Water

Water

H.4. Water

Welkom bij dit online les arrangement aardrijkskunde voor klas 2 Havo/Vwo over H.4 Water van de methode BuiteNLand.

 

Op deze website behandelen we alle paragraven uit H.4 Water en kun je jezelf testen op alle leerdoelen! Oefen met de begrippen, maak de test jezelf, kijk de kennisclips en je zult goed voorbereid zijn voor de summatieve toets!

H.4. water

Als jij straks volwassen bent, besta je voor ongeveer 60% uit water. Dat is ongeveer vier en een halve emmer op een lichaamsgewicht van 75KG. Dat schept een band tussen mens en water, zou je zo zeggen. Helaas is er op veel plekken op Aarde geen gelukkig huwelijk tussen mens en water. Soms is er juist veel te veel water en verdrinken er mensen, Soms is er juist te weinig water en sterven er mensen door uitdroging veroorzaakt door een tekort aan water.

Waarom is het belangrijk dat we over water leren?

Het aardoppervlak bestaat voor 70% uit water, daarom wordt de Aarde ook wel eens de blauwe planeet genoemd. De mens kan niet leven zonder water. Maar een teveel of een overschot aan water is ook niet handig.

Op sommige plekken, zoals Nederland leven de mensen onder de zeespiegel. Daarom is het belangrijk dat Nederland zichzelf beschermd tegen de stijgende zeespiegel en piekafvoeren van de rivieren door bijvoorbeeld dijken.

Op andere plekken is het juist heel droog. Bijvoorbeeld in Egypte, Daar moeten de mensen met speciale technieken het water toepassen in de landbouw, zodat het water niet verloren gaat.

Hoe dit allemaal zit gaan we allemaal uitzoeken in dit hoofdstuk!

 

Heel veel leer plezier!!

Heb je vragen? neem dan contact op met mevrouw van der Gaag

 

BuiteNLand 2 Havo/Vwo H.4. Water

LEERDOELEN

Paragraaf 4.2 

    • Weet je dat de mens aangewezen is op zoet water
    • Begrijp je dat water voorkomt in drie vormen
    • Kun je de belangrijkste verschillen tussen de korte en lange waterkringloop opnoemen. 
    • Begrijp je waarom zoet water schaars is.
    • Weet je het verschil tussen oppervlakte water en grondwater

Paragraaf 4.3

  • Weet je dat veel water ongeschikt of onbereikbaar is voor de mens.
  • Kun je het begrip nuttige neerslag uitleggen
  • Begrijp je wat de waterbalans is en hoe water wordt aan- en afgevoerd wordt in een gebied
  • Begrijp je de verschillen tussen vernieuwbaar en niet-vernieuwbaarwater 
  • Weet je alle begrippen

Paragraaf 4.4  

  • Weet je welke gebieden van nature grotere overstromingsrisico’s kennen.
  • Weet je dat het overstromingsrisico van veel gebieden toeneemt.
  • Weet je de voor- en nadelen van stuwmeren.
  • Weet je dat veel (jonge) mensen zich niet bewust zijn van een mogelijke overstroming van hun eigen woonomgeving.

 

  • Begrijp je waarom bepaalde gebieden van nature grotere overstromingsrisico’s kennen.
  • Begrijp je waarom rivieren meer ruimte moeten krijgen.
  • Begrijp je waarom preventie van grotere piekafvoeren op langere termijn beter is dan rampenbestrijding op korte termijn.
  • Kun je een aantal maatregelen beoordelen om overstromingsrisico’s te verkleinen.

 

Paragraaf 4.5

 

  • Begrijp je hoe waterstress door fysieke watertekorten kan ontstaan.
  • Begrijp je hoe waterstress door economische watertekorten kan ontstaan
  • Begrijp je waarom slimmer irrigeren en hergebruik van water wel passen binnen duurzaam waterbeheer.
  • Begrijp je waarom water vasthouden met kleinschalige projecten in de eigen omgeving beter is dan de bouw van grote stuwdammen.
  • Kun je een aantal maatregelen beoordelen om watertekorten op te heffen.

