpoint
Aanvulling:
Jullie gaan een documentaire kijken over Joppe (13 jaar).
Documentaire (15 min) over genderdysforie: ‘Ik ben een meisje!’
https://www.youtube.com/watch?v=dSlEScXUK70
Klassikaal nabespreken.
- Wat is de oorzaak van genderfysforie? Hoe komt het dat uiterlijk een jongen, zich toch een meisje kan voelen?
Er bestaat verschil tussen de geslachtskenmerken en de genderidentiteit en genderrol. Welke factoren precies en in welke fase van de ontwikkeling deze invloed hebben, is nog niet allemaal bekend. Wel spelen biologische factoren bij bepaalde vormen van genderdysforie een belangrijke rol. Klassikaal is er al besproken wat een oorzaak zou kunnen zijn. Werk in drie- of viertallen en beantwoordt/bespreek onderstaande vragen. Gebruik hulpbronnen.
1.Waar lopen transgenders tegenaan in het dagelijks leven?
2.Welke behandelingen zijn mogelijk en worden uitgevoerd in Nederland? Leg van elke behandeling uit wat de bedoeling hiervan is en op welke manier het wordt uitgevoerd/toegediend.
3.Wie zijn er bij een transgenderkliniek betrokken en wat zijn hun taken/verantwoordelijkheden?
Aan het einde van de les lever je het volgende in:
4.Wat vinden jullie belangrijk in de begeleiding? Wat zou je juist wel/niet doen?
5.Hoe zou je het meisje Joppe kunnen begeleiding? Maak een plan van aanpak.
Lesweek 9 Parafilie thema 10.3
Lesweek 1 stoornissen in de geslachtsontwikkeling
Lesweek 2 eetstoornissen thema 11.1
Jullie gaan een documentaire kijken van 'Emma wil leven'. (vanaf 5e minuut)
https://www.npo3.nl/22-nov-anorexia-special-op-npo-3
Opdracht:
Je kunt de documentaire tussendoor stopzetten en klassikaal in gesprek gaan. Wat zijn kenmerken? Wat zou jij doen als persoonlijk begeleider? Wat juist wel/niet, wat denk je?
Opdracht ‘Expert’ bij thema 11.1:
Er worden groepjes van maximaal 5 studenten gemaakt. Binnen elk groepje krijgt elke student een eigen nummer (1 t/m 5).
Bij elk nummer hoort een eetstoornis. De individuele leden van elke groep gaat bezig met hun eigen gekregen eetstoornis. Zij zijn nu de expert voor dat deel van de opdracht binnen hun groep. Iedereen krijgt individueel 10 min. de tijd om informatie op te zoeken over je gekregen eetstoornis. Wat is belangrijke informatie? Kenmerken? Behandeling? Gevolgen? Etc.
De expert presenteert nu zijn kennis aan de andere leden van de groep. Dit herhaalt zich voor de andere experts.
Hierna is de hele groep expert geworden voor de gehele opdracht. De docent controleert door willekeurige leden van verschillende groepen vragen te stellen.
- Eetbuistoornis
- Anorexia nervosa
- Boulimia nervosa
- Orthorexia nervosa
- Obesitas
Leuke site met ervaringen, informatie, artikelen etc. Over eetstoornissen. Erg interessant!
http://www.proud2bme.nl/tag/leven_met_een_eetstoornis
Lesweek 3 slaapstoornissen thema 11.2
Eventueel gevolg op thema 11.1 en 11.3 Eetstoornissen.
Aanvulling:
Doe deze opdracht individueel:
Je hebt in de verdieping kunnen lezen over overgewicht bij mensen met een verstandelijke beperking en in het wetenschappelijk onderzoek over eetverslaving. Hoe ga je deze informatie omzetten in een begeleidingsplan van iemand met een verstandelijke beperking met overgewicht? Noteer alle voorwaarden waaraan een begeleidingsplan moet voldoen volgens de informatie uit de verdieping en het wetenschappelijk onderzoek.
Docent behandeld kort theorie (11.2) slaapstoornissen uit.
Uit onderzoek blijkt dat 1 op de 10 jongeren zo nu en dan last heeft van slaapproblemen. Dit kan iedereen overkomen en eigenlijk is het dan geen ramp. Hoe zit het met iedereen in de klas? Heeft er iemand weleens slaapproblemen? Dit gaan jullie klassikaal bespreken, waaronder de drie manieren van slecht slapen:
|
Soorten Slecht Slapen
|
Niet waar
|
Soms waar
|
Wel waar
|
1
|
Moeilijk of niet inslapen. Je ligt al uren wakker voordat je eindelijk in slaap valt.
|
|
|
|
2
|
Slecht doorslapen. Meestal gaat het inslapen niet vanzelf. Eenmaal in slaap, word je ’s nachts wakker, soms door angstige dromen.
|
|
|
|
3
|
Veel te vroeg wakker. Het is net alsof je van binnen een wekker hebt die te vroeg afloopt. Je ligt al uren wakker voordat het tijd is om op te staan.
|
|
|
|
Oorzaken slaapproblemen: Klassikaal: Wat is, volgens jullie, de grootste oorzaak van slecht slapen?
(Studenten noemen een aantal en maak bijv. een top 3 wat de klas vindt)
Of:
|
Oorzaken slaapproblemen
|
Niet waar
|
Soms waar
|
Wel waar
|
1
|
Te veel lawaai in je slaapomgeving
|
|
|
|
2
|
Lichamelijke klachten
Zoals b.v. hoofdpijn, buikpijn, beenkrampen
|
|
|
|
3
|
Piekeren over je eigen toekomst
|
|
|
|
4
|
Piekeren over problemen met vrienden of vriendinnen
|
|
|
|
5
|
Piekeren angst voor een ernstige ziekte
|
|
|
|
6
|
Piekeren toetsen/examens/gesprekken
|
|
|
|
7
|
Piekeren over ruzie en/of problemen met je ouders, vriend(in) etc.
|
|
|
|
8
|
Piekeren over verdriet over ernstig zieke mensen
|
|
|
|
9
|
Piekeren over een niet beantwoorde liefde
|
|
|
|
10
|
Hongerig gevoel
|
|
|
|
11
|
Gevoel dat je moet plassen
|
|
|
|
12
|
Noem iets dat nog niet genoemd is:
…………………………………………
|
|
|
|
Klassikaal: Wat zouden volgens jullie tips zijn? Hoe kunnen jullie hier cliënten in begeleiden?
Misschien krijg jij in het werkveld hiermee te maken. Een van je cliënten heeft slaapproblemen. Hoe zou jij iemand kunnen begeleiden? Maak een plan.
Lesweek 4 mindful eten thema 11.3