De prijselasticiteit

De prijselasticiteit

Inleiding

Welkomen bij het arrangement PRIJSELASTICITEIT!!

In dit arrangement kom je vanalles te weten over de prijselasticiteit en datgene wat eromheen hangt. Jij als leerling van 4Havo of 4Vwo zal bij het onderwerp prijselasticiteit de basis moeten kennen. Het belangrijkste is dat jij dat op een leuke en leerzame manier tot je kunt nemen. Dit online arrangement is daar een perfect middel voor zonder dat jij daar een boek voor nodig hebt.

Dit arrangement bestaat uit 3 delen: "vraag en aanbod", "prijselasticiteit van de vraag" en "omzet- en winstmaximalisatie". Het eerste deel is de voorkennis die nodig hebt, het tweede deel is het hoofdonderwerp en het derde deel is een verdieping en verbreding op het onderwerp. Elke leerling leert op een andere manier, maar ook op een ander tempo. Vandaar dat we jou een STARTTOETS laten maken om jouw beginniveau te laten vaststellen.

De volgende doelen zal je moeten halen om het arrangement af te kunnen sluiten:

  • Herkomst vraag en aanbod kunnen verklaren
  • Kunnen beredeneren waarom vraag en aanbod naar elkaar toegroeien
  • Definities van prijselasticiteit kunnen benoemen
  • Prijselasticiteit kunnen uitrekenen en uitkomsten kunnen verklaren
  • Relatie prijsverandering en omzetverandering kunnen verklaren

 

Maar eerst zal je deze introvideo moeten bekijken:

Intro prijselasticiteit

Nadat je de video bekeken hebt mag je gaan beginnen met de STARTTOETS. Veel succes!!

Toets: Starttoets "prijselasticiteit"

Start

Vraag en aanbod

Consumenten en producenten

Als allereerst heten we je welkom bij het eerste onderdeel! Hier ga jij de volgende doelen bereiken!

Doelen:

- Herkomst vraag en aanbod kunnen verklaren

- Kunnen beredeneren waarom vraag en aanbod naar elkaar toegroeien

Als eerste gaan we het in dit blok hebben over het deel waar 'prijselasticiteit' begint. Via prijselasticiteit kunnen we het verband uitleggen tussen de prijs en de daarbijbehorende vraag. Dit mechanisme heeft te maken met de marktwerking. Dit kunnen we uitleggen doormiddel van vraag en aanbod, datgene waar de economie om draait.

Adam Smith, een beroemde econoom, noemt deze marktwerking "the invisible hand". Die onzichtbare hand zoals hij dat dus noemt, het prijsmechanisme, stuurt het economische proces. Dan word er bepaalt welke producten er gemaakt worden en hoeveel ervan gemaakt worden. Bij het prijsmechanisme komen collectieve vraag (het consumentengedrag) en collectief aanbod (het producentengedrag) samen tot een uitkomst. Deze uitkomst zegt ons iets over de prijs en de hoeveelheid. Het punt waar vraag en aanbod samenkomen tot 1 punt komen noemen we het 'evenwichtspunt'. Aan de y-as lezen we de 'evenwichtsprijs' af en bij de x-as lezen we de 'evenwichtshoeveelheid' af. Deze marktwerking is het sturende mechanisme in onze economie.

Hieronder een afbeelding met daarin 'klikbare punten' die jou precies uitleggen hoe dat vraag en aanbod nou precies eruit ziet en hoe het in zijn werk gaat:

 

De perfect werkende markt

In het schema kun je zien dat het aanbod en de vraag elkaar kruizen op een bepaald punt. Dit punt zou dus automatisch moeten ontstaan door het consumenten- en producentengedrag. Dit noemen we een perfect werkende markt, maar gaat dat dan ook altijd echt zo?

Klassieke economen zijn van mening dat dit prijsmechanisme inderdaad zo perfect werkt dat een overheid zich er helemaal niet mee hoeft te bemoeien. Elke overheidsbemoeienis zal toch alleen maar tot verstoring van het marktmechanisme en tot inefficiëntie leiden .

