4.2 Calling for help - hv12

4.2 Calling for help - hv12

Calling for help

Introduction

The subject of this double period is telephones.
Het onderwerp van dit blokuur is telefoons.

  • Make groups of three or four.
    Maak groepjes van drie of vier.
  • Discuss the following questions in English in your group:
    Bespreek de volgende vragen in het Engels met je groepje:
    • Hebben jullie thuis nog een vaste telefoon?
    • Waar gebruik jij je telefoon voor?
    • Hoe belangrijk is jouw telefoon voor jou?
    • Wanneer moet je het alarmnummer bellen?
    • Wat zou jij doen als er brand uitbrak?
Step activiteit
activity
leerdoel
aim
tijd
time
  introduction Find out what you already know.
Nadenken over wat je al weet.
10
Step 1 reading
Telephones
You can understand a text about telephones and answer questions.
Je kunt een tekst over telefoons begrijpen en er vragen over beantwoorden.
15
Step 2 listening
Emergency

You can understand a video about an emergency call and answer questions.
Je kunt een video over een 112 telefoongesprek begrijpen en er vragen over beantwoorden.

15
Step 3 vocabulary You can understand and use the vocabulary about telephones.
Je kunt de vocabulaire over telefoons begrijpen en gebruiken.
15
Step 4 grammar
comparatives and superlatives
You can understand and use comparatives and superlatives.
Je kunt de vergelijkende en overtreffende trap begrijpen en gebruiken.
15
Step 5 speaking
Speech card

You can have a conversation talking about telephones.
Je kunt een gesprek over telefoons hebben.

10
Step 6 writing
An email about your telephone
You can write an email about telephones.
Je kunt een email over telefoons schrijven.
15
Step 7 evaluation Reflect on what you have learnt.
Nadenken over wat je hebt geleerd.
05

Step 1 - Reading

Telephones
You are going to read a text about telephones.

  • Read the text.
  • While reading, think about the following question:
    • Is de schrijver van jouw leeftijd, jonger of ouder? Hoe weet je dat?

Telephones are a major part of our lives these days. When I was little,
I used the phone perhaps once a week. When it rang, it was almost a big event. Everyone would rush into the living room to find out who was calling. Of course, it was an old-fashioned phone. It was the size of a football and you had to leave it on the table, because it was plugged into the wall.

These days, everything is different. Everyone has a phone. Some people I know even have several, one for private calls and one for work, for example. And every six months, when the latest models come out, they replace them. What they do with the 'old' ones, I don't know.

Today’s phones aren’t really phones. They are more like personal entertainment devices with lots of features, one of which is making calls. Personally, I don't have a smartphone anymore. I have an old model that I can use to text and to make calls, and that's it. It's a lot less stressful than a smartphone! Though I would like a phone with navigation. I'm not very good at finding my way around...

 

Step 2 - Listening

Emergency

You are going to watch two videos from the comedy series "The IT crowd".

Oefening 1

Work with a classmate.
Bedenk samen wat de cijfers 0-9 ook alweer waren in het Engels. Schrijf ze voluit op.

Oefening 2

  • Watch the first video.
  • While watching, think about the following questions:
    • Waar gaat deze video over?
    • Is het een echte reclamespot?

 

Do the exercise.

Oefening 3

Watch the second video.

  • You are going to tell a classmate what happens in the video. While watching, make notes.

 

Do the exercise.

Step 3 - Vocabulary

Study the words and phrases well.
Leer de woorden en zinnen goed.
If you want, you can also study the vocabulary on Wozzol:
Als je wilt kun je de woordenlijst ook oefenen op Wozzol:

Vocabularylist Calling for help hv12

  • Study the vocabulary. (no more than 10 minutes)
  • Do the exercise.

Tip!
There are different ways to study vocabulary. Click the red arrow in Wozzol to select another way.
Er zijn verschillende manieren om woordjes en zinnen te leren. Klik op de rode pijl in Wozzol om een andere manier te kiezen.

You can read the words aloud or copy them.
Je kunt de woorden hardop oplezen of overschrijven.

The most important rule is not to study for too long in one go, because you won't learn any more. You will learn more in two 10-minute sessions than in half an hour.
Het belangrijkste is dat je dit niet te lang achter elkaar doet, want dan leer je niets meer. In twee keer 10 minuten leer je meer dan in een half uur.

Step 4 - Grammar

Trappen van vergelijking

In het vorige blok heb je geleerd wat bijvoeglijke naamwoorden zijn en waar je ze voor gebruikt. Met bijvoeglijke naamwoorden kun je ook dingen met elkaar vergelijken. Wie of wat is groter, of het snelst? Dat noem je de trappen van vergelijking.

Trappen van vergelijking gebruikt je dus om dingen met elkaar te vergelijken. Bijvoorbeeld:

This car is bigger than that one.
Deze auto is groter dan die.

I am the fastest runner.
Ik ben de snelste hardloper.

