De integrale opdracht
planning blok 9
De planning wordt per week bijgewerkt
week maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag
5 |
29-jan |
|
30-jan |
Toetsing cursussen anatomie blok 8 |
31-jan |
start IO 9:
indelen groepen
maken scenario
plan maken filmen operatie
|
|
1-feb |
|
2-feb |
start cursussen
registratie
anatomie zenuwstelsel en zintuigen
communicatie
|
6 |
5-feb |
|
6-feb |
anesthesie:
les 6 pijnbestrijding
les 1 pre anesthetisch onderzoek
narcose stadia
|
7-feb |
LOB: kwaliteiten en motieven
IO 9:
- protocollen uitwerken
- maken beoordelingsformulier BPV
oefenen dierverblijf
Standaard operaties:
les 1 in duo's.
In duo's:
- OVH/ OVE hond/ kat (Maxime, Chantal)
- pyometra (Naomi, Rianne)
- castratie reu/ kater (Sanne, Rielle)
- keizersnee hond/ kat (Yvonne, Chantal)
- (melkklier) tumor verwijderen (Linde, Britt)
- othaematoom operatie (Nathalie, Julia)
- operatie MDK inclusief maagtorsie (Anouk, Imke)
- laparoscopie (kijk operatie) (Elke)
Voor je operatie:
- Vertaal je de tekst uit BSAVA
- zoek je een duidelijke film
- zoek je 2 goede bronnen met uitleg
- vat je samen: redenen voor deze ingreep; leg uit hoe de ingreep in zijn werk gaat; benoem de risico's (korte en lange termijn)
|
|
8-feb |
|
9-feb |
|
7 |
12-feb |
|
13-feb |
les 1 anesthesie nabespreken.
anesthesie middelen:
1. brainstorm: welke anesthesie middelen ken je? (mindmap op bord)
2. welke effecten zie je aan de patient onder narcose? (mindmap op bord)
3. docent: uitleg effect per middel/ groep
|
14-feb |
IO 9:
- protocollen uitwerken
- maken beoordelingsformulier BPV
oefenen dierverblijf
Standaard operaties:
M.b.v. de film/ je vertalingen twee bronnen informeer je in max. 10 minuten je klasgenoten over deze ingreep.
|
|
15-feb |
|
16-feb |
|
8 |
19-feb |
|
20-feb |
1.. monitoring: hoe?
2. video's ECC inhal.: maak aantekeningen.
3. bestudeer plaatjes/ schema's (tekst) BSAVA 703-715.
4. deelopdr 3/4 en verantwoording anesthesie: wat nog te leren?
les 5 bewakingsapparatuur
les 7 anesthesie verslag
|
21-feb |
Vervolg met meneer Fikse
oefenen dierverblijf
Standaard operaties:
- rest operaties
- check deelopdrachten: alle info in je hoofd?
- check verantwoording: wat nog te leren?
|
|
22-feb |
|
23-feb |
les |
9 |
26-feb |
|
27-feb |
VAKANTIE |
28-feb |
VAKANTIE |
|
1-mrt |
VAKANTIE |
2-mrt |
VAKANTIE |
10 |
5-mrt |
|
6-mrt |
mogelijkheid om extra te oefenen in de dierverblijven o.l.v. mevr. van der Ham (11.30-14.15 uur) |
7-mrt |
gelegenheid voor bezoek DAP (voor LOB en IO 9)
Deadline LOB: bedrijfsbezoeken
|
|
8-mrt |
les Balkbrug
13.00-16.00 uur
|
9-mrt |
les |
11 |
12-mrt |
|
13-mrt |
Toetsing anesthesie; standaard operaties |
14-mrt |
protocollen verbeteren n.a.v. film materiaal.