Daarbij hebben ze wel een aantal voorwaarden gesteld voor zo’n perfect werkende markt:

  • dat er zoveel vragers zijn en veel aanbieders zijn dat er eigenlijk niemand invloed kan hebben op de prijs; De markt is dus verdeeld in hele kleine groepen.
  • dat er sprake is van een homogeen product, homogeen betekent dat de aangeboden producten van verschillende aanbieders geen onderscheid van elkaar hebben.
  • Er moet sprake zijn van een transparante markt, waarbij dus alle partijen over dezelfde en volledige informatie beschikken.
  • Er moet ook sprake zijn van vrije toe- en uittreding op de markt.

 

Kan dit allemaal?

In werkelijkheid ligt dit toch wel iets anders. Opzich is het zo dat geen enkele markt aan alle eisen kan voldoen. De gedachte van vraag en aanbod is niet incorrect, maar geeft een te simpele weergave van de werkelijkheid. De economie is namelijk een wereld waarin niets zeker is, maar we ons best doen om het te verklaren en te voorspellen. Er zijn vaak teveel factoren waar je rekening mee zou moeten houden, vandaar dat we het in vereenvoudige modellen weergeven.
 

Daarnaast heeft zelfs ook de perfect werkende markt nog imperfecties:

  • De overheid zou geen collectieve goederen kunnen leveren via de marktwerking. Individuele ondernemingen bieden namelijk geen collectieve goederen aan. Ook kunnen individuelen geen collectieve goederen aanschaffen.
  • Het marktmechanisme houdt ook geen rekening met externe effecten, zoals milieuvervuiling. Zoals we al eerder vermelden, er zitten meer factoren in de economie
 
Maak eerst deze leuke MEMORY over vraag en aanbod! Daarna ben je klaar voor de TUSSENTOETS!
 

Je hebt de tekst gelezen, de grafiek geanalyseerd en de memory goed volbracht! Het is nu tijd om te testen of jij inderdaad alles van deze paragraaf hebt begrepen. Maak de TUSSENTOETS en zorg dat jij die voldoende te pakken krijgt zodat je door kunt naar het volgende blok!

Toets: Tussentoets "vraag en aanbod"

Start

Prijselasticiteit van de vraag

De vraagvergelijking

Het is je gelukt om het deel van 'vraag en aanbod' te begrijpen. Dat is natuurlijk geweldig! Nu gaan we naar de volgende doelen:

- Definities van prijselasticiteit kunnen benoemen

- Prijselasticiteit kunnen uitrekenen en uitkomsten kunnen verklaren

Het systeem van vraag en aanbod liet zien dat een prijs vanzelf tot stand moet komen doordat consumenten en producenten hun gedrag gaan aanpassen. Als er bijvoorbeeld te veel vraag was naar een product dan stegen de prijzen. Consumenten zijn dan bereid om meer voor een product te gaan betalen omdat er nou eenmaal niet veel te verkrijgen zijn.

Maar in dit volgende deel gaan we echt over tot het hoofdonderwerp van dit arrangement, namelijk de prijselasticiteit van de vraag. Het vorige deel ging over vraag en aanbod. Nu laten we het 'aanbod' even aan de kanten liggen en gaan we verder op de vraag. Diezelfde vraag waar we het in het eerste blok dus ook over gehad hebben. 'Wat zal er gebeuren met de vraag als de prijzen gaan dalen?' en 'gaan we minder producten kopen als de prijzen gaan stijgen?

Dat zijn de zaken die we samen gaan behandelen, hieronder een afbeelding die een vraagvergelijking laat zien. Hierin kun je het effect van een prijsverandering zien en hoe de vraag daar dus op reageert.

Hierboven in de afbeelding staat dus zo'n vraagvergelijking en daaruit valt iets op af te lezen. De vraaglijn loopt naar beneden en dat is niet voor niks. Zoals je bij de hotspots kunt lezen is dat wanneer de prijs omlaag gaat de vraag juist omhoog gaat. De vraagverandering (het gevolg) gaat juist het tegenovergestelde doen van de prijsverandering (de oorzaak).

We noemen dit proces van de tegenovergesteldheid een negatief verband. Dit negatieve verband is tussen de prijs van een product en de vraag naar een product gelijk te zien, want als de prijs van een product daalt, zal de vraag naar het product stijgen (en andersom).
De prijselasticiteit van de vraag, de maatstaf voor dat verband, zal dus ook normaal gesproken negatief zijn.
Bij de prijselasticiteit van de vraag gaat het dus om de mate waarin de vraag naar een product reageert op een prijsverandering van dat product (in procentuele veranderingen).

