In het tweede deel van het verslag vertel je waar het boek over gaat.
Je geeft een samenvatting van het verhaal.
Je geeft daarin de ontwikkelingen in het verhaal in grote lijnen weer.
Beantwoord in ieder geval de volgende vragen:
Wie is de hoofdpersoon in het boek?
Wie zijn de belangrijkste bijpersonen?
Noem de naam.
Geef aan in welke relatie ze tot de hoofdpersoon staan.
Waar speel het verhaal zich af?
Wanneer speelt het verhaal zich af?
Wordt het verhaal chronologisch (in volgorde van toen tot nu) verteld?
Wat is het belangrijkste probleem in het verhaal?
Hoe loopt het af?