5. PODIUMBEZOEK, verwerking - kopie 1

5. PODIUMBEZOEK, verwerking - kopie 1

TIJDPAD

Doelen

  • Je ervaart hoe het is om een podiumoptreden; dans, theater of muziek, live mee te maken
  • Je kunt op een objectieve manier iets zeggen over een voorstelling
  • Je kunt een mening vormen over de bezochte voorstelling en een al dan niet positieve waardering beargumenteren
  • Je kunt het podiumbezoek plaatsen in je eigen culturele ontwikkeling
  • Je kunt een optreden vergelijken met andere voorstellingen je niet bezocht hebt en inschatten hoe die voorstelling dan zou kunnen zijn
  • Je kunt met behulp van bronnen van internet en met behulp van je eigen culturele netwerk een onderzoekje doen (een vergelijkend optreden- onderzoek)
 

 

Introductie

Hoofdact en voorprogramma

MUSE, als succesvolle band, spelen ze voor volle stadia. Duidelijk een Hoofdact.

Muse - psycho

Hoe zit het eigenlijk met een voorprogramma? Waar moet een voorprogramma aan voldoen en waarom zijn die er.
  • Het is natuurlijk noodzakelijk dat het publiek, dat komt voor de hoofdact, het voorprogramma ook kan waarderen. Er moeten zeker een aantal gemeenschappelijke kenmerken zijn. Er moet een connectie zijn.
  • Om de stroom bij grote concerten een beetje te verdelen, niet iedereen hoeft het voorprogramma te zien.
  • Dan lijkt het alsof de toeschouwer meer waar voor z'n geld krijgt. (grote namen zijn vaak duur, doe je er nog een act voor, heb je toch een heel avondje uit)
  • Om onbekende bands te introduceren bij een groter publiek.

Het schijnt zo te zijn dat in de ruime meerderheid van de gevallen de hooftdact invloed heeft en zelfs bepaalt wie er in het voorprogramma komt. Muse heeft gekozen om "de Staat" in hun voorprogramma te zetten.

  • Wat vind je van de combinatie?
  • Zal het publiek van Muse ook waardering hebben voor 'de Staat'?
  • Waarom wel of niet? Wat zijn de gemeenschappelijke delen?

 

 

De staat, help yourself (bij Giel)

witch doctor, de staat

DE STAAT heeft een succesvol jaar achter de rug.

  • Op pinkpop als eerste band twee keer opgetreden in een festival
  • Subsidie van 1 miljoen
  • Voorprogramma van MUSE, en in het kader hiervan hebben we een stukje geluisterd.

 

Je-weet-nooit-wat-je-krijgt-request

http://www.3fm.nl/a/241827

Roosmarijn
Roosmarijn

Je houdt van Bastille en bent op zoek naar iets nieuws? Je vindt dat album van Fink te gek en wil nu meer in dat straatje, maar weet niet waar te beginnen? Doe een Je-Weet-Nooit-Wat-Je-Krijgt-Request in 3voor12 Radio! Iedere uitzending helpt Roosmarijn een luisteraar. Je weet nooit wat je krijgt, maar wel dat het goed is! (Uitzendingen van maandag tot en met donderdag, tussen 21.00 en 00.00 uur op 3FM)

De deelnemers vullen een formulier in, waarin ze een motivatie schrijven wat ze nou zo goed vinden aan de twee bands. Aan Roosmarijn de taak om iets soortgelijks te vinden, maar dan wel iets wat diegene nog niet kent.

AAN DE SLAG! (de opdracht)

BEZOEK EEN PODIUMOPTREDEN          BEWAAR HET ENTREEKAARTJE

 

 

Je hebt een optreden bezocht. Je hebt zelf gekozen (om welke reden dan ook) om juist naar dit optreden te gaan.

STAP 1: (doe je alleen)

Beschrijf aan hand van onderstaande punten wat je er van vond en waarom. (met argumenten dus)

  • Waarom ben je juist naar dit optreden gegaan
  • Wat waren je verwachtingen

Hoe voldeed de voorstelling aan je verwachting?

