PIT 8 Exameneenheid E

PIT 8 Exameneenheid E

Inleiding

Je zit in het laatste jaar van de opleiding. In dit jaar moet je laten zien dat je alle verzorgende en begeleidende competenties hebt ontwikkeld, zodat je als beginnend beroepsbeoefenaar aan de slag kunt. Dit betekent ook dat je je aandacht moet kunnen verleggen van het microniveau van zorg en begeleiding (kerntaak 1, gericht op de individuele cliënt of een groep cliënten) naar het mesoniveau van zorg en begeleiding (kerntaak 2, gericht op de organisatie van het werk).

Hierbij gaat het o.a. om de werkprocessen:

• Werken aan bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

• Werken aan je eigen deskundigheid.

Deze beide werkprocessen hangen met elkaar samen:

• Voor zorgen voor kwaliteit moet je deskundig zijn

• Door zorgen voor deskundigheid bied je meer kwaliteit.

Daarom combineren we deze werkprocessen in dit examen Kwaliteitszorg en deskundigheidsbevordering.

Examen 11: Werkt aan bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
B1-K2-W3 Werkt aanbevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
B1-K2-W2 Werkt aan bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
 
Examen 12: Werkt aan de eigen deskundigheid
B1-K2- W1 Werkt aan de eigen deskundigheid
B1-K2 -W1 Werkt aan de eigen deskundigheid
 
 

Voorbereiding op examen E:

Je doet het examen op school  aan de hand van een zelf gekozen knelpunt .

 

Voorbereiding op het examen

Ter voorbereiding op het examen ga je aan de slag net de volgende sprints:

1. Lees de toelichting examen E

2. Maak het eerste deel van de opdracht bij examen 11: signaleren van knelpunten en kiezen van een knelpunt

3. Maak het eerste deel van de opdracht bij examen 12: kiezen van een onderwerp voor het vergroten van je deskundigheid en maken van een plan voor het onderzoeken van het knelpunt

4. Schrijven van een onderzoeksverslag

5. Maak opdracht  verbetervoorstel doen

6.Vraag en krijg een GO voor de beoordeling van de examens

7. Bereid voor de bijeenkomst een presentatie van 15 min. voor

8. Uitvoering van examen E

 

 

De voorwaarden voor het behalen van een GO vind je op het GO/NO GO-formulier.

 

 

 

Formulieren/extra Informatie

Open bestand planning periode 10

Open bestand toelichting Exameneenheid E examen 11 en 12

Open bestand checklist examen dossier examen C en E

Open bestand PP uitleg examen E

Open bestand planning examen E presentaties

Planning

Sprint 1

Sprint 1
Voorbereiden op examen E.
Lees de toelichting exameneenheid E: kwaliteitszorg en deskundigheidsbevordering door.
Noteer de vragen die er in  je opkomen.

Sprint 2 week 1

Het maken van een gezamelijk mindmap.
2a.
Docent tekent een mindmap op het bord met in het midden "knelpunt"

Schrijf je gevonden knelpunten op een postit met je naam op de achterkant, werk van breed (macro) naar smal(micro).

Eisen knelpunt:

  • Het moet een actueel knelpunt zijn binnen jouw branche of beroep
  • Het knelpunt moet te maken hebben met bredere maatschappelijke, technologische en/of vakinhoudelijke ontwikkelingen op het gebied van wonen, welzijn en/of zorgvisievorming/discussie binnen de instelling of beroepsgroep en de wet en regelgeving daarbij.
  • Het moet een knelpunt zijn dat je als mz/vz kunt verbeteren.

 

Keuze knelpunt

2b.

  • Vorm een duo met diegene die bijna hetzelfde knelpunt wil onderzoeken.
  • Je maakt met je duo een keuze voor het knelpunt
  • Je bent het als duo met elkaar eens over de keuze.

 

Knelpunt melden en oplossen

2c.

Onderzoek in dit duo hoe dit knelpunt op jouw werk/ BPV werd opgepakt of opgepakt zou kunnen worden?
Maak een kort verslag op een 1a van het knelpunt en afspraken/protocollen betreft hoe het nu wordt gemeld op jullie stage of werkplek. Neem dit mee als bijlage in je verslag.

sprint 3 week 1 en 2

 

Kiezen van een onderwerp voor het vergroten van je deskundigheid en maken van een plan voor
het onderzoeken van het knelpunt.
3a.
Kies een onderwerp waarin je jouw deskundigheid gaat vergroten.
 