Deadline scenario en protocollen:
inleveren in Cumlaude IO 9:
- lijst met namen groep;
- scenario;
- protocol;
- beoordelingsformulier
- lijst met bekeken film materiaal (naam leverancier-operatie-bron)
LOB: opstellen leerdoelen. Voorbereiden BPV
LOB les mevrouw Luisman
inleveren leerdoelen verslag per mail.
intro IO 10 en IO 11
|
|
15-mrt |
|
16-mrt |
Toetsing anatomie zenuwstelsel/ zintuigen; registratie
Toets verzet naar woensdag 25 april
Excursie dierenkliniek den Ham
|
12 |
19-mrt |
|
20-mrt |
BPV:
uitvoer IO 7-8- 9
|
21-mrt |
BPV |
BPV |
22-mrt |
BPV |
23-mrt |
BPV |
17 |
|
|
|
les zenuwstelsel en zintuigen
opdracht registratie
|
25-4 |
IO 9: reflectie en Tips/ Tops vanuit uitvoer op stage inleveren
maken reflectieverslag stage
Toets zenuwstelsel en zintuigen
|
|
|
|
|
|
Cursus Registratie van de patiëntenzorg en informatieoverdracht
inleiding
Je hebt inmiddels al wat ervaring opgedaan met het werken in de dierenartspraktijk. Waarschijnlijk heb je al gemerkt hoe belangrijk het is dat je gegevens goed verwerkt en dat het belangrijk is dan anderen de gegevens goed kunnen begrijpen. Maar wat moet je allemaal vastleggen? Wat is belangrijk en wat niet? De verschillen tussen de praktijken zijn soms erg groot. Tijdens deze lessen zullen deze verschillen naar voren komen. Je gaat operatieveslagen, anaesthesieverslagen en recoveryverslagen invullen.
Buiten het vastleggen van gegevens binnen de praktijk krijg je ook te maken met het informeren van eigenaren. Eigenaren die soms emotioneel, bang of gespannen zijn. Hoe zorg je er nou voor dat ze toch de juiste informatie binnen krijgen? Je gaat oefenen met verschillende gesprekken, ook maak je (advies)brieven die je na of voor een behandeling/operatie mee kunt geven. Daarbij is het ook van belang dat de eigenaren goed weten hoe ze medicatie toe kunnen dienen bij hun dier en waar ze op moeten letten om de gezondheid van hun dier in de gaten te houden na de behandeling/operatie.
deelopdrachten
Bijeenkomst
|
Onderwerpen
|
Opdrachten
|
1
|
Operatieverslagen, anesthesieverslagen recoveryverslagen invullen.
|
- Jullie gaan in groepjes verslagen bekijken en vergelijken.
- Bespreken hoe dit in zijn werk gaat op de verschillende stage bedrijven.
- Jullie gaan in groepjes verslagen fictief invullen, daarna gaan we de overeenkomsten en verschillen tussen de groepjes vergelijken.
- Hoe verwerk je de gegevens in het computersysteem? Oefen dit in animana.
|
2 en 3
|
Standaard postoperatieve behandelingen inclusief postoperatieve formularium.
En informatie voorziening aan de klant.
|
- Welke adviezen geef je een eigenaar mee voordat de operatie plaats gaat vinden? Maak samen met de klas een lijst met belangrijke punten.
- Jullie gaan individueel een nazorgbrief maken voor een operatie. De docent zal aangeven voor welke operatie.
- Jullie gaan de brieven onderling vergelijken en uiteindelijk een goede brief maken per operatie. Deze wisselen we onderling uit zodat iedereen verschillende goede brieven in zijn bezit heeft.
- Jullie krijgen nu voorbeeldbrieven van de docenten jullie kunnen brieven uit animana halen. Vergelijk dit met de door jullie gemaakte brieven. Wat valt jullie op?
- Jullie moeten ook medicatie meegeven na de operatie en afspraken maken voor controle en dergelijke. Waar let je op? Hoe pak je dit aan?
|
4
|
Communicatie
|
- Jullie krijgen verschillende casussen van de docent. Jullie gaan oefenen in rollenspellen met het geven van advies voorafgaand en na de operatie.
|
5
|
Afronding/toetsing
|
Jullie krijgen allemaal van de docent een casus toegewezen die regelmatig voorkomt in de praktijk.
