Welkom op de wikiwijs pagina over klimaten wereldwijd.
Het doel van deze pagina is om zelfstandig aan de slag te gaan met het onderwerp klimaten wereldwijd (paragraaf 2.2). En uiteindelijk de hieronder beschreven les en leerdoelen te behalen. Om te kijken of de lesdoelen behaald zijn wordt er uiteindelijk een afsluitende toets gemaakt.
De lesdoelen
De leerlingen kunnen na het bestuderen van de wikiwijs pagina verklaren welke klimaten er wereldwijd voorkomen.
De leerlingen kunnen na het bestuderen van de wikiwijs pagina verklaren welke invloed het klimaat op begroeing heeft.
De leerlingen kunnen na het bestuderen van de wikiwijs pagina verklaren waarom Nederland een gematigd zeeklimaat heeft.
Aan de slag
Het is nu de bedoeling dat jullie zelfstandig aan de slag gaan met de wikiwijs pagina.
Hierna moeten jullie het volgende stappenplan aanhouden:
1. Ga naar het kopje lesstof en neem de lesstof door.
2. Nadat jullie de lesstof doorgenomen hebben is het de bedoeling om jezelf te testen om te checken of de stof begrepen is. Ga dus naar het kopje test jezelf
3. Hierna is er nog een verdieping op de lesstof met betrekking tot Nederland. Ga dus naar het kopje extra uitleg
4. Bij deze uitleg hoort natuurlijk ook een extra oefening. Ga dus naar het kopje extra oefening.
5. Hierna is er nog een extra verdieping. Ga dus naar het kopje extra uitdaging.
6. Ten slotte is een toets waarmee je kan bepalen of de leerdoelen zijn behaald en je de stof dus begrijpt. Ga dus naar het kopje eindtoets
Lesstof Klimaten
Klimaten Wereldwijd
Zoals als jullie misschien wel weten zijn er op de wereld verschillende soorten klimaten te vinden. Maar hoe wordt precies een klimaat weergegeven en hoe wordt bepaald welk klimaat een land heeft?
Een klimaat wordt bepaald over 30 jaar aan de hand van de gemiddelde temperatuur per jaar en de gemiddelde neerslag. Het is dus niet zo als er in een jaar door extreme weeromstandigheden een gemiddelde temperatuur is die sterk afwijkt met de temperatuur die bij een bepaald klimaat past. Er ook gelijk een ander klimaat heerst, aangezien een klimaat altijd over 30 jaar bepaald wordt.
Hierboven zie je een voorbeeld van een klimaatgrafiek.
De rode lijn in deze grafiek geeft de gemiddelde temperatuur weer. En de blauwe lijn geeft de gemiddelde gevallen neerslag in milimeter per jaar weer. Doormiddel van een klimaatgrafiek kan je bepalen wat voor soort klimaat een bepaalde plaats heeft.
Klimaten op lage breedte
Op de lage breedte vind je de volgende klimaten over het algemeen: Tropisch regenwoudklimaat, Savanne klimaat, woestijn en het steppe klimaat. Lage breedte wil zeggen dat deze klimaten dichtbij de evenaar voorkomen. Doordat deze klimaten dichtbij de evenaar liggen hebben ze alle drie het kenmerk dat het er over het algemeen altijd warmer is dan 15º. Maar er zijn ook een aantal verschillen te vinden tussen deze klimaten.
Tropisch regenwoud klimaat
Het dichtsbij de evenaar vind je het tropsich regenwoud klimaat. Het belangrijkste kenmerk van dit klimaat is dat de temperatuur nooit onder de 18º zakt. Ook valt er door het hele jaar door enorm veel neerslag, soms tot wel 2000 mm per jaar. Vanwege deze redenen kan er enorm veel groeien in dit klimaat. En is de foto die je hierboven zit een typisch voorbeeld hoe een tropisch regenwoud klimaat eruit ziet.
