Le passé composé et l'imparfait

Le passé composé et l'imparfait

Bienvenue

Bienvenue!

 

Op deze site wordt met behulp van filmpjes, tekst en opdrachten uitgelegd wat de passé composé en de imparfait is en hoe je deze gebruikt.

 

Het doel van deze site:

- Je kunt vertellen wat de passé composé is

- Je kunt vertellen wat de imparfait is

- Je kunt uitleggen hoe de passé composé gebruikt wordt

- Je kunt uitleggen hoe de imparfait gebruikt wordt

- Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen de passé composé en de imparfait

- Je kunt voorbeelden geven van de passé composé

- Je kunt voorbeelden geven van de imparfait

 

De site is ontwikkeld voor leerlingen van leerjaar 2 VWO. Uiteraard kan de site ook gebruikt worden door andere leerjaren om de kennis over de passé composé en de imparfait te verbeteren.

 

Le passé composé

Wat is de passé composé?

Om te vertellen wat er gebeurd is, gebruik je in het Frans de passé composé. De passé composé is de voltooid tegenwoordige tijd.

  • Net als in het Nederlands bestaat deze tijd uit twee werkwoordsvormen namelijk: de persoonsvorm en het voltooid deelwoord.
  • De persoonsvorm is bij de meeste werkwoorden een vorm van het hulpwerkwoord avoir.
  • Het voltooid deelwoord van een regelmatig werkwoord op -er eindigt op .
  • Het voltooid deelwoord van parler is dus parlé.
  • Ik heb gesproken is dan in het Frans j'ai parlé.
  • Het hele gezegde staat in het Frans bij elkaar in de zin, daarachter komt de rest van de zin:
    • Ik heb een pizza gegeten = J'ai mangé une pizza.

 

Voorbeeld met parler:

j'ai parlé - ik heb gesproken

tu as parlé - jij hebt gesproken

il a parlé - hij heeft gesproken

elle a parlé - zij heeft gesproken

on a parlé - men heeft gesproken

nous avons parlé - wij hebben gesproken

vous avez parlé - u heeft/ jullie hebben gesproken

ils ont parlé - zij hebben gesproken (mannen of mannen en vrouwen)

elles ont parlé - zij hebben gesproken (vrouwen)

Exercices passé composé

être-huis

Zoals eerder aangegeven worden de meeste werkwoorden in de passé composé vervoegd met het werkwoord avoir (hebben). Sommige werkwoorden worden met het werkwoord être (zijn) vervoegd. Vaak zit dit de wederkende werkwoorden. (In het Nederlands worden wederkerende werkwoorden vaak met 'hebben' vervoegd, in het Frans met 'zijn').

Bij de présent heb je al geleerd dat  het werkwoord être een onregelmatig werkwoord is. Hieronder wordt in een filmpje nogmaals uitgelegd hoe dit ook alweer zat:

 

 

Om te weten welke werkwoorden vervoegd worden met het werkwoord être, is het être-huis bedacht. Hieronder zie je een plaatje van het être-huis:

 

 

 

De volgende werkwoorden die in de passé composé vervoegd worden met être leren jullie dit jaar:

aller - je suis allé

descendre - je suis descendu

 

L'imparfait

Wat is de imparfait?

De imparfait is de onvoltooid verleden tijd.

 

De imparfait wordt gevormd volgens een drie-stappenplan. Het drie-stappenplan van de imparfait geldt voor alle werkwoorden, zowel regelmatige- als onregelmatige werkwoorden, behalve het werkwoord être!

 

Stap 1: neem de nous-vorm van een werkwoord in de présent > parlons

Stap 2: haal -ons van de nous-vorm af > parl

Stap 3: achter de stam komen de volgende uitgangen: -ais, -ais, -ait, -ions, -iez, -aient

 

Voorbeeld met parler:

je parlais - ik sprak

tu parlais - jij sprak

il parlait - hij sprak

elle parlait - zij sprak

on parlait - men sprak

nous parlions - wij spraken

vous parliez - u sprak/ jullie spraken

ils parlaient - zij spraken (mannen of mannen en vrouwen)

elles parlaient - zij spraken (vrouwen)

 

De enige uitzondering op de regel van de imparfait is het werkwoord être. De stam van de imparfait van être is ét-; daarachter komen wel dezelfde uitgangen als bij alle andere werkwoorden. 

