Het is erg belangrijk dat het duidelijk is waar je over praat. Vaak gebruik je hierbij aanwijswoorden.
"Kijk die jongen!"
"Ik hebditboek vandaag nieuw gekocht."
"Wat vind je van dezenieuwe shirts?"
"Kan jij datschaaltje aangeven?"
Vandaag gaan jullie leren hoe je de aanwijswoorden dit, dat, deze en die in het Engels gebruikt. Deze vertaal je met this, that, these en those.
Maarlet op!Dit is niet altijd hetzelfde als in het Nederlands!
Geen zorgen, jullie krijgen zodadelijk een duidelijk overzicht met alle regels! Daarna krijgen jullie ook de mogelijkheid om hiermee te oefenen.
Dus ons lesdoel van vandaag is:
Aan het einde van dit leerarrangement, kunnen jullie zelfstandig aan een zin herkennen of er this/that/these/those moet worden gebruikt en verklaren waarom.
Deze opdracht doen jullie zelfstandig. Je mag muziek luisteren. Jullie hebben hiervoor twee lesuren van 50 minuten de tijd.
Ben je klaar in les 2 klaar met de toets? Steek je vinger op en zodra ik langs ben geweest, mag je het nieuwe onderwerp 'aanwijswoorden' in je mindmap zetten op http://www.mindmeister.com.
This, that, these of those?
Er zijn tweefactoren waar van afhangt of je this, that, these of those moet gebruiken.
1. Is het object wat je wilt aanwijzen meervoud of enkelvoud?
2. Is het object wat je wilt aanwijzen ver weg of dichtbij?
Ik ga jullie nu uitleggen hoe dit werkt.
Meervoud of enkelvoud?
Meervoud
"Kijk eens naar die jongens!"
Look at those boys over there!
"Ik ben blij met deze nieuwe boeken."
I'm happy withthese new books.
In deze zin wijs je 'de jongens' en 'de boeken' aan. Jongens en boeken zijn allebei meervoud.Bij meervoud gebruik jetheseof those.
Enkelvoud
"Kijk eens naar die jongen daar!"
Look at that boy over there!
"Ik ben blij met dit nieuwe boek."
I'm happy with this new book.
In deze zinnen wijs je 'de jongen' en 'het boek' aan. Jongen en boek zijn allebei enkelvoud. Bij enkelvoud gebruik jethisof that.
Tot zo ver:
?
?
Meervoud
These
Those
Enkelvoud
This
That
Nu weet je welke van de vier je bij meervoud en welke je bij enkelvoud kan gebruiken. Maar welke van de twee gebruik je dan? Daar staan nog rode vraagtekens in het schema. In het volgende tabblad ga ik je uitleggen wat er op de plek van de rode vraagtekens komt te staan, namelijk: Is het object ver weg of dichtbij?
Ver weg of dichtbij?
Meervoud
"Kijk eens naar die jongens daar!"
In deze zin wijs je naar 'de jongens'. Jongens is meervoud, dus dan kan je these of those gebruiken.
Waar je nu op gaat letten is: Is de jongen dichtbij of ver weg?
In deze zin kun je zien dat de jongens ver weg van je staan. Waarschijnlijk sta jij met je vriend/vriendin en wijs je naar een groepje jongens aan de andere kant van de aula. "Kijk eens naar die jongens daar!" Deze jongens staan dus ver weg.
Als een object meervoud en ver weg van je is gebruik jethose. Look at those boys over there!
"Ik ben erg blij met deze nieuwe boeken."
In deze zin wijs je naar 'de boeken'. Boeken is meervoud, dus kan je these of those gebruiken. Zijn de boeken ver weg of dichtbij? Waarschijnlijk houd je de boeken in je hand, dus zijn ze dichtbij.
Als een object meervoud en dichtbij je is gebruik je these. I'm very happy withthese new books.
Enkelvoud
Bij enkelvoud gaat dit eigenlijk hetzelfde.
"Kijk eens naar die jongen daar!"
Je wijst naar 'de jongen'. De jongen is enkelvoud. De jongen is ver weg.
Als een object enkelvoud en ver weg van je is, gebruik je that. Look at that boy over there!
"Ik ben erg blij met dit nieuwe boek."
Je wijst naar 'boek'. Boek is enkelvoud. Het boek heb je in je hand, dus dichtbij.