Ga je iets maar naar het noorden dan kom je het savanneklimaat tegen. Dit klimaat heeft ongeveer dezelfde kenmerken als een tropisch regenwoud klimaat. Alleen er is wel een groot verschil. Het savanneklimaat kent namelijk een natte en droge periode. In de droge periode regent het bijna niet. Daarom vind je er een stuk minder planten en bomen dan bij een tropisch regenwoud klimaat.
Savanneklimaat
Na het savanne klimaat komt het steppe klimaat. Dit klimaat heeft als kenmerk dat het er nauwlijks regent. In sommige gebieden valt niet meer dan 250 milimeter regen per jaar. Voor de meeste bomen en planten is dit te weinig neerslag om te kunnen groeien. Daarom vind je bij dit klimaat voornamelijk lage dorre grassen. En vanwege deze omstandigheden wonen er ook over het algemeen weining mensen. Dit komt omdat het land niet vruchtbaar genoeg is voor landbouw.
Na het steppe klimaat vind je het woestijnklimaat. Het woestijnklimaat heeft het kenmerk dat het nog droger is dan het steppeklimaat. Op sommige plek valt niet meer dan 50 milimeter neerslag per jaar. Daarom kan er in een woestijnklimaat ook bijna niks groeien. Het bestaat voornamelijk uit heel veel zand en rotsen. De mensen die er wonen trekken als nomaden van plaats naar plaats op zoek naar het kleine beetje water dat er is.
Woestijnklimaat
Kort samengevat
Al deze klimaten komen dus op een lage breedte voor. En hebben het kenmerk dat het weer heel voorspelbaar is en over het algemeen erg warm. De verschillen tussen deze klimaten moeten gezocht vooral worden in de hoeveelheid neerslag die er valt.
Klimaten op gematigde breedte
Klimaten op gematigde breedte
Op gematigde klimaten breedte komen over het algemeen twee klimaten voor. Namelijk het gematigd zeeklimaat en het landklimaat. Als we over gematigde breedte praten spreken we over de gebieden tussen de 40 en 60 geraden.
Op deze breedte vind je het gematigd zeeklimaat en het landklimaat. Deze klimaten lijken voor een deel erg op elkaar. Beide klimaten kennen namelijk een goed zichtbaar verschil in temperatuur tussen de zomer en winter. En in beide klimaten valt over het algemeen genoeg neerslag zodat bomen er goed kunnen groeien. Maar er zijn natuurlijk een aantal grote verschillen tussen deze twee klimaten.
Het gematigd zeeklimaat kent een kleiner verschil tussen de zomer en wintertemperatuur dan het landklimaat. Dit komt omdat het gematigd zeeklimaat onder grote invloed van de zee staat en het landklimaat niet. Als je de steden Moskou(landklimaat) en Amsterdam(gematigd zeeklimaat) vergelijkt doormiddel van de gemiddele temperatuur. Dan is er een goed verschil tussen zomer en wintertemepratuur te zien. In Amsterdam is ligt de gemiddelde zomertemperatuur rond de 16 geraden en de wintertemperatuur rond de 4 geraden. Terwijl de zomertemperatuur van Moskou rond de 20 geraden ligt en dan wintertemperatuur rond de -10 geraden ligt. Hieraan kan je dus zien dat beide steden een verschilt hebben.
Het andere belangrijke verschil tussen beide klimaten is het verschil in de lengte van het groei seizoen. Het groeiseizoen is de periode waarin de temperatuur hoog genoeg is om planten en bomen te laten groeien. Omdat dit groeiseizoen bij een gematigd zeeklimaat langer duurt dan bij een landklimaat. Is er verschil in vegetatie te ontdekken. Bij een gematigd zeeklimaat vind je voornamelijk loofbomen en bij een landklimaat voornamelijk naaldbomen.