KENNISCLIP

KENNISCLIP inleiding H.4 Water

LESSTOF

Paragraaf 4.2 Water in beweging

In de korte waterkringloop gaat het water veel sneller rond dan in de lange kringloop. Bij de korte kringloop komt het verdampte zeewater direct weer als neerslag in de zee terecht. Bij de lange kringloop kan het zijn dat water als sneeuw op een ijskap op het vasteland terecht komen. Het kan dan wel miljoenen jaren duren voordat die sneeuw weer is gesmolten en via rivieren weer terug stroomt naar de zee. 

 

De korte en lange waterkringloop
De korte en lange waterkringloop

De waterkringloop

70% van het aardoppervlak is bedekt met water. Maar bijna al dit water is zout. En mensen drinken natuurlijk alleen zoet water. Uiteindelijk is maar 1% van al het water op Aarde zoet en beshikbaar voor mensen. Dit komt omdat 69% van al het zoete water op Aarde vast zit in IJskappen en gletsjers. 

Je hebt water in drie vormen:

-Vast

-Vloeibaar

-Gas

 

Vloeibaar water is natuurlijk gewoon water zoals we het drinken. Water in vaste vorm zien we als de temperatuur onder 0 is en het vriest. Dat is namelijk IJs of sneeuw. En als het warm is kan water van vloeibaar naar gasvorm gaan. Water verdampt dan tot waterdamp.

 

 

Je kunt het vloeibare water niet alleen opdelen in zoet en zout water, maar ook in oppervlaktewater en grondwater. 

Oppervlaktewater is water dat je kunt zien, zoals water in oceanen, zeeen, meren en rivieren.

Grondwater is water dat je niet meer met het blote oog kunt zien, daar wordt het meeste drinkwater van gemaakt. 

De verdeling van het water
De verdeling van het water

Begrippen

Waterkringloop = Het proces waarbij zeewater na verdamping uit de zeevia wolken en neerslag (korte kringloop) en via grondwater en rivieren (lange kringloop) weer terugstroomt naar de zee

Zoet water = Water waarin geen zout is opgelost. Drinkwater is zoet.

Zout water = Water waarin veel zout is opgelost. Zeewater is zout.

Oppervlakte water = Water dat je kunt zien. Water in oceanen, zeeen, riveren, sloten.

Grondwater = Water dat in de bodem en gesteentes is getrokken

 

Paragraaf 4.3. Water in balans

Wat is wat?
Wat is wat?

Water in balans

De hoeveelheid water die  een gebied binnenkomt en weer uit gaat, kun je zien op een waterbalans. In warme en droge gebieden verdampt veel van de neerslag meteen; hier is de nuttige neerslag (het water dat je kan gebruiken en dus niet is verdampt) vaak klein. De nuttige neerslag wordt gebruikt door alles wat leeft op aarde.

Door fossiel water (oud water) uit andere tijdvakken, beschikken veel gebieden over een aquifer (een waterhoudende laag in de grond). Virtueel water is geen echt water meer, maar zit verborgen in producten die je importeert. We moeten steeds zuiniger met het water gaan doen; hierbij is het onderscheiden van vernieuwbaar en niet-vernieuwbaar water erg belangrijk. Als je alleen maar vernieuwbaar water gebruikt, doe je aan duurzaam waterbeheer.

 

Begrippen

Waterbalans = De hoeveelheid wate dat een gebied binnenkomt en weer uitgaat

Nuttige neerslag = Het verschil tusen neerslag en verdamping

Infiltratie = Het in de grond indringen van water

Fossiel water = Water in de grond dat afstamt uit eerdere tijden

Aquifer = Waterhoudende laag in de ondergrond

Vernieuwbaar water = Water dat in het tempo wordt aangevuld waarin het verbruikt wordt

Duurzaam waterbeheer = Waterbeheer waarbij alleen de voorraad vernieuwbaar water gebruikt wordt

Waterbalans
Waterbalans

Waterbalans

Paragraaf 4.4 Soms te veel

Gebieden die een groot overstromingsrisico hebben zijn: rivier en kustvlakten, gebieden aan de voet van een gebergte, gebieden waar het afsmelten van de sneeuw samenvalt met hevige regenval in de zomer, gebieden waar tropische orkanen voorkomen, gebieden waar stroomopwaarts ontbossing plaatsvindt en gebieden die door stedelijke bebouwing verstenen.