  • Hoe was de sfeer? In het algemeen en specifiek wat betreft de voorstelling
  • Hoe was de voorstelling? Vul een kijkwijzer in. Je hoeft alleen de kijkwijzer over het genre dat je bezocht hebt in te vullen.
  • Zou je nog een keer een soortgelijke voorstelling willen bezoeken? Geef aan welke elementen je het meest aanspreken. Welke onderdelen vond je minder leuk/goed/interessant en waar ligt dat aan.

Zoek een fragment op van de voorstelling die je gezien hebt, sla het linkje op.

 

STAP 2: (doe je met z'n tweeën )

Ga in gesprek met een klasgenoot. Maak aantekeningen over de voorstelling die diegene bezocht heeft en noteer vooral wat deze persoon leuk, boeiend, belangrijk vindt. Dit doe je zodat jij een passende voorstelling kan zoeken voor hem of haar, iets waarvan jij verwacht dat hij/zij het waarschijnlijk leuk/interessant zal vinden. Het streven is om iets te vinden wat jouw klasgenoot nog niet kent. Je ondervraagt diegene. Je kunt hem of haar het hemd van het lijf vragen om er achter te komen waar de voorkeuren, interesses en wensen liggen op het gebied van podiumkunsten.

Welke voorstelling, genre, waar stad en zaal, hoe was de sfeer, vormgeving, wat was er interessant, welke onderdelen waren nou echt leuk en vind je ook belangrijk in een show. Bekijk samen het fragment. Probeer te achterhalen wat jouw maatje aanspreekt in een voorstelling.

Vervolgens gaat jouw maatje jou vragen stellen over de voorstelling waar jij geweest bent en inventariseren hoe die een geschikte voorstelling voor jou kan vinden. Het hoeft niet perse in hetzelfde genre te zijn, als het maar een podiumoptreden is.

 

STAP 3: (doe je alleen, of met je culturele netwerk, maar zeker NIET met de betreffende klasgenoot)

Zoek naar aanleiding van jullie gesprek (aan de hand van de info en de aantekeningen) een geschikte voorstelling voor je maatje.

  • Ga de punten langs en check of de voorstelling die je gevonden hebt ook inderdaad hieraan voldoet.
  • Zoek een fragment om te laten zien.
  • Beargumenteer waarom je juist deze voorstelling uitgezocht hebt.

 

STAP 4: (doe je met z'n tweeën)

Zoek je maatje weer op.

  • laat je fragment zien
  • geef de argumenten waarom je dit gekozen hebt
  • wat vind jouw klasgenoot ervan?

en dat natuurlijk wederzijds.

 

STAP 5: (doe je alleen)

  • Zet de informatie uit stap 1 op je wixpagina, inclusief fragment
  • Ook het resultaat van de zoektocht van je klasgenoot, met zijn of haar argumentatie zet je op de site
  • Tot slot schrijf je erbij waarom het een goede keuze is, of waarom niet

KIJKWIJZERS

Luisterwijzer MUZIEK

Algemene gegevens.

  • Welk muziekstuk wordt uitgevoerd:
  • Door wie is het gecomponeerd/ gearrangeerd:
  • Door wie wordt het uitgevoerd:
  • Welke instrumenten worden gebruikt:
  • Op welk podium staan de artiesten:

 

Waarom ben je juist naar dit optreden gegaan, wat verwachtte je ervan en is die verwachting uitgekomen.

 

1.   Wat hoor je: in welke stijl is de muziek?

  • jazz. Stijl:……….
  • klassiek. Tijd…………
  • pop/rock muziek, namelijk……
  • mengeling van stijlen.
  • niet westerse muziek, namelijk.:……………….
  • iets anders……………

 

 

2. Wat hoor je: geef karakterisering van sfeer of stemming (Kies 1 of meer opties)

  • somber    
  • dreigend   
  • plechtig    
  • vrolijk        
  • rustig        
  • intiem        
  • heftig
  • chaotisch  
  • mysterieus                  
  • ……………
  • ………………

 

3.   Wat hoor je: welk aspect van de muziek trekt veel aandacht?

  • de melodie        
  • het ritme  
  • de klankkleur of ‘sound’.    
  • …………..