Als een object enkelvoud en dichtbij is, gebruik je this. I'm very happy with this new book.
Dus:
Dichtbij
Ver weg
Meervoud
These
Those
Enkelvoud
This
That
Signaalwoorden
In een zin staan vaak signaalwoorden waar je aan kunt zien of het voorwerp wat je wilt aanwijzen dichtbij is of ver weg.
Let bijvoorbeeld op:
Dichtbij: - over here / here
- in my hand / in my bag / in my room
- next to me
- close by
Ver weg:- over there / there
- at the other side of / at the end of
- behind
Kennisclip
Na het lezen van al die informatie is het misschien fijn om het ook eens uitgelegd te horen. Hiervoor heb ik deze kennisclip gemaakt. Deze kun je zo vaak bekijken als je wilt!
Toets: Hoe goed lukt het al?
Toets: Hoe goed lukt het al?
0%
Nu gaan jullie een oefentoets maken. Lees eerst rustig de vraag goed door voordat je een antwoord geeft. Aan het einde van de toets zie je hoeveel procent van de vragen je goed hebt beantwoord.
Heb je minder dan 60% goed? Ga dan naar het kopje 'Resultaat minder dan 60%'. Hier staan nog wat extra oefenopdrachtjes die beginnen bij de basis.
Heb je meer dan 60% goed? Ga dan naar het kopje 'Resultaat meer dan 60%'. Hier staat een oefentoets die exact overeen komt met de officiële toets.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
In deze oefening probeer je uit de zin te halen of het object meervoud of enkelvoud is.
Lees de zin goed door en vul in het vakje enkelvoud of meervoud in. Druk op controleer en dan krijg je gelijk te zien of je antwoord goed of fout is. Druk op volgende om naar de volgende vraag te gaan.
In deze oefening probeer je uit de zin te halen of het voorwerp wat je wilt aanwijzen dichtbij of ver van je is. Let op! Er wordt gelijk getest of je weet welke aanwijswoorden worden gebruikt hierbij.
Klik op het antwoord waarvan jij denkt dat het goed is en druk op controleer. Je ziet gelijk of je het goed hebt gedaan!
Ben je klaar met alle opdrachten maar wil je toch iets meer oefenen? Klik dan op deze links. Op deze sites kun je leuke oefeneningen en spelletjes doen om nóg meer te oefenen met this, that, these en those.
Heb je alle oefenopdrachten gedaan en heb je er vertrouwen in dat het lukt? Dan kun je nu de oefentoets maken. Deze staat onder het kopje 'Resultaat meer dan 6 vragen goed'. Doe je best!
Resultaat meer dan 6 vragen goed
Oefening: Oefentoets
0%
Dit is een oefentoets voor de officiële toets. Als je deze toets goed hebt gemaakt, zul je de echte toets ook goed maken.
Lees de vraag rustig door voordat je antwoord geeft! Druk op controleer, dan zie je gelijk of je antwoord goed of fout is.
Nu ga je de eindtoets maken. Deze toets is voor een cijfer.
Lees de vragen rustig door voordat ze je beantwoord.
Klik als je klaar bent op 'submit'. Zo lever je de toets in. Let op! Je kunt niet meer terug zodra je de toets hebt ingeleverd. Daarvoor kun je nog op de vraag klikken om je antwoord aan te passen.
Succes!
Ben je klaar? Steek je vinger op en als ik langs ben geweest, mag je beginnen met het maken van de nieuwe tak in je MeindMeister woordweb. Noem deze tak 'aanwijswoorden'. Is iedereen klaar, dan geef ik een teken en mag je met je buurman overleggen.
Het arrangement This, that, these and those is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Laureen Kloeg
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2017-11-02 22:53:07
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
In dit leerarrangement leer jij het verschil tussen de aanwijswoorden in het Engels. In het Engels zijn dit, dat, deze en die te vertalen met this, that, these and those. In deze les leer ik je hoe!
In dit leerarrangement leer jij het verschil tussen de aanwijswoorden in het Engels. In het Engels zijn dit, dat, deze en die te vertalen met this, that, these and those. In deze les leer ik je hoe!
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Hoe goed lukt het al?
Oefening 1: Meervoud of enkelvoud?
Oefening 2: Ver weg of dichtbij?
Oefening 3: Matchen met de plaatjes
Oefentoets
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.