3b.

Maak een plan voor het onderzoeken van het knelpunt .

3c.

Bronnen verzamelen en taken verdelen

 

Tip: Gebruik vaktijdschriften of internetsites van je beroepsgroep, zoals V&VN, Nursing, TVV, Actiz of VGN om je
onderwerp nader te bepalen en straks je onderzoeksvraag te formuleren.

Week 1

3a.

De eisen aan de onderwerpskeuze zijn:

  • Het onderwerp moet te maken hebben met het knelpunt bij sprint 1
  • Het moet een actueel onderwerp zijn binnen jouw branche of beroep
  • Het onderwerp moet te maken hebben met bredere maatschappelijke, technologische en/of vakinhoudelijke
  • Ontwikkelingen op het gebied van wonen, welzijn en/of zorgvisievorming/discussie binnen de instelling of beroepsgroep en de wet en regelgeving daarbij.
  • Het moet een onderwerp zijn dat je als mz/vz-er kunt verbeteren.
  • Je bent het als duo met elkaar eens over de onderwerpskeuze.

 

3b.

Maken van een plan voor het onderzoeken van het knelpunt
Maak een plan voor het onderzoeken van het door jullie gekozen knelpunt

Dit doe je aan de aan hand van de hieronder uitgewerkte stappen.

1.Vraagstelling  formuleren

Kom als duo bij elkaar.

Vul de volgende onderzoeksvraag aan:

Wat kan de MzVz-er doen om het (knelpunt) ……… in de (setting) ……… / voor de (doelgroep )…….. te verbeteren?

Op de puntjes vul je in wat voor jullie onderzoek van toepassing is.

Maak je vraagstelling zo ‘’klein’’ mogelijk.

 

Splits de vraagstelling op in de volgende zes deelvragen: de 5 W’s en 1H:

Wat is er aan de hand?

Wanneer deed het knelpunt zich voor?

Waar deed het knelpunt zich voor?

Wie is/zijn bij het knelpunt betrokken?

Waarom is het een probleem? Wat is/zijn de consequentie(s)?

Hoe kan het knelpunt worden opgelost? Welke ideeën bestaan daarover?

 

Maak bovenstaande vragen passend bij je onderzoeksvraag.

 

 

Week 2

3c.

Bronnen verzamelen en taken verdelen

Voor het verdiepen in je onderwerp moet je eerst een literatuuronderzoek doen

Verzamel hiervoor vier bronnen:

• één groter artikel of meerdere kleinere artikelen

• één boek of hoofdstuk uit een boek

• één internetsite met veel informatie of meerdere sites met gedeeltes van de benodigde informatie

• één deskundige waarmee je een gesprek voert.

Elke bron moet ongeveer van gelijke omvang zijn.

De bronnen moeten passen bij de onderzoeksvraag en de deelvragen.

In dit kader moet je met elkaar ook de interviewvragen opstellen voor het gesprek met de deskundige.

Je mag  de deskundige uitnodigen voor de afsluitende bijeenkomst waarin je een presentatie gaat geven over je onderzoek en verbetervoorstel.

De bronnen moeten geschikt zijn voor het niveau van de beroepsopleiding, let op in je verslag neem  je de bronvermelding mee in de bijlage en in je verslag.

Je verdeelt de verschillende bronnen onder elkaar.

Laat de bronnen en interviewvragen goedkeuren door  je docent.

Sprint 4 week 3 en 4

week 3

3d

Schrijven van een verslag,

Per bron werk je de deelvragen uit

Ieder hoofdstuk is een bron.

Maak aan het eind  een samenvatting per deelvraag.

Gebruik hiervoor alle geraadpleegde bronnen.

Week 4

4a.

Conclusie en aanbevelingen

Schrijf op basis van je onderzoek een conclusie, waarin je kort en krachtig antwoord geeft op je onderzoeksvraag.Dit doe je vanuit het literatuur onderzoek

4b.

Adviezen naar aanleiding van je conclusie

Schrijf een advies of adviezen naar aanleiding van je conclusie. Wat moet je doen om het knelpunt  te verbeteren,wat zegt de literatuur.

 

Sprint 5 week 5

5a.

Verbetervoorstel

In deze sprint ga je de aanbeveling uit je verslag verder uitwerken in een verbetervoorstel om het knelpunt écht op te lossen/aan te pakken.