- Je beschrijft welke adviezen je de klant meegeeft voorafgaand aan de operatie
- Zoek de meest passende brief uit jouw bestand aan brieven uit die je na de operatie meegeeft (pas hem desnoods wat aan)
- Beschrijf welke nazorg er volgens jou nodig is(controle afspraak of is alleen telefonisch contact voldoende).
|
bronnen
- Materiaal uit de lessen “standaard operaties”
- Voorbeelden van operatieverslagen, anesthesieverslagen recoveryverslagen.
- Voorbeelden van adviesbrieven.
beoordeling
De cursus wordt afgesloten met een afrondende opdracht zoals beschreven in de tabel van de deelopdrachten.
Jullie krijgen allemaal van de docent een casus toegewezen die regelmatig voorkomt in de praktijk.
- Je beschrijft welke adviezen je de klant meegeeft voorafgaand aan de operatie
- Zoek de meest passende brief uit jouw bestand aan brieven uit die je na de operatie meegeeft (pas hem desnoods wat aan)
- Beschrijf welke nazorg er volgens jou nodig is (controle afspraak of is alleen telefonisch contact voldoende).
De eindopdracht wordt beoordeeld met een O/V/G.
verantwoording
Na deze cursus kun je:
- anaesthesieverslagen, patiëntenverslagen, hokkaarten goed invullen zodat anderen op de genoteerde gegevens kan afgaan;
- geopereerde patiënten mee naar huis geven aan de cliënt;
- de cliënt van goede informatie voorzien over het verloop van operatie,de post-operatieve periode en de te gebruiken medicatie.
cursus standaard operaties
inleiding

Het derde blok van het 2e leerjaar heeft operatieassistentie als centraal onderwerp. Als dierenartsassistent paraveterinair ga je in de praktijk regelmatig assisteren in de operatiekamer (OK).
In de cursus standaardoperaties draait het om de operaties die het meest uitgevoerd worden in de dierenartsenpraktijk. Het is belangrijk dat je een goed beeld hebt van de praktische uitvoering van deze operaties. De materialen, apparatuur en instrumenten die nodig zijn voor de uitvoering zullen aan bod komen. Ook de rol die de dierenartsassistent paraveterinair heeft, van de voorbereiding tot en met de afronding en nazorg van de operatie, zal aan de orde komen.
deelopdrachten
planning:
Bijeenkomst
|
Onderwerpen
|
Opdrachten
|
Mogelijke didactische werkvormen
|
Bronnen
|
1
|
Inleiding: standaardoperaties en algemene voorbereiding OK
|
Brainstorm over welke taken je als paraveterinair hebt bij de uitvoering van een operatie.
Maak in duo’s een checklist voor de apparatuur, instrumenten en materialen die je voor de operatie klaar moet leggen/aan moet sluiten.
Schrijf in duo’s een protocol voor de voorbereiding van de patiënt en het operatiegebied.
Welke 4 categorieen operaties zijn er?
|
Brainstorm
Checklist opstellen in duo’s.
Protocol schrijven in duo’s.
|
BSAVA blz 742-746
BSAVA blz 803 tabel
|
2
|
OVH en OVE hond en kat inclusief pyometra
14-2
|
In de volksmond worden een teef en een poes vaak ‘gesteriliseerd’ in plaats van gecastreerd. Wat gebeurt er nu eigenlijk tijdens deze ingreep en waarom is de term sterilisatie fout?
De castratie van een teef en een poes kan op 2 manieren gedaan worden: een OVH of een OVE. Waar staan deze afkortingen voor en wat is het verschil tussen deze 2 ingrepen?
Maak een schematische tekening van het vrouwelijke geslachtsapparaat van eierstokken tot vagina inclusief de verschillende ophangbanden. Doorloop de stappen van de operatie en geef voor OVH en OVE op deze tekening aan welke onderdelen verwijderd worden. Aan de hand van deze tekening kun je ook onderzoeken welke stappen van de ingreep kans geven op complicaties zoals bloedingen.