Maar om te kijken hoe dat precies in zijn werk gaat en hoe we dat gaan uitrekenen moeten we verder kijken. De reactie van de vraag op een prijsverandering is namelijk niet bij elk product hetzelfde. Dat gaan we in het volgende deel duidelijk maken.

 

Prijselasticiteit uitrekenen

We vragen ons af op welke manier de gevraagde hoeveelheid van een bepaald goed afhankelijk is van de prijs van dat goed. Daarbij gaan we ervan uit dat de andere factoren onveranderd blijven. We gaan dus uit van de zogenaamde ceteris-paribus-voorwaarde.

In het algemeen geldt dat bij hoge prijzen de gevraagde hoeveelheid klein is en bij lage prijzen groot is. Bij hoge prijzen kan men- bij een bepaald budget- immers minder kopen dan bij lage prijzen. Dit verband tussen de prijs van een goed en de gevraagde hoeveelheid hebben we kunnen weergeven met behulp van een vraagvergelijking. De collectieve vraagvergelijking geldt voor alle consumenten tezamen. In het vervolg bedoelen we dan ook altijd de collectieve vraagvergelijking. De individuele vraagvergelijking laten we nu even buiten beschouwing. Bij de prijselasticiteit van de vraag gaat het tussen 2 factoren: de prijs en de vraag. Door een prijsverandering kan er wat aan de vraag veranderen. Het begint dus bij de prijs, dus dat is de oorzaak van de situatie. Vervolgens treedt er vanuit daar een verandering in de vraag op, dat is dus het gevolg.

De prijselasticiteit van de vraag rekenen we met de volgende formule uit:

 

 

We delen dus de procentuele verandering van de vraag door de procentuele verandering van de prijs. Ook wel het delen van het gevolg door de oorzaak. Maar een prijsverandering heeft niet altijd dezelfde vraagverandering als gevolg. Als de vraaglijn dus minder steil gaat lopen kun je zien dat er bij een prijsverandering een groter veschil optreedt op de x-as. Dan is het product dus elastisch. We onderscheiden de volgende soorten uitkomsten hieronder voor je:

 

  • Relatief elastische vraag

Als de waarde van de prijselasticiteit kleiner is dan -1 , is er sprake van een sterk negatief verband:
bij een prijsstijging gaat de consument veel minder van het product kopen: de %ΔQv > %ΔP.
De vraag reageert meer dan evenredig
op de prijs. Voorbeeld: Een vakantie, wanneer de prijzen daarvan zullen stijgen zal de vraag procentueel nog meer gaan dalen. Het is een typisch luxe goed en daarom gaan mensen daar snel op besparen.

 

  • Relatief inelastische vraag

Indien de waarde van de prijselasticiteit tussen de -1 en de 0 ligt, is er sprake van een zwak negatief verband:
bij een prijsstijging gaat de consument wel minder van het product kopen, maar de %ΔQv < %ΔP.
De vraag reageert minder dan evenredig op de prijs. Een voorbeeld: Melk, wanneer de prijzen zullen stijgen van dit product gaan mensen niet gelijk veel minder melk kopen. Het is een typisch noodzakelijk goed dat behoort tot de basisproducten. Basisgoederen hebben gewoonlijk een inelastische vraag.

 

  • Volkomen inelastische vraag

Bij een volkomen inelastische vraag reageert de vraag niet op een verandering van de prijs.
Consumenten blijven ook na een prijsverhoging net zoveel kopen als voorheen.Het maakt niet uit hoe groot de prijsverandering is. Vermenigvuldigd met 0 (Ev) levert de uitkomst 0 op. De vraag zal dus niet veranderen. Voorbeeld: Medicijnen, dit zijn goederen die altijd nodig hebt. Ook als de prijzen zullen stijgen zal je het medicijn moeten aanschaffen omdat je dat nou eenmaal nodig hebt. De reactie op een prijsverandering is dan nul.

Heb je het begrepen? Test het even hieronder voordat je naar de tussentoets gaat!

Ook bij dit blok ben je eindelijk tot het einde gekomen. Ook hier is het weer tijd voor een tussentoets om te kijken of je alles hebt begrepen. Zorg voor een lekker snel verloop door dit arrangement. Het enige wat je daarvoor nodig hebt is die voldoende! Succes!

