Leesverslag
Intro
Je leert hoe je een (digitaal) leesverslag kunt maken.
Hieronder zie je drie links naar leesverslagen.
Lees ze door en bespreek daarna met een klasgenoot welk leesverslag je het beste beeld van het boek gaf.
Bespreek ook welk leesverslag de duidelijkste en netste indeling had.
Wat kan ik straks?
Aan het eind van deze opdracht kun je:
- van een boek de algemene gegevens opschrijven (titel, naam schrijver, ISBN en aantal bladzijden).
- de inhoud van een boek samenvatten.
- je mening geven over de inhoud van het boek.
- een leesverslag schrijven over een zelfgekozen boek.
Wat ga ik doen?
Aan de slag
Stap 1: Kennisbank
Deze opdracht past zowel bij 'Schrijven' als bij 'Fictie'.
Je gaat een leesverslag schrijven.
Bestudeer eerst deze onderdelen in de Kennisbank Nederlands.
Neem in het totaal ongeveer 25 minuten voor deze stap.
Kijk ook eens op scholieren.nl naar voorbeelden van leesverslagen.
Stap 2: Boek kiezen
Je gaat straks een leesverslag schrijven.
Je moet eerst een boek kiezen waarover je het leesverslag gaat schrijven.
Kies een boek van de boekenlijst.
Je kunt ook met je docent overleggen welk boek je mag lezen.
Lees het hele boek voordat je verder gaat.
Je kunt het maken van het leesverslag het beste in drie delen verdelen:
- De keuze van het boek.
- De inhoud.
- Je eigen mening.
In de volgende stappen wordt steeds een van de delen verder uitgewerkt.
Stap 3: Jouw boek
Begin je leesverslag met het opschrijven van:
- De titel van het boek.
- De naam van de schrijver.
- Het ISBN-nummer.
- Het aantal bladzijden.
Maak een tekstbestand en schrijf dit alles in een bestand. Vergeet niet op te slaan.
Geef vervolgens antwoord op de volgende vier vragen:
- Heb je het boek gekozen vanwege de aantrekkelijke omslag van het boek?
Leg je antwoord uit.
- Vond je de titel van het boek aantrekkelijk?
Leg uit waarom de titel je wel, of juist niet aanspreekt.
- Heb je voordat je je keuze maakte de tekst op de achterkant gelezen?
Heeft die tekst invloed gehad op je keuze?
Leg je antwoord uit.
- Zijn er nog andere zaken te noemen die je keuze hebben bepaald?
Zo ja, welke zaken?
Noteer de vragen en de antwoorden in het tekstbestand en sla het geheel op.
Stap 4: Inhoud
In het tweede deel van het verslag vertel je waar het boek over gaat.
Je geeft een samenvatting van het verhaal.
Je geeft daarin de ontwikkelingen in het verhaal in grote lijnen weer.
Beantwoord in ieder geval de volgende vragen:
- Wie is de hoofdpersoon in het boek?
- Wie zijn de belangrijkste bijpersonen?
Noem de naam.
Geef aan in welke relatie ze tot de hoofdpersoon staan.
- Waar speel het verhaal zich af?
- Wanneer speelt het verhaal zich af?
Wordt het verhaal chronologisch (in volgorde van toen tot nu) verteld?
- Wat is het belangrijkste probleem in het verhaal?
Hoe loopt het af?
Stap 5: Eigen mening
Ten slotte vertel je wat je van het boek vond.
Je geeft antwoord op de volgende vragen:
- Vond je het verhaal makkelijk of moeilijk geschreven?
Leg uit waarom.
- Vond je het een spannend boek?
Waarom?
- Was het boek gevoelig/aangrijpend?
Geef voorbeelden.
- Kwam er veel humor voor in het boek?
Vond je dat leuk?
- Was het verhaal realistisch?
Leg je anwoord uit.
- Wat vond je van de afloop?
Leuk of juist niet leuk? Waarom?
Afronding
Samenvattend
Hier vind je de kennisbanken die horen bij deze opdracht.
Eindopdracht: Leesverslag afronden
Als eindopdracht van deze opdracht maak je je leesverslag compleet.
De tekst van je leesverslag is klaar.
Het is goed om ook enkele afbeeldingen toe te voegen.
Zoek in ieder geval een afbeelding van de omslag van het boek.
Misschien kun je ook wel een afbeelding van de auteur vinden.
Plaats de afbeeldingen in je leesverslag.
Lees nu je leesverslag nog één keer helemaal door.
Als je nog taalfouten ziet, verbeter je die natuurlijk.
Beoordeling
Je docent let bij de beoordeling van je leesverslag op het volgende:
- Je hebt goed omschreven waarom je het boek hebt gekozen.
- Je hebt de algemene gegevens van het boek genoteerd (titel, naam van de schrijver, ISBN en aantal bladzijden).
- Je hebt een duidelijke samenvatting van het verhaal gegeven en daarbij aandacht besteed aan de punten die in stap 4 worden genoemd.
- Je hebt goed omschreven wat je mening is over het boek.
Klaar en tevreden?
Laat je leesverslag dan beoordelen door je docent.
Terugkijken
Intro
- Lees de intro van deze opdracht nog eens door. Heb je een van deze boeken gebruikt voor je eigen leesverslag?
Kan ik wat ik moet kunnen?
- Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
Kun je wat je moet kunnen?
Hoe ging het?
- Tijd
Bij de activiteiten stond dat je ongeveer twee á drie uur met de opdracht bezig zou zijn.
Had je die tijd ook nodig voor deze opdracht of kwam je tijd te kort? Hoeveel tijd heb je uiteindelijk besteed aan het schrijven van het boek?
- Inhoud
Hoe vond je het om stapsgewijs een leesverslag te schrijven? Vond je de uitleg voldoende?
- Eindopdracht
Wat vond je van de eindopdracht?
Moest je nog veel schrijven voor je leesverslag of was je al (bijna) klaar met de tekst?
Was je tevreden over het eindresultaat?
Is er iets wat je bij het schrijven van een volgend leesverslag anders aan zou pakken?