Landklimaat
Klimaten op hoge breedte
Klimaten op Hoge breedte
Ook vind je nog twee klimaten op hoge breedte dichtbij de noord en zuidpool. Dit zijn het toendra en poolklimaat. Bij beide klimaat komt de temperatuur in de zomer niet boven de 10 geraden uit. Ook groeien er helemaal geen bomen dit komt omdat de temepratuur te laag is in deze gebieden en het groeiseizoen dus te kort. Als in een gebied het hele jaar sneeuw ligt dan is het een poolklimaat en zo niet dan is het een toendra klimaat.
Toendra klimaat
Ten slotte heb je ook een klimaat dat dezelfde kenmerken heeft als het poolklimaat. Namelijk het hooggebergte klimaat. Dit klimaat komt overal op de wereld voor waar hoge bergen zijn. Deze bergen moeten over het algemeen meer dan 2000 meter hoog zijn. Omdat pas boven de 2000 meter de temperatuur bereikt worden die bij een poolklimaat horen. Zelfs in Afrika komt het hooggebergte klimaat voor. Namelijk op de berg de Kilimanjaro een meer dan 5000 meter hoge berg. Deze berg ligt in het noorden van Tanzania.
Hooggebergte klimaat
Test jezelf
Toets: Oefen Toetsklimaten
0%
Wat te doen?
Voorafgaand aan de toets hebben jullie de leerstof over klimaten doorgenomen. Om voor jezelf te kunnen bepalen of je de stof over klimaten begrijpt is het de bedoeling dat jullie deze korte oefentoets maken. In deze oefentoets zijn verschillende de vragen te vinden waarin jullie kennis over klimaten getoets wordt. Na dat jullie alle vragen van de toets gemaakt hebben komt hier een score uit. Aan de hand van deze score krijg je een advies wat je verder moet doen.
Score Advies
Minder dan 55 procent neem de leerstof nog een keer door en maak de toets nog een keer.
Tussen de 55 en 70 procent neem de leerstof nog een keer door.
Meer dan 70 procent ga verder met de extra uitleg.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Als extra verdieping gaan we kijken naar het gematigd zeeklimaat en in het bijzonder naar Nederland. Dit komt omdat wij een gematigd zeeklimaat hebben en dat enorm veel invloed op ons dagelijks doen en laten heeft.
Waar komt het gematigd zeeklimaat voor?
Het gematigd zeeklimaat komt voornamelijk voor bij plaatsen die op gematigde breedte liggen. Ook liggen deze plaatsen voornamelijk aan kust. Want de zee is namelijk bepalend voor dit klimaat.
De kenmerken van het gematigd zeeklimaat
Het gematigd zeeklimaat heeft een aantal kenmerken. Het klimaat staat onder invloed van de zee. De zee heeft een grote invloed op het klimaat. Dit komt omdat zeewater langzaam opwarmt maar ook langzaam afkoelt. Hierdoor is de zomertemperatuur vaak niet warmer dan 20 geraden en dan wintertemperatuur niet kouder dan 2 geraden. Een ander kenmerk van het gematigd zeeklimaat is dat er door de aanwezigheid van de zee veel neerslag valt. Ten slotte is het weer op de meeste plekken die een gematigd zeeklimaat hebben heel wisselvallig. Over het algemeen zijn daar meerdere verklaringen voor te vinden. Wij gaan nu inzoomen op de belangrijkste verklaring voor die wisselvalligheid die betrekking heeft op Nederland.
De wind komt in Nederland over het algemeen uit het westen dus van zee. Dit wordt maritieme wind genoemd, deze wind heeft als kenmerk dat het koel en nat weer veroorzaakt. Dus dit verklaard ook waarom het in Nederland over het algemeen niet al te koud maar ook niet al te warm is. Maar de wind kan natuurlijk ook uit andere richtingen komen. Als dit het geval is dan heeft dit gelijk invloed op het weer. Komt de weer vanuit Rusland en dus van het continent, dan wordt dit continentale wind genoemd. In de winter zorgt dit ervoor dat het zeer koud wordt in Nederland en in de zomer heel warm. Komt de wind van de Polen dan wordt dit polaire wind genoemd. Deze wind zorgt ervoor dat het in de winter koud is en er sneeuw gaat vallen en in de zomer is het kil en nat. Ten slotte heb je nog tropisch wind die uit Afrika komt. Deze wind zorgt in zomer voor warm en vochtig weer en in de winter voor zacht en vochtig weer.