Wat maakt dat een pyometra operatie risicovoller is dan een OVH bij een gezond dier? Welke aanvullende voorbereidingen tref je?
|
Teken-opdracht.
|
BSAVA Hs 26
BSAVA blz 822
https://maken.wikiwijs.nl/52998#!page-3837642
|
3
|
Castratie reu/kater
14-2
|
Het doel van de ingreep is bij de reu en de kater hetzelfde, maar de uitvoering behoorlijk verschillend.
Doorloop de operaties stap voor stap van de voorbereiding van het operatiegebied tot aan het wel of niet sluiten van de wond. Wat zijn de verschillen en waar moet je bij ieder van beide operaties specifiek op letten? Wat is het verschil in nazorg?
|
Discussie nadat de leerlingen zich verdiept hebben in het verloop van beide operaties.
|
BSAVA Hs 26
BSAVA blz 821
https://maken.wikiwijs.nl/52998#!page-3837642
|
4
|
Tumoren verwijderen en melklijsten
|
Regelmatig worden tumoren van alle soorten en maten weggehaald. Dit kan op verschillende manieren gebeuren. Dit is vooral afhankelijk van de plaats en de aard van de tumor.
Waar moet je op voorbereid zijn bij dit soort operaties? Doorloop je checklist en protocol van les 1 en maak deze compleet voor de volgende ingrepen:
- het verwijderen van tumoren
- een melklijstresectie (Wat is dat eigenlijk en waarom gebeurt dit?)
|
|
BSAVA blz 808 |
5
|
Othaematoom en darmoperatie
|
De operatie van een othaematoom en een darmoperatie zijn compleet verschillend van de eerder behandelde ingrepen, maar ook verschillend ten opzichte van elkaar.
Bedenk wat een groot gevaar kan zijn bij een darmoperatie. Hoe kun je dit risico verkleinen? Welke materialen en instrumenten leg je voor deze ingreep extra klaar? Doorloop de verschillende stappen van de ingreep. Waar moet je bij de nazorg extra op letten?
Wat is het doel van een operatie van een othaematoom? Welke materialen en instrumenten leg je klaar? Welke nazorg is belangrijk?
|
Risico-analyse.
|
BSAVA blz 807
blz 810-812
|
6
|
Keizersnede
14-2
Laparoscopie
|
Een naderende geboorte: wanneer wordt besloten een keizersnede uit te voeren?
Hoe is het verloop van een keizersnede?
Welke materialen, middelen en hulp moet je organiseren?
Wat is de extra zorg voor moeder en jongen?
Steeds vaker wordt er gebruik gemaakt van een moderne techniek voor het uitvoeren van buikoperaties: laparoscopie. Wat houdt dit precies in? Welke materialen, instrumenten en apparatuur moet je hiervoor klaar leggen? Welke patiëntvoorbereiding is er nodig?
Wat zijn de voor- en nadelen van laparoscopie ten opzichte van de traditionele buikoperatie ?Denk hierbij niet alleen aan de ingreep zelf, maar ook aan de voorbereiding en de nazorg.
|
|
BSAVA blz 822-823
BSAVA blz 828-829
|
7
|
Toets
|
Afsluitende toets
|
|
|
bronnen
beoordeling
Aan het eind van deze lessenreeks krijg je een kennistoets. Dit is een tussentoets. Je krijgt feedback op welke onderdelen je voldoende, en welke je nog onvoldoende beheerst. De kennis die je in deze cursus hebt geleerd is belangrijk voor je toekomstige beroep en wordt gevraagd bij de jaarlijkse eindtoetsen, en bij de afsluitende kennistoets in leerjaar 4.
verantwoording
Het doel van de cursus is dat je na afsluiting ervan de dierenarts kunt ondersteunen bij de uitvoering van standaardoperaties, maar ook bij eventuele andere ingrepen.
