Opdracht: Im Haus - vmbo-kgt2

Opdracht: Im Haus - vmbo-kgt2

Teil 2: Im Haus

Inleiding

Dit deel bestaat uit 6 stappen. Werk ze één voor één door.

stap

activiteit

 

Stap 1

Spreken

Je voert gesprekken over je woonplaats.

Stap 2

Luisteren

Sarah vertelt over haar woonplaats en haar huis.

Stap 3

Woordjes 1 en woordjes 2

Oefen de woorden en zinnen over 'Wohnen'.

Stap 4

Spreken

Je vertelt over je woonplaats en je huis.

Stap 5

Grammatica

Je leert wanneer woordjes mannelijk, vrouwelijk of onzijdig zijn.

Stap 6

Lezen

Je leest een griezelverhaal.

Stap 1 - Spreken

Lees de situatie hieronder goed door.
Zoek een gesprekspartner.
Voer het gesprek spontaan (zonder voorbereiding).
Laat het gesprek aan je docent horen of luister in de klas naar een aantal gesprekken.

Situation

Je komt bij een camping in Duitsland.
Omdat jij het beste Duits praat van jullie gezin, voer jij het gesprek met de receptioniste terwijl de anderen de tent al opzetten.
Na de begroeting beantwoord je vragen van de receptionist.
De receptionist stelt jou de volgende vragen. Geef antwoord.

  • Wie heißt du? Was ist dein Nachname?
  • Woher kommt ihr?
  • Was ist eure Adresse? (In Duitsland houdt dat in: postcode en plaats, straat en huisnummer)
  • Was ist eure Telefonnummer zu Hause?
  • Unter welcher Handynummer seid ihr hier erreichbar?
  • Wie viele Nächte wollt ihr bleiben?

Nadat de receptioniste heeft gezegd "Das ist erstmal alles. Schönen Aufenthalt!" bedank je, groet je en ga je naar je gezin.

Stap 2 - Luisteren

Sarah

Nu vertelt Sarah iets over haar woonplaats en haar huis.
Luister naar het geluidsfragment en beantwoord daarna samen met een klasgenoot de vragen.
Je mag natuurlijk meerdere keren naar het fragment luisteren.

Stap 3 - Woordjes 1

Im Haus

Oefen en leer woordenlijst B.

Wortschatz B

Tips voor oefenen met deze woordenlijst:

  • Je kunt twee richtingen op oefenen (van Nederlands naar Duits en andersom) door op andere kant op te klikken.
  • Als je op de in te vullen puntjes klikt, verschijnt het juiste antwoord.
    Doe je dit bij alle woorden, kun je de totale lijst daarna ook printen (rechtermuis-afdrukken).
  • Door op de rode pijl te klikken kun je ook aangeven dat je graag op een andere manier wilt oefenen.

Maak daarna de onderstaande oefeningen.
Let goed op hoofdletters aan het begin van ieder zelfstandig naamwoord.

 

Stap 3 - Woordjes 2

Stap 4 - Spreken

Lees de situatie goed door.
Zoek een gesprekspartner.
Voer het gesprek spontaan (zonder voorbereiding).
Laat het gesprek aan je docent horen of luister in de klas naar een aantal gesprekken.

Situation

Inmiddels heb je op de camping al kennis gemaakt met wat leeftijdsgenoten.
Op een gegeven moment voer je met één van je nieuwe vrienden een gesprek over jullie woonplaats en jullie huis.
Je vertelt zoveel mogelijk over je woonplaats.
Voer het gesprek.

Voorbeelden van (delen van) zinnen die je kunt gebruiken:

Ich wohne in ........... (stad of dorp)
Ich wohne mit meiner Familie in einem Haus ...... (met of zonder tuin)
Ich wohne in .............(een groot of klein huis).
Wir haben eine ..... Zimmer-Wohnung.

 

Stap 5 - Grammatica

Bestudeer uit de Kennisbank Duits het onderdeel over de lidwoorden.

Lidwoorden


Maak nu de volgende oefening:

 

Bekijk samen met een medeleerling de woordenlijsten van thema 1 en 2.
Leg met behulp van de regels die je net hebt geleerd aan elkaar uit waarom bepaalde woorden mannelijk, vrouwelijk of onzijdig zijn.

Stap 6 - Lezen

Die blutige Hand

Lees de tekst 'Die blutige Hand'. Noteer tijdens het lezen in je schrift belangrijke woorden/uitdrukkingen die de kern van de tekst weergeven.

Beantwoord daarna de vragen.

Die blutige Hand
Eine Oma, ein Supermann und ein Soldat gehen in ein Hotel. Als erster sagt der Soldat: "Ich hätte gern ein Zimmer!" Sagt die Frau an der Rezeption: "Wir haben nur noch ein Zimmer und darin spukt´s!" "Macht nichts!", sagt der Soldat, "ich kann mich wehren." Geht er ins Zimmer, sieht eine blutige Hand und springt aus dem Fenster.

Geht der Supermann rein, will ein Zimmer. Sagt die Frau an der Rezeption: "Wir haben nur noch ein Zimmer und darin spukt´s!" Sagt der Supermann: "Ich bin Supermann, damit werde ich schon fertig". Geht er ins Zimmer und sieht eine blutige Hand und rennt raus.

Geht die Oma an die Rezeption und fragt nach dem Zimmer. Es spukt, sie geht rein, sieht eine blutige Hand und sagt "Brauchst du ein Pflaster?"

 

  • Het arrangement Opdracht: Im Haus - vmbo-kgt2 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2024-04-02 19:26:55
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze opdracht hoort bij het thema 'Wohnen', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Duits voor vmbo-kgt2. Je oefent met nieuwe woordjes en zinnen. Je begint de opdracht met het voeren van gesprekken over je woonplaats. Sarah vertelt over haar woonplaats en haar huis. Je oefent de woorden en zinnen over 'Wohnen'. Ook vertel je over je eigen woonplaats en je huis. In het grammaticale onderdeel leer je wanneer woordjes mannelijk, vrouwelijk of onzijdig zijn. Als afsluiter van deze opdracht lees je een griezelverhaal.
    Leerniveau
    VMBO gemengde leerweg, 2; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 2; VMBO theoretische leerweg, 2;
    Leerinhoud en doelen
    Spreken; Schrijven; Gesprekken voeren; Duits; Luisteren en kijken; Lezen; Publiek toespreken;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    1 uur en 30 minuten
    Trefwoorden
    arrangeerbaar, duits, im haus, mannelijke woorden, nieuwe woordjes, personalien, stercollectie, vmbo-kgt2, vrouwelijke woorden, woonplaats