Voltooid deelwoorden

Voltooid deelwoorden

Startpagina

Het voltooid deelwoord. Wat was dat ook al weer? Hoe werkt 't ex kofschip ook alweer? Of was het 't ex fokschaap?

In deze les fris je jouw kennis over voltooid deelwoorden nog eens op. Je gaat hier aan de slag met de spelling van het voltooid deelwoord en kijkt hierbij ook naar de uitzonderingen die er zijn.

Het doel van deze les is: Je spelt het voltooid deelwoord correct.

Succes!

Afbeeldingsresultaat voor vraag

 

 

Wat zijn voltooid deelwoorden ook alweer?

Theorie

Wat zijn voltooid deelwoorden ook alweer?

 

Voltooid deelwoorden zijn werkwoorden die aangeven dat iets al is gebeurd. Deze woorden staan in combinatie met een hulpwerkwoord in een zin.

Ik heb vandaag door het bos gefietst.

In de voorbeeldzin zie je twee dikgedrukte werkwoorden: heb en gefietst. Heb is hier de persoonsvorm: Ik heb. Gefietst is het voltooid deelwoord: Ik heb gefietst. Het is dus al gebeurd.

 

Voltooid deelwoorden staan vaak aan het eind van een zin, zoals je bij de voorbeeldzin kunt zien, maar er kan ook nog iets achter staan.

Ik heb vandaag gefietst door het bos.

Afbeeldingsresultaat voor gebeurd

Oefenen

Regels voor voltooid deelwoorden.

Je weet nu wat voltooid deelwoorden zijn en waar ze in de zin staan, maar hoe schrijf je ze nou eigenlijk?

Er bestaan sterke werkwoorden en er bestaan zwakke werkwoorden. Deze twee worden op verschillende manieren vervoegd tot een voltooid deelwoorden.

Klik op volgende om te zien wat hier de regels voor zijn.

Afbeeldingsresultaat voor voltooid deelwoorden

 

Sterke werkwoorden

Sterke werkwoorden veranderen van klank als je ze in de verleden tijd zet.

Zwemmen - zwommen   

Rijden - reden

 

Deze werkwoorden zijn niet erg moeilijk om in voltooide tijd te zetten:

Zwemmen - zwommen - gezwommen     

Rijden - reden - gereden

 

Bij sterke werkwoorden is het dus: ge + het hele werkwoord in de verleden tijd.

Let op! Het voltooid deelwoord van een sterk werkwoord eindigt nooit op -e, maar altijd op -en.

 

Voltooid deelwoorden kunnen ook beginnen met be-, ver- of ont-. Meestal begint het werkwoord zelf hier ook al mee.

Let op! De klank van het voltooid deelwoord kan ook anders zijn dan de klank van het werkwoord in de verleden tijd.

Verliezen - verloren - verloren

Verbreken - verbraken - verbroken

Ontbijten - ontbeten - ontbeten

Ontnemen - ontnamen - ontnomen

Bevrieven - bevroren - bevroren

Bespreken - bespraken - besproken

 

Afbeeldingsresultaat voor sterk

Zwakke werkwoorden

Zwakke werkwoorden zijn wat moeilijker. Bij de spelling van zwakke werkwoorden in voltooide tijd, is het vaak lastig om te zien of het woord eindigt op een d of een t. De oplossing van dit probleem, vinden wij met behulp van 't ex kofschip.

 

Allereerst kijk je naar de stam van het werkwoord, dat is het werkwoord zonder -en. Vervolgens kijk je naar de laatste letter van de stam. Staat deze letter in 't ex kofschip, dan eindigt het woord op een t. Staat deze letter niet in 't ex kofschip, dan eindigt het woord op een d. Hieronder in het schema staat een stappenplan, met als voorbeeld het werkwoord reizen.

 

Stap 1. Wat is de stam? Reizen -en --> Reiz
Stap 2. Kijk naar de laatste letter, staat deze in 't ex kofschip? Reiz --> nee
Stap 3. Schrijf de uitgang op. Gereisd

 

Dus: Ge + stam + t of Ge + stam + d.

 

Let op! Ook zwakke werkwoorden kunnen beginnen met be-, ver- of ont-.

Betalen - betaald

Verdienen - verdiend

Ontdekken - ontdekt

 

*Natuurlijk mag je ook gebruik maken van 't sexy fokschaap als je dat wilt. Het is namelijk hetzelfde als 't ex kofschip, maar dan in een ander jasje! Om de uitleg niet ingewikkelder te maken dan het al is, gebruiken wij in hier alleen 't ex kofschip.

 

Afbeeldingsresultaat voor zwak

Filmpje

Het voltooid deelwoord

Oefenen

Uitzonderingen

Klinkerbotsing

Klinkerbotsing, wat is dat?

Zoals je weet begint een voltooid deelwoord vaak met ge-. Als het voltooid deelwoord na ge- een e of een i heeft, ontstaat er een woord dat met gee of met gei begint. Natuurlijk klopt dit niet bij de uitspraak van het woord, dus komt er een trema op de tweede klinker. Een trema geeft aan dat er op die plek een nieuwe klank begint.

 

Emigreren - geëmigreerd    

Internetten - geïnternet

Zoals je in het voorbeeld kunt zien, wordt hier gewoon gebruik gemaakt van 't ex kofschip-trucje.

 

Afkortingen

Hoe zit het met afkortingen als werkwoord?

 

Als er sprake is van een afkorting als werkwoord, vervoeg je deze gewoon hetzelfde als andere werkwoorden. Het enige verschil is dat er een streepje komt achter ge en een apostrof voor de d of de t. Dus: Ge (streepje) werkwoord (apostrof) d of t.

Sms'en - ge-sms't    

Gsm'en - ge-gsm'd

 

Afbeeldingsresultaat voor afkortingen

Voorzetsels

Sommige werkwoorden beginnen met een voorzetsel. Hierbij horen twee korte regels:

 

1. Als de klemtoon in het werkwoord op het voorzetsel ligt, komt er ná dit voorzetsel 'ge'.

Inzetten - ingezet    

Uitstallen - uitgestald

 

2. Als het voorzetsel geen klemtoon heeft, komt er helemaal geen 'ge' bij.

Onderschatten - onderschat    

Overhoren - overhoord

 

* Een klemtoon is een deel van een woord, waar de nadruk op wordt gelegd. Als je dit woord uitspreekt, klinkt dit stukje van het woord vaak harder of hoger. In het voorbeeld bij 1 lees je het woord 'inzetten'. Als je dat woord uitspreekt, hoor je dat je 'in' wat hoger uitspreekt dan de rest van het woord. De klemtoon in dit woord ligt dus op 'in'.

 

Afbeeldingsresultaat voor voorzetsels

Filmpje

Uitzonderingen bij voltooid deelwoorden

Oefenen

Linkjes

De onderstaande linkjes verwijzen je door naar sites waar je extra kunt oefenen met voltooid deelwoorden.

 

Juf Melis

Cambiumned

Berktekst

Het Stromenland

Telenet

Toetsing

Dit is de toets. Zorg er voor dat je goed bent voorbereid. De toets bestaat uit verschillende soorten vragen over voltooid deelwoorden. Na afloop kun je zien hoeveel vragen je goed hebt en hoeveel punten je in totaal hebt ontvangen.

Klik op de link om te beginnen.

Toets voltooid deelwoorden