Je kunt:
- uitleggen wat er gaat gebeuren bij de standaardoperaties;
- risico’s benoemen van de ingreep;
- anticiperen op wat gaat gebeuren;
- de nodige voorbereidingen treffen en de juiste materialen klaarleggen;
- de dierenarts ondersteunen door materialen aan te geven en door de patiënt of het operatiegebied te positioneren;
- aangeven welke nazorg belangrijk is, zodat de kans op een goed en snel herstel zo groot mogelijk is.
cursus anatomie zenuwstelsel en zintuigen
inleiding

In deze cursus wordt de anatomie en de fysiologie behandeld van het zenuwstelsel, en zintuigen oog en oor. Je leert hoe de bouw van de organen is en hoe deze organen in de gezonde situatie functioneren.
Pas als je weet hoe de organen in het gezonde dier werken, kun je afwijkingen op de normale situatie begrijpen. Daarom besteden we de eerste lesuren in deze cursus aan de normale situatie van het zenuwstelsel, oog en oor in het gezonde dier. Ook wordt er aandacht besteed aan methodes om de functie te beoordelen.
De laatste lessen besteden we aandacht aan het zieke dier, en gaan we in op de pathologie van het zenuwstelsel, oog en oor. Bij het bespreken van enkele veel voorkomende aandoeningen gaan we vooral in op de ondersteunende rol die de paraveterinair kan hebben in de advisering naar de klant, de assistentie van de behandelend dierenarts, en de behandelmogelijkheden voor de patiënt die de paraveterinair zelfstandig kan uitvoeren.
deelopdrachten
planning:
Bijeenkomst
|
Onderwerpen
|
Opdrachten
|
1 en 2
|
Anatomie en fysiologie zenuwstelsel
|
Maak een samenvatting en/of mindmap van anatomie en fysiologie van het centrale en perifere zenuwstelsel.
Leg duidelijk uit hoe de prikkelgeleiding verloopt.
|
3
|
Onderzoeksmethodes voor het zenuwstelsel.
|
Welke onderzoeksmethodes zijn er mogelijk op een dierenartsenpraktijk?
Welke reflexen test je als paraveterinair regelmatig en in welke situatie?
|
4 en 5
|
Pathologie:
|
Zoek (film)materiaal van deze ziekteprocessen.
Wat zou de rol van de paraveterinair kunnen zijn bij deze ziekteprocessen?
|
6 en 7
|
Anatomie en fysiologie zintuigen oor en oog.
Onderzoeksmethodes zintuigen oog en oor.
|
Maak een samenvatting en/of mindmap van anatomie en fysiologie van oog en oor.
Welke onderzoeksmethodes zijn er mogelijk op een dierenartsenpraktijk?
|
8
|
Pathologie zintuigen oog en oor:
- (chronische) otitis externa
-
-
-
- Conjunctivitis sicca
|
Zoek (film)materiaal van deze ziekteprocessen.
Wat zou de rol van de paraveterinair kunnen zijn bij deze ziekteprocessen?
|
bronnen
- BSAVA textbook blz 65 - 72 / 563 / 568.
- http://maken.wikiwijs.nl/35636
- maken.wikiwijs.nl/52998
beoordeling
Aan het eind van deze lessenreeks krijg je een kennistoets. Dit is een tussentoets. Je krijgt feedback op welke onderdelen je voldoende, en welke je nog onvoldoende beheerst. De kennis die je in deze cursus hebt geleerd is belangrijk voor je toekomstige beroep en wordt gevraagd bij de jaarlijkse eindtoetsen, en bij de afsluitende kennistoets in leerjaar 4.
verantwoording
Om te kunnen leven zijn een goed zenuwstelsel en zintuigen van belang. Om de klant te kunnen adviseren, de patiënt te kunnen ondersteunen en de dierenarts te kunnen assisteren, moet je dus kennis hebben van deze organen. Voor een goed functioneren in de operatiekamer in een volgend blok van dit leerjaar is kennis over deze organen noodzakelijk.