 

4. Wat ervaar je?

  • beschrijf de sfeer
  • aankleding
  • reacties van het publiek
  • ………………

 

 

 

5.   Wat hoor je en zie je: is de muziek onderdeel van een groter geheel?

  • opera, operette, toneel, gebruik ook de kijkwijzer theater.
  • ballet/dans, gebruik ook kijkwijzer dans
  • ………………..

 

6.   Werkwijze: hoe verhoudt zich de uitvoering tot de oorspronkelijke compositie?

  • exacte of authentieke uitvoering: gespeeld van papier?

  • bewerking/ arrangement waarvan musici niet mogen afwijken.

  • veel improvisaties door uitvoerende musici: solo’s?

 

7.   Inhoud: Welke niet muzikale gegevens spelen in de muziek een rol?

  • bestaande tekst op muziek gezet/ gezongen: welke teksten?
  • literair gegeven is uitgangspunt: welk literair gegeven?
  • verhaal/ persoon/ gebeurtenis is uitgangspunt: welke
  • ……………………………………………………………………………

 

8.   Wat is het verband tussen tekst en muziek?

  • muziek versterkt inhoud tekst. Noem voorbeelden :
  • muziek haalt tekst uit oorspronkelijke context: met welk doel?
  • weinig of geen verband tussen muziek en tekst.

 

 

9.   Betekenis. Welke betekenis of functie heeft  de muziek (Kies 1 of meer opties)

  • dans of amusementsmuziek        
  • emoties
  • uiting van een levensgevoel        
  • religieus gebruik
  • concentratie/ meditatie        
  • autobiografische betekenis
  • functioneel, reclame, film, ceremonie, circus.        
  • ontspanning      
  • autonoom kunstwerk, zonder niet-muzikale doelen
  • ……………………………
  • ……………………….......

 

Welke onderdelen spraken je erg aan? En leg uit waarom.

Kijkwijzer THEATER

Algemene gegevens.

  • Welk theaterstuk wordt uitgevoerd:
  • Het is geregisseerd door:
  • Door wie wordt het uitgevoerd:
  • In welke zaal is de voorstelling:
Waarom ben je juist naar dit optreden gegaan, wat verwachtte je ervan en is die verwachting uitgekomen.

 

1.    Wat zie je? Hoe begint het toneelstuk?

  • doek gaat op
  • geen doek, spelers komen op
  • geen doek, spelers staan al op het toneel

Het doek (meestal zware dieprode veloursgordijnen) gaat op en het spel kan beginnen. Het doek zorgt voor een duidelijk onderscheid tussen het moment voor de voorstelling en het begin ervan, het maakt de scheiding tussen publiek en toneel groot. Het doek is een onderdeel van het traditionele 'lijsttoneel' Achter die lijst is een wereld die weinig met de onze te maken heeft. Moderne theatermakers kiezen vaak voor een minder groot onderscheid tussen toneel en publiek.

 

2.     Wat zie je? Waar wordt gespeeld?

  • traditionele schouwburgzaal
  • vlakke vloertheater
  • bijzondere locatie

Een podium hoort bij lijsttoneel. Wanneer er gelijkvloers wordt gespeeld. is er voor het publiek een soort tribune gemaakt: de scheiding tussen spel en publiek is dan veel kleiner

 

3.   Wat zie je? hoe karakteriseer je decor, kostuums en rekwisieten

  • realistisch of museaal: indien strijdig met oorspronkelijke tijdsbeeld, waarom?
  • Deels realistisch, deels vrije interpretatie; omschrijf interpretatie.
  • Vrije interpretatie, abstract, beschrijf kenmerken.

In een realistisch decor staan echte meubelstukken, bij voorkeur op een logische plek, alsof het een echte kamer is. Wanneer een klassiek stuk, bijvoorbeeld van Shakespeare, wordt gespeeld in een realistisch hedendaags decor met hedendaagse kostuums, beïnvloedt dat onze interpretatie. De vormgeving van een minder herkenbaar decor (abstract) zegt vaak veel over de manier waarop de regisseur wil dat je naar het stuk kijkt.

 

4.   Wat zie je?: welke rol speelt de belichting

  • speelt belangrijke rol
  • ondersteund stemming op het toneel; hoe?
  • Sobere en neutrale rol.

