Welkom
Ik zal me als eerst even voorstellen. Ik ben Aleyna en ik zal proberen biologie op een leuke manier aan jullie uit te leggen, omdat ik weet hoe moeilijk het leren soms kan zijn.
Dit is een website speciaal ontwopren voor leerlingen uit het middelbaaronderwijs die hun biologie kennis over verbranding en ademhalingstelsel wil verbreden en toetsen.
De leerdoelen zijn:
- Uitleggen wat verbranding is.
- Benodigdheden beredeneren om verbranding plaats te laten vinden.
- De reactievergelijking van glucose kunnen toepassen.
- Uitleggen welke weg lucht passeert om in het bloed terecht te komen.
- De functies kunnen uitleggen die in het ademhalingsstelsel voorkomen.
- Beredeneren hoe een mens zich kan verstikken
Ik hoop dat jullie met enthousiastme aan de theorie op de site zullen werken, want op deze manier heeft het de beste aanvulling op de stof die jullie hebben geleerd op school. Op de stite hebben jullie toegang voor de theorie, opdrachten, oefentoetsen en verdieping.
De resultaten van de gemaakte opdrachten en oefeningen worden niet opgeslagen in het systeem. Het is puur voor je zelf om te kijken of je de theorie beheerst.
Bij de opdrachten staat er per opdracht hoeveel punten je er voor krijgt.
Als je de hele digitale les hebt afgerond, inlcusief verdieping, hoop ik je dat je er wat van hebt opgestoken. Ik hoop je graag weer te zien in mijn andere digitale lessen. Stay tuned !
Via 'direct aan de slag' kan je de theorie.
Via 'oefeningen' kan je de oefenopgaves maken.
Via 'verdieping' kan je meer leren over leerstof.
Via 'extra' kan je een kennisklip bekijken over de theorie.
Via 'diagnostische toets' kan je een eindtoets maken.
Veel leer plezier :)
Direct aan de slag
Theorie
Er is een vliegtuig die wilt gaan opstijgen. Alle passagiers zijn aan boord en alle bemanningsleden staan klaar voor vertrek. Dit is de eerste keer dat de nieuwe vliegtuig zal vliegen met 1000 mensen aan boord. Het is allemaal heel spannend. Vooral omdat de vliegtuig veel brandstof nodig heeft om te kunnen vliegen. Maar wat is de brandstof van een vliegtuig ? De brandstof van een auto ? Of de brandstof van een mens ?
Om antwoord te geven op de vraag hierboven heeft de vliegtuig heeft kerosine nodig als brandstof om te vliegen. In de motor van de vliegtuig wordt kerosine verbrandt en komt er energie vrij. Er komen twee vormen van energie vrij: beweging en warmte.
Er ontstaat wel bij verbranding uitlaatgassen. Dit zijn verbrandingsproducten.
Bij een auto werkt het inprinciepe hetzelfde als bij een vliegtuig. Bij een auto gebruiken we in plaats van kerosine, benzine. Door de verbranding van benzine komt er energie vrij in de motor, waardoor de auto kan rijden.
De verbranding bij de mens
Ook bij de mens vindt verbranding plaats. Sterker nog, in alle cellen van ons lichaam vindt verbranding plaats. Maar hoe komen wij aan brandstof om verbranding plaats te laten vinden ?
Door voedsel te eten en te drinken krijgen bij brandstof in ons lichaam binnen. Dit wordt opgeslagen als onder andere vet en glucose. De meest gebruikte brandstof in onze cellen is glucose. Ons lichaam gebruikt vet pas, als er geen glucose aanwezig is. Vet is een voorraadt.
De verbraningsreactie is als volgt:
De formule van glucose is C6H12O6 en voor verbranding hebben we zuurstof nodig. Hierdoor komt energie vrij met water en koolstofdioxide. Dat ademen we dus uit. Elke cel van ons lichaam heeft energie nodig om zijn werk te doen. Dus in elke cel van ons lichaam vindt de verbrandsingsreactie plaats.
Ademhalingsstelsel
We halen elke dag 23.000 keer adem zonder er bij na te denken. Maar wat gebeurd er nou met de lucht die we in ademen ?
Via de mond of neus haal je adem. De lucht zal dan terecht komen in de mondholte of neusholte. Via je keelholte en je strottenhoofd komt de lucht in je luchtpijp en vervolgens gaat de lucht naar je bronchiên. Je brochiên zijn een vertakking van je luchtpijp waarbij de ene vertakking naar de linkerlong en de ene vertakking naar de rechterlong gaat. De bronchiên vertakken zich zelfs nog verder in kleine buisjes. Aan het uiteinde van elk buisje is er een longblaasje.
Mondholte en neusholte
De neusholte is van binnen bekleed met neusslijmvlies. Het neusslijmvlies is erg vochtig en maakt ook de lucht vochtig als je via je neus inademt. Dicht bij je neusslijmvlies zijn er veel kleine bloedvaatjes. De bloedvaatjes vervoeren bloed en is 37 graden celsius. De ingeademde lucht wordt via de bloedvaatjes verwarmd. De neusharen houden grote stofdeeltjes tegen.
Het neusslijmvlies bestaat uit slijmproducerende cellen en trilhaarcellen. De slijmproducerende cellen maken slijm en hieraan plakken de ziekteverwekkers en kleine stofeeltjes van de ingeademde lucht. Zo komen ze niet in de longblaasjes terecht. De trilhaarcellen vervoeren de slijm naar de keelholte. Daar slik je het slijm in.
