Klimaten op gematigde breedte

Klimaten op gematigde breedte

Op gematigde klimaten breedte komen over het algemeen twee klimaten voor. Namelijk het gematigd zeeklimaat en het landklimaat. Als we over gematigde breedte praten spreken we over de gebieden tussen de 40 en 60 geraden.

Op deze breedte vind je het gematigd zeeklimaat en het landklimaat. Deze klimaten lijken voor een deel erg op elkaar. Beide klimaten kennen namelijk een goed zichtbaar verschil in temperatuur tussen de zomer en winter. En in beide klimaten valt over het algemeen genoeg neerslag zodat bomen er goed kunnen groeien. Maar er zijn natuurlijk een aantal grote verschillen tussen deze twee klimaten.

Het gematigd zeeklimaat kent een kleiner verschil tussen de zomer en wintertemperatuur dan het landklimaat. Dit komt omdat het gematigd zeeklimaat onder grote invloed van de zee staat en het landklimaat niet. Als je de steden Moskou(landklimaat) en Amsterdam(gematigd zeeklimaat) vergelijkt doormiddel van de gemiddele temperatuur. Dan is er een goed verschil tussen zomer en wintertemepratuur te zien. In Amsterdam is ligt de gemiddelde zomertemperatuur rond de 16 geraden en de wintertemperatuur rond de 4 geraden. Terwijl de zomertemperatuur van Moskou rond de 20 geraden ligt en dan wintertemperatuur rond de -10 geraden ligt. Hieraan kan je dus zien dat beide steden een verschilt hebben.

Het andere belangrijke verschil tussen beide klimaten is het verschil in de lengte van het groei seizoen. Het groeiseizoen is de periode waarin de temperatuur hoog genoeg is om planten en bomen te laten groeien. Omdat dit groeiseizoen bij een gematigd zeeklimaat langer duurt dan bij een landklimaat. Is er verschil in vegetatie te ontdekken. Bij een gematigd zeeklimaat vind je voornamelijk loofbomen en bij een landklimaat voornamelijk naaldbomen.

 

Landklimaat