De ene regisseur eist van de belichting dat ze niet afleidt van de rest van het toneel. Andere regisseurs gebruiken licht als een zelfstandig theatraal middel. In dat geval is het interessant erop te letten wat die belichting toevoegt aan de betekenis van het toneelspel.

 

5.   Werkwijze. welke speelstijl overheerst

  • (melo)dramatisch. Noem voorbeelden,waaraan je dat ziet
  • naturalistisch
  • karikaturaal, typetjes, noem voorbeelden, waaraan je dat ziet

Dramatisch spel, met veel grote gebaren en flinke stemwisselingen, wordt vaak gezien als ouderwets. Beïnvloed door film en mogelijk gemaakt door moderne geluidstechniek wordt tegenwoordig vaak de voorkeur gegeven aan een meer natuurlijk spel. Blijspelen lenen zich goed voor karikaturaal spel, het neerzetten van een typetje.

 

6.   Werkwijze. richten de spelers zich rechtstreeks tot publiek

  • nooit
  • een enkele keer (welke personages en met welk effect?)
  • vaak, met welk effect?

Een speler die zich rechtstreeks tot het publiek richt, doorbreekt de illusie dat wat zich op het toneel afspeelt echt is, hij stap uit zijn rol. Vooral in blijspelen wordt dit vaak gedaan. Een cabaretier richt zich altijd tot het publiek: Freek de Jonge had dan ook grote moeite het publiek te negeren in zijn eerste serieuze toneelrol.

 

7.   Inhoud. hoe heeft de regisseur bestaande tekst verwerkt

  • getrouwe navolging, of speciaal geschreven voor de voorstelling
  • hier en daar aangepaste versie. Waarom?
  • Vrije interpretatie tekst Zijn er meer inspiratie/tekst bronnen?

Om allerlei praktische reden kan een toneeltekst worden aangepast, bijvoorbeeld omdat het toneelstuk anders te lang zou duren. Het kan ook zijn dat de regisseur de tekst helemaal verandert en naar zijn hand zet en een eigen betekenis laat spelen. In dat geval zijn er vaak andere zaken aan te wijzen, buiten de oorspronkelijke tekst, die in het maken van het stuk ook een rol spelen.

 

8.   Inhoud: tot welk genre reken Je de voorstelling

  • komedie, blijspel
  • niet klassiek genre, typeer soort toneel
  • tragedie

Het klassieke Griekse toneel kende al het onderscheid tussen tragedie en komedie. Een komedie is om te lachen, met typetjes, zonder veel diepgang, een voor de hand liggende moraal en vaak een happy end. In een tragedie zit psychologische diepgang en is de afloop vaak dramatisch te noemen.

 

9.   Betekenis: wat is de betekenis van de voorstelling

  • voorstelling bedoeld als vermaak (amusement)
  • maatschappelijk of politiek onderwerp staat centraal
  • (abstract) theatraal spektakel  staat centraal
  • voorstelling bedoeld als provocatie, daagt publiek uit
  • autibiografische betekenis maker(s) staat centraal
  • voorstelling roept op tot eigen interpretatie
  • voorstelling draagt morele boodschap uit (je leert er van)
  • algemeen menselijke karakters en relaties staan centraal
  • voorstelling roept emotie op. Welke?

De meeste categorieën spreken voor zich. Ook al is de bedoeling van de makers niet helemaal duidelijk, kan de voorstelling toch stof tot nadenken (tot eigen interpretatie) geven. Ook in de theaterwereld bestaat er zoiets als abstract theater, waar het verhaal met begin en einde maar bijzaak is, maar waar wel veel te beleven valt. In dat geval naderen theater en beeldende kunst elkaar, ook de grens tussen een dansvoorstelling en een toneelvoorstelling vervaagt soms. De overige categorieën spreken voor zich.

Welke onderdelen spraken je erg aan? En leg uit waarom.

Kijkwijzer DANS

Algemene gegevens:

  • Titel van de voorstelling
  • Naam van de dansgroep
  • Muziek (naam componist/musici)
  • Naam van de choreograaf
  • Waar en wanneer heb je de voorstelling gezien?
Waarom ben je juist naar dit optreden gegaan, wat verwachtte je ervan en is die verwachting uitgekomen.

