être-huis

Zoals eerder aangegeven worden de meeste werkwoorden in de passé composé vervoegd met het werkwoord avoir (hebben). Sommige werkwoorden worden met het werkwoord être (zijn) vervoegd. Vaak zit dit de wederkende werkwoorden. (In het Nederlands worden wederkerende werkwoorden vaak met 'hebben' vervoegd, in het Frans met 'zijn').

Bij de présent heb je al geleerd dat  het werkwoord être een onregelmatig werkwoord is. Hieronder wordt in een filmpje nogmaals uitgelegd hoe dit ook alweer zat:

 

 

Om te weten welke werkwoorden vervoegd worden met het werkwoord être, is het être-huis bedacht. Hieronder zie je een plaatje van het être-huis:

 

 

 

De volgende werkwoorden die in de passé composé vervoegd worden met être leren jullie dit jaar:

aller - je suis allé

descendre - je suis descendu