Na deze cursus kun je:
- de bouw en functie van een gezond zenuwstelsel, oog en oor benoemen;
- de werking van deze orgaansystemen uitleggen;
- de basis uitleggen van onderzoeksmethodes ;
- aangeven wat in basis de mogelijkheden van de begeleiding zijn bij de afwijkingen van deze orgaansystemen;
- aangeven welke adviezen je aan de eigenaar kunt geven;
- de rol van de paraveterinair aangeven in relatie tot (dis)functioneren van deze orgaansystemen.
cursus anaesthesiologie en pijnbestrijding
inleiding

Bij de anesthesie wordt gebruik gemaakt van verschillende producten, materialen en apparatuur. Jij bent als paraveterinair verantwoordelijk voor het bijstellen van de narcosediepte en moet daarvoor kennis hebben van alle producten materialen en apparatuur die wordt ingezet bij de narcose. Jij monitort de patiënt en legt de gegevens vast in het anesthesieverslag.
In deze cursus behandelen we de basis van de anesthesie en pijnbestrijding. In leerjaar drie volgt een verdieping bij de cursus anesthesie - de high riskpatiënt.
deelopdrachten
planning:
Bijeenkomst
|
Onderwerpen
|
Bronnen |
Opdrachten
|
|
|
1
6 feb ingezet, huiswerk 1 feb: afmaken.
bespreken op 13 feb
|
Het pre-anesthetisch onderzoek.
De narcose stadia.
|
BSAVA blz 665-667
BSAVA blz 664 (hele blz)
|
Welke parameters worden gemeten.
Wat zijn normaalwaarden.
Welke hulpmiddelen zijn nodig.
Hoe kun jij assisteren.
Welke narcose stadia zijn er.
Welke fysiologische veranderingen zijn er in de patiënt bij de verschillende stadia.
|
|
|
2
13 feb
|
De injectieanesthesie.
|
BSAVA blz 670-672; 684; 688; 696-697 de paarse vakken |
Maak een overzicht van de op de praktijk aanwezige of de meest gebruikte anesthesiemiddelen.
Welke effect hebben de verschillende anesthesiemiddelen?
Hoe is het verloop van die effecten over de tijd .
Hoe monitor jij die effecten.
|
|
|
3 en 4
20 feb
|
Inhalatie anaesthesie.
|
BSAVA blz 670-672; 684; 688; 696-697 de paarse vakken
video's kenniskiem
BSAVA blz 703-715
|
De bouw en onderdelen van het anesthesieapparaat.
De flow van het gas door het apparaat.
De O2 bypass.
Verschillen tussen het grote en het kleine systeem.
Effect van de isofluraan op de patiënt.
Gezondheidsrisico’s van isofluraan op onszelf, de afzuiging en uitwassen van isofluraan.
Bijvullen van de sodalime korrels en de isofluraan.
Controle op lekkage.
|
|
|
5
20 feb
|
De controleapparatuur en beademen van de patiënt.
|
BSAVA blz 715-726 |
Bespreek de volgende controleapparatuur:
-
-
- Pulseoxy meter
- Bloeddruk meting
-
Zoek afbeeldingen.
Benoem de werking.
Hoe moet de apparatuur worden aangesloten?
Wat zijn normaalwaardes?
Hoe moet je handelen bij afwijkende waardes?
Hoe kun je beademen met de gasnarcoseappartuur.
|
|
|
6
6 feb behandeld
|
Inleiding pijnbestrijding:
- Pijncsores en monitoring.
- Middelen voor pijnbestrijding.
|
BSAVA blz 375-376 pain assessment
BSAVA blz 673-677 analgesi
BSAVA blz 667: opioids
BSAVA blz 679 NSAID's
https://maken.wikiwijs.nl/?id=15&arrangement=48186#!page-752498
|
Pijnscore kaarten.
Hoe monitor jij pijn bij de anesthesiepatient?
De werking van verschillende analgetica en de productnamen:
Welke producten worden pre- en post anesthetisch het meest gebruikt?
|
|
|
7
20 feb
|
Het anesthesieverslag.
|
BSAVA blz 715-726 |
Wat houd je bij in het anesthesieverslag?
|
|
|
8
|
afronding
|
|
Herhaling.
Oefening.
Toetsing.
