Alle leven op aarde is afhankelijk van de zon. De zon zorgt namelijk voor de energie voor alle organismen.
Er zijn veel moderne toepassingen van zonne-energie, maar de natuur gebruikt de zonne-energie al zolang er leven op aarde is.
Dit blok gaat over de zon en levende organismen.
Startopdracht A
Startopdracht A Gebruik zonne-energie!
Met zonne-energie kun je van alles doen.
Bekijk het filmpje "Hoe werkt zonne-energie?' en bekijk de afbeelding over de Solar car challenge.
Beantwoord daarna de vragen.
Solar car challenge 2017
Startopdracht B
Startopdracht B De zon
1. Misschien maak jij thuis rechtstreeks gebruik van de zon? Zo ja, op welke manier?
2. Waar haalt de zon zijn energie vandaan? Raakt de zon ooit op?
Bespreek deze vragen in de klas.
Voordat je begint
Benodigdheden:
vergiet
schaal of vaas waar het vergiet op past
lamp
loep
zoekkaart bodemdieren
waterbad
spiritus
bekerglas
blad van een geranium
pincet
jodiumoplossing
zoek kaart paddenstoelen
Tijd blok:
5 uur
Leerdoelen en vaardigheden
Leerdoelen
Je kunt:
zonlicht als een vorm van energie herkennen;
benoemen dat glucose en zetmeel chemische energie bevatten;
benoemen dat planten bij de fotosynthese zonne-energie vastleggen;
benoemen dat bij de verbranding van glucose chemische energie vrijkomt;
benoemen dat fotosynthese alleen bij organismen met bladgroen voorkomt en verbranding bij alle organismen;
benoemen dat een plant glucose opslaat in de vorm van zetmeel;
benoemen dat organismen chemische energie uit glucose kunnen gebruiken voor al hun activiteiten;
benoemen dat zowel bij fotosynthese als bij verbranding een vorm van energie omgezet wordt in een andere vorm;
benoemen dat planten glucose ook kunnen omzetten in allerlei andere stoffen.
enkele voedselketens tekenen;
uitleggen waardoor een voedselketen maar uit een beperkt aantal schakels kan bestaan;
het verschil tussen een voedselketen en een voedselweb uitleggen;
uit een voedselweb afleiden wat een organisme eet en door wie het gegeten wordt;
in een voedselweb de producenten, consumenten en reducenten aanwijzen;
uitleggen welke rol producenten, consumenten en reducenten in een voedselketen spelen;
uitleggen dat alle organismen op aarde afhankelijk zijn van planten;
uitleggen dat geen enkele schakel in een voedselketen kan bestaan zonder de andere schakels.
Vaardigheden
Je kunt:
de aanwezigheid van energierijke stof (zetmeel) aantonen;
zelfstandig aan de hand van een practicumhandleiding een experiment uitvoeren om vast te stellen wat een plant nodig heeft om zonne-energie om te zetten in glucose (en zetmeel);
onder begeleiding van de docent de aanwezigheid van bladgroen in enkele organismen aantonen.
Stap 1
Opdracht 1
Zonnepanelen van de natuur
Planten zijn eigenlijk de zonnepanelen van de natuur. De bladeren vangen net als de zonnepanelen zonne-energie op.
Oefening 1: Bladgroenkorrels
In de afbeelding zie je het beeld dat je ziet als je een heel dun blaadje van een plant onder een microscoop legt.
Je ziet dat het blad uit allemaal hokjes bestaat. Dat zijn de cellen.
Langs elke plantencel ligt een celwand. Langs die celwanden en in de vloeistof van de cel (het cytoplasma) liggen bladgroenkorrels.
Overleg met je docent of je dat ook zelf kunt bekijken.
Opdracht 2
Fotosynthese
Bekijk het filmpje.
Lees in de Kennisbank de informatie over fotosynthese.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Kunnen planten alleen in zonlicht groeien? Of is kunstlicht ook goed genoeg?
Bedenk een proef om dat uit te zoeken.
Plantjes die snel groeien zijn bijvoorbeeld tuinkers en mosterd.
Zorg wel dat de plantjes verder ook alles krijgen wat ze nodig hebben!
Schrijf op hoe je de proef wilt gaan doen en bespreek dat met je docent.
Denk goed na hoe je goed kunt vergelijken! Maak foto’s van het verloop van de proef.
Geef je antwoord op de onderzoeksvraag en lever je foto’s en antwoord in.
Stap 2
Opdracht 1
Fotosynthese en verbranding
Alleen planten kunnen glucose (suiker) maken uit koolstofdioxide en water. Ze kunnen glucose als brandstof gebruiken.
Door verbranding komt energie vrij om te groeien, zich te ontwikkelen en zich voort te planten. Die verbranding gaat precies hetzelfde als in jouw lichaam.
Wat is er nodig voor verbranding?
Bekijk het filmpje ‘Verbranding en kalkwater’ van BioBits:
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Planten verbranden maar een deel van de glucose (suiker). Ze maken er ook allerlei stoffen van die ze nodig hebben. Een van die stoffen is zetmeel. Zetmeel ken je vast wel uit tarwemeel, rijst of aardappelen. Voor mensen is het een belangrijke brandstof.
