Soorten stoffen

Atomen

Als je een klomp goud door het midden deelt, heb je twee klompjes goud. De klompjes zijn weliswaar kleiner, maar beide klompjes hebben nog steeds dezelfde eigenschappen. Goud blijft goud. In theorie zou je door kunnen gaan tot je één gouddeeltje over hebt. Dat deeltje, dat nog steeds dezelfde eigenschappen heeft, noem je een atoom. Atomen zijn de bouwstenen van alles wat je op aarde tegenkomt.

Er zijn in het totaal ruim 100 verschillende atoomsoorten.
Atoomsoorten worden ook wel elementen genoemd.

Hiernaast zie je ook een tekening van een atoom.
In het midden van het atoom zit de kern.
Rond de kern draaien de elektronen.
De kern bestaat meestal weer uit twee soorten deeltjes protonen en neutronen.
Protonen hebben een positieve lading.
De neutronen hebben geen lading.
Elektronen hebben een negatieve lading.

Periodiek systeem

In het periodiek systeem staan de verschillende atoomsoorten.
Het waterstofatoom is het kleinste atoom.
Het waterstofatoom heeft daarom atoomnummer 1.
Koolstof (C) heeft atoomnummer 6. In de kern van het koolstofatoom zitten 6 protonen (+). Rond de kern cirkelen 6 elektronen (-). In de kern zitten ook 6 neutronen.

Het aantal protonen en neutronen bepalen de massa van het atoom:
massagetal = aantal protonen + neutronen

Ionen

Een atoom kan elektronen afstaan of elektronen opnemen van een ander atoom.
Het atoom noem je dan een ion.

Elektronen hebben een negatieve lading. Een atoom dat elektronen heeft afgestaan is daarom een ion met een positieve lading.
Een atoom dat elektronen heeft opgenomen is een ion met een negatieve lading.

Voorbeeld
Het natriumatoom heeft atoomnummer 11.
In de kern zitten 11 protonen.
In ongeladen toestand draaien er ook 11 elektronen rond de kern.
Het natriumatoom wil graag één elektron afstaan.
Gebeurt dat dan wordt het natriumatoom een positief ion: Na1+.

Soorten stoffen: mineralen

Goud is een metaal. Zuiver goud bestaat uit één soort atomen.
De atomen vormen een metaalrooster, ook wel een kristalrooster genoemd.

In een metaalrooster kunnen de elektronen vrij bewegen van het ene atoom naar het andere atoom. Daarom kunnen metalen goed elektrische stroom geleiden.

Andere voorbeelden van metalen zijn: koper, ijzer, aluminium, lood, nikkel, zink en tin.

Soorten stoffen: moleculaire stoffen

Moleculaire stoffen zijn opgebouwd uit moleculen.
Moleculen zijn op hun beurt opgebouwd uit atomen.

Voorbeelden:

  • Het watermolecuul (H2O) bestaat uit twee waterstofatomen en één zuurstofatoom.
  • Het koolstofdioxidemolecuul (CO2) bestaat uit één koolstofatoom en twee zuurstofatomen.
  • Methaan is het belangrijkste gas in aardgas.
    Een methaanmolecuul (CH4) bestaat uit één koolstofatoom en vier waterstofatomen.
  • Het zuurstofmolecuul (O2) bestaat uit twee zuurstofatomen.

Soorten stoffen: zouten

Een zout is een verbinding tussen een positief ion en een negatief ion.

Het bekendste zout is keukenzout (natriumchloride). Het is opgebouwd uit positieve natriuminonen en negatieve chloride-ionen. De ionen trekken elkaar sterk aan en vormen zo een stevig kristalrooster.

  • Het arrangement Soorten stoffen is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2021-05-31 14:04:05
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    De Kennisbanken bevatten de theorie bij de opdrachten.
    Leerniveau
    VMBO gemengde leerweg, 2; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 2; VMBO gemengde leerweg, 3; VMBO theoretische leerweg, 4; VMBO theoretische leerweg, 2; VMBO theoretische leerweg, 3; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 4; VMBO gemengde leerweg, 4; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 3;
    Leerinhoud en doelen
    Materie; NaSk; Bouw van stoffen;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Trefwoorden
    atoom, elektronen, elementen, ion, kern, kristalrooster, massagetal, neutronen, periodiek systeem, protonen

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content - Kennisbanken. (z.d.).

    template

    https://maken.wikiwijs.nl/110768/template