 

1. Wat zie je? Vorm:

  • Door wie wordt er gedanst? (beschrijf aantal dansers, sexe; solo/duet / groep)
  • Hoe wordt er gedanst? (danssoort: modern / klassiek / streetdance, enz; snel /langzaam, heftig, hele lijf / delen, grote/ kleine bewegingen)
  • Waar wordt er gedanst? (Plaats van de danser(s) in de ruimte, en t.o.v. toeschouwers; vloerpatronen)
  • Theatrale middelen / toneelbeeld: beschrijf het decor, de kostuums, attributen, licht. Wordt het decor gewisseld?

 

2. Wat hoor je? Geluid:

  • Welke muzieksoort hoor je? (klassiek, modern, pop, rock, combinaties, enz) Zijn er stiltes?
  • Beschrijf de sfeer van de muziek; tempo, ritme, klankkleur)
  • Hoe wordt de muziek gemaakt? (instrumenten, geluidsband, live)
  • Door wie is de muziek geschreven? (componist, groep, improvisatie)
  • Hoe is het verband met de dans? (volgt de dans de muziek, omgekeerd)

 

3. Inhoud:

  • Wat is het onderwerp /thema van de voorstelling? (beschrijf het verhaal /fysiek / abstract, humoristisch)
  • Beschrijf de sfeer van de voorstelling (sprookjesachtig / grappig /ernstig)
  • Zijn er verschillende personages /groepen? Beschrijf deze.
  • Wordt er gebruik gemaakt van tekst? Geef een beschrijving.
  • Met welke bedoeling is deze voorstelling gemaakt?
Welke onderdelen spraken je erg aan? En leg uit waarom.

 

CONTROLE (voldoe je aan de eisen?)

ONDERDEEL 1: de voorstelling die je zelf bezocht hebt:

Zet overzichtelijk op een rijtje wat je van de voorstelling vond:

  • Analyseer wat je goed/interessant/boeiend enz. vond
  • Leg uit waarom je dat vindt
  • Beschrijf wat je minder vond en waarom
  • Leg uit wat je dan zoekt in een voorstelling, zodat die mindere onderdelen ook op jouw waardering konden rekenen
  • Een fragment van de voorstelling

DEZE INFO ZET JE OP JE WIXPAGINA

 

ONDERDEEL 2: Het onderzoek voor jouw klasgenoot

  • Bekijk welke ‘eisen’ jouw klasgenoot aan een goede voorstelling stelt
  • ZOEK een geschikte voorstelling die aan de criteria voldoet
  • Vind een fragment
  • Voor de zoektocht gebruik je verschillende bronnen, je eigen netwerk (ouders/vrienden enz) en ook gewoon internet
  • Beargumenteer waarom je juist voor deze voorstelling gekozen hebt

 

ONDERDEEL 3: beoordelen van de zoektocht van jouw maatje

  • Noteer waarom jouw klasgenoot juist deze voorstelling voor jouw uitgekozen heeft
  • Bekijk het fragment
  • Schrijf op waarom je wel of niet naar deze voorstelling zou willen
  • Waarom begrijp je de keuze (niet)

DEZE INFO ZET JE OP JE WIXPAGINA

 

 

  • Het arrangement 5. PODIUMBEZOEK, verwerking - kopie 1 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    monique hendrix Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2017-07-06 10:46:33
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    5. PODIUMBEZOEK, verwerking
    Leerniveau
    HAVO 4;
    Leerinhoud en doelen
    Culturele en kunstzinnige vorming;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld

    Bronnen

    Bron Type
    Muse - psycho
    https://www.youtube.com/watch?v=UqLRqzTp6Rk
    Video
    De staat, help yourself (bij Giel)
    https://www.youtube.com/watch?v=kqYwh2UIEqA
    Video
    witch doctor, de staat
    https://www.youtube.com/watch?v=0ttGgIQpAUc
    Video
    http://www.3fm.nl/a/241827
    http://www.3fm.nl/a/241827
    Link

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    hendrix, monique. (2017).

    5. PODIUMBEZOEK, verwerking

    https://maken.wikiwijs.nl/93442/5__PODIUMBEZOEK__verwerking

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.