Toets: Tussentoets "prijselasticiteit van de vraag"

Start

Omzet- en winstmaximalisatie

Verandering van de omzet

Ook de prijselasticiteit van de vraag snap je helemaal! Goed bezig! Nu ben je klaar voor het laatste doel en dat is het volgende:

- Relatie prijsverandering en omzetverandering kunnen verklaren

We zijn nu aangekomen bij het laatste deel van het arrangement en dat gaat over de omzet- en winstoptimalisatie. We hebben in het vorige deel gezien dat niet alle producten een zelfde prijselasticiteit hebben. Met een voorbeeld ter verduidelijking: een prijsdaling van 20% zorgt voor een vraagtoename van 10% bij melk en bij auto's voor 30%. De reactie van de vraag op een prijsverandering is dus niet altijd hetzelfde.

Wanneer de vraag hevig reageert op een prijsverandering noemden we dat 'elastisch'. De vraag naar een product die niet hevig reageerde noemden we 'inelastisch'. Al deze zaken zijn van groot belang om te leren wat een ondernemer moet gaan doen om ervoor te zorgen wat het beste is voor zijn omzet en winst. Hier gaan we dus de vraag beantwoorden: wat gebeurt er met de omzet als we de prijzen gaan veranderen?

We geven hier een voorbeeld waarbij we met de informatie van de vorige blokken wat kunnen vertellen over de omzetverandering bij prijsveranderingen:

Bij een elastische vraag zal een prijsstijging leiden tot een daling van de omzet. De stijging van de prijs (meer omzet per product) wordt namelijk door de relatief sterkere daling van de gevraagde hoeveelheid (afzet) meer dan tenietgedaan. De oude omzet is bijv. € 2,00 x 200 kg = € 400 en de nieuwe omzet € 2,20 x 150 kg = € 330. De prijsstijging van € 0,20 heeft geleid tot een omzetdaling van € 70. Bij een elastische vraag zal een prijsdaling juist leiden tot een omzetstijging. De verminderde omzet per product zal tenietgedaan worden door de grote stijging van de gevraagde hoeveelheid. Vandaar de omzetstijging.

Bij een inelastische vraag is het effect op de omzet juist omgekeerd. Een prijsstijging leidt dan tot een omzetstijging, een prijsdaling tot een omzetdaling.

Het betekent trouwens niet dat de winst dan ook altijd zal stijgen. Meer omzet is geen voorbode voor meer winst, dan zullen eerst de kosten gelijk moeten blijven.

Hieronder een afbeelding om het verloop van de prijs/omzet te illustreren:

 

Om je voor te bereiden op de TUSSENTOETS van dit blok zul jij jezelf moeten testen of je daar ook klaar voor bent! Maak onderstaande opgave over de omzet- en winstmaximalisatie. Wanneer jij deze tussentoets haalt mag je eindelijk door naar de eindtoets. Je bent op de goede weg!

 

Je hebt nu het allerlaatste deel van het arrangement doorgenomen, nu de afronding nog! Maak de tussentoets van deze paragraaf en bij een voldoende ben je klaar voor de eindtoets. Wanneer je ook de eindtoets haalt ben je officieel geslaagd voor dit arrangement. Veel succes!

Toets: Tussentoets "Omzet- en winstmaximalisatie"

Start

Afsluiting

Het is je gelukt om alle delen van dit arrangement te doorlopen. Super gedaan! We hopen dat jij er veel aan gehad hebt en de prijselasticiteit van de vraag en heel stuk duidelijker is geworden. Heel erg bedankt dat je dit arrangement hebt willen doorlopen!

Na al het werk en de leerzame opdrachten is het tijd voor de EINDTOETS! Bij een voldoende ben je geslaagd voor dit arrangement en daar mag je best trots op zijn! Heel veel succes!!

Toets: Eindtoets

Start

  • Het arrangement De prijselasticiteit is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Wouter Hoonberg Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2018-07-05 19:06:45
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Dit arrangement is bedoeld voor de leerling in de onderkant van de bovenbouw havo/vwo die moeite hebben met het onderwerp 'prijselasticiteit'. Van allerlei zaken rondom dit onderwerp worden hier behandeld.
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld

    Bronnen

    Bron Type
    Intro prijselasticiteit
    https://www.youtube.com/watch?v=BPtmhC2549Y
    Video