 

Voorbeeld met être:

j'étais - ik was

tu étais - jij was

il était - hij was

elle était - zij was

on était - men was

nous étions - wij waren

vous étiez - u was/ jullie waren

ils étaient - zij waren (mannen of mannen en vrouwen)

elles étaient - zij waren (vrouwen)

Exercices imparfait

La différence

Mais qu'est-ce que c'est la différence entre le passé composé et l'imparfait?

Het gebruik van deze twee tijden is soms iets anders dan in het Nederlands, je kunt de tijdens immers niet willekeurig gebruiken.

 

Exemples:

  • - Hier, j'ai eu un examen français à neuf heures et quart. (passé composé)
    = Ik had gisteren een examen Frans om kwart over negen.
  • Tous les soirs nous jouions au foot. (imparfait)
    = Elke avond speelden wij voetbal.
  • Vendredi, j'ai fait mes devoirs. (passé composé)
    = Vrijdag heb ik mijn huiswerk gemaakt.

 

Zoals je kunt zien in bovenstaande voorbeelden, lijkt het alsof de eerste zin in het Nederlands 'ik heb gehad' als vertaling gebruikt moet worden, toch is het de passé compose want:

de passé composé

  • Geeft antwoord op de vraag: "en toen?"
  • Heeft vaak een tijdsaanduiding in de zin staan
  • Er is een begin en een eind (van het moment)
  • De gebeurtenissen zijn al afgesloten

 

Bij de imparfait ligt het iets anders, hier wordt namelijk vertelt hoe een gebeurtenis in het verleden was, niet wat er op dat ogenblik gebeurde. De imparfait kan gebruikt worden bij:

  • Een toestand
    J'avais beaucoup de tâches à la maison.
    = Ik had veel taakjes in huis.

 

  • Een gewoonte
    Nous n'avions pas l'électricité.
    = We hadden geen electriciteit.

 

  • Een handeling die aan de gang is
    Denk hierbij aan: zitten te, bezig zijn te, etc.
    Je travaillais au supermarché, pendant que les enfants sortaient en courant.
    = Terwijl de kinderen naar buiten renden, werkte ik in de supermarkt.

 

Een ander ezelsbruggetje om de passé composé en de imparfait uit elkaar te houden:

passé composé = vergelijkbaar met een film (bewegingen, gebeurtenissen)

imparfait = vergelijkbaar met een foto (stilstaand, beschrijvend)

 

Mots connecteurs

Er zijn een aantal woorden waaraan je makkelijk kunt herkennen of je de passé composé, of de imparfait moet gebruiken. (Deze woorden worden in het Nederlands bijwoordelijke bepalingen genoemd, in het Frans noemen we dit: mots connecteurs).

 

Passé composé:

soudain - toen

puis - vervolgens

ensuite - daarna

tout de suite après - meteen daarna

alors - toen

tout à coup - plotseling

 

Imparfait:

souvent - vaak

toujours - altijd

quelquefois - soms

autrefois - vroeger

 

                                

Vidéo

Wanneer je het nog steeds lastig vindt om het verschil te zien tussen de passé composé en de imparfait, adviseer ik je om onderstaande kennisclip te bekijken. In de kennisclip wordt nogmaals uitgelegd wat de tijden inhouden, en wat de verschillen zijn.

 

 

Test jezelf!

Nu je uitleg hebt gehad, en een aantal opdrachten hebt gemaakt over de passé composé en de imparfait, is het tijd om te kijken of je de uitleg hebt begrepen. Test jezelf met behulp van de diagnostische toets.

klik hier

  • Het arrangement Le passé composé et l'imparfait is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Naomi Oomkens Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2018-04-15 17:41:57
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Eiffeltoren:

    https://openclipart.org/detail/277699/eiffel-tower-2

     

    Vlinder:

    Franse vlag vlinder vliegen, op een witte achtergrond

     

    Afbeelding être-huis:

    https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/2/25/La_maison_etre.jpg

     

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Op deze site vind je informatie over de passé composé en de imparfait.
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Trefwoorden
    français, imparfait, passé composé
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    Exercice 1

    Exercice 2

    Exercice 1

    Exercice 2

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.