Klimaatgrafiek
Bij het gematigd zeeklimaat hoort natuurlijk ook een bepaalde klimaatgrafiek. Een klimaatgrafiek die bij het gematigdzeeklimaat zou passen is hieronder te zien. De rode lijn geeft de maximale temperatuur en de blauwe de minimium temperatuur. En de blauwe staafjes geven de gemiddelde neerslag in milimeters aan. In deze klimaatgrafiek is te zien dat er in elke maand veel neerslag valt. En dat maximale temperatuur niet boven de 20 geraden uit komt. Terwijl de minimum temperatuur niet onder het vriespunt daalt. Dit zijn typische kenmerken van een gematigd zeeklimaat.
Gematigd zeeklimaat
Extra oefenen
Extra oefening
Vond je het de uitleg en stof over klimaten nog lastig?
En heb je dus extra oefening nodig?
Er zijn een aantal manieren hoe je extra kan oefenen en jezelf voor de toets beter kan voorbereiden.
Bekijken van de kennisclip
Door het bekijken van de kennisclip wordt de stof die hiervoor behandeld is nog een keer uitgelegd.
Neem de stof van de website nog een keer door en maak de oefentoets nog een keer. Er zijn een aantal belangrijke zaken waar je aantekeningen over kan maken. Denk hierbij aan de soorten klimaten en de kenmerken van deze klimaten. Manieren waarop je klimaten herkent. Het werken met klimaat grafieken.
Zelf toets vragen maken
Maak over de behandelde stof zelf vragen waarvan jij denkt dat ze op de toets kunnen voorkomen. Hierdoor kan je onderscheid tussen de hoofd en bijzaken maken waardoor je doelgerichter kan gaan werken.
Extra uitdaging
Extra uitdaging
Vond je het hoofdstuk klimaten super interessant en was de stof hiervoor goed te doen?
En ben je opzoek naar nog wat extra uitdaging om optimaal voorbereid te zijn voor de toets?
Dan zit je hier goed!
Het enigste wat je nodig hebt is een Grote Bosatlas 54 editie de website GeoGuessr en een schrift om de juiste antwoorden in te schrijven.
Wat is de bedoeling?
Ga naar de website van GeoGuesrr.
Klik op play
Gok waar de foto genomen is.
Nadat je de locatie van de foto weet zoek je deze plaats op met de atlas.
Bepaal met atlas kaart 222 van de Grote Bosatlas 54 editie welk klimaat bij de locatie te vinden is.
Klik hier om naar de webiste van GeoGuessr te gaan
Het is belangrijk om het volgende te weten als je aan de slag gaat:
Voordat je de vragen gaat beantwoorden is het belangrijk om te weten dat de klimaatkaart iets anders qwa klimaten die je geleerd hebt. Je hebt een continentaal klimaat met droge winter en neerslag in alle jaargetijden. Dit is gewoon het landklimaat dat je geleerd hebt. Ook heb je dezelfde situatie met het maritieme klimaat(gematigd zeeklimaat) hier geldt het zelfde als bij het landklimaat.
Ten slotte heb je nog dat het poolklimaat en hooggebergte klimaat op deze klimaatkaart hetzelfde is weergegeven. Het is de bedoeling dat je zelf onderscheid kan maken tussen een hooggebergte klimaat en een poolklimaat.
Eindtoets
Jullie zijn er nu aan toegekomen om de eindtoets te maken.
Voor het maken van de eindtoets heb je ongeveer 25 minuten.
Het arrangement Klimaten wereldwijd is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Lennard Glasbeek
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2018-01-19 19:08:29
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Oefen Toetsklimaten
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.