De oorzaken van de wereldwijde toename van de watersnoodrampen zijn: minder infiltratie, opsluiten rivieren tussen dijken, bodemdaling door het oppompen van water en het stijgen van de zee spiegel door de klimaat verandering dus het smelten van het ijs veroorzaakt dat het water hoger staat. De maatregelen op korte termijn zijn hiervoor: dijken en dammen aanleggen; het weer in stroomgebied in de gaten houden; burgers voorlichten over bijvoorbeeld evacuatie; en drinkwater en voedsel veilig stellen. Maatregelen op lange termijn zijn: ruimte voor rivieren maken; versterkte broeikaseffect verminderen; en een vestigingsbeleid introduceren.

 

Begrippen

Piekafvoer = Verhoogde afvoer van de rivier

Tropische orkaan = enorme storm met een windsnelheid boven de 200KM per uur

Bodemdaling = Daling van het grondoppervlak

 

Overstroom jij?!
Woon jij in een overstromingsrisicogebied? Onze dijken beschermen ons tegen een overstroming, maar het kan een keer misgaan… Weet jij hoe hoog het water bij jou in de buurt komt?

Paragraaf 4.5. Vaak te weinig

Doordat de bevolking snel toeneemt, zal er uiteindelijk op veel plaatsen een tekort aan water zijn. Je spreekt dan van waterstress. Een extreem geval van waterstress heet waterschaarste. Je hebt een fysiek watertekort (te weinig water voor de wensen van de bewoners) en je hebt economisch watertekort (er is te weinig geld om het water naar de bewoners te brengen).

Bij ruzie over het water botsen de principes van territoriale integriteit (niemand heeft het recht om zonder toestemming van anderen in te grijpen in natuurlijke systemen) en territoriale soevereiniteit (men mag alles met de natuurlijke systemen doen, als het in de eigen staat ligt) met elkaar. Het tekort aan water kan later misschien wel eens leiden tot een wateroorlog.

 

 

TEST JEZELF

Na het afronden van H4 paragraaf 2-5 in dit online leerarrangement is het tijd om te gaan oefenen voor het aankomende SO. Het is tijd om jezelf te gaan testen. Dit kan op twee manieren, Allereerst is hier een online begrippentester te vinden. De tweede optie is het maken van de oefen SO (PDF bestand). Deze kan worden nagekeken tijdens KWT. Wil je op en top voorbereid zijn voor de SO dan maak je ze natuurlijk allebei! 

Oefening: Begrippentester

Start

Heel goed dat je hebt geoefend en geleerd met dit online lesarrangement! Maar vergeet niet de paragraven in je lesboek goed door te lezen en de opdrachten in je werkboek te maken!

Voorbereiding H.4. Paragraaf 4.6/4.7/4.8/4.9

DEEL 2 van H.4. Water

 

Na de S.O. over H.4. 4/2/4.3/4.4/4.5 Gaan we in de les verder met het hoofdstuk Water. 

In het tweede deel van H.4. gaan we ons verder verdiepen over water in Nederland. 

Nederland ligt natuurlijk onder de zeespiegel en heeft een bijzonder beleid om overstromingen te voorkomen. Alle dijken beschermen ons tegen het water. 

 

Om je voor te bereiden op het tweede deel van H.4. moeten jullie als huiswerk de eerste aflevering kijken van de serie ''Als de dijken breken''. In deze Nederlandse serie wordt er een beeld geschetst van een ondergelopen Nederland. 

Als de dijken breken

Trailer serie 'Als de dijken breken'

EINDTOETS

EINDTOETS
Vul het formulier in en verstuur het.