Feedback.
|
|
|
.
bronnen
beoordeling
Aan het eind van deze lessenreeks krijg je een kennistoets. Dit is een tussentoets. Je krijgt feedback op welke onderdelen je voldoende, en welke je nog onvoldoende beheerst. De kennis die je in deze cursus hebt geleerd is belangrijk voor je toekomstige beroep en wordt gevraagd bij de jaarlijkse eindtoetsen, en bij de afsluitende kennistoets in leerjaar 4.
verantwoording
Het toedienen van anesthesie is in de wet als apart onderdeel van je opleiding omschreven. Dit betekent dat je veel kennis over de anaesthesie en de pijnbestrijding moet hebben.
Aan het eind van deze cursus kun je:
- aangeven welke onderzoeken er plaatsvinden bij een pre-anesthetisch onderzoek;
- de normaalwaardes van een pre-anesthetisch onderzoek benoemen;
- methodes benoemen om de klant te informeren over de mogelijkheden van het pre-anesthetisch onderzoek;
- materialen voor de anesthesie klaarleggen;
- benoemen hoe je kan assisteren bij het toedienen van de anesthesie;
- de narcosestadia van de patiënt benoemen;
- de bouw, werking en onderhoud van de gasnarcose apparatuur uitleggen;
- de werking, normaalwaarden van bewakingsapparatuur uitleggen en hoe te handelen bij afwijkingen;
- benoemen hoe je de toestand van de patiënt kan monitoren tijdens de anesthesie;
- benoemen hoe je een anesthesieverslag bijhoudt;
- benoemen hoe je de anesthesiediepte kan bijstellen na instructie;
- benoemen hoe je de anesthesie stopt en de patiënt afkoppelt;
- de bewaking van de patiënt tijdens de recovery benoemen;
- pijnsignalen herkennen;
- verschillen in werking van productgroepen analgetica uitleggen;
- uitleggen welke analgetica pre- en postoperatief kunnen worden toegediend;
- de volgende Latijnse termen benoemen: apnoe, hypoventilatie, bradycardie, tachycardie, arytmie, hypotensie, hypertensie, hypoxie, analgesie, pre- en postoperatief.
communicatie
inleiding
deelopdrachten
bronnen
beoordeling
verantwoording
trainingen assisteren bij operatie
inleiding
In deze training ga je de verschillende vaardigheden oefenen die je voor het assisteren bij operaties moet beheersen.
Bij het operatieprogramma heb jij als paraveterinair een belangrijke rol. Je ondersteunt de dierenarts en bereidt alles zo voor dat de dierenarts de operatie vlot kan uitvoeren. Je zorgt ervoor dat het programma goed doorloopt, als de ene operatie klaar is, heb jij de patiënt voor de volgende operatie alweer kant en klaar op de operatietafel liggen. De dierenarts hoeft zo niet te wachten, en er kan vlot en efficiënt worden doorgewerkt. Tijdens die voorbereiding blijf je oog houden voor een goede hygiëne. Ook verzorg je tussendoor de recovery van de operatiepatiënten.
Bij deze training leer je daarom hoe je de patiënt op de tafel moet positioneren en hoe je het operatiegebied moet voorbereiden. Ook oefen je aan een model het intuberen. Bij een goede voorbereiding hoort ook het toedienen van pijnstilling en evt. antibiotica. Je oefent daarom verschillende injectietechnieken, en berekent doseringen van verschillende producten. Natuurlijk moet je tijdens het operatieprogramma ook goede hygiënische maatregelen treffen. In blok 7 heb je daar al veel over geleerd. Nu breng je het geleerde in praktijk in de ok-situatie. Ten slotte ben jij in de operatiekamer als omloop ook anesthesieassistent, en moet je de recovery van de patiënt begeleiden. Daarom oefenen we ook het klinisch onderzoek nog een keer. We kijken daarbij vooral naar de functies die van belang zijn voor een snelle screening van de situatie van de ok- en recovery patiënt.