Bij biologie en scheikunde gebruik je soms een stof om de aanwezigheid van een andere stof aan te tonen. Zo’n ‘aantoonstof’ noem je een indicator.
In het filmpje van de vorige opdracht heb je al een indicator voor koolstofdioxide leren kennen. In deze opdracht proef gebruik je een indicator voor zetmeel.
Organismen die geen bladgroen hebben, profiteren maar al te graag van de voedingsstoffen die planten maken.
Zij doen zelf namelijk niet aan fotosynthese.
Zoek plaatjes van planten en dieren uit een bepaald gebied.
Knip ze uit en maak met de plaatjes een voedselketen.
Zoek ook een plaatje van de zon en leg dat op de juiste plaats.
Maak een foto van je voedselketen en lever deze in.
Lever je voedselketen in bij de docent.
Oefening 2: Een voedselketen in jouw vorm
Je kunt ook een voedselketen maken in de vorm van een infographic of een stripverhaal met behulp van een digitale tool.
Meer hierover vind je in de Gereedschapskist.
Welkom bij de gereedschapskist. Hier vind je uitleg over alle werkvormen waarmee je je eindproducten maakt. Bij iedere werkvorm staat beschreven hoe je deze uitvoert, kun je inspiratiefilmpjes bekijken en vind je de beoordelingscriteria waaraan jouw product moet voldoen. Ook zie je welke digitale middelen je kunt gebruiken en aan welke vaardigheden je werkt tijdens het maken van je eindproduct. Veel succes!
★ Oefening 3: Voedselketen in zee
Ook in zee heb je verschillende voedselketens.
Bekijk het filmpje 'Voedselweb' (Zeehondencentrum Pieterburen).
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Uit de vorige stappen heb je wel begrepen dat organismen die in de bodem leven heel belangrijk voor ons zijn.
Hoog tijd om ze eens goed te bekijken!
Oefening 1: Bodemdiertjes bekijken
In tweetallen.
Bekijk het filmpje om te zien hoe je bodemdiertjes kunt verzamelen.
Materiaal:
Vergiet
Schaal of vaas waar het vergiet op past
Lamp
Loep
Zoekkaart bodemdieren
Werkwijze:
Hoeveel verschillende bodemdiertjes zie je? Maak een tabel met in de 1e kolom de namen van de bodemdiertjes en turf in de 2e kolom hoeveel van deze diertjes je ziet.
Je kunt zoekkaarten gebruiken om de namen van de bodemdiertjes te vinden. Die kun je hier vinden, met nog heel veel andere informatie!
Spreek met je docent af hoe je deze opdracht afsluit.
Oefening 2: De afbraakketen
In tweetallen.
Bekijk het filmpje 'Fruit en vegetable decomposition'.
Bespreek met elkaar wat er gebeurt. Hoeveel dagen is er gefilmd?
Zou je zelf ook zoiets kunnen maken?
Bedenk onder welke omstandigheden je dit het beste zou kunnen doen.
Wissel de antwoorden uit in de klas en overleg met je docent of je het ‘in het klein’ kunt uitvoeren.
Oefening 3: Paddenstoelen: Vijanden, Vrienden en Vuilnismannen
Is het paddenstoelentijd?
Download dan hier het werkblad Paddestoelen en ga op pad!
Stap 6
Opdracht 1
Voedselpiramide
De meeste voedselketens bestaan uit slechts enkele schakels.
Is dat toevallig en kan een voedselketen onbeperkt lang zijn?
*Oefening 2: Een gedachten experiment
Een klein gedachte-experiment om een antwoord te vinden te geven op de vraag: kan een voedselketen onbeperkt lang zijn?
Doe deze opdracht met een klasgenoot of je docent.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Met een voedselpiramide kun zichtbaar te maken dat het aantal organismen in een bepaalde schakel van de voedselketen niet onbeperkt groot kan zijn.
Download het werkblad en maak je eigen voedselpiramide.
★ Stap 7
Opdracht 1
Alles in evenwicht
Een voedselweb is meestal in evenwicht. In een gebied leeft een bepaald aantal producenten. Zij strijden om zonlicht, voedingsstoffen en water. Dit noem je ook wel concurreren.
Meer producenten kunnen er dus niet leven. Daardoor is het aantal consumenten ook beperkt. Over een bepaalde periode blijven de aantallen organismen vrij constant.
Maar wat gebeurt er als er bijvoorbeeld een van de soorten producenten uitsterft?
Klik op Step 1 en je krijgt een instructie (engelstalig), hoe je de simulator kunt openen en welk scenario je dan ziet. Klik rechtsboven op de afbeelding om de simulator te openen.
In Step 2 krijg je weer een instructie over wat je ziet als je in deze stap (rechtsboven) de simulator opent.
Beantwoord met de simulatie de volgende vragen.
Bespreek met je docent hoe je deze opdracht gaat afsluiten.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
In deze opdracht laat je zien dat je de leerdoelen hebt bereikt.