Bestudeer uit de kennisbank Engels pagina 1 en 2 van het onderdeel over de trappen van vergelijking. Denk na over deze vragen:

  1. Hoe maak je de vergrotende en overtreffende trap van korte bijvoeglijke naamwoorden (één lettergreep)?
  2. Waar moet je op letten als je van hot een vergrotende of overtreffende trap maakt?
  3. Hoe maak je de vergrotende en overtreffende trap van langere bijvoeglijke naamwoorden (twee of meer lettergrepen)?

 

Trappen van vergelijking

Do the exercises.

Step 5 - Speaking

Tell me about your phone

Expressions: If you need some extra help, go to Wozzol and take another look at the chunks.
Uitdrukkingen: Als je extra hulp nodig hebt, ga dan naar Wozzol en kijk nog eens naar de zinnen.

Have a conversation with a classmate. Use the table below.
Voer een gesprek met een klasgenoot. Gebruik onderstaande tabel.

Preparation
Voorbereiding

  1. Write down a couple of words and phrases to help you during the conversation.
    Schrijf een paar woorden en zinnen op als steuntje tijdens het gesprek.
  2. Practise your conversation at least twice.
    Oefen jullie gesprek minstens twee keer.

Having the conversation
Het gesprek voeren

  1. Find another pair to work with.
    Zoek een ander paar om mee samen te werken.
  2. Have your conversation.
    Voer jullie gesprek.
  3. Ask your classmates to write down feedback for you.
    Vraag jullie klasgenoten om feedback voor jullie op te schrijven.
  4. Next, let them have their conversation and write down feedback for them.
    Laat hen vervolgens hun gesprek voeren en schrijf feedback voor hen op.
  5. Discuss what went well and what you can do better next time.
    Bespreek wat er goed ging en wat de volgende keer beter kan.

 

 

Persoon A

 

Persoon B

1

Groet.

1

Groet.

2

Vraag wat voor telefoon B heeft.

2

Geef antwoord. Vertel wat voor merk en type telefoon je hebt en wat voor functies hij allemaal heeft.

3

Vertel wat je van de telefoon van B vindt.

3

Reageer.

Vraag wat voor telefoon A heeft.

4

Geef antwoord. Vertel wat voor merk en type telefoon je hebt en wat voor functies hij allemaal heeft.

 

4

Vertel wat je van de telefoon van A vindt.

Vraag of er ook dingen zijn die A nog zou willen.

5

Geef antwoord.

Vraag of er ook dingen zijn die B nog zou willen.

5

Geef antwoord.

6

Stel een zelfbedachte vraag.

6

Geef antwoord.

Stel een zelf bedachte vraag.

7

Geef antwoord.

Beëindig het gesprek.

7

Reageer en sluit af.

Step 6 - Writing

An email about your phone

You are going to write an email to your pen pal from London.

In your email:

  • Begroet je penvriend(in).
  • Vraag hoe het met hem/haar gaat en vertel hoe het met jou gaat.
  • Vertel over je telefoon:
    • Wanneer heb je hem gekocht?
    • Wat voor functies zitten er allemaal op?
    • Wat vinden je vrienden ervan?
    • Wat zou je nog willen?
    • Wat voor functie of app die nu nog niet bestaat zou je graag willen hebben? Beschrijf hem kort en vertel waarom je hem graag zou willen hebben.
  • Vraag je penvriend(in) naar zijn/haar telefoon.
  • Stel je penvriend(in) een zelfbedachte vraag.
  • Sluit je e-mail netjes af.

Step 7 - Evaluation

What have you learnt in this double period?
Wat heb je in dit blokuur geleerd?
Answer the following questions:
Beantwoord de volgende vragen:

  • What was the easiest part of this lesson?
    Wat was het makkelijkst aan deze les?
  • What did you already know?
    Wat wist je al?
  • What was the most difficult part?
    Wat was het moeilijkst?
  • What was new to you in this lesson?
    Wat wat in deze les nieuw voor je?
  • Are there things you don't quite understand yet? How are you going to deal with them?
    Zijn er nog dingen die je niet helemaal begrijpt? Wat ga je daaraan doen?
  • What do you need to ask your teacher?
    Wat moet je nog aan je docent vragen?
  • Het arrangement 4.2 Calling for help - hv12 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2023-06-14 11:59:25
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Engels voor havo en vwo, leerjaar 1 en 2. Dit is thema 4 'Contacts'. Het onderwerp van deze les is: Calling for help. In deze les staat het onderwerp telefoons centraal, waarbij het gebruik ervan wordt behandeld en hoe je het gebruikt in een noodgeval. De grammaticaopdracht gaat deze les over de vergelijkende en de overtreffende trap.
    Leerniveau
    VWO 2; HAVO 1; VWO 1; HAVO 2;
    Leerinhoud en doelen
    Engels;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    1 uur en 40 minuten
    Trefwoorden
    alarmnummer, arrangeerbaar, calling for help, de vergelijkende en de overtreffende trap, engels, hv12, stercollectie, telefoongebruik