Het verbetervoorstel maak je aan de hand van de stappen van de kwaliteitscyclus(PDCA).https://www.zorgvoorbeter.nl/verbeteren-ouderenzorg/pdsa-verbetermethode

• Houdt rekening met voorgeschreven procedures en protocollen binnen de instelling

• Houdt rekening met wettelijke richtlijnen

• Is haalbaar om uit te voeren in de dagelijkse beroepspraktijk

• Bevat suggesties voor collega’s om dit in te passen in hun werk en zich er aan te houden

• Bevat een stappenplan voor hoe je dit voorstel verder gaat brengen binnen de instelling en medewerking krijgt voor het aanpakken van het knelpunt

• Beschrijft hoe je gaat evalueren of het doel van het verbetertraject is bereikt (productevaluatie)

• Beschrijft hoe je gaat evalueren hoe het verbetertraject verloopt (procesevaluatie).

Neem het plan van aanpak op als bijlage I van je verslag.

 

Schrijf een reflectie, waarin je weergeeft hoe je hebt (samen)gewerkt aan dit verslag, doe dit volgens de STRAK-methode.

Rondt nu het hele verslag af,gebruik hierbij de checklist verslagleggen.

Het verslag dient  uiterlijk voor de deadline ingeleverd te zijn in it's learning .

literatuurlijst volgens de APA

Paginanummers toevoegen

Inhoudsopgave maken in word

5b.

Krijg een GO

Controleer samen met de begeleidende docent, met behulp van het GO/NO GO-formulier, of je voldoet aan de eisen voor de GO voor de examens.

Als je de GO krijgt, kan het examen in de vorm van een gedragsbeoordeling plaatsvinden.

 

Sprint 6 week 6

6a.

Bereid een presentatie van 15 min. voor.

Dat doe je door:

  • Een draaiboek te maken waar in  staat wie wat gaat  doen
  • Een presentatievorm  kiezen, zoals een powerpoint, prezi, kahoot of andere interactieve werkvorm.
  • formuleer 3 stellingen welke je met voor en tegen kan beargumenteren.
  • Laat de 3 stellingen controleren door de begeleidend docent

 

 

De volgende onderdelen moeten in je presentatie terugkomen:

• Inleiding met voorstelrondje en introductie van het knelpunt

• Wat ben je te weten gekomen over het onderwerp, denk aan literatuur,deskundige.

• Toelichting op het verbetervoorstel

• Discussie over de haalbaarheid van het verbetervoorstel aan de hand van de stellingen

• Evaluatie van de presentatie

 

 

• Zorg dat elk lid van het duo een evenredig aandeel heeft in de presentatie waarin zij/hij laat zien te voldoen aan de criteria bij de gedragsobservaties van examen 11 en 12.

 

Sprint 7 Week 7, 8 en 9

7a.

Uitvoering van examen E

Aan de hand van de gemaakte presentatie uit sprint 6  ga je het verbetervoorstel presenteren en bediscussiëren . Gebruik hiervoor de  3 stellingen.

 

 

 

 

Je wordt beoordeeld aan de hand van de gedragsobservatie van examen E.

Tijdens deze sprint organiseren we op school de presentaties. Hiervoor maken de docenten een planning.

Elke presentatie wordt beoordeeld door ten minste één docent(examinator) die niet de begeleidend docent was.

Na  elke presentatie is er een time out van ca. 5 min. waarin de examinator het  examen  kan invullen en de beoordeling kan onderbouw.

 

 

De examinatoren en de beoordelingen die zij geven kunnen steekproefsgewijs gecontroleerd worden. Dat kan betekenen dat een externe steekproefnemer bij het examenmoment aanwezig is. Deze beoordeelt jou als examenkandidaat dus niet.

Bij de beoordeling zijn de regels in het addendum Examenregels in de studiewijzer van toepassing.

 

 

Aan het eind van de periode ga je het examendossier inleveren, alle schriftelijke bewijsstukken print je uit of zet je op een stickje. Zie   CHECKLIST EXAMENDOSSIER
  • Het arrangement PIT 8 Exameneenheid E is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Laatst gewijzigd
    2022-06-21 11:32:32
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    oude teamvz. (2018).

    Exameneenheid 4 Kwaliteitszorg

    https://maken.wikiwijs.nl/104977/Exameneenheid_4_Kwaliteitszorg