In overleg met je docent kies je voor eindopdracht A of B.
Opdracht A: Model voedselweb
In groepjes.
Maak samen een model van een voedselweb. Hier zie je enkele voorbeelden van hoe je dat zou kunnen doen. Er is natuurlijk nog veel meer mogelijk!
In het model moet zichtbaar zijn:
de relaties binnen het voedselweb
het aantal schakels
de schakels die veel organismen bevatten
de schakels die weinig organismen bevatten
de rol van de zon.
Spreek met je docent af op welke manier je werk wordt beoordeeld.
Eindopdracht B
Opdracht B: Ruimte voor de wolf?
In groepjes.
In maart 2015 bezocht een wolf vier dagen lang het noorden van Nederland. Dit was de eerste wolf in zo'n 150 jaar tijd die Nederland bezocht, waarvan men zeker was dat het echt om een wolf ging. De tweede zekere wolf werd in het najaar van 2016 in Beuningen in Twente gezien.
Gebruik je kennis uit dit blok en geef antwoord op de volgende vragen:
In welke gebieden kan de wolf in Nederland leven en waarom juist daar?
Welke rol heeft de wolf in het voedselweb?
Waardoor is het aantal wolven dat in Nederland zou kunnen leven beperkt?
Hoeveel wolven zouden er volgens wetenschappers in Nederland kunnen leven?
Welke gevolgen zou het voor mensen hebben als wolven zich voor altijd in Nederland zouden vestigen?
Bronnen die je kunt gebruiken:
edepot.wur.nl (deze bron is lastig, maar de afbeeldingen kun je goed gebruiken)
Maak met de informatie en presentatie voor je klasgenoten.
Bepaal in welke vorm jullie de presentatie gaan geven. Gebruik hierbij eventueel de hulp uit de Gereedschapskist.
Het arrangement Blok: Eten en gegeten worden - hv123 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Dit blok hoort bij het thema 'Alles is energie', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Mens en Natuur voor hv123. Dit blok gaat over de zon en levende organismen. Je leert aan de hand van verschillende opdrachten zonlicht als vorm van energie herkennen en benoemen dat planten via fotosynthese zonne-energie vastleggen. Daarnaast leer je enkele voedselketens tekenen en uitleggen waardoor een voedselketen maar uit een bepaald aantal schakels kan bestaan. Je leert het verschil tussen een voedselketen en een voedselweb en leert in een voedselweb de producenten, consumenten en reducenten aanwijzen. Ook praktisch leer je in dit thema bepaalde vaardigheden. Zo ga je leren hoe je de aanwezigheid van een energierijke stof aantoont, een experiment uitvoert en de aanwezigheid van bladgroen in enkele organismen aantoont.
Wanneer je alle opdrachten hebt doorlopen ga je het blok afsluiten. Je kunt kiezen of je dit wilt doen doormiddel van het maken van een model van een voedselweb of het geven van een presentatie over de rol van de wolf in een voedselweb.
Leerniveau
VWO 2;
HAVO 1;
VWO 1;
HAVO 3;
VWO 3;
HAVO 2;
Leerinhoud en doelen
Energie;
Dynamisch evenwicht;
Biologie;
Mens en natuur;
Verbranden en verwarmen;
Ecosysteem;
Eindgebruiker
leerling/student
Moeilijkheidsgraad
gemiddeld
Studiebelasting
5 uur en 0 minuten
Trefwoorden
alles is energie, arrangeerbaar, eten en gegeten worden, fotosynthese, hv123, mens en natuur, stercollectie, voedselweb en voedselketen, voortgezette assimilatie, zetmeel aantonen
Dit blok hoort bij het thema 'Alles is energie', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Mens en Natuur voor hv123. Dit blok gaat over de zon en levende organismen. Je leert aan de hand van verschillende opdrachten zonlicht als vorm van energie herkennen en benoemen dat planten via fotosynthese zonne-energie vastleggen. Daarnaast leer je enkele voedselketens tekenen en uitleggen waardoor een voedselketen maar uit een bepaald aantal schakels kan bestaan. Je leert het verschil tussen een voedselketen en een voedselweb en leert in een voedselweb de producenten, consumenten en reducenten aanwijzen. Ook praktisch leer je in dit thema bepaalde vaardigheden. Zo ga je leren hoe je de aanwezigheid van een energierijke stof aantoont, een experiment uitvoert en de aanwezigheid van bladgroen in enkele organismen aantoont.
Wanneer je alle opdrachten hebt doorlopen ga je het blok afsluiten. Je kunt kiezen of je dit wilt doen doormiddel van het maken van een model van een voedselweb of het geven van een presentatie over de rol van de wolf in een voedselweb.
alles is energie, arrangeerbaar, eten en gegeten worden, fotosynthese, hv123, mens en natuur, stercollectie, voedselweb en voedselketen, voortgezette assimilatie, zetmeel aantonen
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Fotosynthese
Fotosynthese en verbranding
Dag en nacht
Voedselketen in zee
Eind van de voedselketen
Dood spul
Voedselpiramide
Voedselpiramide
Voedselweb simulator
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.