Keelholte en strottenhoofd
Tussen de keelholte en de luchtpijp ligt het strottenhoofd. Je strottenhoofd kan je voelen aan de buitenkant van je keel. Dat heet ook wel een adamsappel. Daar liggen je stembanden. Door je stembanden kan je praten en komt er geluid uit je mond als je praat. De keelholte vertakt in twee buizen. De luchtpijp en de slokdarm. De ingeademde lucht moet naar de luchtpijp en voedsel moet naar je slokdarm. Dit wordt geregeld door het strottenklepje. Als je voedsel inslikt sluit het strottenklepje de luchtpijp af. De huig sluit dan ook de neusholte. Soms kan je strottenklepje niet goed sluiten en komt er voedsel of drinken in je luchtpijp. Hierdoor ga je hoesten om het uit je luchtpijp te krijgen. Anders ga je verstikken. Zie fuguur 3
Luchtpijp en bronchiên
De wand van de luchtpijp bevat kraakbeenringen. Dit zorgt voor stevingheid en houden de luchtpijp open. De kraakbeenringen hebben een vorm van een hoefijzer.
De luchtpijp vertakt zich in twee bronchiên. Naar elke long gaan één bronchiên. De wand van de bronchiên bevat ook kraakbeenringen. De brochiên vertakkken zich steeds in kleinere buisjes. In de wanden van deze buisjes zitten geen kraakbeenringen meer. Er zitten nu spiertjes in.
De binnenwand van de luchtwegen luchtwegen zijn ook bekleed met slijmproducerende cellen en trilhaarcellen. Ook hier bliven ziekteverwekkers aan kleven en wordt het door de trilhaarcellen vervoerd naar de keelholte. Op deze manier blijven je luchtwegen schoon
De longblaasjes
Aan het einde van de vertakkingen van de bronchiên zitten de longblaasjes. De longblaasjes hebben vele kleine bloedvaatjes om zich heen. Dat heet ookwel de longhaarvaten.
In de longblaasjes zit lucht en in de longhaarvaten zit bloed. Er moet zuurstof in ons bloed komen om zo alle cellen in ons lichaam zuurstof te kunnen vervoeren. Hierdoor vindt er gaswisseling plaats tussen de longblaasjes en de longhaarvaten. De wand van de longblaasjes en de longhaarvaten is heel erg dun. Zo dun dat zuurstof en koolstofdioxide heel makkelijk door de wand heen en weer kunnen gaan.
In ons ingeademde lucht zit veel zuurstof. Dit komt in onze longblaasjes terecht. Via de longhaarvaten om de longblaasjes komt het zuurstof in ons bloed terecht en wordt het vervoerd naar alle cellen in ons lichaam.
Bij de verbranding in cellen onstaat er koolstofdioxide. Dit is ook te zien in de verbrandingsreactie bij figuur1. De koolstofdioxide moet ons lichaam verlaten. Via het bloed komt het in de longhaarvaten terecht en door de gaswissling komt het in de longblaasjes terecht. Bij het uitademen verlaat de koolstofdioxide ons lichaam.
In ons lichaam zijn ongeveer 300 miljoen longblaasjes. Als je ze allemaal plat drukt heb je ongeveer een oppervlak van een speelhelft van een volleybalveld !
Oefeningen
Dit is een kruiswoordpuzzel opdracht.
Dit is een opdracht waarbij je de 2 kolommen die bij elkaar horen moet verbinden met een lijn.
Verdieping
In het kennisklip over verbranding heb je geleerd dat ons lichaam ook een brandstof nodig heeft. In elke cel van ons lichaam vindt namelijk verbranding plaats. Om ervoor te zorgen dat al onze cellen zo goed mogelijk functioneren hebben we brandstof en zuurstof nodig. Ons brandstof is voedsel en dat bevat onder andere koolhydraten. Dit komt vanuit ons verteringsstelsel in ons bloed terecht samen met zuurstof. Dit wordt uiteindelijk vervoerd naar onze spier.
Als er verzuring optreedt in de spier kan dat twee oorzaken hebben.
1. tekort aan zuurstof
2. tekort aan voedsel
Zuurstof te kort
Als we gaan sporten, bijvoorbeeld rennen. Dan heeft ons lichaam meer zuurstof nodig. Onze hersenen zorgen door bepaalde stoffen, dat we gaan hijgen om meer zuurstof te kunnen inademen. Ons hartslag gaat dan omhoog, zodat het zuurstof sneller de spier bereikt. Maar als er niet genoeg zuurstof is voor de spier, dan kan de lichaam de afvalstoffen die zijn vrijgekomen bij verbranding, niet verbranden. En de afvalstoffen die niet kunnen worden verbrandt door zuurstof tekort, zorgen voor verzuring in de spier.
Voedsel te kort
Koolhydraten bevatten glycogeen (zie figuur 1.2 voor de formule van glycogeen)en dat is de voeding van spieren. Dit wordt ook als voorraad opgeslagen in ons lichaam. Als er niet genoeg is. Dan kan je vlekken voor je ogen krijgen, ga je beven en rkijg je een hongergevoel. Wanneer je een tekort aan glycogeen hebt, heb je een tekort aan energie. Hierdoor gaat je lichaam een ander brandstof verbranden om zo snel mogelijk aan energie te komen. Er komt helaas bij die brandstof wel een zuur vrij.
Extra
Dit is de link naar het kennisklip.
Diagnostische toets