De vaardigheden worden op verschillende momenten aangeboden. Je oefent met je groepje. Je probeert daarbij verschillende technieken uit en probeert elkaar feedback te geven. Belangrijke tips en trucs noteer je in een samenvatting. Zo heb je op stage bij de assistentie tijdens het operatieprogramma altijd belangrijke informatie bij de hand.
deelopdrachten
Bijeenkomst
|
Onderwerpen
|
Opdrachten
|
|
Training voorbereiding en recovery operatiepatiënt:
|
Wat zijn veel voorkomende operaties en hoe bereid ik de patiënt daarop voor?
- Scheren, wassen en desinfecteren operatiegebied.
- Hoe positioneer ik de patiënt op de tafel?
-
Oefenen vaardigheidsexamens:
- OP-05 operatie patiënt voorbereiden
- AN-01 Intuberen
|
|
Training veilig, hygiënisch en efficiënt werken:
Hygiëne: Wat heb je al geleerd over hygiënisch werken – herhaling van de vaardigheden die voor de operatieassistentie belangrijk zijn
Veiligheid en efficiëntie: Wat zijn risicovolle momenten – hoe verklein je de risico’s tijdens werken op de operatiekamer
Oefening van juiste methodes
|
Bespreken – uitproberen – voordoen – elkaar beoordelen en bijsturen – elkaar beoordelen en tips en trucs geven – ervaringen delen
Samenvatten en vastleggen
|
|
Training medicatie toedienen:
1 Bijsluiters lezen
Doseringen uitrekenen
Druppelsnelheid infuusvloeistof uitrekenen
2 Toedieningswijzen oefenen op model:
- Injecties s.c. / i.m. / i.v.(braunule aanleggen)
-
-
- Dwangvoeren kat en konijn
3 Infuus met systeem klaarmaken
4 Welke medicatie wordt meestal verstrekt aan de operatiepatiënten?
Waar wordt de medicatiegift genoteerd en vastgelegd?
5 Oefenen:
Vaardigheidsexamen:
- ML-03 intramusculaire injectie geven
- ML-02 subcutane injectie geven
|
Bespreken – uitproberen – voordoen – elkaar beoordelen en bijsturen – elkaar beoordelen en tips en trucs geven – ervaringen delen
Samenvatten en vastleggen
|
|
Klinisch onderzoek hond, kat konijn
Registratie van klinisch onderzoek
Klinisch onderzoek herhalen en verfijnen.
Gebruik de protocollen van de training in blok 8.
Welke onderzoeken herhaal je regelmatig bij de patiënten in de opname? Deel ervaringen.
Vaardigheidsexamens oefenen:
KO-01 en KO-02
|
- Klinisch onderzoek herhalen en verfijnen.
- Gebruik de protocollen van de training in blok 2.
- Welke onderzoeken herhaal je regelmatig bij de recovery patiënten in de opname? Deel ervaringen.
- Bekijk en gebruik de verschillende registratiesystemen, en deel ervaringen.
- Vaardigheidsexamens oefenen:
KO-01 en KO-02
|
bronnen
BSAVA textbook
OSCE's (in map op school)
beoordeling
Tijdens deze trainingen wordt een actieve houding verwacht. Het is belangrijk dat iedereen binnen je groepje ook individueel de handelingen oefent. Bespreek met elkaar wat je doet en wat je bij elkaar ziet. Geef positieve feedback op elkaar.
Help met het opzetten van het werkstation en het na gebruik op de juiste wijze schoonmaken en opruimen van de materialen.
De carrousel wordt beoordeeld met een O/V/G. Bij een onvoldoende geeft de docent je feedback om eventueel onderdelen van de carrousel verder te oefenen en uit te werken.
verantwoording
Om tijdens een operatieochtend goed te kunnen functioneren moet je de handelingen beheersen die in deze training worden geoefend.
Aan het eind van deze training kan je:
- een infuus klaarmaken;
- een infuuslijn aanleggen;
- infuussnelheid en doseringen berekenen
- de patiënt scheren, wassen, desinfecteren, positioneren en uitbinden;
- de patiënt intuberen;
- veilig en hygiënisch werken;
- injectietechnieken toepassen;
- medicatie toedienen;
- een klinisch onderzoek uitvoeren